gezant schijnt dit zaakje bijgelegd te
zijn.
Een gewichtiger gebeurtenis was de
slag, welke de opstandelingen op Cuba
werd toegebracht. Het is te wenschen
dat die opstand eindelijk in den grond
verstikt wordt, want het is een voortdu
rende aderlating voor Spanje.
Met de financies schijnt het er gere
gelder te zullen gaan. Aan de ministe-
rieele departementen is veel bezuinigd;
maar de schuld is zóó kolossaaldat
vooreerst de toestand nog wel abnormaal
jal blijven. Op het gebied van handel
zijn voordeelige tractaten gesloten. Het
zaar eindigt met de officieele aankondi
ging van Alfonso's aanstaand huwelijk
met zijne nicht Mercedes van Montpen-
sier. Isabella heeft haar land een groo-
ten dienst bewezenzij heeft zich zoo
belachelijk aangesteld, dat deze heftige
dame, niettegenstaande haar journalis
tieke pennevrucht in den Figaro, zoowel
uit de Fransche als uit de Spaansche
maatschappij is gebannen.
Italië werd al even sterk als andere
bij het oorlogstooneel naburige staten
door de Oostersche kwestie beziggehou
den; niet minder evenwel door den drei
genden toestand in Frankrijk, te meer
daar het door de clericalen begeerde ge
bied minder in Italië ligt. Men heeft het
noodig geacht op een der gevaarlijkste
oogenblikken van de Fransche crisis, den
President der Kamer, zooal niet officieel,
dan toch ook niet ongaarne te laten op
reis gaan naar Berlijn. De ovaties hem
hier ten deel gevallen waren in 't oogloo-
pend vriendelijk, zoodat de curie begreep
dat Bismarck omtrent Italë geen gek
scheren zoude verstaan.
Dat er een geheim verbond tusschen
Duitschland en Italië bestaat is zeer waar
schijnlijk, maar ware de coup d'état in
Frankrijk gelukt dan zouden de clerica
len ongetwijfeld Italië hebben aangegre
pen. Italië evenwel heeft in de laatste
jaren veel werk van zijn defensie ge
maakt.
In de liberale partij scheen een betreu
renswaardige scheuring te zullen komen,
(evenals dat helaas 1 vroeger in België
geschiedde) en dat wel wegens de aan
matiging van één persoon. Die persoon
was Nicotera. Thans echter is deze door
allen uitgeworpen en is de zamenhang
hersteld; een ministerie uit de liberale
partij werd gekozen.
In de Oostersche kwestie heeft Italië
zich wijsselijk onzijdig gehouden. Het is
echter niet zonder beteekenis dat het
thans op zoo goeden voet is met Grieken
land.
In de laatste dagen heeft het een be
zoek gehad van Gambettadie overal
zeer minzaam is ontvangen; ook Victor
Emanuel onderhield zich een uur lang
met hem. Het schijnt dat de koning
zwaar ongesteld is.
Dat overigens Italië zoowel economisch
als staatkundig zeer vooruit gaat, staat
vast.
Ten slotte België. Voortdurend woedt
er de str;jd tusschen geestelijk en wereld
lijk gezag. Een nieuwe wet om deknocie-
door het dorp; dan de rede van dominé
in de kerk; dan het overhandigen van de
cadeaux, in de school en dan zou alles
besloten worden door het tracteeren der
kinderen op chocola en" krentebrood-,
waarvan elk der aanwezigen a discrétion
mocht mee proeven.
Toen wij ons schaarden voor meesters
deur, kwam de oude man al dadelijk naar
buiten. Anna en ik fungeerden als voor-
zangsters en weldra weerklonken de kin
derstemmen, door het dorp, zoo helder
en vroolijk, dat het bepaald prettig was
om te hooren. Meester knikte goedkeu
rend, toen hij ons daar allen zag. Hij
bleef in de deur staan en hij boog het
grijze hoofd langzamerhand, bij het ge
zang der kinderen, dat hem blijkbaar
goed deed. Zij zongen een allerliefst
vers, dat mijn vader gemaakt had en het
scheen meesters oude hart goed te doen.
Toen het uit was had hij tranen in de
oogen en hij zei»dank je wel, klein
rijen bij de verkiezingen tegen te gaan
werd na veel wijzigingen aangenomen.
De staatkundige toestand zal hier volko
men dezelfde blijven, totdat de kiezers
eindelijk een liberale meerderheid in de
kamers zullen hebben gebracht.
Over Noord-Amerika hopen we in een
der volgende nummers het een en jinder
in te vlechten,
Mogen we in dit jaar onzen lezers
minder bloedige en minder onrustwek
kende berichten uit het buitenland kun
nen mededeelendit is onze hartelijke
wensch.
KENNISGEVING.
De Burgemeester en Wethouders van
Amersfoort
Gelet op de aanschrijving van Heeren
Gedeputeerde Staten der provincie
Utrecht van den 16. Julij 1844 (Provin
ciaalblad No. 53), houdendeuitnoodiging
om, ter voldoening aan een, op magti-
ging van Zijne Majesteit den Koning,
door Z. E. den Minister van Binnenland-
sche Zaken bij aanschrijving d.d. 29junij
1814, no. 103, 1. afd. gedaan verzoek,
jaarlijks de ingezetenen te herinneren aan
de bepalingen der wet van den 1. Maart
1815 (Staatsblad no. 21), betrekkelijk
de viering der ZON- en FEESTDAGEN;
Maken dientengevolge aan de ingeze
tenen bekend, dat de voormelde wet is
van den navolgenden inhoud
Wij WILLEM, bij de gratie GODS,
Prins van Oranje-Nassau,Souverein Vorst
der Vereenigde Nederlanden enz.enz.
enz.
Aan al degenen die deze zullen zien of
hooren lezen, salut 1 doen te weten
Alzoo Wij in overweging genomen
hebben de noodzakelijkheid om, op het
voetspoor onzer godsdienstige voorva
deren, die daarop steeds den hoogsten
prijs stelden, de pligtmatige viering van
den dag des Heeren en andere dagen,
der openbare christelijke godsdienst toe
gewijd, door eenparig voor de geheele
uitgestrektheid der Vereenigde Neder
landen algemeen werkende maatregelen
te verzekeren.
Zoo is het. dat Wij, den Raad van
State gehoord en met gemeen overleg
der Staten-Generaal dezer landen, heb
ben goedgevonden en verstaangelijk
Wij goedvinden en verstaan bij deze
1. Dat op Zondagen en op zoodanige
godsdienstige feestdagen, als door de
kerkgenootschappen van de Christelijke
godsdienst dezer landen algemeen erkend
en gevierd worden, niet alleen geene be
roepsbezigheden zullen mogen verrigt
worden welke de godsdienst zouden
kunnen storen, maar dat in het algemeen
geen openbare arbeid zal mogen plaats
hebben dan ingeval van noodzakelijk
heid, alswanneer de plaatselijke regering
daartoe schriftelijke toestemming zal
geven.
2. Dat op deze dagen, met uitzonde
ring van geringe eetwaren, geene koop
waren hoegenaamd op markten, straten,
of openbare plaatsen zullen mogen wor
den uitgestald of verkocht, en dat koop
lieden en winkeliers hunne waren niet
goed; je hebt je zingen van mij geleerd,
maar er is er maar één hier, die zulke
goede woorden maken kan." En hij
knikte vriendelijk naar dominé. Vader
verzocht meester nu om mee te gaan
naar de kerk; waarop de oude man zeer
naïf antwoorddeik weet wel hoe alles
moet afloopen; nu moeten we onder de
.poort door." En vooruit wandelde hij,
met een waardigheid, alsof hij een leger
aanvoerde, onder de eerepoort hield hij
halt en riepwat zeg je er van 1 Ik heb
hem zelf zoo bedacht."
Wij amuseerden ons met hetplesier
dat hij er in had en vooruit ging de op
tocht. Bij de kerk liet meester vader
voorgaan en hij nam eerbiedig zijn pet
af. In de kerk waren een twintig men-
schen bijeen, die meester een vers toe
zongen. Dat was een verrassing van den
ondermeester.
(Slot volgt.)
zullen mogen uitstallen noch met opene
deuren verkoopen.
3. Dat gedurende den tijd voor de
openbare godsdienst-oefening bestemd,
de deuren der herbergen en andere
plaatsen, alwaar drank verkocht wordt,
voor zoo verre dezelve binnen den beslo
ten kring der gebouwen liggende zijn,
zullen gesloten zijn, en dat ook gedurende
dien zelfden tijd, geenerhande spelen,
hetzij kolven, balslaan of dergelijke mo
gen plaats hebben.
4. Dat geene openbare vermakelijk
heden, zooals schouwburgen, publieke
danspartijen, concerten en harddrave
rijen op de zondagen en algemeene
feestdagen zullen gedoogd wordenzul
lende het aan de plaatselijke besturen
worden vrijgelaten, hieromtrent eene uit
zondering toetestaan, mits niet dan na
het volkomen eindigen van alle gods
dienstoefeningen.
5. Dat de plaatselijke policie zorg zal
dragen, teneinde alle hinderlijke bewe
gingen en gerucht, in de nabijheid der
gebouwen tot de openbare eeredienst be
stemd, en in het algemeen alles, wat der-
zelve zoude kunnen hinderlijk zijn, voor-
tekomen of te doen ophouden.
6. Dat de overtredingen tegen de be
palingen van dit besluit, naar gelang van
personen en omstandigheden, zullen ge
straft worden met eene boete van niet
hooger dan vijf en twintig guldenof
met eene gevangenis van niet langer dan
drie dagen voor de overtreders die buiten
staat mogten zijn deze boete te betalen.
7. Dat, bij eene tweede overtreding,
de boete of straf zal worden verdubbeld,
en wijders alle te koop gelegde of uitge
stalde goederen verbeurd verklaard en
de herbergen of andere publieke plaatsen
voor ééne maand gesloten zullen worden.
En dat door deze algemeene verorde
ningen, alle daarmede niet overeenkom
stige provinciale of plaatselijke regle
menten en inrigtingen zullen worden ge
houden voor vervallen.
Lasten en bevelen dat deze in het
Staatsblad zal worden geïnsereerd, en
dat een genoegzaam getal exemplaren
gedrukt en aan de Staten in de onder
scheidene provinciën of landschappen,
ingevolge art. 86 der grondwet, ter uit
voering zal worden gezonden, met last
om dezelve alom te doen publiceren en
affigeren, en van de predikstoelen der
onderscheidene Christelijke kerkgenoot
schappen te doen aflezen.
Lasten en bevelen voorts dat Onze
ministeriële departementen en andere
autoriteiten, justicieren en officieren, wien
zulks aangaat, aan de naauwkeurige uit
voering de hand zullen houden, zonder
eenige conniventie of dissimulatie.
Gegeven in 's Gravenhage, den i«ten
Maart des jaars 1815, het tweede van
Onze regering.
geteekend) WILLEM.
Ter ordonnantie van Zijne Konink
lijke Hoogheid
geteekendA. R. Falck.
Gedaan te Amersfoort, den 8. Jan. 1878.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Burgemeester,
De Secretaris, VANPERSIJN.
W. L. SCHELTUS.
Amersfoort, 10 Januari 1878.
In den zomer van dit jaar zal te Leeu
warden eene tentoonstelling worden ge
houden, zoo als vroeger nog nimmer in
Nederland heeft plaats gehad, namelijk
van voorwerpen van Nijverheid en Kunst,
in den uitgebreidsten zin, uit sluitend
door vrouwen vervaardigd.
Wij hopen, dat ruime inzendingen de
tentoonstelling zoo belangwekkend moge
lijk zullen maken en dat de Nederland-
sche vrouwen zullen toonen, te waardee-
ren het beroep, dat nu ook eens uitsluitend
op haar wordt gedaan.
Door vrouwen worden zoo vele vakken
beoefend van nijverheid, kunst en smaak,
er worden door haar zoo vele andere
belangrijke zaken vervaardigd, dat het
wel de moeite waard is, die nader te lee-
jen kennen, eene tentoonstelling als
thans te Leeuwarden wordt voorbereid zal
dit laatste zekerlijk zeer bevorderlijk zijn.
Wij wekken derhalve tot een groote in
zending op.
Aan onze gemeente is een harer waar
digste ingezetenen ontvallen 'door het
O O
overlijden van deu HeerJ.H. VAN BUUL,
litt. hum. cand. en professor in de philo-
logié en de philosophie aan het Seminari
um der Bisschoppelijke Klerezie alhier.
De Heer van Buul werd den 27. Juli
1798 te Leiden geboren, waar zijn vader
Doctor in de medicijnen was. Hij studeer
de in de letteren aan de hoogeschool al
daar en was later te Lier en te Gerardts-
bergen in België bij het onderwijs werk
zaam. Gedurende de revolutie van 1830
hield hij tijdelijk verblijf te Amersfoort;
schoon hij oorspronkelijk voornemens was,
weder naar België terug te keeren, gaf hij
gehoor aan den aandrang zijner vrienden
en aanvaardde de betrekking aan het Se
minarium, die hij gedurende meer dan 40
jaren met eere bekleedde.
De Heer van Buul was een verdienste
lijk beoefenaar der letterkunde, doch
slechts bij zeldzame gelegenheden gaf hij
voor een wijderen kring zijn talenten ten
beste. In 1839 gaf hij een bundel gedich
ten uit, sierlijke navolgingen van de Har
monies poétiques et religieuses van de
Lamartine.
Nederigheid en eenvoudigheid ken
merkten het geheele leven van den over
ledenen; doch niet slechts om zijne ver
diensten als leeraar, maar vooral ook om
zijne vriendelijkheid en hulpvaardigheid
genoot hi) aller achting. Bij de armen
onzer stad zal zijne nagedachtenis in ze-,
geneud aandenken blijven.
Heeft de Rhijnspoorweg-maatschappij
getracht en hoogstwaarschijnlijk te
vergeefs getracht aantetoonen, dat de
geprojecteerde richting van den spoorweg
AmersfoortNijmegen,aanmerkelijk zou
verbeteren, wanneer men haar zoo wijzig
de, dat die lijn op de baan dier maatschap
pij uitliep, hetgeen voor haar natuurlijk
niet weinig profijt zou aanbrengen, ook
van andere zijden is men niet in gebreke
gebleven met het indienen van amende
menten.
Zoo bericht men uit Wageningen.
De pogingen, door de afgevaardigden
van den Gemeenteraad bij den Minister
van .Waterstaat aangewend, om een ver
andering in de richting van den spoorweg
AmersfoortNijmegen te verkrijgen, zijn
tevergeefs geweest. Wel wilde de Minister
pogingen in het werk stellen om een zijlgit
voor Wageningen te verkrijgen, maar niet
vóór er weder een nieuwe spoorwegwet
werd voorgesteld.
Ook de Centraal-Spoorweg-maatschap-
pjj heeft van zich doen hooren. In eene
door haren directeur uitgegeven brochure,
beproeft zij aan te toonen, van den Ooster-
spoorwpg tot aan het tegenwoordige sta
tion, en verder tot over de brug bij de
Koppelpoort, geen zijtak moet afgaan,
doch eerst verder op, zoodat dus de lijn
naar Nijmegen ten oosten van de stad zou
nioeten afwijken, en dan eene zuidelijke
richting naar Leusbroek zou moeten aan
nemen. Men zal zich herinneren, dat,
volgens het op het bureau der Staatsspoor
wegen uitgewerkte plan, een zijtak van
den Oosterspoorweg, ongeveer ter hoogte
van Kleiu-Kolfschoten, onder de baan van
den Centraal, die daar veel hooger ligt,
zou doorgaan, en verder met eene bocht,
achter het R. K. Kerkhof om, zuidelijk zou
loopen. Tusschen die baan en de bestaan
de lijnen van de Ooster- en Centraal-
spoorwegeu, zou dan eene verbindings-
baan worden gemaakt, die op een punt ten
westen van het tegenwoordige station zou
uitkomen. Naar wij vernemen, zijn op dit
plan door Burgemeester en Wethouders
eenige kleine wijzigingen voorgesteld
hoofdzakelijk hierin bestaande, dat het
nieuwe station zou worden aangebracht
in het bifurcatie of vertakkingspunt van
de nieuwe lijn en de verbindingslijn, ter-