f
De Internationale toestand
IN DE AFGELOOPEN WEEK
Deze week
IN NEDERLAND
f
v
Het Portret
VAN DE WEEK
De Wereld
IN KAART
*3 ::ZAALAWttr-
fe FINLAND
DUITSCHLAND
Berfljn
POLEN
o
De spanning blijft voortduren, bin
nen en buiten Europa. Twee factoren
bepalen die spanning; in het oude
werelddeel is het de nog altijd niet
opgeloste kwestie Dantzig, daarbui
ten is het de moeilijkheid in het
Verre Oosten, waar Japanners en
Engelschen met elkaar in conflict
kwamen. Daar is het ten slotte ge
bleven bij een uittartende houding
van Japansche zijde en het heeft er
allen schijn van dat door overleg
moeilijkheden de wereld uitgeholpen
worden. Al met al blüft de zenuw-
sloopende spanning, de vrees voor
de oorlogsdreiging onverminderd
voortduren. Weliswaar moet gezegd
worden dat de toestand internationaal
bekeken minder verward is dan
enkele maanden geleden, maar boe
duidelijker de lijnen van voor en
tegen in een eventueel komend ge
wapend conflict zich gaan afteeke-
nen, hoe scherper de tegenstellingen
ook worden.
Hoe belangrijk de moeilijkheden ook
mogen zijn in het Verre Oosten, het meeste
belang boezemt ons toch de kwestie Dant
zig in, omdat deze zooveel dichter bij een
bedreiging vormt van den vrede. Want wij
staan hier voor een probleem dat nauwe
lijks oplosbaar is zonder dat een van beide
belanghebbende partijen voor het hoofd
gestooten wordt en zich door een beslis
sing, hetzij in den eenen, hetzij in den
De Kabinetscrisis.
De laatste poging van dr. Colijn om de
meeningsverschillen in het Kabinet te
overbruggen en de zoo noodige homogeni
teit tot stand te brengen, heeft niet mogen
baten. De sociale politiek, in nieuwe banen
gevoerd en steeds grooter bedragen van de
schatkist vergend, is het voornaamste
struikelblok geworden, dat het Kabinet tot
heengaan noopte. Durfde minister De Wilde
de verantwoording voor de overbelaste be
grooting al niet aan, dr. Colijn verging het
nu niet anders. Wel hadden volgens de
verklaring van den minister-president in
antwoord op de communistische interpel
latie in de Kamer de Kabinetsleden hun
medewerking toegezegd, om het gestelde
doel, de begrooting van 1940 sluitend te
maken, te bereiken, doch toen het op stuk
van zaken aankwam, bleek geen der minis
ters bereid, zijn begrooting zoodanig te be
snoeien, dat het verwachte tekort zou zijn
weggewerkt en ook de andere mogelijkheid
bezuinigen op andere posten heeft
klaarblijkelijk niet tot het gewenschte re
sultaat geleid. Bij schrijven van 29 Juni
boden de ministers aan H.M. de Koningin
hun ontslag aan. H.M. nam het verzoek in
beraad en verzocht den ministers zich met
de behandeling en zoo mogelijk afdoening
der loopende zaken te blijven belasten. Den
volgenden morgen ontving H.M. dr. Colijn
op het Paleis Soestdijk, waar den afge
treden premier opdracht werd verleend tot
vorming van een nieuw Kabinet. Wanneer
dit overzicht in druk verschijnt, zal waar
schijnlijk reeds bekend zijn, of dr. Colijn
in deze opdracht geslaagd is. De mogehjk-
heid van een vijfde Kabinet-Colijn is na
tuurlijk, zoolang dr. Colijn de opdracht niet
heeft teruggegeven, niet uitgesloten.
De „Oranje" heeft voldaan.
De driedaagsche proeftocht van het
nieuwe motormailschip „Oranje" van de
ZIJN CHAMBERLAIN EN ROOSE-
VELT FAMILIE VAN ELKAAR?
Een Londensch genealoog heeft een
opzienbarende ontdekking gedaan,
die zoowel in Engeland als in de
Vereenigde Staten het gesprek van
den dag is. Na jaren van zoeken en
speuren in oude archieven en regis
ters is het hem gelukt verwantschap
lusschen den Britschen premier
Chamberlain en den Amerikaanschen
president Roosevelt aan te toonen.
De beide staatslieden moeten neven,
zij het slechts in de achtste graad
zijn.
Zoowel Chamberlain als Roosevelt
stammen volgens dezen genealoog af
van Koning Edward I van Engeland,
die van 1272 tot 1307 regeerde. Pre
sident Roosevelt moet bovendien
nog verwant zijn met een ander
Amerikaansch staatshoofd, namelijk
met John Quincy Adams. De juist
heid van de beweringen van den
Londenschen stamboom vorscher moet
intusschen nog.worden aangetoond.
anderen zin, tekort gadaan gevoelt. Wordt
voldaan aan den wensch van de Dantzi-
gers, namelijk aansluiting bij het Groot-
duitsche Rijk, dan zal Polen zich in zijn
levensbelangen geschaad zien; dit land zou
zich in een dergelijk geval natuurlijk be
roepen op de bepalingen van den Volken
bond. Het gaat hier niet om het afstaan
van een niet eens zoo groot gebied, maar
aansluiting van Dantzig bij Duitschland
beteelcent voor Polen het opgeven van zijn
verbinding met de Oostzee. Ook al heeft
Polen weinig meer te zeggen in de Vrije
Stad, toch kan het met dezen stand van
zaken desnoods vrede hebben, omdat
Duitschland aan de eene zijde van de Cor
ridor en een klein staatje als Dantzig aan
de andere zijde voldoende waarborgen
biedt voor het bestaan van de Poolsche
haven Gdynia. Maar indien ook Dantzig
Duitsch wordt, zal de slechts enkele tien
tallen kilometers breede Poolsche Corridor
naar de Oostzee gemakkelijk kunnen wor
den toegeknepen, hetgeen voor Polen waar
schijnlijk de grootste handicap zal zijn, die
men het land zou kunnen bezorgen.
Weinig opbeurende vooruitzichten.
En zijn verscheidene op zichzelf niet zoo
belangrijke feiten, die er op wijzen dat
door de politici de toestand voor de
komende weken als zeer ernstig wordt be
schouwd. De Engelsche militairen zijn ver
vroegd met verlof gegaan en moeten zich
voor het begin van Augustus allen gereed
houden, Italië kondigt manoeuvres in de
Povlakte aan op ongekend groote schaal,
Daladier heeft geen hoopvolle berichten
kunnen geven in zijn jongste rede, Duitsch
land is bezig in versneld tempo zijn oogst
binnen te halen; er gaan geruchten over
belangrijke Poolsche troepenbewegingen
Stoomvaartmaatschappij Nederland is een
volledig succes geworden. Alle machine
installaties in het schip van onder tot boven
werden aan zeer strenge krachtproeven
onderworpen en alle bleken zij aan de
gestelde verwachtingen te voldoen. De
proeftocht werd voor het grootste deel
voor de kust van Schotland gehouden,
waar ook de gemeten mijl werd gevaren.
Daarbij werd een snelheid van 26.3 mijl
per uur gemaakt, terwijl een dienstsnel-
heid van 21 mijl was gecontracteerd. Dit
beteekent, dat de Oranje niet alleen het
snelste Nederlandsche koopvaardijschip is,
doch zelfs het snelste motormailschip ter
wereld. Beantwoordt het schip dus in tech
nisch opzicht aan de gunstigste verwach
tingen, ook uit aesthetisch oogpunt is het
een buitengewoon geslaagd geheel gewor
den, waarvan de honderden gasten in de
drie dagen, die de proeftocht duurde, ten
volle hebben kunnen genieten. Vele be
kende kunstenaars hebben ertoe bijgedra
gen de salons, eetzalen, rookkomers, bars
en andere verblijven in alle klassen tot
doelmatig ingerichte en smaakvol versierde
ruimten te maken, waarin de lange reis
naar het Verre Oosten den passagiers geen
oogenblik lang zal vallen.
H.M. de Koningin in Den Bosch.
Nadat Zeeland de vorige week de eer
van Vorstelijk bezoek had genoten, was
thans de beurt aan Noord-Brabant. H.M.
de Koningin bracht een bezoek aan de
hertogelijke stad ter gelegenheid van de
aldaar gehouden tentoonstelling Het Neder
landsche Trekpaard. Duizenden en duizen
den waren samengestroomd om deze niet
alledaagsche gebeurtenis mee te maken. De
grootste drukte concentreerde zich om het
demonstratieterrein, waar de aan den
prijskamp deelnemende paarden werden
voorgereden voor de keuring. Aan den in
gang van het demonstratieterrein stonden
bazuinblazers opgesteld, die H.M. met een
vroolijke fanfare ontvingen en toen de
koninklijke auto voorreed, was het gejuich
niet van de lucht. Voor enkele inzenders
is deze dag waarschijnlijk wel een onver
getelijke in hun leven geworden, want
eenigen van hen, wier paarden een prijs
hadden gewonnen, genoten het voorrecht
deze uit handen van H.M. persoonlijk in
ontvangst te. mogen nemen.
Ook Brabant tegen luchtaanvallen
beschermd.
De organisatie van de beschermings
maatregelen tegen luchtaanvallen maakt
iedere week nieuwe vorderingen. Thans is
ook Noord-Brabant als laatste in de rij der
Zuidelijke provincies met deze organisatie
gereed. De Commissaris der Koningin in
deze provincie heeft de geheele provincie
in intercommunale luchtbeschermingskrin
gen verdeeld. In elk dezer kringen werd
een der burgemeesters uitgenoodigd de
leiding te nemen van de onderlinge be
sprekingen, welke tusschen de verschil
lende gemeenten worden gehouden. In af
wachting van deze intercommunale be
sprekingen werd den burgemeesters en ge-
meentegeneesheeren in overweging ge
geven, reeds hun gedachten te laten gaan
over de keus van een of meer gebouwen
in hun kring, die kunnen worden aange
wezen als herstellingsoord voor hen, die
bezwaarlijk thuis kunnen worden verpleegd
en anderzijds niet ernstig genoeg zijn aan
getast, om eigenlijke ziekenhuisverpleging
noodig te hebben.
langs de grens, Dantzig schijnt geducht
versterkt te worden door Duitsche soldaten.
Hoe optimistisch men ook in de toekomst
zou willen kijken, wie nuchter de realiteit
van de feiten ziet, is thans op zijn hoede.
De mogelijkheid is helaas niet uitgesloten
dat de geschiedenis van precies vijf en
twintig jaar geleden zich zal herhalen.
Realiseert men zich daarbij de woorden
van den Duitschen minister Goebbels, die
zich over Chamberlain wel op een zeer on-
heusche manier heeft uitgelaten in zijn vele
redevoeringen van de laatste dagen en
daartegenover de scherpe uitlatingen van
Halifax en Churchill, dan blijkt wel
duidelijk dat aan de verstandhouding
der staatshoofden en politici wel het
een en ander ontbreekt. Elke provo
catie in daad of woord beteekent een be
dreiging van den vrede. Het gebruiken van
groote woorden is als het spelen met vuur.
Een vonkje is voldoende om het volgende
oogenblik het geheele kruithuis in de lucht
te doen vliegen.
In de Britsch-Russische besprekingen zit
nog altijd weinig schot. Is het toe te schrij
ven aan een zekere mate van wantrouwen,
waarmede de Russen de Britten beschou
wen of aan de te weinig aanlokkelijke aan
biedingen, die Engeland gedaan heeft, dat
men zoo slecht tot resultaten kan komen?
Frankrijk staat sedert jaren op beteren
voet met Rusland het heeft daarmede
een verdrag en het schijnt de collega's
in Londen terdege gewaarschuwd te heb
ben voor een dergelijke houding tegenover
de Russen. Trouwens de Engelschen ver-
keeren over het geheel beschouwd in een
benarde positie. Er wordt veel gevergd
van het Engelsche geduld en er is slechts
een schrede voor noodig om deze duldende
houding toe te schrijven aan zwakheid. De
Engelsche eer is in het Verre Oosten aan
getast op een wijze, die alle beschrijving
tart. Maar zelfs dat heeft hen er nog niet
toe kunnen verleiden uit hun tent te ko
men, hetgeen klaarblijkelijk de bedoeling
van de Japanners is geweest. Er worden
nu besprekingen aangekondigd en het heet
zelfs dat de Japansche minister van Bui-
tenlandsche Zaken Araki zeer onder den
indruk was van het gebeurde in Tientsin
en opdracht heeft gegeven dat geen En-
gelschman meer op een hem onwaardige
wijze mag worden behandeld.
DE BUITENLANDSCHE BELANGEN
IN CHINA.
Volgens een schatting van het Ameri-
kaansche ministerie van handel uit het
jaar 1931, dus bij het begin van de Japan
sche invasie, beliepen de Britsche inves-
teeringen in China 1189 millioen gouddol
lar. Onmiddellijk daarop volgde Japan met
1137 millioen dollar, terwijl op de derde
plaats Rusland kwam met 273 millioen en
pas daarna de Vereenigde Staten met 197
millioen en Frankrijk met 192 millioen
dollar. Men moet zich deze cijfers voor
oogen houden om te begrijpen, welke rol
de locale component in de houding der
groote mogendheden tegenover de jongste
Japansche agressie speelt. Van de niet-
Japansche buitenlandsche investeeringen
in China zijn 60 pet. Amerikaansch en 10
pet. Fransch. Dat men in Parijs en Wash
ington de onwikkeling van de gebeurtenis
sen in het Verre Oosten mèt zooveel min
der opwinding volgt dan te Londen, vindt
tot op zekere hoogte zijn verklaring in
dit feit.
Uit het Parlement.
Ook de Kamer stond in het teeken van
de Kabinetscrisis. Zij kwam bijeen voor
het behandelen van twee interpellaties,
namelijk een van N.S.B.-zijde over de sta
kingen bij de werkverschaffingen en de
ander, merkwaardig genoeg van den lijn
recht tegenovergestelden kant, een com
munistische, namelijk over het regeerings-
beleid in verband met den internationalen
toestand. Een binnengekomen brief vai. den
voorzitter van den ministerraaa met de
mededeeling, dat het Kabinet ontslag had
genomen, bereidde echter een onverwacht
einde van de zitting, nog voor er iets be
handeld was. Beide onderwerpen werden
van de agenda afgevoerd en de Kamer
ging uiteen, nadat de zitting tot nader
order was verdaagd.
De „kleine man" heengegaan.
Het Nederlandsche cabaret, niet overrijk
aan markante figuren, heeft een gevoelig
verlies geleden door het heengaan van den
bekenden voordrachtskunstenaar Louis
Davids. Reeds herhaaldelijk moesten de
talrijke bewonderaars van den populairen
zanger en caberetier in den laatsten tijd
de humoristische voordrachten van den
zanger van het „lied van den kleinen bur
german" missen, want al sedert September
1937 was Davids ongesteld en moest hij
rust houden. Thans zal zijn humor, die
nooit in platheid ontaardde en die beste
bewijs, dat zij een geheel eigen cachet had,
door tal van andere voordrachtskunste
naars werd geïmiteerd, nooit meer een
volle zaal doen daveren van het lachen,
noch door den aether in duizenden huis
kamers worden gebracht. Hoe talrijk zijn
gehoor was het is in dezen tijd van
radio niet bij benadering te schatten, doch
zeker zullen duizenden in den lande zijn
rake typeeringen van „kleine luyden"
noode missen.
1MMUNISATIE TEGEN MOND- EN
KLAUWZEER.
Na jarenlange proefnemingen hebben de
Duitsche geleerden prof. Waldmann en dr.
Köbe op het eiland Riems zooals men weet,
een actieve immuniseeringsmethode tegen
mond- en klauwzeer ontwikkeld, waardoor
de behandelde dieren de geschiktheid ver
krijgen zelf afweerstoffen te vormen, die
hen tegen niet al te virulente besmettingen
beschermen. De methode berust hierop,
dat men de dieren den verwekker van het
mond- en klauwzeer in zóó verzwakten
vorm inspuit, dat het niet tot de ziekte
komt, zoodat de dieren er ook geen huider
van hebben, terwijl ze voor minstens drie
maanden geïmmuniseerd zijn tegen niet al
te groote hoeveelheden besmettingsstof.
Van belang is ook, dat de op deze wijze
ingeente dieren andere, niet ingeente met
besmetten, dus niet tot verbreiding van
het mond- en klauwzeer aanleiding kunnen
geven. De immuniteit begint reeds 6 dagen
na het enten en heeft 12 a 14 dagen daarna
haar volle kracht bereikt. De behandeling
zelf vraagt weinig werk; een veearts kan
met twee helpers dagelijks 300, wellicht
zelfs nog meer dieren behandelen. In
Duitschland zijn tot einde 1938 reeds
572.000 runderen op deze wijze behandeld.
Voor zoover mogelijk stelt Duitschland het
serum ook ter beschikking van andere
landen.
ZUIVELEXPORT-WEE.
Onze boeren en zuivelfabrieken moeten
zoo langzamerhand wel den indruk krij
gen, dat Nederland overal de weinig be
nijdenswaardige rol wordt toebedeeld van
den man, die de klappen krijgt. Hoe kan
men het anders noemen, wanneer men na
gaat hoe Amerika kort geleden onzen kaas-
export heeft getroffen wat wij ons rus
tig hebben moeten laten welgevallen
terwijl thans het Britsche Rijk geen beter
bewijs van zijn genegenheid voor Neder
land weet te geven, dan onzen invoer van
melkproducten een nekslag toe te brengen?
Wij laten de vraag in het midden, of ons
betreffende departement alles in het werk
heeft gesteld, om den slag af te wenden.
Wij mogen aannemen, dat dit inderdaad
is geschied. Maar hoe is het dan te ver
klaren, dat Denemarken er veel genadiger
is afgekomen dan Nederland?
Men kan zich gemakkelijk voorstellen,
dat Nederland in een ongunstige positie
verkeerde tegenover de Engelsche koloniën
en Dominions. Dit is zeer begrijpelijk, al is
het een schrale troost. Doch hoe staan wij
tegenover een van onze voornaamste con
currenten op de Engelsche markt: Dene
marken? Nederland heeft een veer moeten
laten een veer die, goed berekend, neer
komt op een vermindering van 25
zegge één kwart van onzen uitvoer van
melkproducten naar Engeland in 1938.
Daarbij vergeleken heeft Denemarken
niet meer verloren dan een veer„tje". Wij
willen er nu nog maar over zwijgen, dat
Denemarken in de afgeloopen jaren onder
wat men heeft betiteld als „gentlemen's
agreements", er veel beter is afgekomen
dan Nederland. Wij constateeren alleen,
dat deze gedragslijn ook onder de nieuwe
regeling wordt voortgezet.
Hebben onze melkveehouders, die door
een en ander opnieuw gedupeerd zijn, niet
het recht om te vragen, of er van Neder
landsche zijde geen voordeeliger voorwaar
den te bedingen zouden zijn geweest?
Engeland beperkt den invoer van melk
producten. Dat is zijn zaak en zijn recht.
Doch het is ónze zaak en öns recht, van
onze officieele instanties te verlangen, dat
zij alles doen wat in hun macht staat, om
te voorkomen, dat juist ons land, onze
zuivelproducten en onze uitvoer het kind
van de rekening worden. Naast het alge-
heele verbod van invoer van room treft
ons ook nog het verbod van den invoer
van volle melkpoeder. Niemand zal het een
pleister op de wond noemen, dat Neder
land een contingent van 12.000 hundred-
weights karnemelk- en weipoeder wordt
toegestaan overigens producten van be
perkt belang wanneer bij nadere be
schouwing aan het licht komt, dat dit
kwantum.... nog niet eens de helft ver
tegenwoordigt van wat wij in het vorige
jaar aan deze goederen naar Engeland heb
ben mogen exporteeren
En wat zal er van de prijsafspraken te
recht komen? Laat men zich, door onder
vinding geleerd, daarover niet te veel illu
sies maken!'
Wie is in laatste instantie „de man, die
de klappen krijgt Natuurlijk de Neder
landsche boer. Waar moet hij heen met
zijn overtollige melkproducten? Ook dit is
een vraag, waarop het moeilijk zal vallen,
hem antwoord te geven. Maar men zou hem
ten minste kunnen inlichten over het hoe
en waarom van het feit, dat hij alweer
getroffen wordt.
DE BRANDHAARD VAN EUROPA.
In een eventueel komend conflict zal de
Oostzee met de landen die daaromheen
liggen een belangrijke rol spelen. Uit den
aard der zaak, door de Noordelijke ligging,
heeft de Oostzee zich in militair en econo
misch opzicht nooit zoozeer mogen verheu
gen in de belangstelling als de Middel-
landsch Zee, die van nature het middel
punt is van de Oude Wereld. Maar in een
oorlog, als die onverhoopt mocht uitbreken,
zullen de zaken ietwat anders staan.
Wie zijn blik laat gaan over de kaart
van de Oostzee, zal zien, dat haar golven
de kusten van verscheidene landen en
landjes bespoelen. Daar is in de eerste
plaats Denemarken, dat onlangs met
Duitschland een non-agressiepact sloot;
voor het overige strekt zich langs de
Westelijke zijde over een respectabele
lengte het Zweedsche rijk uit. In dit ver
band moeten wij aandacht schenken aan
de Aalandseiianden, die een ware sleutel
positie vormen in het Oostzeegebied, juist
ten opzichte van Zweden. Een Zweedsche
autoriteit heeft zich onlangs over dezen
archipel aldus uitgelaten, dat onversterkte
Aalandseiianden gelijk staan met een pis
tool, genrht op de borst van Zweden. Van
daar dat dit land, gezamenlijk met Fin
land, een voorstel bij den Volkenbonds-
GAMELIN OPPERBEVELHEBBER
VAN HET FRANSCHE LEGER.
Hoe men ook over den algemeenen
toestand moge denken het minste,
wat men -er van zeggen kan, is wel,
dat deze in hooge mate verontrustend
blijft. Hoewel men natuurlijk de hoop
blijft koesteren, dat ondanks alle
bedenkelijke voorteekenen de vrede j
bewaard zal blijven, is de internatio
nale spanning de laatste dagen
weder toegenomen.
Als een veelbeteekenend bewijs
daarvan moet de terugkeer van gene
raal Gamelin, opperbevelhebber van
het Fransche leger, worden aange
merkt.
Zooals men uit de berichten in de
bladen weet, heeft deze generaal een
inspectietocht gemaaKt in de Alpen,
waar hij een buitengewoon gunsti- I
gen indruk heeft gekregen van de
troepenmacht aldaar. Hij liet zich f
lovend uit over den goeden geest,
welke onder deze mannen heerscht,
„die Frankrijk beschouwt als de
vooruitgeschoven posten van den
Europeeschen vrede".
Het had .oorspronkelijk in de be
doeling gelegen dat de generaal na t
dezen inspectietocht een bezoek zou
hebben gebracht aan het eiland Cor-
sica, om hier het gevoel van saam-
hoorigheid met het Fransche moe
derland te versterken. De gebeurte
nissen van de laatste dagen hebben
er echter toe geleid, dat van dit laat
ste deel van den tocht werd afgezien.
Hoewel dit niet met zooveel woor
den wordt erkend, ziet men hierin
(in Frankrijk tenminste) vrij alge
meen het bewijs, dat de regeering
zich op alle eventualiteiten wenscht
voor te bereiden. Wat hiervan waar
is, wordt niet aan de openbaarheid
prijs gegeven; doch het feit op zich
zelf draagt er niet toe bij, om de
verontruste gemoederen te kalmeeren
VX
den. De Volkenbond heeft, gelijk men weet,
het voorstel voorloopig van de hand ge
wezen door het op de lange baan te schui
ven. Maar gezien de internationale span
ning zullen Zweden en Finland niet stil
zitten, omdat deze versterkingen te elfder
ure wel eens als mosterd na den maaltijd
konden komen. Immers, onophoudelijk
dreigt uit het Oosten het gevaar van
Sovjet-Rusland. Men weet niet nauwkeu
rig wat dit groote rijk wil en nog minder
wat het kan; daarom zijn voorzorgsmaat
regelen, zooals de Zweedsche en Finsche
autoriteiten die wenschen, als preventiet
zeer begrijpelijk.
Dan zijn er de randstaten: Estland, Let
land en Litauen. De eerste twee staatjes
hebben het non-agressie-pact met Duitsch
land eenigen tijd geleden onderteekend. bij
welke gelegenheid zooveel over deze kwes
tie is geschreven, dat wij er hier niet die
per op behoeven in te gaan.
En last but not least Oost-Pruisen, d<t
Vrije Stad Dantzig, Polen met zijn smalleri
corridor en Duitschland. Uit onze opsom
ming is al gebleken, hoeveel landen bij
een gewapend conflict in de Oostzee on
middellijk betrokken zouden worden en
reeds hierdoor wordt het belang van de
gebeurtenissen daar voldoende onder
streept.
Gezicht op Dantzig. Van links naar rechtsde torens van de Catharinakerk,
de Mariakerk, het Raadhuis, de Artushof en verder de Johanniskerk.
raad heeft ingediend om de bepalingen
van de Conventie van 1921, waarbij vast
gesteld werd, dat de Aalandseiianden nie?
versterkt mochten worden, te wijzigen io
dien zin dat fortificaties, bedoeld voor dt
verdediging, wel getolereerd zullen wor-
EILAMEN- Mujtk
liïfroonstdd
eningred
Stockholm
Reveil'"
ESTLAND
A, V?'SW
'{''LETLAND
Kopenhagen^
- <V
[•LITAUEN
Kowtio.
O
Warschau
°0 joo
H Km