pi
De Wereld
De Internationale toestand
SslïlE!
II - WWf 1 «t
Het Portret
Deze week
oRrrscH^i'NDth1
EN DE AFGELOOPEN WEEK
De aandacht van de gelieele wereld
ls door den inval der Sovjet-troepen
in Finland plotseling afgewend van
den strijd tusschen Frankrijk, Enge
land en Duitschland. Voor het eerst
sinds de revolutie aan het eind van
den vorigen wereldoorlog toch, toont
Rusland belangstelling voor den gang
van zaken in Europa. Het scheen
wel, alsof de oude droom van de
wereldrevolutie tot de geschiedenis
was gaan behooren en het machtige
Sovjetrijk, dat bij monde van Lit-
winof zoo vaak een hoogen toon had
aangeslagen op de vergaderingen
van den Volkenbond, inderdaad niets
liever wilde dan met rust gelaten te
worden en ook anderen met rust t®
laten.
De inval in Finland,
de manier, waarop deze is ingeluid en nu
wcfrdt goedgepraat, moet velen de oogen
hebben geopend. Het Noorsche dagblad
„Tidens Tegn" ziet er het begin van den
opmarsch der wereldrevolutie in en pleit
voor een samengaan van Duitschland met
Engeland en Frankrijk, om het gevaar te
keeren. Bij de huidige verhoudingen zal dit
wel een illusie blijven, die in afzienbaren
tijd niet wordt verwezenlijkt.
De eerste dagen van den strijd deden het
ergste vreezen voor het aan de geheele
wereld, met inbegrip van de Duitschers,
sympathieke, eerlijk werkende, Finsche
volk. Maar, al staat het Finsche leger tegen
een overweldigende overmacht, het heeft
reeds nu respect afgedwongen door de
wijze, waarop het zich verzet. Het heeft
het voordeel van de natuurlijk® gesteld
heid van het land, dat in het Zuiden be
staat uit een ontelbaar aantal wouden en
meren, en van het weer. Bovendien blijkt
het betrekkelijk kleine leger op bewonde
renswaardige wijze te zijn uitgerust en
geoefend, in ieder geval veel beter dan
dat van de Russen, zoo zeer zelfs, dat, in
dien er niet de uitgebreide luchtvloot van
de Sovjet-Unie was, die met een meedoo-
genloos luchtbombardement dreigt, men
optimistisch zou kunnen zijn over den af
loop.
Wat zal de Volkenbond doen
De Finsche regeering heeft, als lid van
den Volkenbond, of liever van wat daar
van nog over is, een beroep gedaan op de
Assemblée. De Raad komt Zaterdag, de
Assemblée Maandag bijeen. Zij zal zich
voor een bijna bovenmenschelijke taak ge
steld zien. Rusland, voorvechtster van den
Volkenbond, bekleedde nota bene zelf het
voorzitterschap van den Raad. Reeds heeft
Molotof getelegrafeerd, dat er geen ver
tegenwoordiger komt. De „Matin" verge
lijkt Ruslands invasie met de misdaad, die
de President van den Hoogen Raad zou
begaan. Italië, dat zelfs destijds zoo ge
sputterd heeft tegen de vrijwel mis
lukte sancties in verband met zijn inval
in Abessinië, dringt aan op sancties tegen
Rusland. Argentinië wil Rusland als lid
royeeren, Uruguay zegt, dat het als lid
zal bedanken, indien niet uiterst krachtig
wordt opgetreden tegen den aanvaller.
Trouwens, Finland is zelf steeds een trouw
aanhanger van den Volkenbond geweest,
en heeft zich voorstander betoond van het
beginsel der collectieve veiligheid.
Twee regeeringen in Finland.
Hoewel Molotof had verklaard, dat hij
met de bestaande regeering niet zou onder-
Nog steeds onlusten in Britsch-Indië. Britsch-Indische soldaten drijven een groep
betoogers uiteen.
handelen over een wapenstilstand en de
Finnen daarom zoo ver waren gegaan, een
nieuw kabinet, onder leiding van Ryti te
vormen, heeft men de gruwelijke farce zoo
ver doorgedreven, dat te Terijoki een z.g.
Finsche volksregeering werd ingesteld
onder leiding van Otto Kuusinen. Hij nóch
de andere leden dezer „regeering" hebben
eenige relatie met Finland, en zijn een
voudig agenten van de Komintern. Kuusi
nen zelf heeft reeds jaren zijn Finsche
nationaliteit verloren en die van de Sovjet-
Unie aangenomen. Zoo hoopt Rusland op
allerlei manieren den strijd te winnen door
het stichten van verwarring en onrust.
Ondanks de verzekeringen, dat de
Sovjet-republiek geen agressieve bedoelin
gen tegen Zweden koestert, is men ook
daar allerminst gerust, zooals blijkt uit de
versterking van het leger. De Oslo-staten
zullen eikaars steun ongetwijfeld noodig
hebben in den komenden tijd. En ook in
het Zuid-Oosten van Europa voelt men
zich niet geheel veilig. Italië heeft op dui
delijke wijze van afkeer van het Russische
optreden kenbaar gemaakt.
De chaos.
Zoo gaat Europa steeds meer naar den
chaos. Wij hebben nu twee oorlogen te re-
gistreeren, die schijnbaar zonder eenig ver
band met elkaar staan. De onderlinge ver
houdingen zijn totaal anders, dan meni
geen een half jaar geleden vermoedde dat
ze waren. En het lot der kleinere neutrale
staten wordt steeds somberder.
Op den dag, die sinds oude tijden was
gewijd aan de goede gaven van den Spaan-
schen heilige, vonden die neutralen in hun
schoen de uitbreiding, die de geallieerden
hebben gegeven aan de blokkade van
Duitschland, die nu ook wordt toegepast
op den export. Zij hebben in min of meer
scherpe bewoordingen te Londen tegen
dezen maatregel geprotesteerd, en er is wel
leedwezen betuigd, en beloofd, dat met hun
belangen rekening zou worden gehouden,
maar Engeland en Frankrijk hebben de
gevolgen van deze verscherping van den
strijd ter zee niet meer in hun hand.
Duitschland fulmineert nog altijd tegen de
.slappe" houding der neutralen tegenover
de blokkade-maatregelen.
Wolken boven Voor-Azië.
Een merkwaardig artikel in het Duitsche
dagblad de „Völkische Beobachter" heeft
de aandacht getrokken. Men heeft zich al
geruimen tijd afgevraagd, hoe er ooit een
einde aan den oorlog tusschen de geallieer
den en Duitschland moet komen, nu beide
partijen tegenover elkaar liggen in hun
linies en van actie steeds minder sprake is.
Ook de luchtaanvallen zijn van betrekke
lijk weinig beteekenis. Slechts op zee
woedt de oorlog met al zijn vernielende
kracht, maar een beslissing zal daar toch
nimmer worden afgedwongen.
Nu wordt in het Duitsche blad openlijk
de aandacht van Rusland gevestigd op de
wenschelijkheid, Engeland in Britsch-Indië
aan te vallen. Eerst zou dan echter Rus
land Turkije moeten onderwerpen. Een
dergelijke hulp zou ongetwijfeld Duitsch
land zeer welkom zijn. Rusland zal echter
zijn eigen plannen voor de toekomst al wel
hebben vastgesteld. Het optreden in de
Oostzee maakt niet den indruk, dat de
Sovjet-Unie zich aan zijn bondgenoot heel
veel geiegcu iaat en dat het rustig
zijn gang gaat, die het door zijn eigen
belang wordt voorgeschreven.
OORLOGSSPEELGOED*
Het pleit voor het vertrouwen van ons
volk, dat de feeststemming in de lucht zit,
in weerwil van den ernst der tijden. In de
winkelstraten verdringt zich de menigte
en in vele zaken komt men handen te kort
om de koopers te bedienen. Het is bijna
hetzelfde beeld van vroolijke drukte, dat
andere jaren in de Decembermaand te aan
schouwen geven.
Dat de jeugd een groot deel vormt van
de begeerige kijkers en koopers behoeft
geen betoog. Van verlangen schitterende
oogen monsteren begeerig naar de schatten,
die In de speelgoed-af deelingen zijn uitge
stald. Elk kinderhart gaat uit naar de tal-
looze heerlijkheden, die daar in rijke ver
scheidenheid het oog tot zich trekken. Wij,
ouderen, voelen ons kind met de kinderen.
Ook wij hebben in tijden, die lang achter
ons liggen, langs de winkels gedwaald en
onze overdreven verlanglijstjes opgemaakt.
Met groote waardeering constateert de
winkelstand, dat de oorlog het gemeen
schapsleven nog niet zoodanig heeft aange
tast, dat de koopkracht en de kooplust
daaronder aanmerkelijk heeft geleden.
Neen, de oorlog heeft gelukkig den win
kelier in deze dagen gespaard. Men koopt
nog geschenken en zooals altijd veel
speelgoed.
Oorlog is een bange tijd voor den han
delaar en den winkelier. Zij erkennen in
den oorlog hun vijand; en er zullen zeker
zeer weinigen onder hen worden gevonden,
die er naar verlangen. Daarom treft het
ons ook ditmaal, dat er onverstandigen
onder hen zijn, die met een volkomen ge
brek aan inzicht propaganda maken voor
hun vijand, voor ons aller vijandden
oorlog.
Of is het geen propaganda maken voor
den oorlog, wanneer men in verschillende
speelgoed-afdeelingen oorlogsmateriaal in
miniatuur ziet uitgestald Waarom het
kind al die kanonnen, die tanks, dat af
weergeschut voor te zetten, die vestingen,
die soldaten met geveld geweer waarbij
het realisme zoo sterk wordt doorgevoerd
dat men zelfs de gewonden, de gesneuvel
den, de lazaretten en hospitaalsoldaten niet
heeft vergeten.
Dit soort speelgoed dat den naam
speelgoed niet verdient vergiftigt de
kinderziel. Het wakkert bij de jongens de
verkeerde instincten aan, die de beste
ma..nen en vrouwen onder alle volken zoo
krachtdadig bestrijden. Zien wij niet, juist
in dit jaar, de verschrikkingen van den
oorlog in Europa in hun ontzettendsten
vorm Is het dan niet onverantwoordelijk,
het kind door zijn spel daarin te betrek
ken
Velen vóór ons hebben daarop reeds ge
wezen; en hun vermaningen zijn gelukkig
niet zonder uitwerking gebleven. Kanon
nen, soldaten en wat dies meer zij nemen
thans wij moeten het met dankbaarheid
erkennen een ondergeschikte plaats in.
Maar geheel afgedaan hebben zij nog niet.
Onverstandige winkeliers ruimen er nog
altijd een plaatsje aan in. Het zou verstan
diger zijn, ze geheel te verbannen. Onze
jongens zullen het gemis niet betreuren.
Feestvreugde behoort niet te worden be
dorven door overpeinzingen als deze, waar
aan anderen zich overgeven, die den ernst
des levens hebben leeren kennen. Laat men
uit alle sneelgoed-afdeelingen dezen steen
des aanstoots laten verdwijnen geen oor-
i meer
VAN DE WEEK
MAARSCHALK CARL G. E.
MANNERHEIM.
De vroegere Russische legercom
mandant, Generaal-veldmaarschalk
Carl G. E. baron von Mannerheim,
onder wiens leiding thans de Finsche
troepen zich tegen den inva der
Sovjets verzetten, werd 4 Juni 1867
geboren. Hij bezocht de Zweedsche
krijgsschool in Fredrikshamn en
daarna de cavalerieschool van Niko-
lajewsk. In het jaar 1889 trad hij
in dienst van het Russische leger.
Als luitenant-kolonel nam hij deel
aan den Russisch-Ja panschen oorlog
en daarna van 1905 tot 1906
onderscheidde hij zich als lid van
een politieke commissie, welke Cen-
traal-Az;ë en China bezocht. Tijdens
den wereldoorlog werd hij benoemd
tot bevelhebber van de Warschau-
sche cavalerieregimenten en nader
hand tot bevelhebber van dè Rus-
siech-Roemeensche legers in de
Transsylvanische Karpaten.
Na de bolsjewistische revolutie
keerde Mannerheim naar Finland
terug, waar hij opdu iit kreeg een
volksleger te vormen, waarmede de
Finsche vrijheidsoorlog tegen de
Russen gevoerd werd. Met behulp
van de Duitsche troepen onder lei
ding van graaf von der Goltz slaagde
hij erin zijn taak te volbrengen.
Mannerheim trok zich daarn? te
rug op een landgoed in Zweden,
waar hij echter bleef werken
den opbouw van het Finsche leger.
Tevens was hij voorzitter van den
Finschen verdedigingsraad.
Voorts deed hij in 1930 nog van
zich spreken ais geestelijk vader van
de anti-communistische Lappobe-
weging. In Mei 1933 werd Von Man
nerheim benoemd tot generaal-veld-
maarschalk.
vJ
IN NEDERLAND
De spionnagezaak.
Het onderzoek in de spionnagezaak, in
verband waarmede een ambtenaar van het
departement van Sociale Zaken, .diens
echtgenoote en een ambtenaar van Econo
mische Zaken werden gearresteerd, heeft
aan het licht gebracht, dat ook een buiten
lander de hand in dit complot had. Deze
is eveneens gearresteerd. De spionnage be
u-of hoofdzakelijk uitlevering van scheep
vaartdocumenten, die de spion van Econo
mische Zaken zijn „collega" in dit nobele
bedrijf in handen speelde. Deze zorgde te
zijnen huize voor reproductie der documen
ten, waarna de aldus verkregen gegevens
voor grof geld aan de belanghebbende
vreemde natie werden verkocht. De ge
vangenhouding van het echtpaar werd in
middels krachtens uitspraak van de Haag-
sche Rechtbank met 30 dagen verlengd.
Ook de overige verdachten bevinden zich
nog in hechtenis, zoodat men hier wel aan
stonds de hand op de rechte personen
schijnt te hebben gelegd.
Texel moest het ontgelden.
De mijnen hebben onze zeekust van
Noord tot Zuid weer danig bestookt. Voor
al Texel werd er zwaar door geteisterd.
Maandag kwam daar een aangespoelde
mijn tot ontploffing waardoor groote
schade aan den dijk en aan naburige hui-
Een werd aangericht. Doch daarmede was
het nog niet uit. Nog drie mijnen gedroe
gen zich in den nacht, volgende op dezen
DE „LUTINE"-BEL ZWIJGT.
Het is van vrij algemeene bekend
heid, dat in het gebouw van Lloyd's
te Londen de gewoonte bestond, om
de scheepsbel van de „Lutine" te
luiden, telkens wanneer men de
zekerheid had verkregen of als vast
staand meende te mogen aannemen,
dat een schip verloren was gegaan.
Deze traditie heeft men thans prijs
gegeven.
Men schrijft de omstandigheid
van dit prijsgeven van een oude tra
ditie toe aan het feit, dat de ver
liezen aan scheepsruimte in dezen
oorlog zoo talrijk zijn en zoo snel op
elkaar volgen, dat het luiden van
de bel weinig indruk meer zou
maken. Naast het brengen van Jobs
tijdingen had de bel overigens ook
een aangenamere taak wanneer een
als verloren beschouwd en aange
kondigd schip tegen alle verwach
ting in later toch nog een haven
bleek te hebben bereikt, werd zij
twee maal geluid. Zoowel aan het
een als aan het ander is nu althans
voorloopig een eind gekomen. De
verliezen aan scheepsruimte worden
nadien zonder meer aangegeven op
een zwart bord, dat in de nabijheid
a*o den rcuür hangt. Het onheil
spellende geluid van de bel laat zich
piet meer hooren, doch het zwarte
bord spreekt een niet minder duide
lijke taal....
noodlottigen avond, al even onbehoorlijk.
Eén sloeg nog een gat in den dijk bij
Nieuwe Schild, een tweede deed hetzelfde
over een lengte van 12 meter en vernielde
bovendien een aan den voet van den dijk
gelegen boerderij, de derde bepaalde er
zich toe de noodige schrik om zich heen te
verspreiden, zonder evenwel groote schade
aan te richten. Over het geheele eiland
was het gedaver der ontploffingen te
hooren.
De O. 23 in haar element.
Een nieuwe aanwinst voor de Neder-
landsche marine, de duikboot O. 23, werd
Dinsdagmorgen aan haar element toever
trouwd. Met eenige plechtigheid werd het
schip in tegenwoordigheid van tal van
marine-autoriteiten van een der hellingen
der Rotterdamsche Droogdok Maatschappij
te water gelaten. Deze plechtigheid werd
verricht door de echtgenoote van vice-
admiraal A. Vos, die binnenkort als hoofd
van de afdeeling materieel zeemacht van
het departement van Defensie zal aftreden.
De scheidende vice-admiraal voerde na de
tewaterlating het woord. In zijn rede wees
hij op een enkel lichtpunt, dat de huidige
crisistoestand voor ons land heeft opge
leverd: door den dwang der omstandig
heden is hier te lande een industrie ont
staan, die op de economische en militaire
verdediging van het land is ingesteld. In
dit opzicht aldus spr. is dc crisis goed
gebruikt. De schepen worden tegenwoordig
hier te lande ontworpen en gebouwd en
dat zij goed zijn, hebben de b°ide in Ne
derland gebouwde Poolsche onderzeeboo
ten bewezen, die den Poolschen dans ont
sprongen en na een gevaarlijke reis be
houden in Engeland zijn aangekomen.
Het water zakt.
In den op vele plaatsen onrustbarend
hoogen waterstand der verschillende rivie
ren kwam begin der week gelukkig een
gunstige wending. De Waal zakte, hoewel
langzaam. Doch ook nu nog was de stand
bij Nijmegen ruim 12.5 meter boven N.A.P.
en dus nog steeds gevaarlijk hoog. In Mil-
lingen liep dan ook een scheepswerf onder
water, waardoor enkele uonderden arbei
ders tijdelijk het werk moesten neerleggen.
In de dekenfabrieken van de firma De
Wit te Helmond, Deurne en Geldrop kon
daarentegen het werk weer worden hervat.
Te Helmond is men het water zoo spoedig
de baas geworden door de Aa te spuien
in de Zuidwillemsvaart en toen de fabriek
te Helmond eenmaal weer werkte, konden
de beide andere te Deurne en Geldrop, die
grondstoffen van de Helmondsche verwer
ken, eveneens weer aan den slag.
Minister Dyxhoorn geeft bescheid.
In de Memorie van Antwoord inzake de
begrooting van Defensie heeft minister
Dijxhoorn enkele belangrijke mededeelin-
gen gedaan. De voornaamste ervan mogen
hier in korte opsomming volgen. Een aan
tal buitengewone dienstplichtigen (d.z.
vrijgestelden door broederdienst of vrij-
loting, dus niet afgekeurden), behoorende
tot de jongste lichtingen, zal worden opge
roepen wanneer, is nog niet bepaald
(de minister gebruikt de vage term „eer
lang"). De oudste lichtingen zullen zoo
spoedig mogelijk door jongeren worden af
gelost; verdere ploegen van de lichting
1924 zijn hiervoor het eerst aan de beurt;
zy krygen onbepaald klein verlof. De
minister waarschuwt echter tegen te groote
verwachtingen in dit opzicht: de aflossing
zal zeer geleidelijk en in langzaam tempo
gaan. Ter vervanging van dienstplichtigen
zullen geen werkloozen worden opgeroe
pen. Of in 1940 de duur der eerste oefe
ning tot twee jaar zal worden verlengd, is
thans nog niet te zeggen. De nieuwe rege
ling van de kostwinnersvergoeding, welke
in November is ingegaan, houdt wel is
waar rekening met mogelijke vermindering
van inkomsten ten gevolge van de af
wezigheid van den dienstplichtige, doch
stelt geen algemeene vergoeding voor
bedrijfsschade in het vooruitzicht.
Er komen sperballons.
In dezelfde Memorie heeft de minister
mededeelingen gedaan omtrent de beste
ding van de bedragen, welke vrijwillig
voor de defensie zijn bijeengebracht. In
totaal is thans 201.614.89 ingekomen,
waarvan 53.886.43 uit Cura?ao. De Cura-
gaosche bijdragen zijn ter beschikking van
den minister van Koloniën gesteld; zij zijn
bestemd voor aankoop van zoeklichten voor
dit gewest. Voor de rest van het bedrag,
vermeerderd met wat nog zal binnen
komen, zullen sperballons worden aange
schaft. Deze aan lange kabels verankerde
ballons worden zooals men weet in alle
oorlogvoerende landen als verdedigings
middel tegen luchtaanvallen gebruikt, doch
zijn in ons land nog onbekend.
Finsche infanterie op marsch.
DE FOTOGRAAF AAN HET FRONT.
Men kan zich ternauwernood meer inden
ken, dat er een tijd is geweest, dat het
beroep van foto-reporter niet bestond. Een
van de pioniers is Mathew Brady, de
man, die zich er op kon beroemen, de baan
breker der persfotografen te zijn geweest
en wel tijdens den oorlog, die van 1861
tot 1865 in de Vereenigde Staten woedde.
Bij den toenmaligen stand van de foto
kunst vergde dit heel wat meer van den
operateur, dan dit thans het geval is. Brady
IN KAART
DE VERHOUDING IN HET
VERRE OOSTEN.
Nu Pakhoi, de laatste
Zuid-Chineesche zee
haven, in Japansche
handen is gevallen, is in
de reeds lang verstarde
militaire fronten in het
Verre Oosten weer eeni
ge beweging gekomen.
Het doel van de Japan
ners schijnt te zijn thans
in het binnenland van
China nog verdere ope
raties uit te voeren.
De positie van het
veel geplaagde China is
op het bijgaande kaartje
duidelijk te zien. Het is
thans aan alle zijden in
gesloten. In Tsjoenking
regeert maarschalk
Tsjang-Kai-sjek, een van
de weinige mannen, die
met taaie volharding
strijden blijft tegen de
Japansche aanvallen. Hij
had hierbij in zooverre
succes, dat het den Ja
panners den laatsten tijd
niet mogelijk was een
groot offensief te begin
nen of de fanatieke gue-
rilla der Chineezen te onderdrukken, zoo
dat zij de hoop op een volledige zege reeds
lang hebben opgegeven.
Naast de krijgsverrichtingen trekken op
het oogenblik de aandacht de Russisch-
Japansche onderhandelingen, welke ten
deele gevoerd worden m de grensplaats
Tschita, en de pogingen der Japanners om
met medewerking van de regeeringen in
Peking en Nanking een centrale Chineeschc
regeering te vormen, waarvoor Wang-
Tsjing-wei, tot voor kort de rechterhand
van Tsjang-Kai-sjek, als formateur is aan
gesteld. Wang zal volledige souvereiniteil
toegewezen krijgen, doch zal overigens
moeten handelen in overeenstemming mei
een programma van twaalf punten, dat ir
Tokio is opgesteld.
Ter voorkoming van verdere machtsuit
breiding van de Japanners naar het Zuirier
Sibirsk
yty» M I
fcCharbioffiWljili-l
osroh
rot iv
^5 Ws 'mking
tloekden k'.'J
MONO)
Iientiin
Hankeu
j'.vr
CJlcuttd
HAINAN
ONDER
JAPANSCHE
HEERSCHAPPIJ
RUSSISCHE
INVLOEDSFEER
BRITSCHE
INVLOEDSPEER
hebben de Vereenigde Staten besloten df
helft van de Pacific-vloot ir de wateier
van Hawaii te stationneeren, waarmede dt
wankele positie van Engeland in China
een wel zeer welkome versterking heefl
gekregen. De toestand is er met dat al met
eenvoudiger op geworden en net laat zich
aanzien, dat in de naaste toekomst nieuwe
complicaties met uitgesloten zijn.
vertoonde zich aan het front met een
hoogen hoed op en letterlijk aan alle kan
ten behangen met de hulpmiddelen, waar
van de fotograaf in dien tijd zich be
diende foudralen, doosjes met reserve
platen, statief en wat er nog verder bij het
vak behoorde, ot zelfs blikken doozen,
waarin hij de afgewerkte platen deed, die
naar New York moesten worden gebracht.
REDACTIE „IN WEER EN WIND",
Naar wij vernemen, is de redactie van
het bij W. L. J. Brusse te Rotterdam
verschijnende maandblad „In Weer en
Wind", dat gewijd is aan natuurleven, rei
zen, volkskunde en buitensport, uitgebreid
door opneming van den populairen natuur
onderzoeker en wereldreiziger Jan P. Strij-
bos, die dezen zomer op Spitsbergen het
veelbesproken hachelijke avontuur be
leefde, dat hem bijna het leven kostte. Tot
dusver berustte de leiding van het tijd
schrift bij Rinke Tolman (hoofdredacteur)
en ds. J. I. van Schaick.
DR. LAIRD SCHEPT HYPER-
INTELLECTUEELEN.
Wat zou in Amerika onmogelijk zijn
Niemand behoeft zoo dom en onwetend te
blijven, als waartoe hij bestemd schijnt te
zijn dat is de leuze van den nieuwen
weldoener der menschheid, Dr. Donald A.
Laird, die het intellectueele peil van de
massa wil verhoogen. „Het brein kan
worden getraind, intelligentie kan kunst
matig worden aangekweekt en verder ont
wikkeld. Dank zij mijn systeem kan uit elk
menschelijk wezen een genie, een denker,
een rekenwonder, een dichter of een rede
naar worden geschapen". Aldus Dr. Laird,
die de domheid uit de wereld wil helpen.
Zijn redeneering zal ongetwijfeld veel
scepticisme ontmoeten. Toch zou men er
verkeerd aan doen, er zonder meer de
Hij is een ernstig geleerde, die 14 jaar
lang aan het hoofd heeft gestaan van het
practisch-psychologisch laboratorium van
de Colgate Universiteit en thans directeur
is van een vooraanstaand wetenschappelijk
institut te Philadelphin.