Frankrijk. Ofschoon de Fransclien
jaarlijks 820 millioen meer moeten opbren
gen dan vóór den oorlog, haken zij reeds we
der naar een strijd met Duitschlaud, en be
steden zij 37 millioen meer aan het leger dan
onder Napoleon III. Is dit om volksge
luk en volkswelvaart te vermeerderen
Wel neen, om hunne militaire eer te her
stellen Die dwazenReeds denken
zij niet meer aan het gekerm hunner ster
vende broeders, vaders, zonen, moeders,
echigenooteu, kinderen, aan het geknetter
der vlammen, die hunne woningen verteer
den, aan den honger, dien zij leden. Met den
laatsten uhlaan verdween uit hun oog alle
gevaar! Alsof het niet kon wederkeeren
Alsof wraak, en niet liefde het kenmerk
eener christennatie moest zijn
Engeland. De Engelsche troonsopvol-
ger, de Prins van Wales, die nu aan de be
terband is, beeft tijdens zijne ernstige ziekte
veel deelneming ondervonden. Het is nu
gebleken, dat bij meer gezien was dan velen
vroeger dachten, en dit heeft hij daaraan te
danken, dat hij zich hij geene staatkundige
partij aangesloten, en nooit gebruik gemaakt
heeft van den invloed aan zijn hoogen rang
verhonden, ter bereiking van staatkundige
doeleinden. De democratische vereenigingen
te Londen hebben, toen 's Prinsen leven in
gevaar was, verklaard: »Ofschoon wij repu
blikeinen zijn, betreuren wij het ongeval
den Prins van Wales overkomen, wenschen
wij, dat hij beter zal worden, en betuigen
wij onze deelneming in de droefheid aan zij
ne echtgenoote en zijne moeder, de konin
gin." Het heeft er veel van alsof die republi
keinen het voorschrift: »Hebt uwe vijanden
lief!" in praktijk brengen. En dit verdient
daarom zoo de aandacht, omdat er landen en
zelfs landjes zijn, waar sommigen, indien
't gerecht maar niet zulk een scherp oog en
sterken arm had, andersdenkenden wel eens
zouden willen wegmoffelen. Ook in Britsch-
Kusland. Eenige studenten te Möskau,
die onlangs een verzoekschrift hadden opge
steld om vrijheid van drukpers te verkrijgen,
zijn naar Siberië verbannen.
Zwitserland. De Bondsraad heeft de
doodstraf afgeschaft, behalve voor militai
ren in oorlogstijd. Naarmate de menschen
in beschaving en ontwikkeling vooruitgaan,
wordt de strafwetgeving menschelijker.
Japan. Het Boedhisme heeft hier opge
houden godsdienst van den staat te zijn. In
het volgende jaar zullen de verdragen met
de Buitenlandsche mogendheden in vrijzin
nigen geest worden herzien.
Kerk- en Schoolnieuws.
••omtrent het tegenwoordige besloten bet
thans in de afdeelingen, doch eerst in een
volgend zittihgstijdperk, dus over een klein
jaarin openbare behandeling te nemen.
Ergdenkende menschen zien daarin een
voorteeken, dat de Eerste Kamer ook dit
wetsontwerp wel weder zal afstemmen en
dus vooreerst de last der tienden wel op den
landbouw zal blijven drukken. Zij verliezen
•daarbij zeker het gewicht der zaak uit het
oog. Is de afschaffing der tienden in 't be
lang van den landbouw, het behoud er van
is in 't belang der rijken, want tienden zijn
ecne vrij vrat zekerder geldbelegging dan ef
fecten. Daar nu de leden der Eerste Kamer
tot de rijksten des lands bekooren, kunnen
zij bijzonder goed over de belangen der rij
ken oordeelen. Moeilijker is bet voor hen
na te gaan, welke belangen hier liet zwaarst
wegen, die van den landbouw of die der rij
ken, en dat zij daarvoor een langen tijd ne
men is zeer voorzichtig. Wij vertrouwen dan
ook, dat de Eerste Kamer, als zij tot bet in
zicht komt, dat de landbouw moet voorgaan,
het wetsontwerp wel zal aannemen.
Een wetsontwerp om voor 10 millioen
staatsschuld in te koopen en dan te vernie
tigen, is door de Tweede Kamer met 40
tegen 20 stemmen aangenomen. Bij de be
raadslaging hadden verschillende leden
o o
hunne bevreemding er over uitgedrukt, dat
de minister nu schuld afdeed, en eerlang
eene nieuwe geldleening zou moeten sluiten
voor de verdediging des lands en de open
bare werken. Hoe de vork eigenlijk aan den
steel zat, is men niet te weten gekomen.
Ook is er bij de Tweede Kamer een wets
ontwerp ingekomen, eene nieuwe rechter
lijke indeeling behelzende. Daarbij worden
rechtbanken afgeschaften nu vertelt men
elkander als een geheimdat daaronder ook
die van Amersfoort behoort, 't Is waarlijk te
hopen, dat het daartoe niet zal komen. Niet
alleen toch zou aan Amersfoort, dat meer en
meer toont den weg van degelijken voor
uitgang op te willen, door het opheffen zij
ner rechtbank een onherstelbare slag worden
toegebracht, de gansche streek van Amster
dam tot Arnhem zou er onder lijden, 't Is
waar de Amersfoortsche rechtbank is niet
overkropt met werk; doch juist dit maakt
haar behoud noodzakelijk. De rechtbanken
te Arnhem en te Amsterdam hebben zooveel
werk, dat rechters nauwlijks in staat zijn al
de processtukken te lezen. Bracht men nu
de Veluwe en het Gooi onder Amersfoort,
dan kreeg hier de rechtbank wat meer werk,
zonder dat zij er door gedrukt zou worden.
De Velu wnaars deden eene groote aanwinst,
omdat zij Amersfoort vrij wat gemakkelij
ker bereiken dan Arnhemwaaronder zij nu
behooren; voor de Gooilanders is bet even
een uitstapje naar Amersfoort te gaan, zoo
dra de Oosterspoorweg gereed is, en dat zal
zoo lang niet meer duren, en eindelijk zou
door dezen lieilzamen maatregel aan hen,
die onder de Amsterdamscbe en de Arnbem-
sclie rechtbank bleven bet onschatbare voor
deel van sneller recht worden geschonken.
Te Bergum, waar groot gebrek aan werk
heersekt, hebben eenige ingezetenen op uit-
noodiging van den Burgemeester eene som
van 4000 bijeengebracht, om voor gemeen
schappelijke rekening en risico vlas te koo
pen en door de behoeftigen te laten verwer
ken. Een zeldzaam, maar des te flinker voor
beeld in een land als bet onze, waar vele ka
pitalisten in de dwaling verkeerendat zij
hun geld-veiliger kunnen toevertrouwen aan
staatsschulden dan aan nijverheidsonderne
mingen.
Hoe ons land tegen een buitenlandschen
vijand verdedigd moet worden schijnt men
nog niet te kunnen vinden. Onder de ant
woorden, die op eene prijsvraag over dat
onderwerp zijn ingezonden, is er geen de be
kroning waardig gekeurd.
De haringvisscherij is thans afgeloopen
en heeft voor Scheveningen uitkomsten op
geleverd. als nog nooit beleefd zijn. Was de
aangebrachte steurharing in 1870 zonder
voorbeeld overvloedig, de vangst van 1871
overtreft die van bet vorige jaar met
120,338,120 stuks.
BUITENLAND.
De prinsen van Orleans-, die met de om
wenteling van 1848 uit Frankrijk zijn ver
dreven, en na het verjagen van Napoleon III
tot leden der Nationale Vergadering geko
zen zijn, hebben daarin eindelijk zifting ge
nomen. Er is in de Nationale Vergadering
eene groote partij, die een der Orleanseu
weder gaarne koning van Frankrijk zou zien,
doch deze partij is niet opgewassen tegen de
vereeniging van die Ier republikeinen met
die der legitimisten, welke een prins uit het
huis van Bourbon, dat in 1830 van den
Franscheu troon werd gestooten, tot koning
verlangen.
De minister van onderwijs, Jules Simon,
heeft bij de Nat. Verg. een wetsontwerp in
gediend ter regeling van het onderwijs, dat
tot op den lmidigen dag in Frankrijk zoo
hitter slecht is, dat, velen daaraan voor geen
gering gedeelte de rampen jtoeschrijven, die
Frankrijk in de laatste jaren hebben getrof
fen. In afwachting, dat de Nat. Verg. dat
ontwerp aauneme of verwerpe, heeft de mi
nister voorgeschreven, dat op de volksscho
len iederen dag een half uur moet worden
afgezonderd voor onderwijs in de kerkleer
dit noemt men in Frankrijk godsdienston
derwijs dat er tweemaal in de week on
derwijs in den zang gegeven, en vóór en na
eiken schooltijd geregeld gezongen moet
worden; dat dagelijks een half uur aan gym
nastic, en een geheel uur aan geschiedenis
en aardrijkskunde moet worden gewijd.
De Nat. Verg. heeft zich in de laatste zit
tingen zeer druk gemaakt met het bespreken
der voorgestelde inkomstenbelasting. Thiers,
de president der Fransche republiek, heeft
er zicb sterk tegen verklaard. Hij meent, dat
de inkomsten belasting met de andere be
staande belastingen op dubbele wijze zal
werken, en aanleiding geven tot ondrage
lijke willekeur, en daardoor tot onlusten. Bij
een bezoek, dat Thiers van het Protestant-
scbe consistorie ontving, verklaarde bij, dat
bij de vrijheid van geweten eerbiedigen, en
zicb alle mogelijke moeite geven zou om de
godsdienstvrijheid te handhaven. Hij moest
echter dringend verzoeken, dat alle partijen
twisten over kerkleer zouden vermijden.
Indië heerscht er groote vreugde over het
herstel van den Prins van Wales, vooral on
der de Mohamedanen die den gunstigen
loop der ziekte aan den invloed hunner ge
beden toeschrijven.
Van de waarheid, dat het gebruik van
sterken drank volksgeluk en welvaart doet
afnemen, begint men in Engeland zoozeer
overtuigd te worden, dat men er eene wet
op de tapperijen te gemoet ziet, waarbij aan
de gemeentebesturen het recht wordt toege
kend, het aantal tapperijen te beperken, en
ze te doen sluiten als het zulks goedvindt.
Ook in Nederland zou er heel wat minder
armoede en ellende zijn, als ieder, zooals het
dan ook werkelijk is, het schande vond be
schonken te zijn, zijn verstand, het edelste,
dat de mensch heeft, te benevelen, en zich
als een dier aan te stellen. Maar eer men
bet van de lagere standen mag eisphen geen
misbruik van sterken drank te maken, die
nen de hoogere het voorbeeld te geven, of zij
bet werkelijk doen laten wij in 't midden.
Duitscllland. Döllinger, dien men als de
stichter der Oud-Katholieken in Duitschlaud
kan beschouwen, is tot hoogleeraar der hoo-
geschool te Munchen, de hoofdstad van
Beieren, benoemd en heeft zijne betrekking
aanvaard met eene redevoering waarin hij
sprak over hetgeen de Duitsehe hoogescho-
len thans te doen hebben. Frankrijks neder
lagen schreef hij vooral toe aan de onwaar
heid, waarmede de Fransche schrijvers de
geschiedenis van hun land steeds hebben
voorgesteld, zoodat de Franscheu werkelijk
waren gaan meenen, dat zij iD alle opzichten
de voortreffelijkste natie der aarde waren.
Duitschlaud, meende Döllinger, moest zijn
heil verwachten van de beoefening der ge
schiedenis, der wijsbegeerte en der godge
leerdheid; maar dan moesten de godgeleer
den minder twistziek en meer vredelievend
zijn. Duitscbland, waar de kerkscheiding
ontstond, moest zicb nu ten doel stellen de
verschillende geloofsbelijdenissen zoo niet te
vereenigen, dan toch met elkander te ver
zoenen.
Er is in Rusland eene sterke partij, die
de Duitschers haat en onder dezen zijn er
velen, die mettertijd voor een oorlog tusschen
Rusland en Duitscbland vreezen. Gelukkig
is de Keizer van Rusland nogal goede maat
jes met dien van Duitschlaud. Nu leest men
in de Russische Staatscourant, dat Rusland
en Duitschland vele belangen met elkander
gemeen hebben en dus moeten trachten zich
asneen te sluiten; dat heidelanden daaren
tegen ook weer afzonderlijke belangen heb
ben, die beletten, dat zij met elkander samen
spannen ten nadeele van de andere staten
van Europa. Dit is zeer loffelijk gezegd, in
dien het eerlijk gemeend is (want daar kan
men in de staatkunde niet altijd op aan).
Immers wat is dwazer dan dat het eene volk
het andere haat. Het komt eenvoudig hier
op neer. Uit opstokerij en naaperij haten
eene groote menigte menschen eene andere
groote menigte menschen, die zij volstrekt
niet kennen. Een knap man laat zich niet
opstoken en aapt ook niet na.
O O
Ned. Herv. Kerk.
Beroepen te Ommeren M. Sjoers te Op-
heniert. Noordwijk aan Zee A. J. Loois,
Cand. Ottoland H. J. den Boer te Gles
sen-O udkerk c. a. West-Zaandam E.
Snellen te Driel. Hoogland P. J. R.
Laan te Maassluis. Augustinusga G.
Wetsels te Burum. Heino S. H. J. de
