Het vrede-feest der volkeren rond de Kribbe van het Kerstkind
Hoe het buitenland de Kerstvreugde uitleeft
DE STRIJD OM DE HEILIGE PLAATS
"k
Kerststalletjes
1
ONS GHENAKET
DIE AVONDSTAR
in de huisgezinnen
en
uitbundig-proiane viering
Een oude Kerstliedeke
Ons ghenaket die avontstar,
Die ons verlichtet also claer.
Wel was haer doe
Susa ninna, susa noe!
Jesus minne sprac Marien toe.
Dat huus dat hadde so menich gat
Daer Jesus in gheboren was.
Wel mas haer doe
Susa ninna, susa noe!
Jesus minne sprac Marien toe.
Si sette dat kint op haren schoot,
Si cussedet voor zijn mondekyn roo*
Het was so soet
Wel was haer doe
Susa ninna, susa noe!
Jesus minne sprac Marien toe.
Si sette dat kint op hare cniën,
Si sprac „Groot eer moet U gescien"
Wel was haer doe
Susa ninna, susa noe!
Jesus minne sprac Marien toe.
Si sette dat Kint op hare aerm;
Met groter vreugde sach si 't aen
Wel was ifoaer doe!
Susa ninna, susa noe!
Susa minne sprac Marin toe.
Die moeder makede den Kint een bat
Hoe lieflic dattet daer inne sat;
Wel was haer doe
Susa ninna, susa noe'
Jesus minne sprac Marien toe.
Dat Kindebijn pleterde metter hant
Dattet water uten becken spranc.
Wel was haer doe
Susa ninna, susa noe!
Jesus minne sprac Marien toe.
Die os end' ooc dat eselkijn
Die aanbaden dat soete Kindekijn
Wel was haer doe
Susa ninna, susa doe!
Jesus minne sprac Marien toe.
De authentiek grot en de imitatie
kerstkribben.
De gedachtenis aan de geboorte van
Christus is voor het Christenvolk van latere
eeuwen aanleiding geweest, om eenerzijds
de plaats waar de Heiland werd geboren
door het bouwen van een groote basiliek
aan het profane gebri'te onttrekken en
anderzijds de plaats en omstandigheid van
het gebeuren zich plastisch voor te stellen
in den vorm van een stal. Zoowel over de
gescb^enis van de eigenlijke grot als over
de ontwikkeling van het volksgebruik op
Kerstmiü een kribje te plaatsen willen wij
met een enkel woord gewagen. Reeds vanaf
de eerste jaren na den dood van Christus
vereerde het geloovige 'volk van Judea de
plaats, waar Christus' kribbe had gestaan.
Maar juist deze vereering was oorzaak, dat
de aandacht van den Heidenschen keizer
Adrianus viel op deze omgeving, met het
gevolg, dat, waar deze bemerkte, welk een
heilige wijding de Christenen aan deze
plaats toekenden, hij haar liet ontheiligen
door er in 136 een bosch te doen planten,
waarin jaarlijks gedurende de twee dagen
de zedelooze eerediensten van den Venus-
minnaar Adonis werd gevierd. Hoezeer de
Christenen de profanatie van deze plek ook
betreurden, zij moesten, eer de grot en haar
omgeving wederom in hun bezit kon te-
rugkeeren, wachten tot Helena haar plan
nen in het H. Land kwam' verwezenlijken,
terwijl Constantijn te Bethlehem een groote
kerk liet bouwen op de plaats waar Chris
tus als kind ter wereld was gekomen. De
basiliek welke hij liet oprichten en welke
heden nog staat, bestaat uit 5 schepen en
vier zuilenrijen, welke een imposanten in
druk maken. Deze 48 zuilen zijn van rood
marmer en met Corinthische kapiteelen
gekroond; het hoofdaltaar is gebouwd bo
ven de grot, waartoe men langs een trap
met 13 treden moet afdalen; de eigenlijke
grot is 12 meter lang en 3 meter breed. In
den achterwand is boven het plaveisel een
groote ster aangebracht, waarop te lezen
staat, dat daar de plaats is waar Christus
werd geboren: „Hie de Virgihe Maria'
Natus est Jesus''..
In tegenstelling met de kerk, welke vrij
duister is, wordt de grot verlicht door 53
prachtige lampen. Ten tijde van Hierony-
mus bevond zich in de grot een zilveren
kribbe, welke echter sinds 1100 verdwe
nen is.
De kerk van Bethlehem bezit de prach
tigste sieraden van alle kerken, daar gedu-
middeleeuwen kende, en waarvan het ont
staan meestal aan den Poverello di Dio
wordt toegeschreven, kende men in de
eerste eeuwen van het Christendom niet;
wel enkele kleinere groepen uit ivoor ge
sneden en enkele metalen reliefs. Volgens
de H. Hieronymus, die de laatste 36 jaar
van zijn veelbewogen leven „in een grot te
Bethlehem doorbracht, zouden de kluize
naars te Thebaïde reeds stalletjes hebben
gehad. De echtheid van dit feit wordt op
nieuw gestaafd door de levensbeschrijving
Van Paus Gregorius III, waarin de biograaf
verhaalt, dat omstreeks het begin der 5de
eeuw in de basiliek van Maria de Meerdere
een Kerststalletje was opgesteld. Na de 7de
eeuw is volgens Dr. Georg Hagen, die zijn
bekend boek schreef over: „Die Weih-
nachtskrippe", de stal zeker in gebruik ge
weest in genoemde basiliek, toen n.1. de oor
spronkelijke krib daarheen werd overge
bracht. De zekerste gegevens echter om
trent de stal ontvingen wij uit den tijd vin
Franciscus van Assisie, die in het bosch van
Greccio, een der Italiaansche heuvelstadjes
in Umbrië in de Abruzzen, een oude ver
laten stal had gevonden.
De H. Thomas van Celano verhaalt, dat
Franciscus, aan wiens klooster het bosch
behoorde, zich naar deze stal begaf om er
zich met den Goddelijken Zaligmaker te
vereenigen. Hij bracht een os en ezel daar
heen en plaatste er een voederbak in, waar
hij een houten beeld van het Kindje legde.
Toen ging hij de dorpen in den omtrek
door en verkondigde aan alle inwoners,
hoe hij voornemens was den komenden
Kerstnacht te vieren. Nadat de Heilige
daarvoor toestemming had gevraagd aan
den Paus, verrichtte hij den 24sten Decem
ber 1223 de plechtige inzegening 'van de
groot. Met fakkels naderden de omwonen
den in den nacht de piek in het bosch en
woonden de H. Mis bij, welke onder den
blooten hemel werd opgedragen.
Wijl dit gebeuren het volk diep in het
hart scheen te hebben gegrepen, meenen
de historici hierin de oorzaak te kunnen
zoeken van de snelle verbreiding van het
gebruik der Kerststalletjes, terwijl zij hier
in ook de verklaring vinden van het feit,
dat over het algemeen het idee van den
krib door Torlonia geschonken aan St. An-
drea delle Valle te Rome niet minder roem
verwierf. Zoo als de spontaneïteit van die
tijden het inspireerend element was voor
de ontwerpen van vele keurige werken,
zoo is zij dat ook geweest bjj het vervaar
digen van Kerstgroepen.
Want al spoedig omringde men de krib
be met figuren uit zijn onmiddellijke om
geving, mannen en vrouwen van alle ran
gen en standen, gestoken in hun nationale
kleederdracht. Ofschoon er tijden zijn ge
weest, dat de goede oude traditie verloren
scheen te gaan, is er herhaaldelijk een op
leving gekomen, welke opnieuw de'beeld
jes binnen de huizen bracht.
Omstreeks den tijd der Fransche revo
lutie beleefde de Santons-markt te Mar-
seille een grooten opbloei, welke zich he
den ten dage te Parijs herhaalt.
Ook te München bestaat heden ten dage
nog een dergelijke markt, waar Kerstgroe
pen worden verkocht. Men moet echter
niet denken, dat de Santabelli altijd de
zelfde figuren zijn geweest. Dit verander
de naargelang den geest der tijden. Zooals
de middeleeuwsche figuren zich kenmerk
ten door eenvoud, zoo vloeien in den tijd
der Renaissance deze beelden over van
zwier en opsmuk. Engelen waren luchtig
gekleed, Maria's en herders met wapperen
de kleederen omhangen, terwijl de achter
grond niet* zelden was opgebouwd uit de
bouwvallen van een Griekschen tempel. En
wat onze dagen betreft, de geest van ratio
nalisatie heeft niet nagelaten zijn eerste
sporen te drukken op de moderne kunst
werken welke sterk de sfeer van versobe
ring ademen.
Het bijkomstig element bij de kern van
het gebeuren wordt in de Romaansche lan
den over het algemeen op twee wijzen op
gevat; n.i. ofwel zuiver historisch ofwel
folkloristisch, in welk laatste geval of
het stads- öf het landelijk element over-
heerscht.
In de Germaansche landen daarentegen
in Beieren en Tyrol staat het historisch ge
beuren vrijwel exclusief in het middelpunt
rende vele eeuwen door Koningen en Kei
zers de meest kostbare schatten aan haar
zijn afgestaan. Dit bewijst hoezeer deze ba
siliek in het middelpunt stond van de be
langstelling der Christenen over geheel de
wereld. Er waren ook jaarlijks vele pel
grims, die naar Bethlehem trokken om er
vooral in den nacht van 24 op 25 Decem
ber de H. Geheimen te vieren. Maar zoo
vele bleven er nog over die te arm waren
om ooit in de gelegenheid te komen deze
H. Plaatsen te bezoeken en het land, waar
eens Christus leefde, met eigen voeten te
betreden. En ook voor hen was het myste
rie der menschwording voltrokken. Geen
wonder dan ook, dat reeds vanaf de vroeg
ste eeuwen het eigenaardig volksgebruik
ontstond eenige momenten uit het gebeu
ren van Bethlehem vast te leggen en aan
schouwelijk voor te stellen. De eigenlijke
sculpturale groepen, zooals men die in de
Kerststal aan Franciscus wordt toegeschre
ven. De beeldjes, welke bij de voorstel
ling van de geboorte en aanbidding dienst
deden, werden sinds dien in grooten getale
vervaardigd; zij werden gebakken van
pijpaarde en leem of gesneden uit hout. De
grootte bedroeg dan de lengte van een
vinger.
Onder de voortbrengers van deze produc
ten, welke evenals vele werken op het ge
bied van schilderkunst, tot de miniaturen
behooren, zijn ware kunstenaars geweest,
waarvan wij noemen de ontwerpers der
Santibelli van Napels, houten figuren met
terracotta kopjes en echte kleederen, van
de Santons in de Midi en de houtsnij-
kunstenaans van Sicilië, die aaneengeslo
ten groepen maakten. Van den beroemden
Siciliaanschen Meester Materia (ong. 1700)
is wed het meest vermaard de „Mater spe-
ciosa" terwijl de levensgroote Epiphanias
der gedachten, waarbij men zich dan strikt
gebonden acht aan het Schriftuur-verhaal.
De weinige Nederlandsche kunstenaars, die
zich met het ontwerpen en vervaardigen
van Kerstgroepen bezig houden, laten zich
ook meestal aan deze regels binden. Jaar
lijks exposeeren zij te Utrecht bij de firma
van Rossum, terwijl het vorig jaar te Arn
hem de Kleefsche Jongelingen vereenig ing
een reeks Kerststallen van uiteenloopende
waarde exposeerde.
Het St. Bernulbhus-giide te Amsterdam
heeft reeds eenige malen in de Kerstdagen
een tentoonstelling van kerstkribben ge
organiseerd. Dit jaar is (van 3 Novem
ber tot 7 December) te Renkum een ten
toonstelling gehouden van „Volkskribben",
waarbij tevens inzendingen geëxposeerd
waren van verschillende binnen- en
buitenlandsche kunstenaars.
H. P. B.
Waar er al zooveel is geschreven over de
Kerstviering in ons land, welke overigens
uit eigen ervaring genoegzaam bekend is,
willen wij in enkele trekken iets verhalen
omtrent de Kerstviering in het buitenland
en wel vooreerst hoe Frankrijk, in het bij-
tonder de Provence. zijn Kertsvreugde uit.
Op den vooravond van het feest, wanneer
leder van zijn werk komt, vereenigt de ge-
heele familie, kinderen en kleinkinderen,
zich in het ouderlijk tehuis teneinde er .ge
meenschappelijk het sobere maal te gebrui
ken. Als dit is afgeloopen, krijgt het feest
veel meer een religieus karakter. Het krib
betje zal worden opgezet en moet steeds
zooveel mogelijk verschillen, zoowel wat
de eigenlijke grot aangaat als wat het landT
schap be.reft, van den opzet van het jaar
tevoren. Vóór middernacht is Maria, ge
tooid met een blauwen hoofddoek, evenals
St. Jozef, in stil gebed verzonken, in af
wachting van het groote oogenblik. Tegen
12 uur wordt het Kindje op het gele stroo
neergelegd, terwijl heel spoedig daarna de
herders en vele andere uit de omgeving van
Bethlehem en zelfs uit de Provence den
Heiland komen aanbidden. En by dit alles
vertelt ieder jaar grootvader hetzelfde ver
haal van de geboorte, geheel in het Pro-
venciaalsch, behalve daar waar de engel
verschijnt en spreekt. De Kerststal blijft
meestal tot Lichtmis behouden. Voor het
overige vindt men in Frankrijk geen ty-
pisch-karakteristieke Kerstviering. Wel
staan op de markt nog de vele Santon-kra-
mers; veeleer echter vormen de restau
rants, waar men danst en eet, Le Réveillon,
les portuguises (oesters) ecles escargots
(slakken) het middelpunt van de belang
stelling, welk gebruik in België vrijwel al
gemeen wordt gevolgd.
In Oostenrijk daarentegen ligt er een
veel meer poëtische sfeer over de viering
van het Kerstmysterie, hier vormt de
Kerstboom het middelpunt van het Kerst
feest. Dagen te voren reeds wordt met
koortsachtigen ijver gewerkt aan de schoon
maak van het huis, terwijl de kinderen op
den vooravond duizenden boomen uit het
Wienerwald slepen om, wanneer de boom
netjes in orde is gebracht, hem geheel te
behangen met zilveren slingers, kunstma
tige <watten, zilveren ballen, bonbons. De
inwoners van Weenen hebben ook nog le
gewoonte levendig gehouden om jaarlijks
den 24sten December de dooden op hun
graven dertneboompjes te gaan brengen of
wel daar kaartsen te ontsteken.
Ofschoon de Engelschen een volk zijn,
dat weinig zanglustig is aangelegd, toch
zouden wij onmogelijk de „Waits" kunnen
missen die des avonds door de straten der
mistige stad trekken en er oude kerstlie
deren zingen. In de buitenwijken van Lon
den zijn het meestal enkele arme jongens,
die in de brievenbus het „Glory to the new
born King" het huis inzingen in afwachting
van een penny. Echter doen ook heele zang-
vereenigingen hun ronde door de steden,
veelal ten bate van een liefdadig doel. In
den huiselijken kring wordt het feest met
veel blpemen, met hulst en dennegroen ge
vierd, terwijl de onverbetelijke pluimpud-
ding met rum, wat ook in ons land in de
smaak begint te komen, een der hoofdrol
len van het diner uitmaakt. Des nachts
komt „Santa Claus" de opgehangen kousen
vullen.
Tegenover deze versiering staat het veel
zinrijker en mysterieuze feest van Kerst
mis in Tyrol# waar „de Krampus". de
schrikaanjagende Zwarte Piet, als duivel
verkleed door de dorpen trekt. Bij zijn be
zoeken toont hij zich meestal goed inge
licht over het gedrag der kinderen. De
goede St. Nicolaas komt na hem, om de kin
deren met geschenken te overladen, waar
na beide heeren weer vertrekken tot een
volgend jaar.
Van Tyrol begeven wij ons naar Roeme
nië, waar het godsdienstig element in 'e
viering een sterke overwegende factor is.
Wie hier volgens 's land gebruiken het
Kerstfeest wil vieren, zal zich gedurende
den Advent, de vier weken, welke Kerst
mis voorafgaan, van vele spijzen als
vleesch, eieren, varkensvet en melk ont
houden. Op den vooravond van Kerstmis,
wanneer de straten vol zijn van het roepen
„Hazen- en Konijnenvellen" trekken ginds
de kinderen van huis tot huis om door het
zingen van eeuwenoude liederen te ver
kondigen, dat de Heer werd geboren. Tegen
den avond trekken de jongens en meisjes,
streng van elkander gescheiden, door de
straten en als het donker is, gaan de vol
wassenen een bezoek brengen aan den
Pastoor, den „Pope".
Den eersten Kerstdag gaan de bewoners
van het dorp naar de kerk, waar de Popi
de spijzen zegent, waarna allen weer huis
waarts keeren om dsn dag in ingekeerdheid
door te brengdij. Doch 's anderendaags zal-
bet een gemeenschappelijke feestdag zijn
waarbij Herodes en de Driekoningen op het
Kerkplein verschijnen. Herodes ziet er zeer
heldhaftig uit met zijn gekleurde schouder
doek, zijn goudpapieren kroon en groot
houten zwaard, maar verdwijnt al spoedig
in het niet bij de prachtig-uitgedoste Drie
koningen, die door een in het wit geklee-
den Engel worden voorgeleid. Het vroo-
lijk program neemt een aanvang in den na
middag, als de Turca een jongen, die op
de muziek van twee zigeuners rondspringt
te midden van het volk danst en met een
houten snavel de hem toegeworpen ge
schenken opvangt. De derde Kerstdag is
gewijd aan meer mondaine genoegens als
ook bijbel-spelen.
In Rusland hebben zeer oude gewoonten
diep wortel geschoten onder het volk, zoo
dat overal waar dit in deze dagen van gods
dienstvervolging nog maar eenigszins mo
gelijk is, de wet geworden ritus van de
Svjatki-viering ten uitvoer wordt gebracht.
In het algemeen bestaan de viering van de
Heilige dagen in den tijd van 25 December
tot 7 Januari, welke laatste dag in Rusland
geldt als de dag, waarop door Johannes *e
Dooper aan Christus het Doopsel werd toe
gediend. Juist als bij de Orthodoxen in Roe
menië, gaan ook hier de kinderen op dea
vooravond van Kerstmis na den strengen
Adventstijd de huizen langs, om aan ieder,
die van goeden wil is, de blijde boodschap
van de geboorte des Heeren te verkondi
gen. Ook aan deze jeugdige zangers wordt,
zooals hier in Holland aan de Sinterklazen,
in het Zuiden aan de Driekoningen, enz.
een rijke versnapering gegeven. Dikwijls
echter ook, vooral in die streken, waar het
de arme kinderen zijn, die zingend langs
de huizen gaan, geven de bewoners ham,
worst, enz. Men zal zich uit het Kerstspel
van Felix Timmermans wel de bekende
„Hespenknook" herinneren. Het gebruik
om met een ster langst de deuren te gaan,
bestaat ook in Rusland. Wanneer de kin
deren worden binnengelaten, begroeten zij
eerst het beeld, dat in de woning van ieder
Christen-Rus in den „schoonen hoek" staat
en vangen vervolgens aan met het zingen
van Kerstliederen. Deze liederen doen
meestal sterk herinneren aan oude heiden-
sche sagen, maar omdat zij in zeer oude
taal zijn geschreven en omdat er vaak in
later tijden op Christus betrekking heb
bende passages zijn ingelaseht, valt dit
bijna geen der eenvoudige luisteraars op.
Gedurende de periode der gewijde dagen
heerscht er vroolijkheid bij de Russen, die
bij deze gelegenheid een stevig glas Wodka
of brandewijn drinken zonder hetwelk voor
geen Rus ware vroolijkheid denkbaar is.
Voor zoover de strenge G.P.Oe. het niet on
mogelijk maakt, viert het grootste gedeelte
van de plattelandsbevolking heden ten dage
nog het Kerstfeest volgens de oude gebrui
ken.
Geen feest is in Duitschland wel zoo in*<
nig verbonden met het gevoelsleven van het
gansche volk als het Kerstfeest. „Weihnach-
ten" beteekent voor oud en jong een tijd
perk van vreugde. Overal wordt het Kerst
feest gevierd, maar niet overal op dezelfde
wijze. In veel streken van het Rijk worden
nog de oeroude Kerstgebruiken in eere ge
houden. Zij geven aan de feestdagen een
bijzondere wijding. Reeds gedurende den
Advent, de vier weken, welke aan het
Kerstfeest voorafgaan, heerscht bijna over
al een plechtige feestelijke stemming. In
talrijke plaatsen, en wel voornamelijk in en
kele streken van Silezië, worden dan de
middeleeuwsche „Adventspiele" opgevoerd.
Tooneelen uit het Kerst-evangelie worden
daarbij door grootere kinderen opgevoerd.
Zooals in alle oude volksstukken ontbreken
ook hier naast de zuiver religieuze toonee
len, de kluchtige scènes niet. Zoo ziet men
b.v. hoe de bedaagde Jozef tevergeefs
tracht een vuurtje te stoken, hoe de her
ders op het veld den tijd verdrijven, hoe
een dikke herbergier weigert het heilige
Paar onderdak te verleenen. In verschil
lende deelen van Baden, Würtemberg, en
Beieren trekken gedurende de drie Donder
dagen vóór Kerstmis de jongelieden
's nachts door de straten en werpen erw
ten, boonen of steentjes tegen de ruiten
der woningen. Deze nachten noemt men de
„Rooknachten".
r H. P. B.