Duitschlands toekomst
en die van West-Europa.
Vüöl
Moeilijkheden van St. Nicoiaas.
SOESTER COURANT
Abonnementsprijs 11.50 p. kvv.
22e Jaargang - No. 93
UITGAVE: DRUKKERIJ SMIT - SOESTDIJK
Bureau: Van Weedestraat 35 - Telefoon 2566 - Giro 126156
Franco per post f 1.75 p. kw.
Dinsdag 26 Nov. 1946.
Nog een goede maand en hel iaar
1947 staat voor de deur. Misschien
kwam bij het schrijven van deze re
gels de December-stemming wel
wat vroeg over ons. Maar de da
gen worden kort en donker. Wat
de natuur aan feestelijkheid mist,
probeert de winkelier in zijn eta
lage goed te maken. En bij het aan
schouwen van het moois zegt de op
timist dat het toch al stukken beter
is dan een jaar geleden, terwijl de
pessimist vindt, dat we in datzelfde
tijdperk veel meer hadden kunnen
bereiken.
Wanneer we onze oogen van de
etalages in straat richten naar de
dingen, die de UNO etaleert, be
kruipt ons datzelfde gevoel van
pessimisme, van kregel, dat het met
„die vrede'' niet harder opschiet en
van tevredenheid, dat er, ondanks de
groote tegenstellingen, toch nog en
kele resultaten zijn geboekt»
Omtrent de vredesb'ebalingen met
de satellieten van Duïtschland is
men op weg om gereed te komen»
Begin 1947 denkt men het „Reich''
zglf onder het mes te nemen.
Dat eerst de „kleinen"' aan de beurt
kwamen, teekent de heele verhou
ding. Met het Centrale probleem: de
voorwaarden aan Duitschland en
wat daarmede, direct en zijdelings
verband houdt, de nieuwe ordening
van Europa, durfde men niet aan de
orde te stellen vóór men elkaar bij
de conferenties over de „kleinen"
grondig had getest. Nu zal het er van
komen. Maar boven de toekomstige
conferentiezetels hangen nu al wol
ken van een conflict* De Oostgrens,
de garanties, die Frankrijk eischen
zal, de manier waarop de schade
loosstellingen voldaan zullen worden,
om er een paar te noemen.
De vrede met Duitschland is een
der sluitstukken van de organisatie
van den vrede.
De geallieerden hebben bewezen, dat
ze een oorlog tot een overwinning
kunnen maken.
Zullen zij ook een vrede kunnen ma
ken, die leidt tot de overwinning
van de onderlinge tegenstellingen, 'n
vrede, die op den duur leidt tot
*het organisch opnemen van Duitsch
land in de West-Europeesche Sta-
tenfamilleï
Simplistisch gezien zouden we de
de zaak zoo willen stellen:
Moge hef waar zijn, dat de Duit-
scher is eersten aanleg zelf ver
antwoordelijk is voor het bewind,
dat hemzelf 12 jaar en de buurstaten
6 jaar lang teisterde een feit is het,
dat de gróoten onder die buurstaten
mede verantwoordelijk zijn voor de
opkomst en de vestiging van dit be
wind, doordat ze hebben nagelaten
in te grijpen, toen het nog tijd was
en ze een woord en verdrag schen
dende bende psychopaten rustig
haar gang lieten gaan.
Het volk heeft voor die houding ge
boet; zijn huizen zijn in puin ge
smeten, zijn middelen van voortbren
ging vernietigd, tallooze dooden zijn
gevallen. Dat is gebeurd in het land,
dat de rampspoed van een tweeden
oorlog heeft ontketend; dat is ge
beurd bij hen, die het nazi-monster
hebben toegestaan te groeien-
Een verstandige wereld zou met 'n
schoone lei beginnen. Waarmee we
niet willen zeggen, dat we de Duit-
schers nu maar zouden willen laten
opdraaien voor de schade, die ze
zélf hebben geleden zonder hen de
verplichting op te leggen ook de me-
dezorg te dragen van wat zij bij hun
buren hebben kapotgemaakt. Maar
in dien zin, daf zij hij den ophouw
van Europa worden ingeschakeld als,
laten we het noemen, adspirant-lid»
Bij den wederopbouw van Europa
hebben zij alleen maar fe werken*
Laten zij er blijk van geven te pas
sen in een democratische samenle
ving der volkeren. Later zouden zij
dan een stem mogen hebben in het
kapittel, afhankelijk van hun pres
taties en hun bereidheid ten op
zichte van de Europeesche zaak.
Want de Duitsche vrede is in de eer
ste plaats een Europeesche- zaak en
een West-Europeesche zaak.
Natuurlijk heeft Amerika aanspra
ken; natuurlijk heeft Rusland aan
spraken. We zullen ze niet ontken
nen, maar de organisatie van een
duurzamen vrede zal in de eerste
plaats afhankelijk zijn van de or
ganisatie van een duurzame, zij het
bescheiden welvaart. En die wel
vaart wordt niet verkregen door 'n
land, rijk aan natuurlijke hulpbron
nen, een volk, dat technisch ontwik
keld en werkzaam is, te gebruiken
als uitbuitingsobject.
De luttele krachten van het oude
Europa mogen niet worden verkwist
in een orgis van haat* De opleving
van het oude werelddeel mag niet
worden belemmerd door een door
rottend lid.
Laat ons toch vooral nuchter zijn.
Aan de conferentietafel van straks
heeft het Europa van het Westen de
zwakste stem.
OIHcieele mededeelingen.
SPREEKUUR
BURGEMEESTER.
De Burgemeester van Soest maakt
bekend, dat hij op Woensdag 27 No
vember a.s. verhinderd is zijn weke-
lïjksch spreekuur te houden.
SINTERKLAASVERRASSING.
Eindelijk hebben we dan weer een
echte burgemeester, een burgemees
ter voor dag en nacht. Eerst hadden
we een loco, toen een waarnemend,
maar de eerste December krijgen we
weer een vaste en zodoende hebben
wij Soesters ons Sinterklaaspresent
je al te pakken, alvorens de goeie
ouwe man uit Spanje zal arrive
ren.
Onze rfieuwe burgemeester is voor
ons om zo te zeggen een onbeschre
ven boek en we weten alleen, daf
hij uit Abcoude komt en dat hij ge
trouwd is, maar verder gaat onze
wetenschap voorshands nog niet.
En dus zitten we in spanning om
onze eerste burger te ontmoeten en
om te zien, uit welk vaatje hij zal
tappen in het belang van onze^ ge
meente en tot heil van de gehele
bevolking van ons dierbaar dorp.
Ons dierbaar dorp, dat toch zo
veel gebreken heieft, maar waar ik,
als geboren Soester, toch zoveel van
hou.
En dit is nu dan de derde burger
vader, die wij uit Abcoude krijgen,
waardoor het schijnt, dat Abcoude
ons uit de penarie helpt als wij
zonder eerste burger zitten. Tegen
woordig drukken ze dat deftiger uit
en daarom zou je ook kunnen zeg
gen. dat Abcoude de gemeente Soest
geadopteerd heeft om Soest aan
burgervaders te helpen.
Vol verwachting klopt nu ons hart,
al moeten we in één adem zeggen,
dat wij het met onzen waarnemend
burgemeester ook best hadden ge
troffen en dat we daarom ook heel
erg tevreden zouden zijn geweest,
als wij Jhr. Dedel voor vast hadden
gekregen.
Maar het is nu eenmaal zo, dat wij
het nooit helemaal krijgen zoals wij
het graag zouden willen hebben. Er
blijft altijd nog te wensen over; is
het niet met het één, dan toch met
het andere.
En ondertussen komen we dicht bij
Sinterklaas, of Sinterklaas komt
dicht bij ons, net zoals je 't noe
men wilt en hef zal me benieuwen
hoe die goede ouwe taaie het er
af zal brengen dit jaar. Want schraal
hans is nog keukenmeester en met
boterletters zullen we nog niet
overvoerd worden, wat me ontzet
tend spijt, want van boterletters
lust ik wel pap, om je de waarheid
te zeggen. Voor de zwarte handela
ren ds er geen krimp natuurlijk, want
die kunnen kopen wat hun hartje
begeert. En het spijt me, dat er in
Soest nog zoveel van zulke heren
zijn; ook onder mijn soortgenoten
komen zulke hyena's voor, die geld
verdienen aan de benarde toestand,
waarin wij verkeren. Maar de zak
van de knecht van Sinterklaas is
groot en ik hoop, dat alle zwarte
lelijkerds in die zak terecht komen,
want dat zou voor Soest een grote
opluchting zijn. Ik zie in gedachten
die hyena's al in de zak zitten. Er
zijn veel bekende gezichten bij en
ik denk: Net goed, weg met dat
goedje, ze moeten ze maar mores
leren, want ze zijn de kanker voor
onze gemeente. Dankje, Smterklaas-
je.
Maar nou zie je eens, hoe opti
mistisch een eenvoudige werkvrouw
kan worden, terwijl ze bij haar warm
kacheltje een kop thee zit te drin
ken. Ik zag in gedachten de zwarte
jongens al in de zak, maar de wer
kelijkheid zal wel anders zijn, ze
zullen een betere Sinterklaasavond
hebben dan fatsoenlijke mensen,
want ze weten met hun geld geen
raad en kopen dus waar ze zin in
hebben. En ondertussen lachen ze
in hun vuistje de stumperds uit,
die moreel te hoog staan om zwarte
handel te bedrijven en dus niet kun
nen graaien in het geld. Daaruit
zie je al weer, daf de wereld nog
niet volmaakt is en dat er ook in
Soest nog misstanden schuilen en
dat we dus nog niet zijn waar we
wezen willen. Maar enfin, óls we
er maar komen, dan mogen we nóg
dankje zeggen. Maar ik twijfel er
aan want het is in de wereld een
rare boel en ik kon nog niet ziein,
dat het beter zal gaan worden. Maar
hoop doet leven, zei mijn moeder
zaliger en daar klem ik me nou
maar aan vast. Voorloopig ben ik
al blij, dat we weer een echte bur
gemeester hebben. Een echte Raad
en een echte burgemeester.mijn
liefje, wat wil je nog meer?
JUFFROUW FLAPUIT.
Zoo is weer de tijd gekomen
Van: de maan schijnt door de boomen
'tüs de tijd van d'ouden Sint*
En de grootste groote menscben
Hebben net zoo goed hun wenschen
Als het kleinste kleine kind*
0
'k Héb den goeden Sint gesproken;
Hij heeft zijn licht eens opgestoken
Hier en daar in Nederland.
Hij liet mij een briefje lezen,
Zei: „dat moet er al zoo wezen,
Het gaaf boven mijn verstand»
Ma wil graag wat nieuwe kleeren,
Pa wil weer eens inhaleeren,
Maar.géén Zuid-Amerikaan-
't Is helaas nog een illusie,
Want die lamme distributie
Is nog lang niet van de baan.
Het is werk'lijk onbegonnen;
't Is toch altijd bonnen bonnen!
Er is toch nog zooveel te doen.
Hier is 't lijstje, dat nu klaar is;
Onderwijzers meer salaris,
Voor de werkers een pensioen.
Maar bij Onderwijs en Kunsten
Is men niet gediend van gun/stén
Aan 't onderwijzend personeel.
Bij de distribütieheeren
Was ik óók reeds enk'le keejren,
Maar 'k bereikte er niet veel.
En de heeren van de kranten
Wenschen voor hun Iezersklanfeto
Meer papier, 't is niet te doen.
Iedereen, die werkt me tegen;
'k Heb genoeg ervan gekregen;
Ik ga lekker mef pensioen!''
Plaatselijk nieuws.
PRINSES IRENE GERED.
Verleden week Donderdag werden
de wandelaars op den hoofdweg bij
hef paleis opgeschrikt, doordat een
paard met een meisje op den rug
den paleistuin kwam uithollen.
Het meisje, dat zich stevig vast
hield, kon 't op hol geslagen paard
niet meer baas»
Eenige moedige voorbijgangers
sprongen onmiddellijk voor het
paard en zagen kans het tot stilstand
te brengen, waarna zij het meisje,
dat niemand anders was dan Prin
ses Irene, van hef paard afhielpen»
Het prinsesje verzekerde na hef ha
chelijke avontuur, dat zij naar ma
ma wilde.
Het paard werd door den pikeur
onmiddellijk overgenomen, doch
toen Prinses Juliana de redders van
Haar kind persoonlijk wilde bedan
ken, waren deze reeds verdwenen.
Later is toch ten paleize bekend
geworden, wie Ireentje voor erger
hadden behoed» De drie redders
ontvingen een brief, waarin zij voor
hun koene daad werden bedankt. En
deze brief was van een rookoffer
vergezeld.
PROCESVERBAAL.
Wegens overtreding van de arbeids
wet werd bekeurd A.J.A. alhier- Ge
noemd persoon liet in zijn werk
plaats werk verrichten door een
nog leerplichtige knaap.
POGING TOT INBRAAK.
Ongenoode gasten deden een poging
om de woning van Mevr. H. aan
den Heideweg binnen te dringen.
Daar zij werden gestoord, moest het
bij een poging biijven.
VECHTPARTIJTJE.
De hulp van de politie werd inge
roepen bij het café van B., waar
twee personen, de gebroeders R.P.
en T*B., met elkander slaags waren
geraakt.
De vrede kon spoedig worden getqe-
kend*