pi De Wereld De Internationale toestand SslïlE! II - WWf 1 «t Het Portret Deze week oRrrscH^i'NDth1 EN DE AFGELOOPEN WEEK De aandacht van de gelieele wereld ls door den inval der Sovjet-troepen in Finland plotseling afgewend van den strijd tusschen Frankrijk, Enge land en Duitschland. Voor het eerst sinds de revolutie aan het eind van den vorigen wereldoorlog toch, toont Rusland belangstelling voor den gang van zaken in Europa. Het scheen wel, alsof de oude droom van de wereldrevolutie tot de geschiedenis was gaan behooren en het machtige Sovjetrijk, dat bij monde van Lit- winof zoo vaak een hoogen toon had aangeslagen op de vergaderingen van den Volkenbond, inderdaad niets liever wilde dan met rust gelaten te worden en ook anderen met rust t® laten. De inval in Finland, de manier, waarop deze is ingeluid en nu wcfrdt goedgepraat, moet velen de oogen hebben geopend. Het Noorsche dagblad „Tidens Tegn" ziet er het begin van den opmarsch der wereldrevolutie in en pleit voor een samengaan van Duitschland met Engeland en Frankrijk, om het gevaar te keeren. Bij de huidige verhoudingen zal dit wel een illusie blijven, die in afzienbaren tijd niet wordt verwezenlijkt. De eerste dagen van den strijd deden het ergste vreezen voor het aan de geheele wereld, met inbegrip van de Duitschers, sympathieke, eerlijk werkende, Finsche volk. Maar, al staat het Finsche leger tegen een overweldigende overmacht, het heeft reeds nu respect afgedwongen door de wijze, waarop het zich verzet. Het heeft het voordeel van de natuurlijk® gesteld heid van het land, dat in het Zuiden be staat uit een ontelbaar aantal wouden en meren, en van het weer. Bovendien blijkt het betrekkelijk kleine leger op bewonde renswaardige wijze te zijn uitgerust en geoefend, in ieder geval veel beter dan dat van de Russen, zoo zeer zelfs, dat, in dien er niet de uitgebreide luchtvloot van de Sovjet-Unie was, die met een meedoo- genloos luchtbombardement dreigt, men optimistisch zou kunnen zijn over den af loop. Wat zal de Volkenbond doen De Finsche regeering heeft, als lid van den Volkenbond, of liever van wat daar van nog over is, een beroep gedaan op de Assemblée. De Raad komt Zaterdag, de Assemblée Maandag bijeen. Zij zal zich voor een bijna bovenmenschelijke taak ge steld zien. Rusland, voorvechtster van den Volkenbond, bekleedde nota bene zelf het voorzitterschap van den Raad. Reeds heeft Molotof getelegrafeerd, dat er geen ver tegenwoordiger komt. De „Matin" verge lijkt Ruslands invasie met de misdaad, die de President van den Hoogen Raad zou begaan. Italië, dat zelfs destijds zoo ge sputterd heeft tegen de vrijwel mis lukte sancties in verband met zijn inval in Abessinië, dringt aan op sancties tegen Rusland. Argentinië wil Rusland als lid royeeren, Uruguay zegt, dat het als lid zal bedanken, indien niet uiterst krachtig wordt opgetreden tegen den aanvaller. Trouwens, Finland is zelf steeds een trouw aanhanger van den Volkenbond geweest, en heeft zich voorstander betoond van het beginsel der collectieve veiligheid. Twee regeeringen in Finland. Hoewel Molotof had verklaard, dat hij met de bestaande regeering niet zou onder- Nog steeds onlusten in Britsch-Indië. Britsch-Indische soldaten drijven een groep betoogers uiteen. handelen over een wapenstilstand en de Finnen daarom zoo ver waren gegaan, een nieuw kabinet, onder leiding van Ryti te vormen, heeft men de gruwelijke farce zoo ver doorgedreven, dat te Terijoki een z.g. Finsche volksregeering werd ingesteld onder leiding van Otto Kuusinen. Hij nóch de andere leden dezer „regeering" hebben eenige relatie met Finland, en zijn een voudig agenten van de Komintern. Kuusi nen zelf heeft reeds jaren zijn Finsche nationaliteit verloren en die van de Sovjet- Unie aangenomen. Zoo hoopt Rusland op allerlei manieren den strijd te winnen door het stichten van verwarring en onrust. Ondanks de verzekeringen, dat de Sovjet-republiek geen agressieve bedoelin gen tegen Zweden koestert, is men ook daar allerminst gerust, zooals blijkt uit de versterking van het leger. De Oslo-staten zullen eikaars steun ongetwijfeld noodig hebben in den komenden tijd. En ook in het Zuid-Oosten van Europa voelt men zich niet geheel veilig. Italië heeft op dui delijke wijze van afkeer van het Russische optreden kenbaar gemaakt. De chaos. Zoo gaat Europa steeds meer naar den chaos. Wij hebben nu twee oorlogen te re- gistreeren, die schijnbaar zonder eenig ver band met elkaar staan. De onderlinge ver houdingen zijn totaal anders, dan meni geen een half jaar geleden vermoedde dat ze waren. En het lot der kleinere neutrale staten wordt steeds somberder. Op den dag, die sinds oude tijden was gewijd aan de goede gaven van den Spaan- schen heilige, vonden die neutralen in hun schoen de uitbreiding, die de geallieerden hebben gegeven aan de blokkade van Duitschland, die nu ook wordt toegepast op den export. Zij hebben in min of meer scherpe bewoordingen te Londen tegen dezen maatregel geprotesteerd, en er is wel leedwezen betuigd, en beloofd, dat met hun belangen rekening zou worden gehouden, maar Engeland en Frankrijk hebben de gevolgen van deze verscherping van den strijd ter zee niet meer in hun hand. Duitschland fulmineert nog altijd tegen de .slappe" houding der neutralen tegenover de blokkade-maatregelen. Wolken boven Voor-Azië. Een merkwaardig artikel in het Duitsche dagblad de „Völkische Beobachter" heeft de aandacht getrokken. Men heeft zich al geruimen tijd afgevraagd, hoe er ooit een einde aan den oorlog tusschen de geallieer den en Duitschland moet komen, nu beide partijen tegenover elkaar liggen in hun linies en van actie steeds minder sprake is. Ook de luchtaanvallen zijn van betrekke lijk weinig beteekenis. Slechts op zee woedt de oorlog met al zijn vernielende kracht, maar een beslissing zal daar toch nimmer worden afgedwongen. Nu wordt in het Duitsche blad openlijk de aandacht van Rusland gevestigd op de wenschelijkheid, Engeland in Britsch-Indië aan te vallen. Eerst zou dan echter Rus land Turkije moeten onderwerpen. Een dergelijke hulp zou ongetwijfeld Duitsch land zeer welkom zijn. Rusland zal echter zijn eigen plannen voor de toekomst al wel hebben vastgesteld. Het optreden in de Oostzee maakt niet den indruk, dat de Sovjet-Unie zich aan zijn bondgenoot heel veel geiegcu iaat en dat het rustig zijn gang gaat, die het door zijn eigen belang wordt voorgeschreven. OORLOGSSPEELGOED* Het pleit voor het vertrouwen van ons volk, dat de feeststemming in de lucht zit, in weerwil van den ernst der tijden. In de winkelstraten verdringt zich de menigte en in vele zaken komt men handen te kort om de koopers te bedienen. Het is bijna hetzelfde beeld van vroolijke drukte, dat andere jaren in de Decembermaand te aan schouwen geven. Dat de jeugd een groot deel vormt van de begeerige kijkers en koopers behoeft geen betoog. Van verlangen schitterende oogen monsteren begeerig naar de schatten, die In de speelgoed-af deelingen zijn uitge stald. Elk kinderhart gaat uit naar de tal- looze heerlijkheden, die daar in rijke ver scheidenheid het oog tot zich trekken. Wij, ouderen, voelen ons kind met de kinderen. Ook wij hebben in tijden, die lang achter ons liggen, langs de winkels gedwaald en onze overdreven verlanglijstjes opgemaakt. Met groote waardeering constateert de winkelstand, dat de oorlog het gemeen schapsleven nog niet zoodanig heeft aange tast, dat de koopkracht en de kooplust daaronder aanmerkelijk heeft geleden. Neen, de oorlog heeft gelukkig den win kelier in deze dagen gespaard. Men koopt nog geschenken en zooals altijd veel speelgoed. Oorlog is een bange tijd voor den han delaar en den winkelier. Zij erkennen in den oorlog hun vijand; en er zullen zeker zeer weinigen onder hen worden gevonden, die er naar verlangen. Daarom treft het ons ook ditmaal, dat er onverstandigen onder hen zijn, die met een volkomen ge brek aan inzicht propaganda maken voor hun vijand, voor ons aller vijandden oorlog. Of is het geen propaganda maken voor den oorlog, wanneer men in verschillende speelgoed-afdeelingen oorlogsmateriaal in miniatuur ziet uitgestald Waarom het kind al die kanonnen, die tanks, dat af weergeschut voor te zetten, die vestingen, die soldaten met geveld geweer waarbij het realisme zoo sterk wordt doorgevoerd dat men zelfs de gewonden, de gesneuvel den, de lazaretten en hospitaalsoldaten niet heeft vergeten. Dit soort speelgoed dat den naam speelgoed niet verdient vergiftigt de kinderziel. Het wakkert bij de jongens de verkeerde instincten aan, die de beste ma..nen en vrouwen onder alle volken zoo krachtdadig bestrijden. Zien wij niet, juist in dit jaar, de verschrikkingen van den oorlog in Europa in hun ontzettendsten vorm Is het dan niet onverantwoordelijk, het kind door zijn spel daarin te betrek ken Velen vóór ons hebben daarop reeds ge wezen; en hun vermaningen zijn gelukkig niet zonder uitwerking gebleven. Kanon nen, soldaten en wat dies meer zij nemen thans wij moeten het met dankbaarheid erkennen een ondergeschikte plaats in. Maar geheel afgedaan hebben zij nog niet. Onverstandige winkeliers ruimen er nog altijd een plaatsje aan in. Het zou verstan diger zijn, ze geheel te verbannen. Onze jongens zullen het gemis niet betreuren. Feestvreugde behoort niet te worden be dorven door overpeinzingen als deze, waar aan anderen zich overgeven, die den ernst des levens hebben leeren kennen. Laat men uit alle sneelgoed-afdeelingen dezen steen des aanstoots laten verdwijnen geen oor- i meer VAN DE WEEK MAARSCHALK CARL G. E. MANNERHEIM. De vroegere Russische legercom mandant, Generaal-veldmaarschalk Carl G. E. baron von Mannerheim, onder wiens leiding thans de Finsche troepen zich tegen den inva der Sovjets verzetten, werd 4 Juni 1867 geboren. Hij bezocht de Zweedsche krijgsschool in Fredrikshamn en daarna de cavalerieschool van Niko- lajewsk. In het jaar 1889 trad hij in dienst van het Russische leger. Als luitenant-kolonel nam hij deel aan den Russisch-Ja panschen oorlog en daarna van 1905 tot 1906 onderscheidde hij zich als lid van een politieke commissie, welke Cen- traal-Az;ë en China bezocht. Tijdens den wereldoorlog werd hij benoemd tot bevelhebber van de Warschau- sche cavalerieregimenten en nader hand tot bevelhebber van dè Rus- siech-Roemeensche legers in de Transsylvanische Karpaten. Na de bolsjewistische revolutie keerde Mannerheim naar Finland terug, waar hij opdu iit kreeg een volksleger te vormen, waarmede de Finsche vrijheidsoorlog tegen de Russen gevoerd werd. Met behulp van de Duitsche troepen onder lei ding van graaf von der Goltz slaagde hij erin zijn taak te volbrengen. Mannerheim trok zich daarn? te rug op een landgoed in Zweden, waar hij echter bleef werken den opbouw van het Finsche leger. Tevens was hij voorzitter van den Finschen verdedigingsraad. Voorts deed hij in 1930 nog van zich spreken ais geestelijk vader van de anti-communistische Lappobe- weging. In Mei 1933 werd Von Man nerheim benoemd tot generaal-veld- maarschalk. vJ IN NEDERLAND De spionnagezaak. Het onderzoek in de spionnagezaak, in verband waarmede een ambtenaar van het departement van Sociale Zaken, .diens echtgenoote en een ambtenaar van Econo mische Zaken werden gearresteerd, heeft aan het licht gebracht, dat ook een buiten lander de hand in dit complot had. Deze is eveneens gearresteerd. De spionnage be u-of hoofdzakelijk uitlevering van scheep vaartdocumenten, die de spion van Econo mische Zaken zijn „collega" in dit nobele bedrijf in handen speelde. Deze zorgde te zijnen huize voor reproductie der documen ten, waarna de aldus verkregen gegevens voor grof geld aan de belanghebbende vreemde natie werden verkocht. De ge vangenhouding van het echtpaar werd in middels krachtens uitspraak van de Haag- sche Rechtbank met 30 dagen verlengd. Ook de overige verdachten bevinden zich nog in hechtenis, zoodat men hier wel aan stonds de hand op de rechte personen schijnt te hebben gelegd. Texel moest het ontgelden. De mijnen hebben onze zeekust van Noord tot Zuid weer danig bestookt. Voor al Texel werd er zwaar door geteisterd. Maandag kwam daar een aangespoelde mijn tot ontploffing waardoor groote schade aan den dijk en aan naburige hui- Een werd aangericht. Doch daarmede was het nog niet uit. Nog drie mijnen gedroe gen zich in den nacht, volgende op dezen DE „LUTINE"-BEL ZWIJGT. Het is van vrij algemeene bekend heid, dat in het gebouw van Lloyd's te Londen de gewoonte bestond, om de scheepsbel van de „Lutine" te luiden, telkens wanneer men de zekerheid had verkregen of als vast staand meende te mogen aannemen, dat een schip verloren was gegaan. Deze traditie heeft men thans prijs gegeven. Men schrijft de omstandigheid van dit prijsgeven van een oude tra ditie toe aan het feit, dat de ver liezen aan scheepsruimte in dezen oorlog zoo talrijk zijn en zoo snel op elkaar volgen, dat het luiden van de bel weinig indruk meer zou maken. Naast het brengen van Jobs tijdingen had de bel overigens ook een aangenamere taak wanneer een als verloren beschouwd en aange kondigd schip tegen alle verwach ting in later toch nog een haven bleek te hebben bereikt, werd zij twee maal geluid. Zoowel aan het een als aan het ander is nu althans voorloopig een eind gekomen. De verliezen aan scheepsruimte worden nadien zonder meer aangegeven op een zwart bord, dat in de nabijheid a*o den rcuür hangt. Het onheil spellende geluid van de bel laat zich piet meer hooren, doch het zwarte bord spreekt een niet minder duide lijke taal.... noodlottigen avond, al even onbehoorlijk. Eén sloeg nog een gat in den dijk bij Nieuwe Schild, een tweede deed hetzelfde over een lengte van 12 meter en vernielde bovendien een aan den voet van den dijk gelegen boerderij, de derde bepaalde er zich toe de noodige schrik om zich heen te verspreiden, zonder evenwel groote schade aan te richten. Over het geheele eiland was het gedaver der ontploffingen te hooren. De O. 23 in haar element. Een nieuwe aanwinst voor de Neder- landsche marine, de duikboot O. 23, werd Dinsdagmorgen aan haar element toever trouwd. Met eenige plechtigheid werd het schip in tegenwoordigheid van tal van marine-autoriteiten van een der hellingen der Rotterdamsche Droogdok Maatschappij te water gelaten. Deze plechtigheid werd verricht door de echtgenoote van vice- admiraal A. Vos, die binnenkort als hoofd van de afdeeling materieel zeemacht van het departement van Defensie zal aftreden. De scheidende vice-admiraal voerde na de tewaterlating het woord. In zijn rede wees hij op een enkel lichtpunt, dat de huidige crisistoestand voor ons land heeft opge leverd: door den dwang der omstandig heden is hier te lande een industrie ont staan, die op de economische en militaire verdediging van het land is ingesteld. In dit opzicht aldus spr. is dc crisis goed gebruikt. De schepen worden tegenwoordig hier te lande ontworpen en gebouwd en dat zij goed zijn, hebben de b°ide in Ne derland gebouwde Poolsche onderzeeboo ten bewezen, die den Poolschen dans ont sprongen en na een gevaarlijke reis be houden in Engeland zijn aangekomen. Het water zakt. In den op vele plaatsen onrustbarend hoogen waterstand der verschillende rivie ren kwam begin der week gelukkig een gunstige wending. De Waal zakte, hoewel langzaam. Doch ook nu nog was de stand bij Nijmegen ruim 12.5 meter boven N.A.P. en dus nog steeds gevaarlijk hoog. In Mil- lingen liep dan ook een scheepswerf onder water, waardoor enkele uonderden arbei ders tijdelijk het werk moesten neerleggen. In de dekenfabrieken van de firma De Wit te Helmond, Deurne en Geldrop kon daarentegen het werk weer worden hervat. Te Helmond is men het water zoo spoedig de baas geworden door de Aa te spuien in de Zuidwillemsvaart en toen de fabriek te Helmond eenmaal weer werkte, konden de beide andere te Deurne en Geldrop, die grondstoffen van de Helmondsche verwer ken, eveneens weer aan den slag. Minister Dyxhoorn geeft bescheid. In de Memorie van Antwoord inzake de begrooting van Defensie heeft minister Dijxhoorn enkele belangrijke mededeelin- gen gedaan. De voornaamste ervan mogen hier in korte opsomming volgen. Een aan tal buitengewone dienstplichtigen (d.z. vrijgestelden door broederdienst of vrij- loting, dus niet afgekeurden), behoorende tot de jongste lichtingen, zal worden opge roepen wanneer, is nog niet bepaald (de minister gebruikt de vage term „eer lang"). De oudste lichtingen zullen zoo spoedig mogelijk door jongeren worden af gelost; verdere ploegen van de lichting 1924 zijn hiervoor het eerst aan de beurt; zy krygen onbepaald klein verlof. De minister waarschuwt echter tegen te groote verwachtingen in dit opzicht: de aflossing zal zeer geleidelijk en in langzaam tempo gaan. Ter vervanging van dienstplichtigen zullen geen werkloozen worden opgeroe pen. Of in 1940 de duur der eerste oefe ning tot twee jaar zal worden verlengd, is thans nog niet te zeggen. De nieuwe rege ling van de kostwinnersvergoeding, welke in November is ingegaan, houdt wel is waar rekening met mogelijke vermindering van inkomsten ten gevolge van de af wezigheid van den dienstplichtige, doch stelt geen algemeene vergoeding voor bedrijfsschade in het vooruitzicht. Er komen sperballons. In dezelfde Memorie heeft de minister mededeelingen gedaan omtrent de beste ding van de bedragen, welke vrijwillig voor de defensie zijn bijeengebracht. In totaal is thans 201.614.89 ingekomen, waarvan 53.886.43 uit Cura?ao. De Cura- gaosche bijdragen zijn ter beschikking van den minister van Koloniën gesteld; zij zijn bestemd voor aankoop van zoeklichten voor dit gewest. Voor de rest van het bedrag, vermeerderd met wat nog zal binnen komen, zullen sperballons worden aange schaft. Deze aan lange kabels verankerde ballons worden zooals men weet in alle oorlogvoerende landen als verdedigings middel tegen luchtaanvallen gebruikt, doch zijn in ons land nog onbekend. Finsche infanterie op marsch. DE FOTOGRAAF AAN HET FRONT. Men kan zich ternauwernood meer inden ken, dat er een tijd is geweest, dat het beroep van foto-reporter niet bestond. Een van de pioniers is Mathew Brady, de man, die zich er op kon beroemen, de baan breker der persfotografen te zijn geweest en wel tijdens den oorlog, die van 1861 tot 1865 in de Vereenigde Staten woedde. Bij den toenmaligen stand van de foto kunst vergde dit heel wat meer van den operateur, dan dit thans het geval is. Brady IN KAART DE VERHOUDING IN HET VERRE OOSTEN. Nu Pakhoi, de laatste Zuid-Chineesche zee haven, in Japansche handen is gevallen, is in de reeds lang verstarde militaire fronten in het Verre Oosten weer eeni ge beweging gekomen. Het doel van de Japan ners schijnt te zijn thans in het binnenland van China nog verdere ope raties uit te voeren. De positie van het veel geplaagde China is op het bijgaande kaartje duidelijk te zien. Het is thans aan alle zijden in gesloten. In Tsjoenking regeert maarschalk Tsjang-Kai-sjek, een van de weinige mannen, die met taaie volharding strijden blijft tegen de Japansche aanvallen. Hij had hierbij in zooverre succes, dat het den Ja panners den laatsten tijd niet mogelijk was een groot offensief te begin nen of de fanatieke gue- rilla der Chineezen te onderdrukken, zoo dat zij de hoop op een volledige zege reeds lang hebben opgegeven. Naast de krijgsverrichtingen trekken op het oogenblik de aandacht de Russisch- Japansche onderhandelingen, welke ten deele gevoerd worden m de grensplaats Tschita, en de pogingen der Japanners om met medewerking van de regeeringen in Peking en Nanking een centrale Chineeschc regeering te vormen, waarvoor Wang- Tsjing-wei, tot voor kort de rechterhand van Tsjang-Kai-sjek, als formateur is aan gesteld. Wang zal volledige souvereiniteil toegewezen krijgen, doch zal overigens moeten handelen in overeenstemming mei een programma van twaalf punten, dat ir Tokio is opgesteld. Ter voorkoming van verdere machtsuit breiding van de Japanners naar het Zuirier Sibirsk yty» M I fcCharbioffiWljili-l osroh rot iv ^5 Ws 'mking tloekden k'.'J MONO) Iientiin Hankeu j'.vr CJlcuttd HAINAN ONDER JAPANSCHE HEERSCHAPPIJ RUSSISCHE INVLOEDSFEER BRITSCHE INVLOEDSPEER hebben de Vereenigde Staten besloten df helft van de Pacific-vloot ir de wateier van Hawaii te stationneeren, waarmede dt wankele positie van Engeland in China een wel zeer welkome versterking heefl gekregen. De toestand is er met dat al met eenvoudiger op geworden en net laat zich aanzien, dat in de naaste toekomst nieuwe complicaties met uitgesloten zijn. vertoonde zich aan het front met een hoogen hoed op en letterlijk aan alle kan ten behangen met de hulpmiddelen, waar van de fotograaf in dien tijd zich be diende foudralen, doosjes met reserve platen, statief en wat er nog verder bij het vak behoorde, ot zelfs blikken doozen, waarin hij de afgewerkte platen deed, die naar New York moesten worden gebracht. REDACTIE „IN WEER EN WIND", Naar wij vernemen, is de redactie van het bij W. L. J. Brusse te Rotterdam verschijnende maandblad „In Weer en Wind", dat gewijd is aan natuurleven, rei zen, volkskunde en buitensport, uitgebreid door opneming van den populairen natuur onderzoeker en wereldreiziger Jan P. Strij- bos, die dezen zomer op Spitsbergen het veelbesproken hachelijke avontuur be leefde, dat hem bijna het leven kostte. Tot dusver berustte de leiding van het tijd schrift bij Rinke Tolman (hoofdredacteur) en ds. J. I. van Schaick. DR. LAIRD SCHEPT HYPER- INTELLECTUEELEN. Wat zou in Amerika onmogelijk zijn Niemand behoeft zoo dom en onwetend te blijven, als waartoe hij bestemd schijnt te zijn dat is de leuze van den nieuwen weldoener der menschheid, Dr. Donald A. Laird, die het intellectueele peil van de massa wil verhoogen. „Het brein kan worden getraind, intelligentie kan kunst matig worden aangekweekt en verder ont wikkeld. Dank zij mijn systeem kan uit elk menschelijk wezen een genie, een denker, een rekenwonder, een dichter of een rede naar worden geschapen". Aldus Dr. Laird, die de domheid uit de wereld wil helpen. Zijn redeneering zal ongetwijfeld veel scepticisme ontmoeten. Toch zou men er verkeerd aan doen, er zonder meer de Hij is een ernstig geleerde, die 14 jaar lang aan het hoofd heeft gestaan van het practisch-psychologisch laboratorium van de Colgate Universiteit en thans directeur is van een vooraanstaand wetenschappelijk institut te Philadelphin.

Historische kranten - Archief Eemland

Soester Courant | 1939 | | pagina 4