De Internationale toestand IN DE AFGELOOPEN WEEK Deze week IN NEDERLAND v. Het Portret VAN DE WEEK De Wereld IN KAART Ondanks de groote gebeurtenissen, die zich in de voorafgaande dagen afspeelden, heeft er tijdens de Pink sterdagen een opmerkelijke stilte ge- heerscht, zelfs in de zaak Danzig, indien men afziet van de dagelijk- sche berichten over lastig gevallen personen en ingegooide ruiten. Bij een van deze incidenten moest bij vergissing ook de woning van onzen Nederlandschen consul het ontgel den. Toch blijft deze kwestie nog steeds een der middelpunten der Europcesche politiek en juist in de dagen voor Pinksteren hebben zich eenige feiten voorgedaan, die het noodig maken zie*, weer wat nader met deze aangelegenheden bezig te houden. Dat de Duitschers zullen afzien van hun wenschen inzake Danzig is welhaast on denkbaar. Men krijgt echter den indruk, dat Berlijn thans gaarne een vreedzame oplossing van dit vraagstuk zou zien. Het was de Fransche „Temps", die er dezer dagen op wees, dat het eenige moeite zal kosten, toe te geven, dat de kwestie Dan zig niet met vreedzame middelen op be hoorlijke wijze zou kunnen worden opge lost. Het vooraanstaande blad gaf daarbij te kennen, dat het echter Polen is, dat be oordeelt welke gedachten zijn levensbelan- Onze handel met België en Luxemburg. In het ministerie van Buitenlandsche Zaken en Buitenlandschen Handel te Brus sel is dezer dagen een nieuwe contingen- teeringsovereenkomst tusschen Nederland en de Belgisch-Luxemburgsche Economi sche Unie geparafeerd. De nieuwe over eenkomst, die in de plaats komt van de op 5 Mei j.1. getroffen tijdelijke regeling, regelt de handelsbetrekkingen tusschen de beide landen gedurende de periode van 1 Mei 1939 tot 30 April 1940, en is in hoofdzaak gelijk aan de per 1 Mei j.1. geëindigde regeling van 13 Augustus 1938. Wat den Uitvoer van Nederlandsche groenten en fruit naar België betreft, werden bepalin gen overeengekomen, waardoor ernstige prijsstoringen op de Belgische markt zullen worden voorkomen. Daartoe zijn in de overeenkomst minimumprijzen vastgesteld, beneden welke de in België gecontingen- teerde tuinbouwproducten door de expor- leurs op de veilingen in Nederland niet mogen worden gekocht. De wilde bussen. Nu de wilde-busondernemers na de uit spraak van den Hoogen Raad, waarvan wij in ons vorig overzicht melding maakten, nog slechts veroordeelende vonnissen kun nen verwachten, hebben velen het bedrijf gestaakt. Enkele echter gaven den strijd nog niet op. Nog twee Haagsche onder nemingen bleven op Rotterdam rijden, met het gevolg, dat de politie tegen hen proces verbaal opmaakte. Het schijnt echter in de bedoeling van verschillende onderne mers te liggen, met ingang van 15 Augustus weer te gaan rijden. Op dien datum treedt nl. de Wet Autovervoer Personen (W.A.P.) in werking en naar verluidt, zouden de ad vocaten der busexploitanten reeds thans een leemte in deze wet hebben gevonden, waardoor het mogelijk zou zijn, dat de wilde bussen na 15 Augustus weer onge hinderd gaan rijden. ITALIË MARMEREXPORTEUR NR. 1. Uit de jongste statistieken, gepu bliceerd in Italië, blijkt, dat dit land gedurende het jaar 1939 meer dan 200.000 ton marmer en andere steen soorten ter waarde van 135 millioen lira heeft uitgevoerd. Italië neemt met deze productie de eerste plaats in den internationalen marmerhan- del in. De Italiaansche marmersoorten be zitten een buitengewone verscheiden heid aan kleuren en teekening; niet minder dan 92 soorten marmer vindt men in Italië. Het beroemde witte marmer van Carrara is echter voor beeldhouwwerk nog altijd het meest gevraagd; in Italië zelf wordt meer kleurig marmer gebruikt, vooral voor* groote decoratieve ontwerpen. Buiten marmer produceert Italië nog vele andere gesteenten. In 2300 ondernemingen op dit gebied zijn 40.000 arbeiders werkzaam. gen beheerschen. De regeering te Berlijn zou zich bereid moeten toonen tot een fat soenlijke regeling en zich niet door de mystiek van den Duitschen „Drang nach Osten" laten meesleepen. Het Duitsche Nieuwsbureau leverde op deze beschouwing van de „Temps" com mentaar en het verklaarde daarin, dat het vanzelf spreekt, dat de Danzigsche kwestie bij eenigen goeden wil langs vreedzamen weg kan worden opgelost. In verband met de mogelijkheid op een oplossing trekt het de aandacht, dat de landen, welke zijn vertegenwoordigd in de Volkenbondscommissie voor de Vrije Stad, aan den Hoogen Commissaris Burckhardt het verzoek hebben gericht naar zijn stand plaats terug te keeren. Burckhardt is daar reeds lang afwezig. Reeds begin Maart, kort voor de bezetting van Bohemen, had hij zijn post verlaten om er sindsdien niet meer terug te keeren. Dit geschiedde na tuurlijk op aanwijzing van het comité van drie (Engeland, Frankrijk, Zweden). Of dit nu geschiedde uit vrees, dat Danzig wel licht tegelijk met Bohemen bezet zou wor den, of wel dat men de indertijd gevoerde Duitsch-Poolsche besprekingen niet wilde bemoeilijken door de aanwezigheid van een Volkenbondsvertegenwoordiger, is niet be kend. Maar zeker is het feit, dat men thans besloten is Burckhardt te doen terug- keeren, in deze omstandigheden een zeer belangrijke beslissing. Het ligt vrijwel in de lijn der dingen, dat men nu eens wil pogen ter plaatse een compromis té vinden, nadat alle pogingen om in grooter verband te bemiddelen zijn mislukt. Intusschen hebben de honderden chauf feurs en ander personeel van de gedu peerde ondernemingen zich niet zonder protest in hun plotselinge werkloosheid geschikt. Eerst gaven zij uiting aan hun ontevredenheid door een demonstratierit door de Haagsche binnenstad, welke tocht later werd uitgestrekt tot de woningen van minister-president Colijn en minister Gose- ling, waar het tot een formeel relletje kwam, waaraan door de motorpolitie een einde werd gemaakt. Den volgenden dag hadden de busexploitanten weer wat anders bedacht. Een vijftiental bussen, bezet met vaste klanten, vertrok in optocht naar den Leidschenstrataweg, waar zich een vijftal Amsterdamsche bussen bij hen voegde. Met deze 20 bussen werd de drukke verkeers weg geheel geblokkeerd, doordat zij door elkaar op den weg gingen staan, zoodat het verkeer volkomen werd gestremd. Ook nu moest de politie ingrijpen en de demon stranten uiteen drijven. Verscheidenen hunner hadden zich overigens al uit eigen beweging teruggetrokken, inziende, dat zij toch voor een hopelooze zaak vochten. Generaal Snijders heengegaan. Nog vóór het blijde Pinksterfeest kwam aan het lange en werkzame leven van een groot Nederlander een einde. Generaal Snijders op 86-jarigen leeftijdzacht en kalm overleden het bericht kwam niet onverwacht. Op te sommen wat ons land in generaal Snijders verliest, zou meer plaatsruimte vereischen dan het bestek van dit overzicht toelaat. Volstaan wij hier slechts met in hem te herdenken den man, die in de hachelijke mobilisatiejaren van 1914-'18 ons land onschatbare diensten heeft bewezen en wiens bewonderenswaar dige kennis en inzicht, gepaard aan een onvergelijkelijke geestkracht en werk kracht ons land voor groote rampen heb ben behoed. De tuinbomvexport verder beperkt. Het Duitsche voorbeeld om maatregelen te nemen tegen het gevaar van besmetting met den Coloradokever heeft in Engeland navolging gevonden. Ook dit land vaar digde in verband met het voorkomen van dezen gevreesden kever in verschillende Europeesche tuinbouwexportlanden, maat regelen uit, waardoor ook de Nederlandsche tuinbouw wordt getroffen. Gelukkig even wel zijn de Engelsche maatregelen minder streng dan de Duitsche, want terwijl Duitschland de grens van het verboden gebied op 50 km van de vindplaatsen trekt, bepaalt Engeland, dat zekere producten (ardappelen, sla, bospeen en bloemkool) niet mogen worden ingevoerd, indien zij afkomstig zijn van den vollen grond en uit streken, gelegen ten Zuiden van een lijn te trekken op 50 km afstands van de Noor delijkste haarden. Van deze haarden had de Plantenziektekundigen Dienst reeds een lijst aangelegd, zoodat men alreeds heeft nagegaan, dat de bedoelde grens ongeveer overeen zal komen met de groote rivieren. Derhalve is het door Engeland verboden gebied van uitvoer aanmerkelijk kleiner dan het gebied dat door de Duitsche ver bodsbepalingen wordt getroffen. En wat vooral van belang is, men verwacht, dat het belangrijke tuinbouwcentrum van het Westland er buiten zal vallen. Verder ken nen de Engelsche maatregelen nog een ver zachtende bepaling, namelijk dat bloem kool en peen, mits ontdaan van blad en loof. buiten het verbod vallen. Het Engelsch-Russische verdrag. Het algemeene bijstandpact tusschen Engeland, Frankrijk en de Sovjet-Unie is thans eindelijk in kannen en kruiken. Lon den heeft al zijn bezwaren tegen een der gelijk algemeen pact tenslotte moeten laten varen en in alle opzichten aan de eischen van Moskou tegemoet moeten komen. Het pact zal voorzien in wederzijdschen steun bij een aanval op een der pacteerenden of op een der gegarandeerde staten. In alle andere gevallen zal onmiddellijk overleg gepleegd worden. Dat het pact van enorme beteekenis is, behoeft wel nauwelijks een nader betoog. Welhaast elke daad van agressie in Europa zal thans op het on middellijk verzet van een uiterst krachtig bloc stuiten. Hoe dit verzet er uit zal zien, is nog niet bekend. Het verdrag moet na tuurlijk nog op een practische basis wor den gesteld, waartoe de medewerking van de militaire deskundigen noodig is. Aldus is Europa weer verdeeld in twee groote blokken en een groep neutrale sta ten, die onder deze omstandigheden de grootste moeite zullen hebben, hun neu traliteit te handhaven. Reeds werden er te Genève pogingen ondernomen, de neutrale leden van den Volkenbond in de pactpoli- tiek te verwikkelen. Ook voor Nederland zal het noodig zijn, zich tegen al dergelijke pogingen, die in de toekomst zeker nog zullen worden ondernomen, te verzetten. Want zoowel de entente als de spil zullen de neutrale staten als een dankbaar jacht terrein beschouwen. De kwestie der Aalandseilanden. Een der weinige belangrijke kwesties, die de Volkenbondsraad te behandelen heeft, is het vraagstuk van de versterking der Aalandseilanden, Finlands z.g. neutrale provincie. Zooals bekend zijn deze strate gisch zoo belangrijke eilanden in de Oostzee bij den ingang van de Botnische Golf na den wereldoorlog aan Finland toegewezen, hoewel de bevolking te kennen had ge geven bij Zweden te willen komen. Jaren lang vormden zij dan ook een twistappel tusschen deze beide staten, maar in den laatsten tijd zijn de betrekkingen aanzien lijk hartelijker geworden, zoo hartelijk, dat Stockholm zelfs zijn bezwaren tegen een militaire versterking van de eilanden heeft laten varen. Dit geschiedde intusschen niet zonder eigenbelang. Om de neutraliteit der Scandinavische landen met succes te kun nen verdedigen, is een versterking van deze strategisch zoo gunstig gelegen eilan den een eerste vereischte. Zou een vijan dige mogendheid er zich van meester maken, dan worden zij tot een pistool op den borst van Zweden en Finland gericht. Intusschen hangt het vraagstuk van de versterking der eilanden niet slechts van Finland en Zweden af. De op de eilanden betrekking hebbende conventie is door vele mogendheden onderteekend. Deze hebben intusschen tot deze versterking reeds hun toestemming gegeven, ook Duitschland, dat in de Oostzee zoo groote belangen heeft, Slechts Rusland maakt nog bepaalde be zwaren. De Russen willen precies weten, wat er op de eilanden gebeurt en daarmede raken zij natuurlijk aan de Finsche mili taire geheimen, die Helsinki uit den aard van de zaak niet prijs wil geven. Men heeft zich thans te Genève genoodzaakt gezien de kwestie voor korten tijd te verdagen. Maar men mag wel aannemen, dat de ver sterking der Aalandseilanden nog slechts kort op zich zal laten wachten. Het nut der maatregelen illusoir Ten slotte heeft ook Noorwegen een soortgelijke verbodsbepaling als Duitsch land en Engeland uitgevaardigd. Overigens is er van de zijde van tuin- bouwdeskundigen reeds op gewezen, dat het nut van maatregelen tegen groenten als overbrengers van den Coloradokever eigenlijk maar heel illusoir is. De kever kan gemakkelijk een afstand van 25 km per dag afleggen en het is dan ook lang niet gezegd, dat hij uitsluitennd wordt overgebracht door de groenten, waarvoor thans verbodsbepalingen zijn uitgevaar digd. Zou men dus werkelijk een doelma- tigen afweer van den Coloradokever willen verkrijgen, dan zou men aldus deze des kundigen feitelijk alle verkeer, ook met treinen, auto's enz. moeten stopzetten. Geven de door Duitschland, Engeland en Noorwegen genomen mataregelen eener- zijds geen voldoenden waarborg tegen be smetting met den Coloradokever, ander zijds gaan zij volgens het oordeel der des kundigen te ver en zijn op geheel wille keurige wijze genomen. Men acht het althans onbegrijpe lijk, waarom sla als overbrenger van den Coloradokever wordt aangemerkt, terwijl het toch bekend is, dat de kever uitslui tend aardappeloof vreet. De door Engeland genomen maatregelen gaan op 1 Juni in en daarmede is ons land dan onderworpen aan dezelfde verbodsbepalingen, die sinds 1930 reeds voor Frankrijk en later ook voor België en Zwitserland golden. Hier van hadden wij overigens indirect reeds den weerslag ondervonden. Want in de ge noemde landen ging men, toen de afzet mogelijkheden op de Engelsche markt wer den beperkt, meer voor de eigen markt werken, met het gevolg dat de Nederland sche tuinbouwexport voor de betreffende producten weer minder kans kreeg in deze landen. OORLOGSSTOF UIT CHINA. Een Londensch oogarts heeft een onder zoek ingesteld naar de herkomst van het stof, dat ons nu en dan merkbaar, doch den meesten tijd zonder dat wij er iets van bespeuren, in de oogen waait en hij is daarbij tot interessante ontdekkingen ge komen. Met behulp van gevoelige appara ten en zeer sterke microscopen slaagde hij er in te constateeren, dat zich onder het stof deeltjes bevinden, die deels niet van aardschen oorsprong zijn, dus afkomstig zijn van meteoren, deels echter een che mische samenstelling bezitten, die het zeer waarschijnlijk maakt, dat zij van een of ander oorlogstooneel afkomstig zijn. Het is volgens zijn meening zoo goed als zeker, dat de in Spanje enkele maanden geleden en in China op het oogenblik nog steeds afgeschoten granaten en andere projectie len stof verwekken, dat door de lucht- stroomingen op zeer groote hoogten wordt meegevoerd, om in ver verwijderde landen, in casu in Europa, neer te komen. PANIEK OM EEN EILAND. In Amerika deden sinds eenigen tijd ver ontrustende berichten de ronde over het eiland Verde, op 100 mijl ten Zuiden van Manilla gelegen. Geologen hebben thans een onderzoek ingesteld naar de juistheid van deze geruchten en zijn daarbij tot de con clusie gekomen, dat het eiland in het ge heel geen kenteekenen van geologische veranderingen, van welken aard ook, ver toont. De Fransche Minister van Bnitenlandsche Zaken Bonnet, de Sovjet-ambassadeur Maisky en Engelands minister van Buitenlandsche Zaken, die te Genève het pact van drie hebben voorbereid. ONZE KAASEXPORT IN GEVAAR. Eigenlijk hadden wij boven dit artikel moeten plaatsen: onze kaasexport in nog grooter gevaar; want de gevaren, waardoor de uitvoer van dit product zich reeds be dreigd ziet, zijn op dit oogenblik niet weinige. Scherpe contingenteeringen in landen, welke vroeger tot onze grootste afnemers behoorden, samengaande met de fabricage van namaak-Nederlandsche kaas in die landen, zijn wel de grootste hinder palen op den weg naar den eertijds zoo belangrijken uitvoer van dit bij uitstek Nederlandsche product. Men kent de nieuwe ramp, welke kort geleden onze kaasexport heeft getroffen: Amerika heeft besloten tot het heffen van compensatierechten op onze zuivelproduc ten, omdat men in de Vereenigde Staten de meening is toegedaan dat wij ons schuldig maken aan „dumping", dit wil zeggen dat wij bij voorbeeld de kaas in Amerika ver- koopen tegen een prijs, liggende beneden den eigen kosterijs in Nederland, hetgeen natuurlijk alleen mogelijk is, wanneer de regeering de kaasfabrikanten steunt. Wij hebben gewezen op de noodzaak om tegen dezen maatregel te protesteeren, daar deze geacht kan worden inbreuk te maken op vroeger te dien aanzien met Amerika gesloten overeenkomsten. Tot een derge lijk protest is onze regeering dan ook in derdaad overgegaan. Zij heeft daarmede in zekeren zin een matig succes behaald, in den vorm van een kleine, door de Ver eenigde Staten gedane concessie. Deze concessie bestaat hierin, dat be doeld compensatierecht niet meer zal wor den geheven van zuivelproducten, die rechtstreeks uit Nederland worden inge voerd en waarbij een verklaring wordt overlegd, dat de Nederlandsche regeering geen premie verstrekt op den uitvoer van zuivelproducten naar Amerika. Wij vreezen echter, dat er op die wijze weinig is bereikt en dat onze uitvoer er weinig of in het geheel geen gunstigen terugslag van zal ondervinden. Er zijn zelfs zakenlieden die voorspellen dat de uitvoer er eer nadeel dan voordeel bij zal hebben. Zij verdedigen hun meening met er op te wijzen dat men tot dusvere op indirecte wijze onze producten in Amerika jcon in voeren, door dit bij voorbeeld via Enge land te doen. Zoodoende verviel de ver plichting om er het compensatierecht op te betalen. Daaraan zai nu echter wel een einde komen door strenger toezicht. Welke landen blijven er dus nu nog over, die voor vrijwel ongehinderden invoer van Nederlandsche kaas in belangrijke hoeveel heden in aanmerking komen? Niet anders dan Engeland en België. En wat dit laatste land betreft, ziet de toesand er ook niet zoo rooskleurig uit, want in het begin van dit jaar heeft men daar bepaalde maat regelen getroffen, waardoor een soort stel sel van invoervergunningen is ontstaan, naar het heet om een einde te maken aan ongewenschte toestanden bij den invoer en den verkoop. Het bestaan van zekere wantoestanden op dat gebied kan inderdaad niet worden ontkend, doch het is de vraag, of men daaraan niet op andere wijze den kop had kunnen indrukken dan door het kiezen van den thans ingeslagen weg, die de vrees wettigt dat de invoer er den beperkenden invloed van zal gaan ondervinden. Dit te meer, daar men tegelijkertijd in België de binnenlandsche productie van kaas aan moedigt. Dit laatste is trouwens ook in En- brekende levensmiddelen komen uit Mantsjoekwo. In Formosa, Kwantoeng en Korea ging Japan reeds voor den wereldoorlog over tot de exploitatie van kolen- en ijzermij nen. Na den wereldoorlog stelde de hoog ontwikkelde industrie nieuwe enorme eischen. De verovering van Mantsjoekwo bracht Japan nieuwe kolen- en ijzervoor- raden, die overigens niet groot genoeg zijn om de behoeften van het moederland to dekken. De kolonisatie van Mantsjoekwo is een mislukking gebleken; de Japanners konden aan het klimaat niet wennen. De huidige strijd in China gaat om af zetgebieden en grondstoffen. Ruimte voot zijn bevolkingsoverschot kan Japan in hel dichtbevolkte China (450 millioen inwo ners) echter niet vinden. Men maakt er in Japan geen geheim van, dat men bij hel zoeken naar koloniale gebieden naar hel zuiden kijkt, waar de Japanner gemakke lijk kan aarden. Bovendien lokken ooh daar vele grondstoffen: de Philippijnen mei hun vele ertsen, ons Indië met zijn petro leum en tin. Als groot kolonisatiegebied lokt dt Japanners verder het groote Australië, dal bovendien Japans grootste wolleveran cier is Het Japansche gevaar is op het oogen blik veel reëeler dan eenige jaren geleden Reeds staan de Japs in Zuid-China, steeds meer schuiven zij hun bases in de richting van onze koloniën. Onder deze omstandig heden is inderdaad geen offer voor de de fensie te groot PICCARD IN EEN GLAZEN KOGEL Professor Piccard, die nog steeds zijn tocht naar de diepte van den oceaan, waar voor veel belangstelling bestaat, aan '1 voorbereiden is, heeft thans besloten eet glazen kogel te construeeren. Volgens zijt berekeningen kan het glas een druk vat 1500 atmosfeeren weerstaan, hetgeen be- teekent, dat de kogel een diepte van 15.00C meter kan bereiken. Dit bericht mag misschien verwonderen, doch een feit is het, dat de moderne tech niek de weerstand van het glas zoodanig heeft weten te verhoogen, dat men het vooi de meest uiteenloopende doeleinden kat gebruiken. Zoo b.v. fabriceert Amerika glas. dat „kogelproof" is en men kent zelfs „veiligheidsglas", dat voor autobanden wordt gebruikt. In elk geval zijn volgens den heer Piccard de waarnemingsmogelijk heden in de diepzee in een glazen kogel gunstiger dan in een stalen kogel mei vensters. „MISS EIFELTOREN" GEZOCHT. Zooals bekend viert de Fransche hoofd stad dit jaar het gouden jubileum van dei Eifeltoren. Reeds lang is een feestcommis sie gevormd en deze commissie heeft ei zich het hoofd over gebroken hoe men d« Parijzenaars en de vreemdelingen, die de hoofdstad des lands bij die gelegenheid zullen bezoeken, het best amuseeren kan. Tenslotte kreeg een der commissieleden een lumineus idee dat algemeen bijval vond. Men zal te Parijs een „Miss Eifel toren" benoemen een variatie dus op d* verkiezing van een schoonheidskoningin, welke nog altijd elk jaar in Frankrijk plaats vindt. De dames, die willen dingen naar den titel van „Mademoiselle Tour Eifel" zullen een lengte van minstens 1.80 moeten hebben. Dit waarschijnlijk om de lengte van den toren een beetje nabij t< komen. CORDELL HULL. In Amerika woedt op het oogen blik een strijd om de z.g. neutrali- teitswet. Men wil en maakt daar ook geen geheim van deze aan passen aan de behoeften van de Europeesche democratiën. Zoo juist heeft Huil nu een aantal wijzigingen voorgesteld, waarvan de belangrijk ste voorziet in een afschaffing van het wapenembargo. Het blijft intus schen nog de vraag, of het Congres zich met deze wijzigingen zal ver eenigen. Wel is de groep der isola- tionisten in de laatste jaren afge brokkeld, maar zij is toch nog zeer machtig. Anderzijds zullen de leiders van het land alles in het werk stellen om de door hen gewenschte herzie ning van de neutraliteitswet tot stand te brengen. Want Roosevelt en Huil meenen, dat het voor Amerika op den duur toch niet mogelijk zal zijn, terzijde van de groote conflicten te staan. Huil, op het oogenblik een rustige twee-en-zestiger, die de ge- heele buitenlandsche politiek van de V.S. in handen houdt, noemde nog dezer dagen in een redevoering te Chicago de isolatiepolitiek voot de Vereenigde staten een rampspoedige illusie. Huil waarschuwde er de Amerikanen voor, dat, als men de isolatie tot haar uiterste consequen tie zou willen voeren, dit een wijzi ging van het nationale leven zou noodig maken op een dergelijke schaal, dat op vrijwel ieder gebied reglementeering onvermijdelijk zou zijn. Intusschen winnen de inzichten van Roosevelt en Huil. naar men uit de Amerikaansche bladen kan op maken, dagelijks veld. En zoo wordt Amerika tot een factor, waarmede men in Europa terdege rekening zal moeten houden. geland het geval. Neen bemoedigend zijn de vooruit zichten niet voor onzen kaasexport. WAAROP NEDERLAND IN HET VERRE OOSTEN BEDACHT MOET ZIJN. Terwijl men in Nederland nog beraad slaagt of men al dan niet tot den bouw van slagkruisers zal overgaan, schijnt men daaromtrent in Engeland reeds zekerheid te hebben. Kondigde niet dezer dagen een der grootste Londensche bladen als een vaststaand feit den bouw van drie of vier groote oorlogsbodems door Nederland aan? caHivfcn /ut (ic. JA P KEIZERRIJK 150 MIL Men is aan de overzijde van de Noordzee wel eens wat voorbarig. Maar zooals al gezegd, inderdaad houdt onze regeenng zich bezig met een uitbreiding van onze vloot, die, gezien de omstandigheden in het Verre Oosten, ook hoog noodig is. Zeker, de bouw van slagschepen is een kostbare aange legenheid en voor vele kleine volken zelfs een onmogelijk iets. Maar een ieder, die weet, wat er in Indië op het spel staat, zal moeten toegeven, dat hier niet voor offers mag worden teruggedeinsd. Beschouwen wij de situatie in het Verre Oosten eens wat nader Japans minister- preident Hiranoema heeft als Japans doeleinden in den strijd om China genoemd de vestiging van Japansche ondernemingen in het Hemelsche Rijk en de versterking van het imperium. Daarnaast gelooft Japan dan nog een „Aziatische zending" te heb ben. „Azië voor de Aziaten" is de leuze van Tokio en men denkt daarbij natuurlijk: onder Japansche leiding. Wil het zijn „zen ding" vervullen, dan moet het zijn impe rium vergrooten. Het moet koloniale ge bieden veroveren en voor zijn industrie grondstoffen en markten ontsluiten. Japan gaat gebukt onder een enorme overbevol king (1167 menschen op een vierkanten kilometer), terwijl de bodem van het Japansche moederland arm is. Grondstof fen ontbreken zoo goed als geheel en on danks de enorm ontwikkelde visscherij kan hot inr-a rieh ik i o«r}«n De ont-

Historische kranten - Archief Eemland

Soester Courant | 1939 | | pagina 4