Cultuurverwantschap tusschen
de volken rondom de Oostzee
De worsteling tusschen oude en
nieuwe vormen
SCHOONHEID IN HET BOERENLEVEN
Uit het rijk van de Jungfrau
,-v- '.'-i
ïjli i.r 1 rr^
Scandinavische cultuur
In Scandinavië heeft de taai volharden
de boerenstand reeds lang groote beteeke-
nis, vooal in Noorwegen. Ieder dal van
West-Noorwegen bracht als het ware zijn
eigen cultuur voort, die men aan het snij
werk van meubelen en huisraad in het
museum te Bergen, in de verschillende af-
deelingen kan bestudeeren. De boeren leer
den in de naburige stad een bepaalde
kunstrichting, b.v. Barok kennen, booteten
dezen stijl met primitieve middelen na em
hielden er aan vaet, ook al had de atad
reeds lang een andere atyi Ingevoerd.
Naast dit vasthouden aan het eude vindt,
men in het Noorden een opvallend streven
raar het nieuwe. In Zweden ziet men niet
meer louter baUcenhntoen. waarin Monde
slechts zelden buiten het kader der omge
ving.
De tegenstelling tusschen oud en nieuw
valt in Scandinavië veel meer in het oog.
De Nederduitschers hebben, zooals het hee-
le rijk, met de economische crisis te kam
pen, die in de Noordelijke landen veel la
ter inzette dan ergens anders.
De crisis vertoont aan beide zijden der
Oostzee veel overeenkomst. Doch tevens
leert de geschiedenis, dat er bij de Oost-
zeevolkeren ook tusschen de cultureele
bloeiperioden een samenhang bestaat.
volkscultuur, een boerencultuur, die aan*
vankelijk onder den druk der aanstormen
de toeristengolven dreigde ten onder te
gaan. Toch wist zij zich te handhaven en
doet zich thans onder verschillende inte
ressante vormen aan den toerist voor; wij
noemen slechts: de Wilhelm Teil Freilicht-
spelen, de houtsnijkunst en de tapijtweve-
rU.
Interlaken heeft natuurlijk nog altijd
zijn Höheweg, waarlangs in den loop der
tijden alle grooten der aarde getrokken
zijn en die thans het uitgangspunt van de
mooiste bergspoor- en autotochten is. Een
generatie met verzienden blik heeft ervoor
gezorgd, dat het schitterende gezicht op
den schoonsten berg van de Berner Alpen,
de Jungfrau, voor altijd vrij blijft. Zoo is
Interlaken, de parel van het Ber
ner Oberland.
De zweeflust zit den mensch in 't bloed.
Dat is wel altijd het geval geweest, maar
tegenwoordig toch meer dan ooit. De mo
gelijkheid tot snelle verplaatsing met auto,
motorrijwiel, fiets, motorboot en vliegtuig
fascineerde oud en jong dermate, dat onze
natuurlijke voortbewegingswijze geheel op
den achtergrond geraakte om plaats te ma
ken voor een tabelachtige bedrevenheid in
het bedienen van de hefboomen, knoppen
en wat dies meer zij. Doch ook dit is al
weer anders geworden. Men is al lang tot
de ontdekking gekomen, dat er wel met
steeds grootere snelheden, met benzine
stank, olie, vet en stof allerlei te bereiken
is. maar dat de kruidige boschgeur, een
Sennhut in de zonneschijn, een scherpe,
prikkelende gletscherwind toch altijd nog
dingen zijn, die voor hart, longen en slanke
lijn in één dag meer doen dan 1000 kilo
meter veeren, schokken en vibreeren op 't
duurste saffiaanleer van een luxe-wagen.
Het trekken is weer in de mode geko
men. Men trekt het eigen land door na
tuurlijk, dat in de eerste plaats! maar
men gaat ook verder, de grenzen over, de
bergen in! Het Berner Oberland wordt op
nieuw ontdekt. Daar zijn dalen, door geen
menschenvoet, behalve die van den jager
betreden, waar vos, marmot, gems, ree en
adelaar nog ongestoord hun leven van ja
gen en gejaagd worden leven.
De berg, die het geheele Berner Ober
land beheerscht, is de Jungfrau. De naam
moet zijn oorsprong vinden in de omstan
digheid, dat de Alpen, die aan zijn voet
liggen, tot het vrouwenklooster van Inter
laken behoorden en dientengevolge Jung-
fraualpen genoemd werden.
In haar schaduwen bloeiden heele dy
nastieën van berggidsen op, onder haar
machtigen blik verrezen de centra van we-
reldtoerisme, wier namen zelfs een En-
gelschman kan uitspreken. Een spoorweg
net, dat in Interlaken zijn uitgangspunt
heeft, ontsloot den toegang tot het gebied
van de Jungfrau. Van daar uit bereikt men
Lauterbrunnen en Grindelwald. Van Lau
terbrunnen voert een zijtak, de Mürrenlijn,
naar het hoogste gelegen Kurort van het
Berner OberlandDoch ook begint in
Lauterbrunnen de Wengeralpenbaan, die
in anderhalf uur naar het centrum van de
Alpensport, naar Wengen en vandaar over
de Wengernalp naar den Kleinen Schei-
degg voert. Grindelwald is vooral bekend
als het dal der gletschers en inderdaad ko
men de uitloopers van de beide Grindel-
waldgletschers tot dicht bij de plaats.
De Kleine Scheidegg is het laatste, of
schoon toch altijd nog 2200 meter boven
den zeespiegel gelegen station van de
Jungfraubaan, die bij den Eigergletscher
in het graniet van den Eiger wegkruipt.
Aan den voet van dit grootsche Alpen
landschap ligt Interlaken. Een naam, die
in Zuid-Afrika even bekend is als in de
Argentijnsche estancia's, een internatio
naal toeristencentrum midden in het mach
tigste deel van de Alpenwereld. De stroom
van levenslustigen uit heel de wereld trekt
zich hier sinds een halve eeuw samen.
Toch heeft Interlaken ook een eohte.
Interlaken aan het meer van Brienz,
Vergezicht op het Iseltwoud.
er dan niets wat het grootsche uitzicht uit
de hotels belemmert. Doch in de luwte
van den Harder werd een mondain strand
bad gebouwd, dat 'n geliefkoosd punt van
samenkomst van de Interlakensche badgas
ten is geworden. Van den Harder boven
Interlaken heeft men overigens een prach
tig wjjd uitzicht, een panorama, dat de
Berner Alpen van hun schoonste zijde doet
zien. Maar ook om zijn steenbokkenkolo-
nie is de Harder beroemd. Hier aan den
voet van den Harder kan men dezen trot-
schen Alpenbewoner in kudden aantref
fen, waar zij binnen de omheiningen ge
houden worden. Op den breeden bergrug
ziet men ze over de rotsen klauteren en
op de groene berghellingen weiden.
En dan de meren: het Thuner- en Brien-
zermeer. Wie hiervan geen andere voorstel
ling heeft dan van twee reusachtige strand
baden, is verkeerd ingelicht. Thuner- en
Brienzermeer beteekenen heel wat meer;
sleden, dorpen, gehuchten, bergen en berg
sporen vallen er onder. Daar is in de eer
ste plaats Thun met zijn slot, dat zijn mid-
deleeuwsche afkomst niet verbloemen kan.
Twee andere sloten verleenen Oberhofen
en Spiez hun bijzonder cachet. En on
weerlegbaar bewijs voor den goeden smaak
van de vroegere slotheeren in Spiez en
Oberhofen groeit een bijzonder fijne wija
En over al «iit schoons Iaat de Jungfrau
haar wakend oog gaan.
Wie in dit landschap van spanning tus
schen subtropisch en arktisch klimaat alt
zwemmer, bergbeklimmer, tennis- en golf-
speler, als vlieger, automobilist of trekker,
als vriend van vroolijk mondain gedoe of
van eenzaamheid en stilte, als jongeling
bruisend van levenslust of als rustig ge
nietend grijsaard, verpoozing komt zoeken,
die vindt hier in vijf en zestig vacantie-
oorden op vijf en zestig verschillende ma
nieren wat van zijn gading Is.
boeren wonen, maar ook de modernste
stadsarchitectuur. Het stadhuis te Stock
holm staat bekend als „de mooiste schep
ping onder de stedelijke, monumentale
bouwwerken van Europa."
De Zweedsche hoofdstad kan er zich op
beroemen, in haar stadsbibliotheek een der
modernste boekerijen te bezitten, waar
ieder, die er komt, zich in de kasten uit
zoekt, wat hem bevalt en waar van toe
zicht nauwelijks iets te bespeuren is.
De nieuwe architectuur en de verbete
ringen op sociaal gebied hebben het huidi
ge Zweden veel van zijn Noorsche som
berheid ontnomen. Over het Zweedsche
leven van thans ligt een heldere, vriende
lijke glans gespreid.
Een bijzondere aantrekkingskracht
Behalve in Stockholm vindt men ze ook
in Lillehammer, Bygdö, Lyngby en Aar-
hus. Ook het prachtige Stotskogspark in
Göteborg kan men hier toe rekenen. Hier
vereenigen zich op zeldzaam sprekende
wijze de genoemde tegenstellingen: de oud-
ingewortelde liefde voor het eigen land
openbaart zich hier in den gelukkigsten
modernen vorm.
Ook Noord-Duitschland bezit in zijn die
rentuin te Königsberg een soortgelijk open
luchtmuseum.
Folklore Musea verrezen in den laatsten
tijd als paddestoelen uil den grond. Wie
door Dithmarschen reist, ziet aan 't lands-
museum en andere verzamelingen, hoe zeer
de bewoners dezer Noordzeekusten aan
hun vaderland hangen
De liefde voor het vaderland en het eigen
volk is bij de Noordelijke landen van Euro
pa van oudsher sterk ontwikkeld geweest.
Nergens wordt de kennis van het eigen
land en volk zoo systematisch bevorderd
als in deze landen.
Aan den spits hiervan staat de jongste
staat, Finland, waar de verbreiding dezer
kennis door een centraal instituut, het
honderdjarige Finsche Literaire Genoot
schap, wordt geleid. In de internationale
onderzoekingen naar de herkomst der
sprookjes staat Finland bovenaan. In Noor
wegen vloeien de bijeengebrachte volks
liederen, baladen, sprookjes, raadsels en
spreekwoorden enz. via het gemeenschap
pelijke vergaarbekken der Folkloristische
vereenigingen naar Oslo, waar zij met or
ganisatorisch talent worden gerangschikt,
bewerkt en gepubliceerd.
Een taaie strijd is hier gevoerd tusschen
de voorstanders van de uit verschillende
boerendialecten gevormde volkstaal en de
uit Denemarken afkomstige officieele taal.
Men rustte niet, voordat beide talen vol
komen gelijke rechten verkregen hadden.
Dit in tegenstelling met Neder-Duitschland
waar het Hoogduitsch bereidwillig werd
erkend. Slechts verlangen de literaire krin
gen, dat aan de Platduitsche geschriften
dezelfde eischen gesteld worden, als aan
de Hoogduitsche
BIJ DE
ILLUSTRATIES:
Links boven:
De oude boerenhof
steden in Noorwegen
zijn heel statig. De bel
op bet dak roept de
huisgenooten aan het
werk.
Rechts boven:
Oost-Götlandsche vrou
wen in hoerendracht.
Links:
De beroemde Hol-
stentor te Lübeck, een
van de mooiste bouw
werken van Neder-
Duitschland. Lübeck is
rijk aan dergelijke
bouwwerken.
Boven:
Het stadhuis te Stockholm, een represen
tatief voorbeeld van den nieuwen Scandi-
navischen bouwstijl.
Onder:
Oude boerenhofstede in Zweden. De Scan
dinavische boeren houden taai vast aan de
oude gebruiken, hoewel zij voor het nieu
we toegankelijk zijn.
oefent in Stockholm het openlucht muse
um op de vreemdelingen uit. Terwijl in
de gewone musea de voorwerpen in afge
sloten ruimten en alle onder dak staan,
zijn hier de dierenhuizen, stallen, schuren,
hutten en molens in de vrije natuur opge
steld en hun dak is de wijde hemel. Dit
soort musea ontstond het eerst in Scandi
navië.
Daarnaast willen zij echter ook met hun
tijd meegaan. De Dithmarscher boeren wa
ren de eersten, die het electrisch licht in
voerden en de nieuwste methoden voor het
verbouwen van groenten van de Holland-
sche kweekers overnamen. Hun landsman
Frenssen woont in zijn dorp in het huis,
waarin zijn vader reeds woonde; maar in
zijn boekenkast staan vertalingen van zijn
werk in zeven vreemde talen. Dus ook bij
hem taaie gehechtheid aan den geboorte
grond en tegelijkertijd het omspannen van
de halve wereld met zijn geesteskinderen.
In de Hanzesteden vindt men eveneens
liefde voor het verleden met ontvankelijk
heid voor het nieuwe vereenigd. Het uiter
lijke stadsbeeld is aan gene zijde der Oost
zee moderner dan hier, alleen reeds hier
om, dat in Noorwegen en Zweden de
meerendeels houten huizen veelal door
brand vernietigd werden. In de Nederduit-
sche steden is het oude met het nieuwe
harmonisch verbonden. Het moderne valt