Nationale Militie. als zij mee it oorbaar voor stad en land zou den oordeelen. Op denzelfden dag, op welken dit besluit was genomen, vertrok een deurwaarder met den brief van kennisgeving naar Utrecht, al waar de Gedeputeerde Staten ofschoon slechts ten getale van vier of vijf, des avonds bijeenkwamen en, na verloop van een uur, een bode naar den stadhouder afvaardigden, met verzoek om door het toezenden van krijgsvolk, de meerderheid der Amersfoort- sche regeering tegen de burgerij de hand boven het hoofd te houdenv De stadhouder was terstond bereid om aan het gedaan verzoek te voldoen, in aan merking nemende dat er geen ander middel scheen te zijn om de disorders en regeering- loosheid, te Amersfoort plaats vindende, te gen te gaan hoewel Zijne Hoogheid ver klaarde zeer afkeerig te zijn om van de wa penen van den Staat tegen de goede ingeze tenen gebruik te maken. Reeds den volgen den dag, nadat de bode der Gedeputeerde Staten van Utrecht was aangekomen, werd aan eene ruiterbende van tachtig man en aan drie honderd twintig man voetvolk te Nijmegen bevel gezonden 0111 naar Ede voort te rukken en van daar Amersfoort binnen te trekken. De Gedeputeerde Staten hadden verzocht om, zoo het zijn kon, een regement op de repartitie van Utrecht staande, te zen den, doch de kapitein-generaal oordeelde, dit regement niet »met genoegzamen spoed en secretesse," naar Amersfoort te kunnen doen optrekken. Bij de mededeeling dat de gezegde troepen zouden worden gezonden, stelde Zijne Hoogheid voor dat de noodige maatregelen zouden worden genomen, dat de wapenen van den Staat aan geene honen de bejegeningen zonden worden blootgesteld cn dat voor behoorlijke inlegering binnen Amersfoort zoude worden zorggedragen, te vens verzoekende 0111 van de wapenen geen gebruik te makendan wanneer de nood zulks volstrekt vorderde, en er geen ander middel was om de rust in de stad te herstel len en de magistraat in het wettig gezag te handhaven. KENNISGEVING. De Burgemeester en Wethouders van Amersfoort, Gezien de artt. 9 en 11 van hetkoninklijk besluit d.d. 17 December 1861 (Staatsblad No. 127) en de artt. 11 toten met 1 der wet van den 19. Aug. 1861 (Staatsbl. No. 72) Roepen de ingezetenen, die verlangen als Vrijwilligers bij de Militie optetreden, bij deze op, om zich daartoe bij hen ter Secretarie, op Maandag, den 17. Februari aanstaande van 's voormiddags 10 tot 1 uur des namiddags aantege- ven, onder overlegging van de navolgende bewijsstukken a. liet getuigschrift vermeld in art. 11 der wet, tot welks afgifte ter Secretarie zal worden zitting gehouden op Vrij dag, den 14. dezer maand, van 's voormiddags 10 tot 1 uur des namiddags b. Het bewijs van aan de verplichtingen ten aanzien van de Militie, voorzoover die te vervullen waren, te hebben voldaau c. Het bewijs van ontslag en het getuigschrift, in art. 13 der wet vermeld, zoo de persoon wien het geldt, bij de zee macht, bij het leger hier te lande of bij het krijgsvolk in 's rijks overzeeschebezittingen.heeft gediend; d. Wat een minderjarige aangaat, een bewijs van toe stemming van den vader, moeder of voogd. Om vrijwilliger bij de Militie te zijn, moet men onge huwd of kinderloos weduwnaar en ingezeten wezen, voorts lichamelijk voor de dienst geschikt, ten minste 1,56 el lang, op den 1. .Tauuari vau het jaar der optreding als vrij williger het 20ste jaar ingetreden zijn en het 35ste jaar niet volbracht hebben, tot op het tijdstip der optreding aan zijne verplichtingen ten aanzien van de Militie, voorzoover die te vervullen waren, voldaan cn een goed zedelijk gedrag geleid hebben. liet bezit van die vereischten, met uitzondering van de lichamelijke geschiktheid cn van de gevorderde lengte, wordt bewezen door eeu, hierboven bij letter a bedoeld, ge tuigschrift van den Burgemeester der woonplaats. llij die voor de Militie is ingeschreven, wordt slechts als vrijwilliger toegelaten voor de gemeente in welke hij inge schreven is, tenzij hij geene verplichtiugen ten aanzien van de Militie meer te vervullen hebbe. Hij die bij de zeemacht, bij het leger hier te lande, of bij het krijgsvolk in 's rijks overzeesche bezittingen heeft ge diend, wordt niet als vrijwilliger bij de Militie toegelaten, teuzij hij bij het verlaten van den dienst, behalve een be wijs van ontslag vau den bevelhebber onder wien hij laatste lijk heeft gediend, een getuigschrift hebbe ontvangen, in houdende dat hij zich gedurende zijnen diensttijd goed heeft gedragen. Hij kan, heeft hij dit ontvangen, totdat zijn 40ste jaar volbracht is, als vrijwilliger bij de Militie wor den toegelaten. De vrijwilligers strekken in mindering van het aandeel in de lichting te dragen door de gemeente, voor welke zij optreden. Amersfoort, den 3. Februari 1873. Burgemeester en Wethouders voornoemd, De Secretaris, De Burgemeester, W. L. SCHELTUS. A. G. WIJERS. KENNISGEVING. De Burgemeester van Amersfoort, Gelet op art. 7 der wet van den 4. Juli 1S50 (Staatsblad no. 37), regelende liet Kiesrecht Noodigt de inwouers dezer gemeente uit, om, zoo zij el ders in de rijks directe belastingen zijn aangeslagen, daar van ter Secretarie vóór den 15. Februari aanstaande te doen blijken, door overlegging van de aanslagbiljetten, waartoe hun alle werkdagen van 's voormiddags 10 tot 1 uur des namiddags de gelegenheid is opengesteld. Amersfoort, den 3. Februari 1873. De Burgemeester voornoemd, A. G. WIJERS. AMERSFOORT, 7 FEBRUARI. Bij Koninklijk Besluit vau 2 Februari 1872 no. 25 is benoemd tot inspecteur van het lager onderwijs in de provincie Utrecht (als opvolger van den Heer Dr. M. Salverda, thans inspecteur van liet middelbaar onder wijs) de Heer A. Moens, lid van de 2e Kamer der Staten-Generaal en schoolopziener 2e schooldistrict van Zuid-Holland. De derde volksvoordracht zal, zooals wij in ons vorig no. mededeelden, op Zaterdag 8 dezer des avonds ten 8 uur in het lokaal Amicitia door den Heer Ds. H. W. Kalff ge houden worden. Mocht de opkomst ook deze keer van de zoo welverdiende belang stelling getuigen. Eene Commissie uit de Ged. Staten van Utrecht, bestaande uit Mr. G. J. Verloren van Themaat en Mr. W. R. Baron van Tuyl van Serooskerken van Zuylen, bijgestaan door den hoofdingenieur van den Water staat in het 8 distrikt en den burgemeester van Amersfoort, heeft 3 Febr. jl. ten raad- huize alhier eene langdurige zitting gehou den tot het aanhooren van de bezwaren, welke onderscheidene belanghebbenden ten opzichte van de onteigening hunner per- ceelen ten behoeve van den Oosterspoorweg (AmersfoortZutfen) inbrachten. UD.) Bij arrest van 5 dezer heeft het Prov. Ge rechtshof van Utrecht het vonnis der Arr. Rechtbank te Amersfoort van 31 October 1872, waarbij de vleeschhouwerThien aldaar tot 15 dagen cell, was veroordeeld, bevestigd, en bepaald dat de voorwerpenwaarmede de valschlieid in géwicht was gepleegd of derzelver waarde zou worden ingeleverd. De tweede voorstelling van het liefheb berij-theater »Nut en Genoegen" (Directeur A. Schimmel Gzn.) liep Maandag avond 3 dezer weder goed van stapel. Eenige kleine aanmerkingen daargelaten, mogen wij zeg gen dat de leden van dit gezelschap een goe den aanleg verraden, en hopen wij dat zij nog menigen genoechelijken avond aan het Amersfoortsch publiek zullen verschaften gelijk zij ook nn weêr hebben gedaan, ge tuige de talrijkheid en de op ondubbelzin nige wijze betoonde tevredenheid der be zoekers. Vergadering der Maatschappij tot Nut van 't Algemeen te dezer stede op Don derdag 0 Febr. Als lid wordt aangenomen de Heer Ne- dermeijer van Rosenthal. Daarna komen de twee voorstellenop de oproepings briefjes vermeld, in behandeling: 1°. tot het benoemen eener commissie van onder zoek naar bet al of niet mogelijke der op richting van eeu zieken-verplegingsfonds; 2°. tot verandering van art. 58, al. 2, H. R.welke beide worden aangenomen. Hierop wordt de vergadering gesloten. De Redactie heeft bet navolgende bericht van den Heer Dr. Menalda van Schouwen burg ter plaatsing in dit Weekblad ont vangen Amersfoort, 5 Febr. Heden morgen had alhier eene voorloopige bijeenkomst plaats van belangstellenden in de oprich ting van een afdeeling Amersfoort van de Vereeniging tot bevordering van het Volks onderwijs in Nederland. Na eenige discussie verklaarden alle aan wezigen zich bereid lid van bovengenoemde Vereeniging te worden, en daar dit aantal meer dan voldoende was om volgens de wet een afdeeling opterichten, besloot men zich terstond te constitueeren en over te gaan tot de benoeming van een bestuur. Tot leden daarvan werden gekozen de HeerenDr. D. Burger, Dr. H. J. Menalda van SchouwenburgW. de Villeneuve (kommandant van het regement rijdende artillerie), Ds. H. W. Kalft en Mr. C. A. F. Knijtf. De keuze van een president, enz. werd aan het bestuur overgelaten. Reeds kunnen wij mededeelen, dat Dr. Burger als president, Mr. Knijff als penningmees ter en Dr. van Schouwenburg als secreta ris zal optreden. Verder weed besloten, dat de ingezetenen van Amersfoort zullen uitgenoodigd worden zich bij de afdeeling aan te sluiten (tot welk doel hun een lijst ter teekening zal worden aangeboden), dat de leden weldra weder te zamen zullen geroepen worden om een afdeelingsregle- rnent vast te stellen dat er zoo spoedig mogelijk een vergadering zal gehouden worden, waar bet doel der Vereenisnngr o o (a. bescherming en verdediging van de beginselen van de wet op het lager on derwijs van 1857 b. verbetering van het volksonderwijs en verheffing van de onderwijzers door betere opleiding en voldoende jaarwedden; c. het vestigen eener volksovertuiging van de onmisbaarheid van opvoeding en onderwijs en het nadeel van schoolverzuim; d. grondig onderzoek naar- en zoo mo gelijk opheffing van de bezwaren tegen een tusschenkomst van de regeeringom het onderwijs algemeen en verplichtend te ma ken) nader uiteengezet en verdedigd zal worden, dat de toegang tot die bijeenkomst ook voor niet-ledeu (tegen entree) zal worden opengesteld, en dat de Heer Brura- melkamp door het Bestuur zal uitgenoo digd worden die vergadering te komen bij wonen. De vereeniging tot bevordering van het Volksonderwijs in Nederland werd opge richt in October 1870 en heeft haar hoofd zetel gevestigd te Amsterdam. De middelenwaardoor zij haar doel tracht te bereiken, bestaan hoofdzakelijk in: 1°. het plaatsen van artikelen, onder een rubriek Volksonderwijs," in dag- of week bladen, of wel het uitgeven van een eigen orgaan, »de Maandbode," die van tijd tot tijd in bet licht verschijnt en waarvan de leden een exemplaar ontvangen 2°. het beloonen van schrijvers, die op verdienstelijke wijze het doel van de ver eeniging bevorderen; 3U. het verspreiden van populaire op stellen over onderwijs en opvoeding onder het volk; 4U. het houden van meetings en volks lezingen. In November 1872 telde de vereeniging o o reeds 16 afdeelingen en 68 correspondent schappen met ruim een duizendtal leden. Nu er een anti-schoolwet-verbond is opgericht, zal de belangstelling in deze ver eeniging op verschillende plaatsen, en zeker niet het ininst in de stad onzer inwoning, zonder twijfel zeer toenemen. De jaarlijksche contributie bedraagt ƒ1.20. Woensdag 11. heeft Ds. Jungius van De venter in de liemonstrantsche kerk over het Scepticisme gesproken. De redenaar be gon met de aanhaling der woorden van Pi- o o latus wat is waarheid?" en zeide, dat die woordenofschoon op liehtzinnigen toon uitgesproken, eigenlijk eene diepe smart te kennen geven, namelijk deze, dat alle geloof aan bovenzinnelijke dingen verloren was, en er niets overbleef dan zinnelijk genot. Wij beleven eenen dergelijken tijd. Onze vade ren geloofden vast, en waren sterk in hun geloof; maar wij hebben door de kritiek der historische grondslagen het geloof onzer va deren verloren, en wanneer wij ons op de vaste natuurwetten beroepen, voert men ons tegen, dat die natuurwetten wel eene onein dige scheppende wijsheid verkondigen, maar zich om ons lief ea leed niet bekommeren; ja dat daardoor juist allerlei ellende ontstaat, b.v. verwoesting van ontelbare menschen- levens door overstroomingen, aardbevingen,

Historische kranten - Archief Eemland

Weekblad voor Amersfoort en Omstreken | 1873 | | pagina 2