v
Wê\
m
J
MODERNISEEREN
helpt punten sparen
UtUvijdeïesi
VLEKKEN
i ÜNf 1 J
'PAaciiicfiie, u-iauw-en
Lcka^tn laad
Maken van tasschen
Regenmantel
en
parapluis
KNIP-PATRONEN
Voorjaarskleeding
We kunnen ons thans bij de aanschaf-
Rng van nieuwe kleeding niet steeds rich
ten naar den kalender, doch hebben behal
ve met onze beurs ook en vooral rekening
je houden met onze textielkaart.
Aanbeveling verdient het om te begin
gen met onze kleerkast aan een grondig
onderzoek te onderwerpen, om daarna vast
\e kunnen stellen wat hoog noodig ver
nieuwing behoeft. Zonder een verdeeling
te maken van de beschikbare punten loo-
pen we kans, aan het einde der periode te
kort te komen om eventueel in dringende
behoefte van een of ander te kunnen voor-
tix. Begonnen wordt dus met eeFst na te
taan, wat voor moderniseeren in aanmer
king komt. Een voordeel is, dat garnituren,
kantstof èn couponnetjes zijde van ten
hoogste 90 c.M. geen puntenoffer noodig
|naken. Vesten en passen van ander mate
riaal zijn steeds een goede oplossing om
pud tot nieuw te maken; men kan zelfs ge-
heele voorpanden of een tusschenbaan
trver de langte der japon van een contras-
teerende kleur of stof verwerken. Wellicht
levert een blouse, die niet meer gedragen
Vordt, het materiaal om een voorjaars
japon te moderniseeren of wel een zomer
mantel. Onze schets geeft een japon te
fien, die van een mantel gemaakt is. In
het voorgedeelte van den rok zijn enkele
plooien gestikt, terwijl plastron en ópge-
ptikte heupstukken van den rok van een
niet te zware wollen ruit gemaakt zijn.
Aardig is de afgeronde lijn der heupstuk
ken even boven de taille, terwijl de opge
stikte bies een zeer aparte halsafwerking
geeft. Het geheel maakt een zeer geslaag
den indruk en leent zich uitstekend om
als wandeliaDon gedragen te worden.
De mogeliikheden tot moderniseeren zijn
schier onuitputtelijk en naarmate men zijn
fantasie meer laat werken, zal blijken, dat
men heel wat punten en geld, kan be
sparen, omdat de aanschaffing van nieuiye
frleeren er door voorkomen kan worden.
van
Vlekken kan men slechts dan met succes
doen verdwijnen, indien ze pas ontstaan
zijn en men de herkomst kent. Zelfs indien
men een kleedingstuk in een stoomerij
Iaat behandelen verdient het aanbeveling
de herkomst der vlekken te kennen.
Gaat men zelf aan het experimenteeren,
dan moet men weten of het vlekkenmiddel
de stof niet te zeer aan zal tasten.
Uit niet geverfde stoffen zijn vlekken
dan ook het gemakkelijkst te verwijderen.
Voorzichtigheidshalve zal men het aan te
wenden preparaat eerst op een stafrestje
dienen te probeeren. Alvorens wij enkele
wenken en raadgevingen laten volgen wil
len wij eerst met nadruk zeggen, dat er
geen universeel middel is, dat alle soorten
vlekken uit allerlei weefsels zal doen ver
dwijnen. Het gaat er mede als met beproef
de huismiddeltjes, lindebloesem thee moge
probaat werken in geval van verkoudheid,
tegen winterteenen helpt zij evenwel niet!
Waaraan kan men de oorsprong van
sommige vlekken dan wel herkennen?
Meestal maakt men vlekken op de kieeren
bij het koken of bij het eten, dit is dus
reeds een punt, waarmede men rekening
heeft te houden. Deze vlekken bevatten
'->1 iets. suiker, eiwit of een mengsel
<%)X.
m Mm Mi
rap*.Ml
van beide stoffen. Eiwit en suikervlekken
hebben, droog zijnde, een min of meer stijf
oppervlak. Vetvlekken breiden zich uit en
doordringen het weefsel, bovendien her
kent men vet evenals olie en bloed
vlekken, aan de lucht.
Bij verschillende andere vlekken zal het
geheugen ons wellicht te hulp komen, men
zal zich b.v. herinneren, wanneer men
thee. wijn. limonade enz. gemorst heeft.
Ieder kleedingstuk moet, alvorens het
gereinigd wordt, goed gekloot worden,
waarna flink borstelen, aangezien de op
lossing, die men denkt te gebruiken zich
anders met de stof verbindt. Alvorens tot
de behandeling over te gaan. legt men on
der de vlek een schoon, meermalen opge
vouwen doekie, bij donker» stoffen even-
tu»rtl een lanie van dezelfde stof.
Teere weefsels kunnen vanzelfsprekend
slechts voorzichtig behandeld worden- men
kan er niet zoo als over stevig materiaal
krachtig over wrijven. Meermalen ontstaat
een kring ra het opdrogen van de vlek,
meestal omdat men te veel van het reini
gingsmiddel gebruikte. Men dient d° be-
treffende plek dan boven een kom met wa
ter te houden, ondat de damp op het weef
sel in kan werken.
Ten slotte noemen wij enk«ip middelen,
om henaalde vlakken te verwilderen.
Vruchtenvlekken worden eerst' me* koud
water vochtig gemaakt, daarna houdt men
de ^lek over de stoom van epp Vo^oi wa+pn
Zij laten zich 1al verwilderen m»*
citroensap en op tafelgoed met waterstof-
peeroxvde.
Versehe grasvlekken on katoenen weef-
eelc worden met p°u de<d ammoniak en 9
deêlen water verwijderd.
Rooden wiinvlokken bestrooit men met
zout en druppelt hierop wat azh'n; ook kun
nen zij met citroensap behandeld worden.
Inkt- en roestvlekken worden eerst met
water vochtig gemaakt, daarna strooit m°n
er een weini» zoutzuur on en houdt de vl®k
boven een stoomenden ketel water dit
geldt alipori voor wit goed.
Likeurviekken wascM men met warm
water uit evenals alle suikerhoudende
vlekken.
Vetvlekken word op Oo verschillende ma
nieren verwilderd ^"en le«*t een stuk vloei
papier on den striikplark, hierover komt
het bevlekte kleed'ngstuk. waar men met
pen niet te warm iizer overheen strükt.
HatunrliiV on ^or| verkeerden k~ot indien
het wollen stof betreft Voorts Van men
benzine en tetra gebruiken en voor wollen
stnffon oeV spiritus en ammoniak.
Olievlekken worden met t^rnentiin ver
wilderd en wanneer zij versch zijn met sni-
ritus.
Stofvlekken in heerenpantalons worden
met aardannelwater afgewreven, waardoor
hei weefsel b'izonder opknapt.
Huisvrouwen zullen thans meer dan. ooit
naar mogelijkheden omzien om oud tot
nieuw te verwerken. Zulks geldt niet al
leen ten opzichte van de kleeding, doch
ook voor allerlei verbruiksvoorwerpen.
Noemen we b.v. een steeds meer onmis
baar geworden artikel, de tasch, die we
's zomers als wij er op uittrekken volstrekt
niet kunnen missen. Nieuw aanschaffen is
zelfs zonder punten mogelijk, doch hier
voor is noodig, dat in de beurs getast wordt,
zoodat we ons eerst willen overtuigen of
hier of daar geen materiaal te vinden is,
waarvan we een tasch kunnen maken. We
krijgen een omhulsel van de tennisracket
in het oog en bemerken, dat het boven
deel danig gesleten is.
De practische tasch (links) kan van dit
stevige omhulsel gemaakt worden. Aan de
boven-ronding wordt een 30 c.M. breeden
inknip gegeven, waarna dit split met dun
leer of band wordt omgeboord. Vervolgens
knipt men den onderkant rechts en stikt
de voormalige opening (zie voorkant) dicht
Aan zijkanten en bodem wordt een reep
stevig linnen tusschen gestikt, waardoor de
tasch meerdere ruimte biedt. Van het
smalle gedeelte wordt den overslag ge
maakt, die aan den achterkant wordt aan-
gestikt en aan de voorzijde met knoop en
knoopsgat sluit. Als handvaten neemt men
smalle reepjes leer, die op de tasch gestikt
worden.
De tasch bovenaan rechts is van het
stroo van de hoeden gehaakt, terwijl die
onderaan van een restantje van markiezen-
stof gemaakt is. Aardig is het taschje
(links) dat van fantasie band of lint ge
maakt kan worden. Men stikt de reepjes
langs den zelfkant op, voert het taschje met
dunne zijde, haalt het aan onderkant in
en werkt het van boven af met een schuif,
waardoor lint of dun koord gehaald wordt.
Hoe wij ons tegen pluvius beschutten
Wanneer het in onzen tijd regent, neemt
de moderne vrouw uit haar handtasch een
klein pakje, dat zich, na uit elkander ge
vouwen te zijn, ontpopt als een fijne, door
zichtige regenhuid en een lange cape blijkt
te zijn. die haar kleeding geheel m al be
dekt. Veelal heeft -ze oano zelfc een capu-
chon van hetzelfde materiaal. Ziedaar de
meest moderne bescherming t»een den re
gen, die. als wij de vnorsnellineen mogen
gelooven, een oude getrouwe, onze para
plu,ie. min of meer op den achtergrond zal
dringen.
Eertijds werd een naraDluie beschouwd
als een voorwerp van prooten vooruitgang
der cultuur, dat vele gedaanteverwisselin
gen heeft ondergaan. R°eds vóór rnpn dit
..scherm" kende, dat in ziin meest primitie
ven vorm van omstreeks de notreude eeuw
dateert, hebben de menschen allerlei pogin
gen in het werk gesteld, om zich tegen den
re<*en te beschermen.
Tn de vroegste tüden droegen de vrouwen
van >>et en*o
bestaande uit een soort zijden mantels met
Hoedon die haar be-
gpH ui-Jo" -forfern r'orj rpcrori
In Egypte werden omhulsels tegen den
regen van een henaalde rietsoort gevloch
ten, terwiil die der dames met decoratieve
ornamenten versierd waren. De GrieVcche
vrouwen hadden het nog gemakkelijker,
aangezien zü bii een plotseling optredende
regenbui den overslag van haar rijk ge
plooide gewaad over het hoofd trokken.
Primitieve volken dragen heden ten dage
nog de meest vreemdsoortige regenklee-
ding. doch omhulsels van gevlochten riet
handhaven zich nog vaak. Indianen be
schermen zich tegen den regen door hoofd
en de schouders met buffelhuiden te be
dekken.
Fet hep-in van de familie-
parapluic.
Ook in Europa gebruikte men. voordat
de paraoluic zijn glorierijken intocht hield,
een ander afweermiddel tegen den r^gen,
rl. regen- of hoofddoeken, die in de 15e en
16e eeuw zeer populair waren en zelfs
ten deele nog in de 19e eeuw gedragen
werden. Zü behoorden zelfs bij verschil
lende volksdrachten, evenals de „huik die
niet alleen het hoofd, doch ook de schouders
bedekte.
Volgens de overleveringen heeft de aot
Alkuin uit Tours, die een vriend en raad
gever van Karei den Grnote was. voor het
Perst d« parnoluie In T?nr0no incroveerd.
Deze abbé, die in 804 stierf zond twee jaren
vóór 7ii, h™
bisschop van Salzburg met widn hi.i zeer
bevriend was. Nog thans bevindt zich
in het archief van Salzburg een brief, dien
de abt aan zijn geschenk toevoegde, waar
in o.a. voorkomt: „ïch sende Dir ein Regen-
dach. damit es von Deniem verehrungs-
würdigem Haupte den Regen abhalte
Met dit eerste pomneuse ..regendak kon
de bisschop onbevreesd den hardnekkigsten
Salzburger „Schürlregen" trotseeren. Maar
na deze eerste uitvinding van een regen
scherm verliepen er nn» ongeveer duizend
jaren, alvorens dit nuttige voorwerp zich
inderdaad als „gemeengoed'' wist in te bur
geren. Pas in de 18de eeuw was men zoover,
dat ieder gezin een regenscherm van groote
afmeting in zijn bezit had.
Vooral on het platteland verheugde men
zich over een dergeliik bezit, dat niet al
leen van biina onverslijtbaar materiaal was
vervaardigd, doch tevens zóó groot, dat va
der, moeder en een of twee kinderen er
plaats onder vonden.
Een flatteuze, jeugdige
dracht
In den loop der tijden heeft mevrouw
Mode ook haar rechten en haar invloed la
ten gelden op deze onmisbare bijkomstig
heid de parapluie. Het leeren regendak
heeft inderdaad vele gedaanteverwisselin
gen ondergaan, zeker niet minder dan wat
onder de heerschappij der Mode valt.
De vorm is gebleven, doch het zware ge
vaarte. dat op een ijzeren stel rustte, heeft
zich allengs gewijzigd en sommige para
plu ies zijn bijna zoo licht als „een veertje.
Or.ze oude getrouwe heeft zich vele experi
menten moeten laten welgevallen, was zelfs
eertjids voorzien van „vensters", opdat de
draagster geen gevaar zou loope" bii het
oversteken van drukke straten. Weer an
dere uitvinders meenden, dat een parapluie
het best van doorzichtig materiaal gemaakt
zou kunnen woeden: »n ook zien wH ze
thans dragen in levendige kleuren met bij
passende capes.
De tijden veranderen en paraoluie^en re
genmantel of cape met capuchon zijn ge
duchte concurrenten geworden, terwijl de
regenkapjes ook een duit in het zakje wer
pen. Inderdaad willen wij het practische
nut van een parapluie niet onderschatten,
doch vooral bii stormachtig weer is het
soms heel moeilijk om dit voorwerp in be
dwang te houden.
Regenkleeding heeft tot taak, zooveel
mogelijk te voorkomen, dat we doornat
worden: en hierin voorzien inderdaad de
practische regenmantels en capes en capu
chon en ook de kapjes met schouderstuk.
Aangezien we evenwel, op deze wijze ge
kleed, niet overal kunnen^verschijnen, zal
de parapluie zich toch blijven handhaven,
als een oude getrouwe, die we niet kunnen
missen.
De invloed, dien de mode doet gelden op
de regenkleeding, heeft ongetwijfeld zijn
goede zijde, want zelfs de meest trooste-
looze regendag vermag het stadsbeeld op te
vroolijken door de kleurige parapluies en
regenkleeding, die de draagster flatteert en
jeugdig maakt. Een feit, dat we niet an
dera dan kunnen toejuichen;! want daar
voor zijn we nu eenmaal vrouwen, niet
waar?
MET RAAD EN DAAD
Waarom vergen vele vrouwen toch on-
r.oodig veel van haar „onderdanen" door
bij verschillende werkjes, die zittende ge
daan kunnen worden te blijven staan?
Aardappelschillen, zilver poetsen, en
zelfs strijken kan evengoed gedaan worden
terwijl men zit!
500 gram geschilde aardappelen geeft
150 gr. afval, terwijl een zelfde hoeveel
heid in de schil gekookte aardappelen
slechts 50 gr. aan schillen weegt. Geeft dit
in een^ tijd, waarop alles berust moet wor
den, niet te denken? Men kan de gekookte
aardappelen zelfs met schil opeten.
Jonge spinazie slinkt zeer, dat weten
wij allen. Wat iedere huisvrouw evenwel
niet weet is, dat men deze gezonde groen
ten kan strekken, indien men 3 a 4 eet
lepels havermout in een deel van het
kookwater laat weken en daarna de ge
hakte spinazie toevoegt om alles mét een
klein klontje boter door te stoven.
Aangebrande groenten worden onmid
dellijk in een anderen pan overgedaan,
zonder iets van hetgeen aan den bodem
zit af te nemen, daarna voegt men er rau
we geraspte ui aan toe, waardoor veel
van den onaangenamen smaak verloren
gaat.
Gerimpelde, oude aardappelen worden
een half uur in water gezet, waarna zij
weer geheel stijf worden. Ook radijs, die
slap is geworden, legt men eenigen tijd in
water.
Afwerken van kleedingstuk-
ken met schuine biesjes is iets,
waar vele. niet zeer gerouti
neerde naaisters tamelijk tegen
op zien. Toch is het niet zoo'n
heksenwerk als men veelal
meent, het komt er evenwel op
aan, dat de biesjes precies ge
knipt worden, aangezien zij
zich dan beter aan den vorm
van een hals, armsgat enz.
aanoassen.
Het knippen en aan elkander
zetten der reepen, alsmede het
op de stof naaien geeft neven-
gaande afbeelding op duidelijke
wiize te zien. Men neemt een
stuk stof. waarvan boven- en
zijkant recht ziin en trekt on
donkere stof met licht krijt (op
lichte stoffen donker) langs een
Iineaal lijnen, die allen even ver
van elkaar verwijderd ziin,
daarna knipt men de reepen
precies op de lijnen af. Rechts
kan men zien hoe de reeDen
met een stiknaad verbonden
ziin, en er na het uitstrijken
uitzien als de midden afb.
Om een schuin biesje tegen te
naaien stikt men het eerst aan
den rechter kant van een
onderhand zijnd stuk op, daarna
wordt de naad uitgestreken en
geeft men bij een sterke ron
ding hier en daar knipjes. Biesje
plat op de stof leggen, langs
bovenkant rijgen en met kleine
steekjes, waarbij slechts enkele
draden
van de bovenstof opgenomen worden, op«
naaien.
Hout biedt de grondstof
fen voor nieuwe materia
len van de aldus ver
kregen kunstzijde worden
elegante avondj^onnerf
gemaakt!
Eenvoudige versieringen ge
ven een persoonlijk cachet
aan kinderkleeding en leen en
zich tevens om een aparte
noot te verleenen aan klee-
dingstukken, die van tweeër
lei stof gemaakt zijn. Op ve
ler verzoek plaatsen wij dit
maal twee meisjesjurken en
een jongenspakje.
Succespatroon
Prijs 35 cent.
Jurk bestaande uit een
recht rugdeel en ingeperste
plooien aan voorzijde, die aan
het bovendeel en aan de taille
bijeengehouden worden door
kleine kruissteek motieven,
waardoor een apart effect
verkregen wordt. Ook op de
plooien, die de ruimte verdee-
len aan mouwen herhaalt zich
deze garneering. Rond kraag
je, eventueel van donkerder
materiaal.
Patronen voor meisjes van
8—10 en 10—12 jaar.
Succespatroon
Prijs 35 cent.
Jurkje met ingehaalde ruim
te aan de schouders, d*e even-
tueel geschmokt kan worden. Indien --
stof niet reikt kan men een middengedeelte
van donkerder materiaal als tusschenbaan-
tje aanbrengen en zijkanten garneeren met
het aangegeven siersteekje. Smal kraagje
en pofmouwtje.
Patronen voor den leeftijd van 4—b en
6—8 jaar.
Succespatroon. Prijs 35 cent.
Linnen jongenspakje van twee kleuren
linnen gemaakt met middenstuk van het
materiaal van den broek, waarlangs een
randje van siersteken wordt gewerkt als
aangegeven is. Ronde halsafwerking en
gladdè mouwtjes.
A 697
KNIPPATRONEN VAN DEZE
MODELLEN
zijn tegen den aangegeven prijs verkrijg
baar bij Het Practïseh Modeblad. Postbu»
36, Den Haag.
Betaling steeds vooruit per giro (post
rekening 203203), per postwiss of in post
zegels, mits deze een waarde hebben van
VA, 3 of V/2 ct.