Plaatselijk nieuws.
Brief van 'n Oorlogsvrijwilliger
UIT EIGEN LAND.
OUD-BURGEMEESTER DES
TOMBE BIJ DE BRANDWEER.
Onze oud-burgemeester Mr. Des
Tombe, was j.1. Zaterdagmiddag
weer te Soest, ditmaal om officieel
afscheid te nemen van de Vrijwilli
ge Brandweer.
Hoewel dit gebeuren reeds eerder
zou plaats hebben, moest het, we
gens verhindering van Mr. Des Tom
be, tot Zaterdag worden uitgesteld.
Voor dit doel hadden de
brandweerlieden zich. met al het
materiaal, verzameld in den tuin van
hotel Eemland alwaar onze oud-bur
gemeester, te 5.30 uur, allereerst de
aangetreden manschappen en het ma
terieel inspecteerde.
Hierna verzamelden allen zich in de
groote zaal van Eemland.
Namens het gemeentebestuur waren
mede aanwezig de heeren Zadelhoff,
wethouder en Batenburg, gemeente
secretaris.
Namens de Brandweer werd Mr. Des
Tombe hier toegesproken door Dr.
De Vos, voorzitter der vereeniging,
die hem in hartelijke bewoordingen
dankte voor alles, wat hij voor de
brandweer is geweest.
In 1948 herdenkt de vereeniging haar
25-jarig bestaan. Spr. hoopt, dat de
oud-burgemeester dan ook aan dit
gebeuren zal willen deelnemen.
In zijn dankwoord merkte Mr. Des
Tombe op, dat, vóór hij in deze ge
meente kwam, hij reeds wist, dat
het hier met de brandweer goed was
gesteld.
Met den commandant, den heer
Groart, maakte hij toen deel uit van
't bestuur van den Utrechtschqn Prov.
vincialen Brandweer-Bond.
Er zijn maar weinig plaatsen waar de
brandweer zoo actief en zoo groot
is als in Soest. Spr. is daar altijd
trotsch op geweest.
De oorlogsjaren zijn voor hef corps
zeer moeilijk geweest, vooral door
de aanwezigheid van hef vliegveld
in deze gemeente.
Naast zijn dank voor de jarenlan
ge prettige samenwerking, brengt
spr. ook dank aan een gedeelte van
de leden van het corps, dat, op zijn
verzoek, indertijd het bevolkingsre
gister liet verhuizen, waardoor veel
leed werd voorkomen, alsmede aan
den commandant persoonlijk, voor
de hulp, welke hij van hem mocht
ondervinden.
Na afloop van het officieeie gedeel
te bleven allen nog bijeen onder het
genot van een consumptie, waarna
onze oud-burgemeester na van
allen persoonlijk afscheid te hebben
genomen, te ongeveer 6 uur vertrok.
PRINS BERNHARDFONDS.
De collecte, welke Zaterdag in onze
gemeente werd gehouden ten bate
van het Prins Bernhardfonds, heeft
f 827.12 opgebracht.
POSTDUIVENSPORT.
De Postduivenvereen. „De Zwaluw"
hield Zondag 30 Juni een wedvlucht
vanaf Mons, 213 K.M.
Duiven los te 8.05 uur. In concours
37 duiven. Eerste duif 10 uur 30 min.
13 sec. Laatste duif 10 uur 37 min.
17 sec.
H. Gorissen 1-8. N. Baltus 2. Sj.
Rijksen 3-4. G. Haks 5. C. Karstens
6-7-9.
Ook de vereeniging „De Vriend
schap" hield dien dag een wedvlucht
vanaf Mons. De uitslag voor deze
vereeniging is alsvolgt:
W. Nieuwenhuis 1-2-5-9. W. Roest
3-6-8. G. Zimmerman 4-7 10. H. Polh-
man 11. E. Daatselaar 12.
Aankomst le duif 10 uur 35 min. 36
sec.
PARTIJ VAN DE VRI-JJIEID.
Het bestuur van de afdeeling Soest-
Soesterberg van de Partij van de
Vrijheid is als volgt samengesteld:
Ir. F. R. Begemann, voorzitter. J. B.
Cramer v. d. Bogaart, vïce-voorzitter,
E. L. Martens, secretaris-penning
meester. Mevrouw J. C. Schortemeij-
er-Hendrikse. Meïuffrouw H. L.
Janssen van Raay, J. van Olden-
borgh, H. W. Vellinga, leden.
DAT GAAT NIET.
Tegen W. J. G. V. werd procesver
baal opgemaakt wegens het rijden op
een motorrijwiel zonder rijvergun
ning, rij- en nummerbewïjs. Het voer
tuig werd in beslag genomen.
O.L. SCHOOL BEETZLAAN.
Na bijna een jaar de gastvrijheid te
hebben genoten van het prinselijk
gezin, keert de O.L. School aan de
Beetzlaan weer naar haar eigen
schoolgebouw terug.
Op Zaterdag 6 Juli, te kwart over
twaalf, zullen de kinderen afscheid
nemen van het Paleis en met een be
scheiden zanghulde dank brengen
aan de Koninklijke gastvrouw.
Daarna wordt in optocht naar het
schoolgebouw aan de Beetzlaan ge
marcheerd, alwaar te half driie de
officieeie heropening plaats vindt
door de autoriteiten.
Te half vier zullen er eenige kin
derspelen worden gehouden voor de
leerlingen op het terrein achter de
school.
DIEFSTAL IN HET
KASTEELTJE OPGEHELDERD.
De diefstal van twee Perzische vloer-
kleeden en vier dito loopers uit het
kasteeltje op den Eng is tot klaar
heid gebracht.
Hoewel aanvankelijk te Amsterdam
en Amersfoort naar de dieven werd
gespeurd, bleek later, dat de die
ven zich niet ver van het kasteeltje
ophielden.
Uit het onderzoek bleek ook, dat
de dieven aan de achterzijde van het
gebouw zijn binnengekomen, nadat
zij in een der ramen, in de nabij
heid van het spagnolet een gaatje
hadden geboord, waardoor dit kon
worden opgelicht.
Op nog al gelukkige wijze kreeg de
politie een draad in handen, wel
ke leidde naar de woning van G.
Haage aan den Molenweg.
In de woning werd echter niets aan
getroffen, maar dit werd anders, toen
het onderzoek zich tot den tuin uit
strekte.
Onder het zand van een zandbak
stootte men bij het graven op eeni
ge golfplaten, waarmede een kist
was afgedekt, waarin zich alle gesto
len vloerkleeden en loopers bevon
den.
Spoedig was nu bekend, dat de
diefstal door H. was gepleegd in sa
menwerking met H. v. d. Broek, wo
nende aan het 2e Heeserlaantje.
Beide personen werden in arrest ge
steld en de kleeden en loopers in
beslag genomen.
Op marsch. Velddienst en
schieten. Engelsche comman
do's en een geslaagde parade.
Alderhot, Zondag.
Dezen brief schrijf ik op een tries
ten Zondagmiddag in de schrijfzaal
van een der vele Canadeesche Can-
tines. Een week van drukke bezighe
den ligt achter ons. In plaats van het
kalme leventje, zooals we dat den
laatsten tijd gewoon waren, kwam
er een echte week van militairen
dienst.
Dinsdag een marsch, die, hoewel hij
slechts enkele uren duurde, toch nog
velen blaren onder de voeten bezorg
de. Het heele bataljon trok uit Het
kronkelde zich als een lange khaki-
sliert over de zwarte asfalt-wegen.
De volledige bepakking en bewape
ning hadden we bij ons. Op het laatst
voel je dat toch nog wel even op je
schouders drukken. Hoeveel malen
zullen we zoo nog uitrukken, als we
eenmaal in Indië zijn? Het weer was
voor den burger verrukkelijk, maan
wij hadden liever iets minder zon
gehad. Er waren van ons geheele
bataljon tien uitvallers. Dat is niet
zooveel.
Het moeilijkste was om het marsch-
tempo steeds gelijk te houden, want
de weg leidde over heuvels en door
dalen en bij hef naar beneden gaan
had je altijd de neiging vlugger te
gaan loopen.
Den volgenden dag, Woensdag dus,
ging onze compagnie met de gloed
nieuwe geweren schieten. Wij mar
cheerden naar de schietbaan, die
midden tusschen de heuvels ligt. In
dit bij uitstek daarvoor geschikte
boschterrein hielden we eerst een
veddienst om daarna op de baan
met haar natuurlijke kogelvangers
de heuvels de geweren te pro-
beeren.
We knalden dat het een lust was en
goede resultaten werden behaald.
De wapens, die de Engelschen aan
ons hebben verkocht, bleken dan ook
van buitengewone kwaliteit te zijn,
hetgeen van onze verdere uitrusting
niet altijd kan worden gezegd.
Donderdag was „de dag" voor ons
bataljon, want Generaal Kruis zou
de parade afnemen en ons tevens
toespreken, ter gelegenheid van hef
afscheid; dat nu wel eens eindelijk
mag komen.
Des ochtends proefparade op het
excercitïe-terrein, vlak bij onze ba
rakken. Deze verliep na eenige min
der geslaagde oefeningen naar
wensch en des middags kwam hef
schouwspel van „groot militair for
maat".
Een kapel van de Expedificninaire
Macht zorgde voor de muziek. Fan
tastisch mooi was de muziek en als
alles bij de E.M. zoo goed in ord|e is,
als dit muziekcorps, dan kunnen wij
daaraan een „punt" zuigen, zooals
we hier zeggen. Het eenige wat ons
vreemd deed opzien was, dat allie
commando's voor dit muziekcorps in
het Engelsch werden gegeven- Hoe
wel overal in het leger de Engelsche
invloed duidelijk merkbaar is, vind
ik het toch wel een beetje eigenaar
dig dat de bevelen bij deze kapel in
't Engelsch worden gegeven. Enfin, je
leert het hier wel af, verwonderd te
staan.
Generaal Kruis inspecteerde eerst
de troepen en sprak ons daarna tO:e.
Toen de parade. We mogen wel eens
„kankeren", maar op dat oogenblik
deden we allen ons uiterste best.
De parade slaagde buitengewoon, ook
volgens het oordeel der Ë.M.-ers, die
alle vier op hef oogenblik in Enge
land vertoevende bataljons voor den
generaal hadden zien paradeeren.
Dat stemde ons tot groote voldoe
ning
Nou voor fo-day enough! Misschien
zitten we de volgende keer op de
„kolenschuit".
Twee zaken „gloeiend aaneen ge
smeed": de kabïnetsvorming en de
Indonesische kwestie.
Het 'groeiende aantal geruchten om
de vorming van hef nieuwe kabinet
doen vermoeden, dat minister Beel
zijn opdracht ten deze spoedig zal
hebben vervuld en als het laatste
gerucht juist is, zal het nieuwie ka-
benet nog heden worden bekend ge
maakt.
Om het maar eens pouplair te zeg
gen: is het in dezen tijd geen peul
schilletje een kabinet te vormen.
Het is nu eenmaal niet mogelijk
daarbij het geheele Nederlandsche
kiezers-volk te bevredigen.
Op het tijdstip, dat wij dit schrij
ven, zijn de nieuwe ministers nog
niet bekend, doch vast staat dat de
besprekingen hier te lande zoowel
als te Londen in ouderwets-geheim
zinnige sfeer zijn gehouden.
Wat de heeren voor de samenstelling
van een Nederlandsch kabinet in
Londen moesten zoeken, is ons niet
duidelijk geworden.
De heer Van Kleffens, die voor be
sprekingen uit Amerika kwam, had
dat kleine eindje vliegen er wel bij
kunnen nemen zoo goed als jhr.
Tjarda, de oud-G.G., naar Nederland
had kunnen komen.
De heer Van Kleffens was tóch niet
op tijd in den Veiligheidsraad terug,
waar hij door jhr. Loudon werd en
kon worden vervangen.
Wij weten wel, dat wij zwaar op het
Westen zijn georiënteerd, maar hef
bevrijde land kan z'n politieke boon
tjes toch nog wel zelf doppen.
ook de Indische boontjes!
De tegenvoorstellen van, Sjahrir zijn
in Den Haag niet enthousiast ontvan
gen. Men zag er een achteruitgang
in, met wat de „Repoeblïk" reeds
had toegezegd.
Juist was de bespreking dezer voor
stellen begonnen, toen het bericht
kwam, dat Sajhrir en een aantal! van
zijn medewerkers wapen ontvoerd. Ze
zijn ïntusschen weer bevrijd en kan
er weer worden gepraat en nogmaals
gepraat.
Wie de Oostersche mentaliteit kent,
weef, dat onze bruine broeders uren
kunnen boomen zonder Iets te zeg
gen. Als wij de zaken scherp stellen,
blijkt uit alles wel, dat Indonesië
volledige zelfstandigheid wienscht
voor Java en Sumafra: los van Hol
land, zooals vroeger de leuze was.
.Dat zal, na de plenaire zitting der
Republikeinen te Diociakarta mis
schien wel blijken. Nochtans zouden
wij gaarne zien, dat de Britschje mi
nister van staat Noël Baker, gelijk'
kreeg. In het Lagerhuis gaf hij uiting
aan zijn verwachting, dat wij spoe
dig met Sjahrir tot overeenstemming
zouden komen.
Hier in Holland hebben twee recht
zaken de afgeloopen week sterk de
aandacht getrokken. De gewezen
rechercheur bij de P.R.A. te Am
sterdam, Kief, die zich verdienste
lijk maakte bij de opsporing van Ar-
nold Meijer, had zich te verantwoor
den wegens wederrechtelijke, opzet
telijke vrijheidsfcerooving van den on
derwijzer Jansen uit Tilburg. Het
rechte van deze rechtzaak kwam in
de rumoerige zitting niet geheel tot
zijn recht.
Eenerzijds bleek wel, dat de heer
Jansen over een rijke fantasie be
schikt, anderzijds was het een ju
ridisch twistpunt of Kief al dan niet
buiten zijn boekje was gegaan. De
rechercheur werd op verzoek van
zijn verdedigster in vrijheid gesteld,
doch de Officier had voordien al één
jaar voorwaardelijk geëischt en de
ontzegging van het recht om bij de
politie te dienen.
In deze zaak heeft de pers zich in
tweeërlei opzicht geducht geweerd.
Voor de rol, die de leerling-journa
list ten Cate vervulde kunnen wij
geen bewondering hebben, daar hij,
meer dan Kief misschien, buiten zijn
boekje ging. Dat de bladen daaren
tegen in deze zaak 'n bepaald stand
punt innamen en dit krachtig ver
dedigden is hun volste recht.
Zoo is en nu komen we bij de
tweede rechtzaak de eisch van
eenige rechercheurs om „De Och
tendpost" te dwingen, de publicaties
der beschuldigingen tegen hen te sta
ken, afgewezen.
Deze publicaties overschreden vol
gens de arrondissemetifs-rechtbank
de grens van het toelaatbare niiet.
Wie deze publicaties deze ernsti
ge beschuldigingen heeft gelezen,
zal met ons van oordeel zijn, dat dit
muisje voor de rechercheurs nog 'n
geduchten staart kan hebbleni. Mjet
belangstelling wachten wij de gevol
gen af van de klacht, die „Die Och
tendpost" op haar beurt bij het O.M.
heeft ingediend in zake de strafrech
telijke daden van deze klagende re
chercheurs!
Het lijkt wel of wij hier te lande
niets meer zonder herrie maken tot
stand kunnen brengen. Ook was er
immers weer rumoer rondom de be
kende vierdaagsche te Nijmegen, die,
als vanouds, door den Ned. Bond
voor Lich. Opvoeding onder leiding
van den heer Breunese zou worden
gehouden. Genoemde heer was tij
dens de bezetting opzichter en com
mandant vani den Opbouw dienst
later Arbeidsdienst (Koemraad!),
doch werd 5 Augustus '41 ontslagen.
Na de bevrijding is de heer Breunese
gezuiverd en het verbod van deöl
minister die bij Legerorder het deel
nemen aan de wandeltochten aan le
den der Koninklijke Landmacht ver
bood, doet gezien in dit zuiyerïmgs-
licht iet of wat zonderling aam
De N.B.L.O. besloot dan ook voet bij:
stuk te houden en den heer Breu
nese te handhaven. Majoor Breunese
achtte het echter beter zich voor dit
jaar terug te trekken. Een wijs be
sluit in 't belang van beide kantje#*.