Tandheelkundig
Instituut
Deotoform
PASCHEN.
i!
Gave, zachte en blanke
waarin opgenomen „De Nieuwe Soester", „De Soester Poat", „Huls aan Huls" en Soesler Advertentieblad
Uitgave t DRUKKERIJ SMIT N.V., SOESTDIJK, Van Weedestraat 35. Telefoon 2566.
Paschen
De verschillende geestesstro
mingen op het wereldterrein in
deze tijd,
De 600 000-ste Rotterdammer.
De Negus protesteert maar.
If!
Wmi
OJficieelekennisgevingen
soïm mam®
ADVERTENTIEPRIJS:
van 15 regels 1 0.75. Elke regel meer 15 cent. Advertentie s tusscken de tekst dubbel tarief.
Bij contract belangrijke korting.
Advertentie s worden in beide bladen opgenomen.
UITGAVE van:
„DE SOESTER COURANT", Algemeen Weekblad en „SOESTER NIEUWSBLAD', Algemeei
Christelijk Weekblad.
ABONNEMENTSPRI1S per 3 maanden 50 ct.. franco per post 65 ct.. 17V, ct. per maand.
16e JAARGANG.
Vrijdag 26 Maart 1937.
No. 12.
Het is vaak moeilijk om aan het Leven
ie gelooven, want er is zooveel dat ons van
len Doocl spreekt. Maar er moeten tegenstel
lingen zijn om waarde te geven, aan wat goed,
tchoon of nuttig is. Rijkdom zou onbestaan
baar zijn, wanneer er niet méér en zwarte
irmoe was. Geen schatten zouden ons ge-
ukkig kunnen maken, wanneer ze voor het
>prapen zouden zijn als het zand aan de
itranden der zee.
En zoo ook zou het Leven, de groeiende
kracht, de opgang tot het Hoogere, niet
kunnen glorieeren, wanneer het zich niet te
ontworstelen had aan de machten van den
neergang en wanneer het in zijn wezen niet
werd bedreigd door de woekeringen van het
dorre, het doodende, het zieke en het slechte.
Er wordt vaak gesmaald op de waarde
van het Leven, ons door den Verlosser ge
bracht. Verlossing? zoo wordt gemeesmui'd-
Overwinning' op den Dood Zie maar naar
Abessinië, aldus wijst ons de twijfelaar, waar
de christelijke beschaving den bodem drenkte
met het bloed van den zwarten medemensch.
Ziet naar Spanje, waar een volk verteert in
kommer en ellende en waar de broedermoord
lot massabedrijf is geworden. De victorie van
het Kruis? Duizenden kerken werden een
smeulende puinhoop in hetzelfde Spanje;
duizenden menschen, vielen onder de sla
gen der godloozen. De triomf van de Waar
heid? Neen. Het oude heidendom wordt op
moderne wijze bezield; Christus wordt ver
bannen en de symbolen van een afgoden-
jcultuur worden hoog geheven!
Deze dingen, waarop men wijzen kan,
Btemmen inderdaad droef. Ze vervullen ons
piet weemoed, zooals ook de winter het
deed, die het leven op de aarde verdorde.
Maar het Leven heeft den cLoodsschijn noo-
m l,. om te kiemen en te omwikkelen en te
Stralen tegen den achtergrond van wat was.
Het doodskleed, dat elke winter over de
aarde spreidt, levert de stof, waaruit 't bruids
kleed wordt geweven. Lente kan er slechts
iijn, omdat er een winter was.
Christus heeft Zijn overwinning op den
Pood niet gevierd in een sfeer van luister en
glorie. Hij had het in Zij-n macht om bij
Zijn Verrijzenis heel een menschheid te la
ten staan sidderen van eerbied en ontzag.
Hij had het in Zijn macht om legioenen van
jengelen van den hemel te laten dalen, op ba-
tuinen en klaroenen hun vreugde uitschallen-
fle en hun ontzag over hetgeen de Meester
had gewrocht.
Maar zóó vierde Christus Zijn triomf niet.
Integendeel, toen Hij had verwonnen en
fle menschheid had verlost, was de Liefde,
tvelke Hij had gepredikt, meer zoek dan
Doit; de schijn van overwinning was aan Zijn
rervolgers; de twijfel had het hart beslopen
ran wie Hem hadden gevolgd.
Tegen dezen achtergrond stond Zijn zege
praal, het verloste Leven.
De overwinning van Christus werd slechts
eerbiedig-fluisterend gesproken tegenover de
mkele vrouwen, die in ootmoed waren ge
komen tot Jezus' graf. Tot hdar werd het
jezegd: De Heer is waarlijk verrezen!
En zij gingen heen, getroost en gezaligd,
leelhebbende aan de Overwinning, aan de
Verlossing, aan het Leven.
Het bloed van onschuldigen, dat in onze
lagen de aarde nog drenkt, is het bloed van
Christus. Wie dat doen vergieten, zijn Zijn
rervolgers. Wie het Evangelie verdedigen te-
Jen de valsche profeten onzer dagen, zet-
len den strijd van Christus voort tegen de
Schriftuurvervalschers, die Jezus op Zijn
tocht over de aarde overal omringden. Wie
Ihan:, geweld gebruiken om het onrecht te
ioen zegevieren, klinken voort aan de nage
len van Christus' Kruis. Zij ijveren voor de
legepraaf van den Dood.
Christus lijdt nog steeds onder ons, om
i>ns te verlossen. Daartoe moeten Zijn kinde
ren met Hem mede lijden.
Overal kunnen we in onze dagen en
poo zal het wel blijven op de wereld
het graf van Christus vinden. Maar als we
het benaderen in ootmoed, zooals ééns de
vrouwen uit het Evangelie het deden, dan zui
len we het leeg zien, want Christus is op
gestaan voor hen, die Hem zochten en ze
rullen Hem weervinden ddar, waarheen Hij
Is gegaan om Zijn kinderen een plaats te
bereiden. Voor het Leven, dat niet meer
ral einden.
De wereld is der menschen winter. Daar
zal de neergang zijn en blijven van onrecht
en boosheid. Die wereld hebben we noodig
er het graf te zoeken van Hem, Die
ons verloste.
Als we het gevonden hebben, dan zal het
juichen in ons binnenste. We zullen vrij zijn,
indanks de banden, waarin de menschen ons
willen boeien. Onze ziel zal het Hallelujah
zingen. De zon der genade zal ons bestralen*
We zullen zijn opgestaan in en door Hom,
ondanks den valschen schijn, welke over de
aarde ligt gespreid
Onze vrijmaking ligt niet in handen van
menschelijke verwaat'nen, maar in de han
den v an Hem, Die den winter liet komen om
daaruit de lente geboren te laten worden;
den Dood macht gaf om te toonen, dat het
Leven sterker is; het onrecht toelaat om het
recht te laten zegepralen; de bezoeking over
ons zond om de zuiverheid van het Loon.
Hij is hier niet, maar Hij is opgestaan^
Luc. 24:6*
De opstanding is door alle eeuwen heen
in vele toonaarden reeds bezongen. De en
gelen zijn voor een deel opgestaan tegen het
goddelijk gezag en uit den hemel uitgestooten.
De verleide mensch is van zijn God af
vallen en waande zich een God te zijn. Em
sindsdien is de worstelstrijd steeds doorgei
gaan tusschen God, de Almachtige eenerzijds
en de opstandige wereld anderzijds. Het ia
aLtijd weer hetzelfde. Dè mensen,'de volles*
groep, de klasse, het ras verklaren zich tot
het absolute, wanen zich zelf God te zijn met
het recht om de andersdenkenden te verdrukH
ken. en zoo mogelijk te doen verdwijnen*
Psalm 2 zegt ervan: Waarom woeden de
heidenen en bedenken de volken ijdelheid]?
De koning ei der aarde stellen zich op en de
vorsten beraadslagen tezamen tegen den Hee-
re en tegen zijnen Gezalfde zeggende; Laat
ons hunne banden verscheuren en hunne toiw
wen van ons werpen. Die in den hemel
woont zal lachen, de Heere zal hen bespotten.
God openbaart zich tegen hen in zijn toorn
maar Hij openbaart zich ook in zijn barmhaï^
tigheid en liefde; Alzoo lief heeft God da
wereld gehad dat Hij zijn Zoon gegeven
heeft opdat een iegelijk die in Hem gelooft;
niet verderve maar het eeuwige leven beerve.
God schenkt ons zijn Zoon en die Zoon des
welbehagens komt in een zondige en opstan
dige wereld. De pseudokoning Herodes wil
het kindeke Jezus dooden zoodat zijne moe
der met Hem vlucht naar Egypte. En der
tig jaar later vereenigen zich Pontius Pilatus
en Herodes tegen Jezus en wordt Hij door
het Jodendom uitgestooten en achtervolgd
met bittere en giftige haat. „Zijn bloed kome
over ons en over onze kinderen". Heel de
opstandige wereld tegen Jezus. Hij gaat langs
den via dolorosa naar den kruisheuvel GoL-
gotha dragende zijn kruis. En daar buiten
Jeruzalem wordt Hij gehangen tusschen he
mel en aarde, van God verlaten en de men
schen uitgestooten, vervloekt en veroordeeld,
en aldaar vloeit zijn bloed uit de geslagen
en gestoken wonden.
De dood, de grimmige dood grijpt zijn
prooi. Satan de hellevorst lacht en de we
reld viert feest en men geeft elkander ge
schenken want de gekruisigde, de gevloek
te is immers dood. Zij hebben niets meer
te maken met die van God gezondene, niets
meer te maken met God zelf. God bestaat
immers niet voor hen.
En dan hoort men de mare, de kreet; Hij
is opgestaan. Hij is hier niet; niet meer in
het graf des doods. Niet meer in de don
kere vallei des doods maar Hij leeft tot in
alle eeuwigheid. O opstandige wereld beeft
voor zijn goddelijk aangezicht, want Hem is
gegeven alle macht in hemel en op aarde.
Dan zal Hij tot hen spreken in zijnen
toorn, en in zijne grimmigheid zal Hij hen
verschrikken Ik heb toch mijnen koning ge
zalfd over Zion, den berg mijner heiligheid.
Beeft gij verachters van Gods Woord, want
Hij komt om de aarde te richten de wereld
in gerechtigheid. Eisch van mij en Ik zal
de heidenen geven tot uw erfdeel, en de ein
den der aarde tot uwe bezitting. Gij zult hen
verpletteren met een ijzeren scepter; gij zult
hen in stukken slaan als een pottenbakkers
vat- Nu dan gij koningen, handelt verstan*
diglijk, laat u tuchtigen gij rechters der aar
de. Dient den Hcere met vreeze en verheugt
u met beving. Kust deu Zoon opdat Hij niet
toorne en gij op den weg vergaat, wanneer
zijn toorn maar een weinig zou ontbranden.
Welgelukzalig zijn allen die op Hem betrou
wen.
En dan zingt Gods volk met Isaac da Costa;
In het kruis zal 'k eeuwig roemen!
En geen wet zal mij verdoemen;
Cristus droeg den vloek voor mij!
Christus is voor mij gestorven,
Heeft gena voor mij verworven
'k Ben van dood en zonde vrij!
't Onvergankelijk Levenslicht
Rees met gansch ontdekten luister
Uit de smaadheid van 't gericht,
Uit der graven sombren kluister!
't Nachtuur is voorbij gegaan!
't Licht des Heils is opgestaan!
Hemelglans en gloed bestraalt
't Graf, bezegeld door de Joden!
De Engelen Gods zijn neêrgedaald,
De aardsche wachters zijn gevloden!
Onze Lieer is opgestaan!
't Graf is ledig! nadert! ziet!
O, door trouw gedreven vrouwen1
Zoekt Hem bij de dooden niet,
Dien geen doodsgeweld kon houên!
De Engel-zelve kondt het aan:
Dien gij zoekt} is opgestaan
Eens zal aller oog Hem zien!
Alle zondaars, alle volken!
Alle knie Hem hulde biên,
Als Hij weêrkomt op de wolleen!
Beeft, verharden! schouwt het aan!
Ja, de Heer is opgestaan!
Ja, de Heer is opgestaan!
Gods bazuinen zullen klinken!
De eerste dingen zijn vergaan,
Nieuwe heemlen zullen blinken!
Nieuwe tijden vangen aan - - -
GjOd is scheppend opgestaan!
I (Derde gedeelte.}
Wij hebben in de middeleeuwen de refor
matie gekregen. Het was een uittreden uit
de geestelijke gevangenis om weer vrij God
te dienen naar Zijn Woord en de inspraak
van hef eigen hart. En naarmate het licht op
den kandelaar verdonkerde, kreeg ook de
vorst der duisternis in de Kerk meer en
meer macht. Maar ook buiten de Kerk ko
men de anti-christelijke stroomingen van al
le zijden opzetten. Zoo openbaarde zich in
het jaar 1789 in Frankrijk de geest der Re-
voiude, die niet alleen in Frankrijk maar in
hee-i Europa en verder van vérstrekkende ge
volgen geweest is. Hieronder verstaan wij met
Chantepie de la Saussaye niet zoozeer ee.ii-
ge historische gebeurtenis, als veeleer den
geest de verwerping van elk gezag, die ten
allen tijde bestaande en menigwerf uitbre
kende, in de Fransche Revolutie van het laatst
der 18 de eeuw met hare gevolgen voor het
eerst als een heerschend beginsel in de we
reldgeschiedenis is openbaar geworden. Het
ontzettend en alomvattend beginiel der Re
volutie werd bij het losbarsten gepeild door
den Engelschen staatsman Edmt.nl Burke,
die geschreven heett zijn „Gedachten ovei
de Revolutie in Frankrijk" uitgegeven in 1790.
Het geschrift maakte geweldigen indruk. In
één jaar verschenen 11 drukken. Liet is een
vlammend prol est tegen de Fransche Revo
lutie. Met waarlijk profetischen blik schil
dert Burke den gang van het revolutiepro
ces. Groot is de invloed van Burke geweest
op Groen \an Prriisterer. Door Marle d'Au-
bigné werd deze in 1829 i.i kennis gebracht
met de „Gedachten". En nadat hij dit eene
geschrift gelezen had, werd zijne begeerte
naar al de werken \ai Burke onv\ edersta; n-
baar. Ze zijn hem een arsenaal geweest in
zijn kamp tegen ongeloof en revolutie.
De omwenteling van 1795 hier te lande
is een beslissend keerpunt geweest in onze
historie, zoowel voor de Staat, als voor de
Kerk. D:- beteekenis is volgens Prof* Dr.
A. Gosiinga niet het minst daarin gelegen,
dat toen de Gereformeerde of LIervormde
Staat geboren uit de hervorming der 16de
eeuw ten val kwam. 1795 te beschouwen
als een overwinning op 1618 en 1619. Het
beginsel der omwenteling stond lijn;echt te
genover het historisch Christendom. Ook op
officieel terrein droeg de omwenteling een
anti-Chrristelijk karakter. Zoo werd onder
de rechten van den Mensch en Burger door
de Proiisioneele Representanten van Holland
opgenomen: Het recht God te dienen, ge
lijk hij wil of niet wiL
Men denke voorts aan de Emancipatie der
Joden en het ophouden van de viering van
den Zondag van wege de Overheid. Later
komt hierin eenige reactie ook in de onder
wijswet van 1806 die in meerdere mate een
Zesmaal honderdduizend menschen
Wonen nu in Rotterdam,
Omdat Theodorus Limpens,
Achttien Maart ter wereld kwam.
Vader Limpens toog naar 't Raadhuis,
Gaf des zoon's geboorte aan.
Onverwachts kwam dit Papa'tje,
Voor een leuk geval te staan.
Toen hij klopte aan *t loketje,
Bij den Burgerlijken Stand,
Zag hij aan de ambtenaren,
Dat er iets was aan de hand.
Vader werd terstond ontboden,
Bij 't College B. en W«
En de Maasstad - Burgervader,
Deelde hem het nieuwtje mee.
In een officieele toespraak
Werd de jonge spruit geëerd.
En natuurlijk, hem ter eere,
Werd champagne geserveerd.
'11 Heildronk werd er aangeheven,
Op den kleinen Theodoor.
Immers, die vijf ronde nullen,
Zette hij een „zesje" voor!
Wij zoo sprak de Burgemeester
Schenken U iets voor Uw kind,
'k Denk wanneer hij mondig zijn zal,
Theo dat wel aardig vindt.
Vader Limpens trok van blijdschap,
Wat nerveus aan zijn sigaar,
Want, „Tweehonderd vijftig gulden"
Is een echte..,, rammelaar!
E. v. E.
banden bij dagelijksch werk zijn alleen moge
lijk wanneer U zich tot gewoonte maakt Uw
handen geregeld met PUROL in te wrijven.
2ou cr nu al
tuecr niemand
thuis lijn 9
De Negus heeft aan den Volkenbond een schrijven gezonden, waarin
hij protesteert tegen dedrie jongste daden van barbarisme, die Italië
in Abessynië heeft bedreven, en verzoekt een commissie te benoemen
om een onderzoek in te stellen naar de Italiaansche wandaden in
Abessynië.
De eenzame banneling trekt aan de schel
Om weer een protest te doen hooren.
Zijn aanklacht is duidelijk, striemend en fel,
Doch hij roept aan doovemansooren.
De Volkenbond bleek slechts een schoon
[ornament,
Doch werklijke macht heeft hij nimmer
En thans minder nog dan tevoren [gekend
Men schrikt even op en weet niet wat te doen,
Die man ook altijd met z'n klachten 1
Doch uiterlijk houdt men altijd z'n fatsoen,
Al heeft men ook andere gedachten.
Men kijkt elkaar aan en vertrouwt elkaar niet,
IWant ieder heeft zorg voor z'n eigen ge-
En waakt voor verspilling van krachten, [bied
De eenzame banneling, ver van zijn land,
Blijft nog op gerechtigheid hopen.
Hij wacht op des Volkenbonds wrekende
I [hand,
Doch men doet geen deur voor hem open.
Zoowel in 't verleden als heden nog geldt,
Het recht van den sterkste, de macht van
[*t geweld.
En de «wakkere moet dat bekoopen-
christelijk karakter drroeg dan in de eerste -
jaren 'vr>n de mn wenteling, maar mot 1795 is
het beginsel der secularisatie van het staat
kundig cn maatschappelijk leven tot heer
schappij gekomen, waaronder wordt verstaan
de absolute onafhankelijkheid van die bei
de en niet meer beheerscht door den god
del ijken geest, of door Gods Woord. j
H* A. S.
Vredetiofstr.9 - Soest
SPREEKUUR MAANDAG-S van 9—12 UUR.
VULLINGEN vanaf f 2--.
GEHEELE GEBITTEN f 30.-»
ALLES INBEGREPEN.
Hl IN DER WET.
Burgemeester en Wethouders der gemeen*
te Soest, Gelet op het bepaalde bij de art.
6 en 7 der Hinderwet: Brengen ter alge-
meene kennis: dat op de secretarie der ge-
meente ter visie is gelegd een verzoek met
bijlagen van M. v* d. Broek. Kerkstraat 21a,
te Soest, om vergunning tot het uitbreiden
van de bestaande benzinepompinstallatio door
het bijplaatsen van een on.lergrondsche tank
van 10000 Liter inhoud met bovengrond-
sche aftapinrichting, welke in werking wo dt
gesteldd oor een electromotor van 1/3 P K*
op/in het perceel Kerkstraat no. 21a, kad.
gemeente Soest, sectie C, no. 2077; dat op
den 6 April 1937, des vóórmiddags te 11
uren gelegenheid is om ten gemeentehuizo
bezwaren tegen het uitbreiden dier inrich
ting in te brengen; en dat gedurende drie
dagen vóór dien dag op de secretarie der
gemeente van de ter zake ingekomen schrif
turen kan worden kennis genomen.
De aandacht van belanghebbenden wordt
er op gevestigd, dat niet tot eventueel be
roep van de later op het verzoek te ncmet»
beslissing gerechtigd zijn zij, die niet op do
aangewezen plaats en het aangegeven uur
in de vorengenoemde ingevolge art. 7
der Hinderwet te houden zitting zijn ven
schenen, ten einde hunne bezwaren monde
ling toe te lichten.
Soest, den 23 Maart 1937.
Burgem. en Weth. voornoem^
De loco Burgemeester,
GASILLE.
De Secretaris,
J. BATENBURG,