Waar grenzen liggen van staal
C>n \^C>tC\T\ Menschen als mollen verschanst in
Cll UtCLiJIl onderaardsche gangen
.M
/i
Aan weerszijden van de grens, die
Duitschland en Frankrijk scheidt,
liggen versterkingswerken, zooals
een vorig geslacht die niet gekend
heeft. De wijze van oorlogvoeren is
trouwens ook belangrijk veranderd.
Zoowel Westwal als Maginotlinie,
welke zich langs de grens uitstrek
ken, zijn van dié gewijzigde oor
logsvoering 't sprekend getuigenis.
Een speciale medewerker bezocht
h$t gebied en geeft in onderstaand
artikel een uitvoerig exposé van
hetgeen hij zag en deelt verder tal-
looze belangwekkende bijzonderhe
den mede, die hoezeer zij ons voor
stellingsvermogen ook te boven
mogen gaan, den lezer althans eeni-
gen indruk kunnen geven van de-ze
hypermoderne versterkingen, die
voor het grootste deel onder het
aardoppervlak liggen en voorzoover
zij er boven uit steken, meesttijds
uitstekend gecamoufleerd werden.
Wie van een versterking slechts den sta-
En koepel ziet, die boven den grond uit-
iteekt, zal gemakkelijk geneigd zijn te zeg-
{en: „och, een kleinigheid". Maar wie dit
jezien heeft, voordat de aarde er om en
>ver heen geworpen werd, hij zal van deze
vaanidee genezen zijn. Meestal ter hoogte
jan een huis staat in een kuil-, soms vijf-
;ien tot twintig meter diep, een betonnen
plok en daarboven steekt de stalen koepel
uit, die op het eerste gezicht den indruk
maakt van een grooten molshoop. En in
dat beton schuilt de kracht van de vesting.
Als een corset zijn ter versteviging door
het beton stalen draden gelegd, zoo dicht
op elkaar, dat het er den schijn van heeft
dat meer ijzer dan beton gebruikt werd.
Maar ook in dezen koepel schuilt heel wat.
Het gewicht bedraagt meestal meer dan
honderd ton en wanneer men vele bruggen,
die onderweg gepasseerd moesten worden,
niet van te voren versterkt had, waren ze
[Waarschijnlijk onder deze enorme lasten
bezweken.
Potlood, papier en rekenlineaal.
Het was dus den 26sten Mei 1938 dat Hit-
Ier het bevel gaf om met de werkzaamhe
den voor den Westwal een aanvang te ma
ken. Natuurlijk was wel eenige arbeid van
te voren verricht. Op vele plaatsen had
de Generale Staf reeds in 1937 de terrei
nen, die voor versterkingen in aanmerking
kwamen, onder de loupe genomen en zoo is
eigenlijk reeds in datzelfde jaar het werk
begonnen. Men had zich toen echter de
aanleg van den Westwal gedacht over vele
jaren verdeeld. Mei 1938 werd het com
mando gegeven dat alle werkzaamheden op
een zoo kort mogelijke termijn gereed
moesten komen. En inderdaad slaagden de
Duitsche ingenieurs onder leiding van den
vestingbouwkundige Dr. Todt er in om den
In de onder
aardsche gan
gen van den
Westwal, die
de verbinding
tot stand bren
gen tusschen
de verschillen
de versterkin
gen.
zeggen hoeveel materiaal wij noodig zou
den hebben. Op onze afdeeling moesten
ongeveer duizend kleine versterkingen ge
bouwd worden. En toen kwamen de ge
tallen op papier, getallen waarbij ons hart
even stilstond: eenige honderdduizenden
tonnen cement, 50.000 kubieke meter hout,
de maandeiijksche ijzerproductie van lan
den van middelbaren omvang, tienduizen
den arbeiders, wagens, bouwmachines,
werktuigen en wat niet al. Bij een dergelijk
uit den grond gestampt bedrijf, dat dage
lijks op een klein kopstation zeven tot acht
kilometer wagons moest afladen, was vol
gens de gebruikelijke methoden niets te
beginnen. Eerst moesten wij a 1'improviste
het bedrijf opzetten; er moest beton ge
maakt worden in enorme hoeveelheden, de
een leger op af zal stormen; de leek zou
meenen, dat zij neergemaaid zouden wor
den als vliegen.
Duivelsche prikkeldraadversperringen loo-
pen onafgebroken door de dalen, over de
steile hellingen van den Neder Rijn tot de
Zwitsersche grens. Deze versperringen wor
den bij dreigend gevaar zoo hevig door het
geschut van de koepels onder vuur geno
men, dat hier eenvoudig geen doorkomen
aan schijnt. Elk stuk van de veldartillerie
is op een bepaald deel van de hindernissen
gericht, evenzoo op een bepaald gedeelte
van het zich voor den wal uitstrekkende
terrein. Bij de stukken geschut van zwaar
kaliber liggen geheel uitgewerkte schietta-
bellen, sedert den dag dat de vesting ge
reed kwam. Men heeft terdege overwogen
hoe en vanwaar de vijand zou kunnen aan
vallen en dienovereenkomstig zijn maatre^
gelen getroffen. De artilleriecommandant
van een afdeeling behoeft hier slechts op
een knopje te drukken om den Westwal
onbereikbaar te maken door een regen van
kogels. En daardoor zal zelfs de meest
drieste vijand niet kunnen heenbreken. Te
bedenken dat op slechts enkele kilometers
langs de andere zijde van de grens zich
een minstens even machtige Maginotlinie
uitstrekt, met evenveel verschrikkingen
De werkgroepen lossen elkaar af. Een troep
marcheert een van de 22.000 gepantserde
stellingen binnen.
houtkappers moesten een bijl in hun han
den hebben. Waar men zich bevond, begon
men alvast te werken. Het was zaak dien
chaotisch en toestand zoo snel mogelijk te
verbeteren. Hoe is er in die eerste dagen
gewerkt. Dikwijls niet tien of twaalf uur
wat toch al veel is maar twintig uur per
etmaal. Dat moest gebeuren onder een
brandende zon overdag, 's nachts onder het
schelle licht van de schijnwerpers en dat
geschiedde meerdere malen per week en
dikwijls was er geen Zondag. Van eenig
comfort kon geen sprake zijn. Het arbeids-
tempo was uitputtend. Daar stond evenwel
een enorme prestatie tegenover
Op 1 October 1938 was de Westwal ge
leed, was althans een gesloten zóne ge
vormd, zoodat men van een muur van
oogenblikkelijk in werking. De posten bij
de Rijnbruggen en allerlei andere belang
rijke objecten voor een eventueelen aan
valler, zijn op hun hoede. In de luchtver
dedigingszone liggen de „waarschuwings
batterijen", wier taak het is het vuur op de
vliegtuigen te openen, terwijl de batterijen
van de hoofdzöne gewaarschuwd worden.
Het is licht begrijpelijk dat het den vijan
delijken vlieger zeer moeilijk zal vallen
door deze dubbele haag van verdediging
heen te breken. Dit alles wordt echter nog
van deze toestellen is in onzen tijd enorm
Bovendien is de samenwerking tusschen d<
strijdkrachten in de lucht en die op dei
grond uitstekend georganiseerd. Deze orga
nisatie is doorgevoerd tot diep in het land
waar de rijksluchtbescherming de taal
overneemt. Belangrijke fabrieken en ande
re objecten, die in aanmerking komen on
gebombardeerd te worden, zijn omgevei
door een krans van luchtdoelbatterijen, als
mede door ballon- en vliegerversperringen
die een bombardement wel haast onmoge
Geschut in de luchtverdedigingszone. Deze zone ligt onmiddellijk achter den Westwal,
die daardoor op vele plaatsen een diepte heeft gekregen van ongeveer vijftig K.M.
gevolgd door een waarlij ke verschrikking,
omdat zij hier geruimen tijd moeten vlie
gen in een zwaren hagelregen. Zou de vij
and er toe overgaan met zijn bommenwer
pers in duikvlucht de batterijen te willen
bombardeeren, dan neemt het omringende
lichte geschut, dat dient ter bescherming
van de batterij, hem onmiddellijk onder
vuur en dan is zijn lot door de groote vuur-
snelheid van dit geschut zoo goed als beze
geld. Van dergelijk licht luchtdoelgeschut
treft men een heele haag aan langs den
Westrand van den wal. Een en ander maakt
Westwal in een verbluffend korten tijd te
voltooien. Geen bestaande organisatie was
groot genoeg om een dergelijk plan ten
uitvoer te leggen. Kleine stations zouden
enorme hoeveelheden goederen en men
schen hebben te vervierken, op de kleine
landwegen, die gebruikt moesten worden,
stremde het verkeer overal door opstoppin
gen. Zij konden het enorme verkeer niet
verwerken. Tienduizenden vrachtwagens
waren plotseling noodig. Waar haalde men
die vandaan? Belangrijker nog was het
probleem, waar men de benoodigde grond
stoffen vandaan kon halen.
Over dit moeilijke vraagstuk en de wijze,
zooals het opgelost werd, hebben wij een
architect, die bij den bouw van den West
wal een levendig aandeel had gehad, ge
sproken.
„Op een goeden dag zaten wij bij elkaar
in een hotel," vertelde deze architect, „en
hadden niets anders bij ons dan potlood,
papier cn een rekenlineaal en nu werd van
©ns verlangd, dat wij onmiddellijk zo&^n^.den
Kijkje in een
der geweldige
ammunitie-op-
slagplaatsen
onder den
grond.
staal en beton kon spreken, die eventueele
aanvallers zou kunnen afslaan. Nadien is
er echter ook nog intensief gewerkt. De
vestinggordel, die zich nu uitstrekt van Ba
zel tot de drielandenpunt bij Vaals, werd
nadien nog steeds verdiept, zoodat op som
mige plaatsen de breedte van dezen gordel
vijftig en meer kilometers bedraagt.
„—...een „vredeswal"!
Het klinkt ietwat paradoxaal wanneer
men bedenkt dat deze onzichtbare muur
van staal en beton nog kort 'geleden door
de Duitschers betiteld werd als „vr-edes-
wal." Niet minder dan 22000 beton- en pant-
serwerken zijn in den Westwal, naar het
schijnt zonder eenig verband, maar in wer
kelijkheid weldoordacht aangebracht. Alle.
onderdeelen zijn zoo op elkaar ingesteld,
dat geen vierkante centimeter grond, bij
wijze van spreken, vrij kan blijven van het
moordende spervuur, dat permanent uit al
die onzichtbare, maar loerende vuurmon-
.dovka#
toegerust. En zelfs de met tanks toegeruste
vijand zal slechs met moeite tot de eigen
lijke stellingen kunnen doordringen, want
overal wordt hem de weg versperd. Ook
de breede* dalen van Moezel en Saar bieden
hun geen gelegenheid snel op te rukken.
Het zijn niet alleen de hindernissen van
staal, draad en beton, maar vooral de val
kuilen en de zoogenaamde „asperges",
waardoor de tank in zijn stormloop gestuit
zal worden. Wanneer een tank daarop blijft
hangen, is zij meteen een uiterst kwetsbaar
doelwit. Op de gebogen stalen binten, die
eenigszins doen denken aan een moderne
fietsenstelling, komt de tank voo muurvast
en zoo ongunstig te liggen, dat de zwakste
zijde, met name de onderkant, trefbaar
wordt.
Maar hebben wij ons afgevraagd, dat al
les is heel mooi en wij vermoeden ook niet
dat een vijand hier door heen zal kunnen
breken, tenzij wellicht ten koste van on-
menschelijke offers, „U hebt toeh zeker niet
dergelijke afdoende maatregelen kunnen
treffen in de lucht?"
Zooals eigenlijk deze geheele linies,
ook het begrip „Luchtverdedigingszone",
een absulute noviteit op militair gebied.
Ook in den Wereldoorlog waren de legers
reeds uitgerust met luohtdoelartillerie,
maar voor den vijandelijken vlieger gold
het over het front heen te komen en wan
neer hij dan de vijandelijke jagers wist te
ontkomen, kon hij tamelijk onbekommerd
verder vliegen. Nu heeft men in den Spaan-
schen burgeroorlog geleerd dat luchtdoel
artillerie ook gebruikt kan worden voor
aanvallen op den grond. Derhalve werd de
Westwal hiervan overvloedig voorzien.
Wanneer vliegers uit Westelijke richting
zouden komen, worden zij dus eerst ont
vangen door dit geschut, dat in duizenden,
betonnen vestingwerken staat opgesteld.
Nog voordat zij de luchtverdedigingszone
hebben bereikt, is de 1 uchtmeldingsdienst,.
die ïn Duitschland uitstekend georganiseerd'
i$, gewaarscftiu-wd. Alle krachten,, dra die-
Ht>ï gebogen
stalen binten,
die doen den
ken aan een
moderne rij
wielstalling,
zijn de meest
gevreesde hin
dernissen voor
aanvallende
tanks.
doorbraak in combinatie, hetzij alleen, vrij
wel onmogelijk. Ook „hekkenspringers'
krijgen geen kans. Onder hen verstaat men
vliegers, die door zeer laag te vliegen en
gebruik te maken van lichte bodemverhef
fingen, waardoor zij zich onzichtbaar kun
nen maken, trachten den vijand te verras
sen.
Nu hebben wij nog niet eens gesproken
van de gebruikelijke afweermiddelen. Want
onmiddellijk, wanneer het alarmsein gege
ven wordt, stijgen de jagers op. Dp snelheid
lijk maken, daar de vijandelijke toestellen
gedwongen worden hoog te blijven vliegen
en dan is de trefkans nagenoeg nihil. Deze
ballonnen, onderling verbonden door stalen
kabels, zijn niet gebonden aan een vaste
plaats. Ze zijn zelfs zeer beweeglijk. Hier
tegen vliegen de toestellen zich te pletter
en de Duitschers spreken hier dan ook van
„permanent spelvuur."
Natuurlijk is de kans om over de ver
sterkte linie heen te komen, des nachts
aanzienlijk veel grooter. Luisterapparaten
en schijnwerpers houden de wacht. Over
dag zijn het honderdduizenden oogen van
menschen, die omhoog gericht zijn, zijn het
de tallooze ooren, die luisteren of er
vreemd motorgeronk te hooren is, des
nachts wordt dit alles vervangen door het
enorme luisterapparaat dat elk verdacht
geluid onmiddellijk opvangt en de geheele
verdediging en afweerorganisatie in actie
brengt. Een snelle communicatie is na
tuurlijk eerste vereischte en ook daarvoor
is gezorgd door het aanleggen van tallooze
telefoonkabels, die uitstekend beschermd
zijn. Immers wanneer het contact per tele
graaf of telefoon onmogelijk is, valt daar
mede het heele systeem. Het net is zoo in
genieus aangelegd, dat weinig meer noodig
is dan een druk op de knop om de lucht
verdedigingszone achter den Westwal in
actie te brengen, op die plaats waar het
noodig geacht wordt.
Wanneer men dit alles ziet en terug
denkt aan enkele maanden geleden, toen
wij hier ook langs zijn gegaan, komt er een
spijtig gevoel dat tenslotte de these dat
deze wallen, Maginot- en Siegfriedlinie, de
beste waarborgen voor het behoud van den
vrede zouden zijn, onhoudbaar is gebleken.
In plaats dat deze geweldige versterkingen
de menschen zouden afschrikken om het
zwaard opnieuw op te vatten, zullen zij nu,
waarschijnlijk binnen afzienbaren tijd,
duizenden, wellicht honderdduizenden
slachtoffers maken. En wanneer wij de
versterkingen achter ons laten, vlamt er
een klein sprankje hoop op, dat ten slotte
nog het onmogelijke zal gebeuren, dat de
oorlog, hoe onheilspellend deze zich ook
reeds mag hebben ontwikkeld, op het laat
ste oogenblik afgewend kan worden.
(Nadruk verboden.)
Zoo ziet een gedeelte van de hinder uissenketeii van den Westwal er uit!