Stondumh Behandeling van schoenen moderniseert bestaande Japonnen Practische wenken badkamer. KNIPPATRONEN Versteilen van breiwerk Moderniseeren met kantstof ENKELE NIEUWE MODE-DETAILS. Wat de ceintuurs betreft, gaat de mode zeer grillig te werk, want nu eens worden deze totaal genegeerd, dan weer ziet men breede écharpes in het midden vóór ge knoopt, van zijde of velours chiffon, met einden, die nagenoeg tot den onderkant van den rok reiken. Deze maken b.v. in oranje een sterk contrast op een zwarte japon. De taillelijn van mantels en com plets wordt vaak gemarkeerd door inge zette biezen, sierlijke nervures, opgestikte tres, e.d. afwerkingen. Alleen op spor tieve mantels worden ceintures gedragen. la ons vorig modepraatje hebben we verschillende denkbeelden aan de hand gé- daan om wollen japonnen met handbrei werk te moderniseeren. Een pas van na den in één of meer kleuren is eveneens bij zonder geschikt voor kinderjurken, doch wil men b.v. pas en mouwen haken, dan ie een open patroontje meer op zijn plaats, het werkt soepeler. Patroon K 924 geeft een gehaakte garneering weer met nopjes. Ten slotte K 927, dat een moesje in afste kende kleur aangeeft en waarvan het werk in tricot steek gebreid is. Aardig is de blouse, die onder de iurk gedragen wordt, die thans geheel nieuw is geworden en in derdaad apart werkt. De ellebogen en on- KR1NGEN EN VLEKKEN VAN TAFELS VERWIJDEREN. De door warme schotels ontstane vlek ken en kringen worden met een mengsel van spiritus en raapolie bestreken en daarna terstond met een wollen lap nage- wreven. Verdwijnen de vlekken niet, da» herhale men nogmaals de behandeling. voor de Op onze afbeelding I ziet men hoe het ondergedeelte van een niet meer gebruik te waschtafel gebruikt kan worden om het vuile waschgoed in te deponeeren. Vooral in een kleine woning is zooiets uiterst practisch en heel gemakkelijk te maken. ÖEKLEEDE DAMESJAPON (Gezette figuren) Succespatroon VKK 2093 Prijs 30 ct. Niets kleedt meer af voor gezette figuren dan een V-vormige hals en ruime volant- revers, die aan de kraag geknipt zijn. Men kan de japon van een bescheiden motiefje op zijde gedrukt maken, doch ook van effen zijde of wollen georgette. Zwart en donker blauw kleeden het meest af. De mouw is lang en aansluitend gegeven bij de patroon- deelen, doch kan naar verkiezing afgeknipt worden langs de aangegeven lijn onder de elleboog en met de bijgevoegde volant wor den afgewerkt. De volantkraag kan met zijde tegengevoerd of van enkele stof ge nomen worden. In dit laatste geval kan men de buitenomtrek laten cordonneeren of ajouren; de eerste afwerking is echter ster ker. Als vest wordt georgette of een vleeschkleurige zijden ondergrond ge kozen. De rok bestaat uit 6 banen. Taille- lij^ 6 g.M. lager. Zéér smalle ceintuur. Patronen in de maten 485052 en 54. Patronen naar maat v*>n dit model 0e cent d?rmouwen waren versleten en stof voor nieuwe was niet voorhanden, een uitste kend idee, nietwaar, om er een hanger van te maken. Japon K927 is gemaakt van een coupon, stof voor mouwen was er niet, waht de lengte bestond uit 1.50 van 1.40 M. breedte en ziehier het resultaat met de gebreide mouwen. Wil men deze minder opvallend maken, dan wordt het breiwerk In de kleur der mouwen uitgevoerd en de moezen worden overecht inplaats van recht gebreid met dezelfde wol. «924 92.100 un De schuiflade wordt er uit genomen en in de plaats hiervan maakt men een klep van de voorzijde van de lade met zeildoek aan de zijkanten. Door de deuren kan het goed dan verwijderd worden, wanneer de wasch behandeld wordt. Practisch is het droogrek vóór de radiator, dat uit twee haken bestaat, waarop een lat rust (haken zooals men gebruikt om de waterbakjes aan de radiatoren op te hagen). 0p de minst zichtbare wijze Het verstellen van hand- en machinaal gebreide kleedingstukken kan zeer goed op vrijwel onzichtbare wijze geschieden. Maakt men een gewone stop, zooals men dit met kousen pleegt te doen, dan zou het effect minder fraai zijn, indien deze b.v. bij een jumper duidelijk te zien zou rijn. Men moet de steken van het gebrei de weefsel evenwel met behulp van een maasnaald en een passende draad na bootsen. Men maast steeds vierkant of recht hoekige gaten en tornt de steken voor zoo ver noodig los. Aan boven- en onderkant moeten de lussen van een toer vrij zijn, teneinde de maassteken erin te doen grij pen, terwijl men eventueel de zijkanten Iets om slaat, ter verkrijging van een ste viger rand. De omslag wordt met onzicht bare steekjes op het weefsel gehecht. On der het te mazen gat naait men met zijde Df dun garen een niet te klein stukje zeil doek, zulks om intrekken te voorkomen. Nu maakt men eerst de spanning tusschen onderste en bovenste toer en werkt enkele «pandraden aan de zijkanten om het stuk je met het weefsel te verbinden. Afb. 1 geeft het mazen van rechte ste ken te zien, waarvoor men aan den onder kant twee halve steken op neemt en de draad voor het vormen van een steek om twee spandraden wordt geleid, dus een lus vormt. De tweede afbeelding geeft het stoppen van averechte steken op duidelijke wijze te zien en hiervoor steekt men de naald eerst van achter naar voor in, nadat de lus om de spandraden gevormd is en vormt vervolgens een dwarssteekje over twee halve steken. De vierde afbeelding geeft een wijze van herstellen weer, die veel op mazen lijkt en zich slechts leent voor rechte ste ken (tricot) doch in ieder geval netter is dan stoppen. Men spant hulpdraden in ho rizontale richting, zorgt voor een toer ste ken aan onder en bovenkant en werkt de zijkanten om als omschreven is. De werk- proef doet zien hoe de lussen, die om twee draden worden gewerkt een soort visch- graatje vormen. Ook dunne plekken in tri cot-weefsel worden op deze wijze vlug en goed gerepareerd. In handgebreide kinderkousen, sokken enz., die nog niet voor aanbreien in aan merking komen, worden indien hetzelf de materiaal nog voorhanden is ook meermalen stukjes ingebreid, waartoe men de steken aan onderkant op de naald neemt, zijkanten smal omslaan en eenzelf de 1 aantal toeren breien als uitgehaald is, daarna de bovenste steken met de laatst gebreide toer verbinden door middel van maassteken. Zijkanten vasthechten als afd. 3 aangeeft. Verlenging van levensduur mogelijk Het klinkt wellicht een weinig vreemd, indien wij beweren, dat onze schoenen niet minder recht hebben op een goede behan deling dan onze huid. Huid en leer hebben eenzelfde, niet te verloochenen afstamming. De doode, ge prepareerde huid, zij het dan ook dat deze van een dier afkomstig is, heeft evenzeer behoefte aan een voortdurende voeding als de levende huid. Door de vele regendagen, die winter en voorjaar meestal geven, wordt het schoen werk door slechte verzorging veelal hard en onaangenaam in het dragen. Men kan dit weer verhelpen door de schoenen in lauw water te zetten en het leer zachtjes met de handen te kneden, daarna op lees ten plaatsen en ze flink droogwrijven met oude doeken, een soort massage dus! Het drogen mag niet bevorderd worden door kachel- noch zonnewarmte, doch moet bij normale temperatuur geschieden. Vervol gens wordt het leer drie maal achter elkander ingewreven met ricinus-olie, die in de poriën moet trekken. Is dit laatste gebeurd, dan wrijft men ze in met schoencrême, die men 24 uren laat inwerken en eerst daarna met warme doeken uitwrijft. Op deze wijze wordt schoenwerk, dat lang gestaan heeft en hard is, weer geheel soepel en zacht. Schoenen, die men dagelijks draagt, moeten evenals andere, die nu en dan eens voor den dag komen, op spanners of lees ten worden gezet, echter eerst nadat ze niet voetwarm meer zijn en gelucht hebben. Heeft men geen spanners, dan vult men schoenen, die weinig gedragen worden op met oude kousen, die men speciaal voor dit doel bewaart. Heeft men last van transpireerende voeten, dan moet men de binnenkant van de schoenen van tijd tot tijd uitnemen met een rose oplossing van overmangaanzure kali, waardoor de onaan gename geur en lucht verdwijnt. Branden de schoenen zijn hoogst pijnlijk, vooral bij warm weer. In vele gevallen helpt het be strijken van de binnenwanden met zui vere wijngeest. Wil men de fijne zijden kousen sparen, dan gebruikt men dunne in- legzooltjes met fluweel beplakt. Niet alleen oude schoenen vragen vaak veel onderhoud, doch zulks is zeker ook het geval met nieuw schoenwerk. Hoogst onaangenaam is het, wanneer men op licht leer na enkele dagen vlekken ontdekt, het geen man kan voorkomen, door er een dun laagje crème in de kleur van het leer op te brengen (niet uitwrijven). Krakende zolen worden met lijnolie be streken. zóó vaak, dat zij geen vocht meer opnemen. Het bovendeel mag echter niet in aanraking komen met deze olie. Wil men nieuwe zolen waterdicht maken, dan be strijkt men ze drie- of viermaal met co- paal-vernis, na iedere behandeling eerst volkomen laten drogen. Voor kinderen bestaat gevaar van uitglijden op nieuwe zolen, daarom moet men deze eerst met grof schuurlinnen afwrijven. Gummi, over- en andere gummi schoe nen worden met glycerine behandeld. Zijn de zolen poreus geworden, dan kan men ze repareeren door een stukje colopho- nium in spiritus op te lossen en ze hierme de te bestrijken, waardoor ze weer wa- tedicht worden. Lakschoenen zijn zeer gevoelig en ver- eischen een zorgvuldige behandeling. On danks alle zorgen kan het toch voorkomen, dat het leer afbreekt. Geen enkele leve rancier zal dan ook instaan voor lakleer. Men moet ze steeds op een spanner weg- Een kastje, dat weinig piaats inneemt en eveneens als berging van vuil- "tvaSch- goed dienst doet geeft atb. 2 te zien. Ten slotte geeft afb. 3 een eenvoudig spiegeltje te zien, waaronder een handige lade met bovenplank en zijkanten is aan gegeven, waarin allerlei kleinigheden ber ging vinden en tevens een en ander uit de hand gelegd kan worden. Practisch is het bankje, dat in iedere badkamer onmisbaar is en juist een goede hoogte heeft om de voeten op te plaatsen bij het pedicuren. MEISJESi.iANTEL 1214 jaar Succespatroon VKK 2007 Prijs 0.25 Aankomende meisjes vragen speciale mantels. Ze zijn de kindermodellen ont wassen en kunnen ook nog geen echte bak- vischmantels dragen. Ze zijn zoowat tus schen mal en dwaas. Een mantel, als hietf weergegeven is, past goed voor den leef tijd van 1214 jaar. Rug uit twee banen en het voorstuk heeft twee smalle zijbanen en de voorbaan, dig meteen dubbele rij kleine knooper. sluiten. Êehalve van mantelstof is dit model heel mooi van fluweel. De vraag komt meer en meer naar voren hoe men veel ge dragen japonnen kan moderni- seeren. Vrouwen, die niet veel uit gaan, doch voor die enkele ge legenheden toch graag een ge- kleede, lange japon hebben han- gen, zullen haar gaarne na en- 1 Jê&fi kele jaren aan de eischen der 1 MT mode aangepast zien. I Zooieta is heel goed mogelijk, indien men de zijde met kant I combineert, voor zwart is dit wel l het gemakkelijkst, kleuren in de J zelfde tint samen voegen geeft meestal moeilijkheden, doch over I het algemeen zal men, indien 1 men weinig uitgaat een zwarte 1 japon dragen, aangezien moder- i niseeren hiervan de minste moeilijkheden oplevert. Links i geeft de afb aan, op welke wijze men kant kan verwerken en 1 zoo'n vermaakte japon ziet men l dit in hei geheel nUt aan, hij i ziet er weer ais nieuw uit. Voor m&ÏA een eenvoudige middag japon fM Hl kan een kanten pa* m> gedeelte- f/« lijk* .-nouwen weer erna gahvcl jmder aspect g«v«r>, terwijl men rventneal ook e«n rees van dit m«r*»rrïAi aan dar onderkant van dan zoom kan zetten. In plaats van handstof kan men »ok bedrukte zijde verwerken. WENKEN. Wanneer zijden japonnen of onderjurken te droog zijn om te strijken, houdt men ze even boven de stoom van een ketel, ze zul len dan vochtig genoeg zijn. Strijkpatronen, die op de stof overge bracht moeten worden voor het borduren van kleedjes, japonnen enz. worden met den gewasten kant op het weefsel gelegd, daarna legt men er een doek overheen en strijkt hierover met een warm, doch niet heet ijzer. Een appel in den broodtrommel zal er toe bijdragen om het brood langer versch te houden. Wil men om twaalf uur lekker knappend brood op tafel brengen, dan legt men het niet in den trommel, docht bewaart het zoolang in het broodmandje. VKK *^200? knippatronen van deze mo®bllk§ zijn verkrijgbaar bij Het Practisdb blad. Postbus 30, Den Haag, Giro De prijs bedraagt per patroon t OM .oMg) 0.05 voor porto- «n omz. steeds vooruit in postzegels, po* iWWjK sel of giro. zetten en met zuivere olijfolie regelmatig inwrijven, terwijl sterke temperatuurswis selingen zeer slecht op lak inwerken. Lak schoenen, die veel plooien hebben, worden boven de stoom van een ketel kokend wa ter gehouden en daarna met olijfolie inge wreven. Vocht en vet zullen het leer weef soepel en zacht maken. Beide modellen zijn eveneens geschikt om gemaakt te worden ingeval men te weinig stof heeft voor één geheel.

Historische kranten - Archief Eemland

Soester Courant | 1940 | | pagina 3