door den Architect uitbetaaldriglig en doelmatig be steed zijn. Dit zelfde geldt eveneens voor de ievcraiilicn door de werkbazen gedaan, uit wier onbestemde uil- drukkingen in hunne rekeningen veelal gebezigdals mede duordien daarin alles door elkander slant, niet meer is te putten dan eone kennisneming van het be drag, dat door de gezamenlijke schilders, metselaars, smeden, loodgieters, hnutkoopers, enz., in 1852 aan de Gemeente is verdiend. In de rekening der Gemeente zijn de posten der rubrie ken ingerigt, niet naar de voorwerpen (b. v. reparation nan bet Stadhuis,' de kazerne; de militniro stallen, enz.), maar naar do soort van leveranciers of der geleverde voorwerpen, zoodnt b. v. do summctla onderhoud Stads gebouwen is ingedeeld: 1°. arbeidslooncn Stads werk volk; 2°. rekeningen van houtkoopers; 3". dito van smeden en ijzerkoopers; 4". dito van loodgieters; 5". dilo van schilders; 6°. dito van metselaars7°. cement; enz. Hierdoor blijkt bij de meeste dier posten niet, of de werkzaamheden en waren, daarin voorkomende, werkelijk aan do gebouwen zijn besteed en wel ligt niet, geheel of gedeeltelijk, aan voorwerpen, die niet onder deze maar onder eene der volgende rubriekenstraten schépen, klokken, wandelplaatsenenz. te huis behuorcii; iels dat echter door den Raad, volgens art. 22G, wel degelijk moet worden onderzocht. Wat meer is er blijkt uit die rekeningen nu reeds, hoe onbepaald tic meeste aanduidingen in dezelve dan ook zijn (b. v. 3 SI vcrw door den knecht gehaald9 0? dito aan den timmer man enz.), dat onderscheidene leverantiëndaarin vermeld onder verkeerde rubrieken op deze rekening zyli geplaatst, ecu noodzakelijk gevolg van deze wijze van inrigting dor rekeningen. Zoo is b. v. onder onderhoud straten en wegen (art. 40 der Begroeting) gebragl het ruimen van du put der Latijusche School (Bijl. 154), het zetten van glazen in dc oude stal, de waag, enz. (Bijl. 175), in plaats van zulks te brengen onder onderhoud Stads gebouwen (art. 45 der Begr.), alsmede het rijden van een bak gier naar dc pluis (Bijlage 154), die waarschijnlijk voor de kweekerij heeft gediend en alzoo onder onderhond bosschcn had moeten gebriigt zijn. Onder onkosten lantaarns zijn gebragt de kaarsenvoor liet wachlkaiiloor gebezigd (Bijl. 234), die behoorden onder brand en licht wachten wijders soldeerwerk aan het Stadhuis en andere ge bouwen (Bijl. 242), leveranliiiii aan gebouwen (Bijl. 245), welke alle ouder onderhoud Stads gebouwen to huis behoorden; diverse reparation en andere uilgaven voor de vuurbaak aan zee (Bijl. 239 en 240), die onder onderhoud trekpad en zeeweringen belmoren. Van dc aan besled ingsprijs van bet maken van de houten schoei- jing huilen de kleine Koppelpoort is de eerste helft gebragt ouder onderhoud trekpad en zeeweringen en dc laatste helft onder onderhoud bruggen. Een van beiden is dus stellig verkeerd geplaatst; ook had strikt ge nomen nog de nieuwe bouten drinkbak voor dc militaire stallen, die tegelijk is aanbesteed, daarvan afgetrokken en onder onderhoud Stads gebouwen ge bragt moeten zijn. Wil echter het Dagclijksch Bestuur de tegenwoordige wijze van inrigting der posten, in volgende rekeningen behoudendo Afdccling heeft er des noods vrede mede, mits slechts bij die rekening overgelegd worde het boek of do staat, waarin de uitgaven naar de voor werpen zijn uitgetrokken. In allen geval zullen echter, in dc rekeningen der leveranciers en werkbazen, do leverantiën en werkzaamheden, voor ieder artikel der Begrooting gedaanafzonderlijk moeten voorkomenof liet opnemen der rekening door den Raad beduidt niets, evenmin als de Begrooting, waarvan do posten kunnen overschreden wordenzoo veel men sleehls wil en zonder dat dc ltnad dit kan te welen komen. Hetgeen de Leden weiischen voor het vervolg is alzoo: 1°. Dat er behoorlijk boclc worden gehoudenin voege voormeld 2°. dat, op de rekeningen van leveranciers en werk bazen, dc uitgaven, die op meer dan cón artikel der Regrooting betrekking hebben, afzonderlijken niet, zoo als thans, door elkander voorkomen; 3°. dat dezelve door den Architect voor gezien en goedgekeurd worden geteekend, oven als zulks geschiedt bij het Brandcollegie door den President van hetzelve, en, bij sommige rekeningen (Bijl. 110), ook nu reeds door den Architect is gedaan 4°. dal, voorzoo veel betreft aannemingen, die loopen over zaken van meer dan één artikel der Begroeiing, de Architeot eene verklaring tal inleveren, hoeveel, naar dèn aard der werkzaamheden, van den aaimc- mingsprijs op het eene en hoeveel op hel andere artikel moet gebragt worden. Dat, bij dergelijke grootere naauwkeurigbeidook meerdere aanvragen, lot overbrenging van den cenen post der Begrooling op ecnen anderen, voor Burg. en Weill, noodig zullen zijn, ligt in den aard der zaak, daar, vooral voor do Fubrieknadje, de berekeningen bij de Begrooting zeor moegelijk juist kunnen geschieden, doch levert zulks geen bezwaar op. ONDERHOUD KLOKKEN. G. van Eijken, voor reparatie aan het Speelwerk 30. De rekening, daarvoor overlegd (Bijl. 167), is niet gespecificeerd. Het is echter ceno opmerking, dio voor het vervolg niet racer te pas zal komen, als zijndo deze reparation begrepen onder de aanbesteding van het opwinden, regelen en repareeren der Stads klokken. BRANDWAARBORG. Bij de Biil. 190 is niet tevens gevoegd de rekening van do Tieïsche Maatschappij, even als bij Bijl. 197 dier-: zelfde Maatschappij. Is deze rekening niet voorhanden? ONDERHOUD TREKPAD nt ZEEWERINGEN. A. Z. Dekker ƒ043,35. In zijne rekening (Bijl. 207) staat wel op welke dagen hij gewerkt heeft, maar niet wat of waaraan. Zulks in het vervolg te lalcu bijvoegen, zoo als b. v. in do voorafgaande rekening van A. van da Geest (Bijl. 206) is gednnn. ONDERUOUD MILITAIRE FOURNITUREN. Aan den Kazernemeestcr voor reparatiSn en vollallig- houden van de Utilitaire Fournituren 1818,59. Ook van dezen belangrijken post wenaoht de Afdeeling, voor zoo ver zulks doenlijk is, door lijsten of specifieke opgaven des Kazernciueesters, ëenigo nadere inlichting in liet vervolg te ontvangen. Tevens geeft zij in be denking, of niet een gedeelte der te leveren fournituren, b. v. linnengoederen, kunnen aanbesteed worden, zoo als bij du wollen dekens heeft plaats gehad. SUBSIDIE WERKHUIZEN ER ARMEN1NRIGTINGEN. Aan den Administrateur C. v. Oiepenheim Scheltus ƒ3311,77. Do Leden verlangen omtrent dezen be langrijken pust iets meer te weten, dan dal de Admi nistrateur ƒ3311,77 voor deze zaak heeft ontvangen want dit is het eeuigo, dal uit do bij dezelve ter jus tificatie overgelegde stukken blijkt. Er zou toch in allen geval tevens een bewijs van den Administrateur dienen overgelegd worden, dat hij deze soin ook weder uitgegeven heeftniet en benevens do renten der inschrijving op het Grootboek ten behoeve der alge- rarene armenten bedrage van 37,50. Gemelde som van ƒ3311,77 in 1852 uitgegeven is, blijkens de Bijlogen (n°. 330 en 337), eerst in Janunrij en Februnrij 1853 aan den Administrateur uitbetaald door den Gemeente ontvanger. Heeft Je Administrateur dan die som uit eigene middelen zoolang voorgesoliotcu Do Leden kunnen dezen post niet goedkeuren in den blinde, daar deze zaak hun geheel onbekend en duister is en verlangen alsnog eene specifieke rekening on verant woording vnn dezen beambte der Gemeente, o. n. ook om daaruit te weten, aan welke personen en waarvoor ten deze uitbetalingen zijn gedaanvoornamelijk met hel oog op eene nieuwe regeling, liefst gchccle op ruiming, dezer zonk, waarover reeds Ion vorigen jare, bij de behandeling der Begrooling (Hoofdst. VII art. 3), in den Raad is gehandeld en alstoen aan Burg. en Welh. is opgedragen de regeling daarvan voor te be reiden. Ter reglvnardiging van hel oordeel der Afdee ling ten deze, vcriiieeneii de Leden te nioolen opmerken, dat do Raad de rekeningen der Dinkuuic- en Armbe sturen niet heeft goedgekeurd, omdat die niet uitvoerig genoeg waren gespecificeerd, waarvoor toen bepaalde en meer uitvoerige modellen zijn opgemaakt en ter invulling toegezonden. Du Raad zoude thans eene grooto inconsequentie begaanindien bij het beheer vnn zijn eigen (zoogenaamd) Arnieu-Fonds goedkeurde zonder eenigc rekening en verantwoording hoegenaamd. Aan D°. (Dr.?) Pooilhuizen te Daarnvoor genees middelen enz. aan li. van Gelder, alhier armlastig 99.30. Dergelijke posten veritieencn dc Leden, dnt onder de volgende summettu te huis belmoren en in het vervolg daaronder zullen gebragt moeten worden. KOSTEN BEDELAARS ir ns KOLONIöN oer MAATSCH. vzi» WELDADIGHEID. De Afdeeling acht het wcnschclijk dal in het vervolg bij deze postennis ook bij de soortgelijkevermeld op png. 130, de Stalen of Aanschrijvingen van dc directie dier Maatschappij worden overgelegd, waaruit liet be drog dier verschuldigde sommen blijkt. JAARWEDDE RECTOR De rekening von Pissoher is niet bij bot mandaat gevoegd, zooals bij dat op Uteincn gedaan is. Is deze niet voorhanden? JAARWEDDE MEESTERS ZRZ. Schoolbehorftcn Stads Armenschool ƒ300. Is het vuur en licht hieronder begrepen? Zoo ja, dan deze woorden in het vervolg bij tc voegen. ONVOORZIENE UITGAAF, TER BESCHIKKING var D« PROVINCIALE AUTORITEIT. Aan den Rijks-Ontvangervoor evenredig aandeel in de Kwade l'osten der Personele Belasting 18jfƒ123,76. Deze summctla is sleehls bestemd voor de onvoorziene uitgavenwaaronder liet aandeel der Gemeente in bovenstaande posten niet is te brengen zijnde dit eene jaarlijks terugkomende uitgave, die eigenlijkvolgens het modelniet alhier, maar onder de Summa IX Sumniclta 1, Nonvalcnrs, moet gebragt worden, zooals hier onder zal betoogd worden. POSTEN, IN DF.N LOOP DEZF.R REKENING IN ONT VANGST VERANTWOORD, OM ALS NON-VALEURS OF OM ANDERE REDENEN AF TE SCHRIJVEN. Onder dezo rubriek is in deze rekening, even als in vroegere, wederom niets uilgetrokken, omdat, zoo als bijgevoegd wordt, er geene oninbare posten geweest zijn. lkl tegendeel blijkt echter uit do rekening zelve, daar de non-valeurs op het Personeel bedragen hebben ƒ123,76. Het systhemn, waarop liet voorgeschreven model der Gemeente-rekeningen is gegrond, bestaat daarin, dat alles, wat in hel loopende dienstjaar en do mig achter stallige posten van vroegere jaren invorderbaar was, als ontvangst wordt gebragt, onverminderd of het al dan niet out vangen is. Hetgeen echter niet geïnd is, en alzoo slechts fictief ols ontvangen is geboekt, wordt echter aan het slot weder als restant in uitgaaf go- leden, zoodat dezo pusten elkander vernietigen. Dezo fictie, ofsohoon zij het gevolg heeft, dat het gezamenlijk bedrag der ontvangsten zoo wel als dnt der uitgaven hooger wordt dan het met der daad is, heeft echter dezo nuttige zijde, dat de achterstal, die in to vorderen isBleeds bekend is en geen post van denzclven in liet vergeetboek kan raken. Daar er cohtcr bij iedere administratie oninbare posten zijn en men niet tot in eeuwigheid bij iedere rekening steeds in ontvangsten later weder in uitgaaf kan brengen, wat klaarblijkelijk tooh nooit zal binnen komen, zoo dient er oen middel to zijn, om dergelijke posten kwijt te raken. Dit middel nu ontbreekt dan ook niet in hot model, daar in do Summa IX, Sum- mella i van uitgaaf eene rubriek is opengesteld, om posten, dio als nog te ontvangen roeds zijn goboekt, in de ontvangst weder in uilgaaf te brengen, doolt niet onder de restanten, inaur als non-valeurswaardoor ze in do volgende rekening niet meer zullen voorkomen. Dit stelsel is duidelijk en klaar, doch in deze on ook in vroegere rekeningen wel nngclccfd voor de ontvangsten van laudpachten en andere inkomsten, doch niet bij die der belastingen, doordien: 1°. Bij- de opoenten van do Grondbelasting en het Personeeldo non-valeurs niet ouder dezen postmaar onder de onvoorziene uitgaven op pag. 121, zijn ge bragt 2". bij hel Brandgeldin plants van het volle bedrag van het kohier over dat dienstjaar in uilgnaf to brengen, slechts vermeld is hetgeen daarop bereids is ontvangen en gestort, hetgeen de oorzaak is, dat men later, bij de uilgaaf, onder do restanten, zich moet behelpen met achter den post achterstallig wegens Brandgeld, bloot eon memorie te plaatsen, iu plaats van, zoo als behoort cn voor de duidolijkhoid in de comptabiliteit ook veel verkieslijker is, hel bedrag van het nog res- leurende in te vullen (hetwelk echter alleen dan kan plaats hebben, wanneer ook het voire bedrag van het Kohier iu ontvangst is gebragt). Wanneer nu, in de volgende rekening, hel Brnudguld over dit dieiistjnRr wederom wordt opgenomen onder do restanten die blijkens do vorige nog in te vorderen waren, zoo ver meldt men alwcduroiu slechts hetgeen nog nader daarop is ontvangen, en hel resteerende van dit dienst jaar wordt in de uitgaaf alweder bloot voor memorie gebragt; bij eene derde en vierde rekening gaat het even zoo, totdat er eindelijk, bij wegc van adnotntie, onder staat tot sluiting van het kohier. Wanneer men echter dan het kohier van gemeld dienstjaar opslaat, zoo blijkt, dal niet het volle bedrag is ontvangen. Om dit verschil te dekken, laat men nu den Ontvanger van het Brandgeld eene rekening en verantwoording van dat dienstjaar opmaken, die door den Rand, buiten de Gciueentu-rckeiiiiig om en zonder dal Gedeputeerden er mede gemoeid wordenafzonderlijk wordt gnedge- gekcurd. Uoe inen in dezo zonderlinge behandeling van hc« Brandgeld is vervallen, terwijl het voor do hand lag, oiu, hetgeen van deze belasting bleek oninvorderbaar lo zijn, eenvoudig ol* non-valeurs onder do daarvoor bestemde rubriek te plaatsenis aan de Leden onbo- kuud. Laatstgcmeldo behandeling zou ook nog dit voor- duel hébben dat het bedrag dier non vnleurs alsdan uit dc Gvmccutc-rekeiiiiig zelve zou blijken, terwijl het nu daarin niet Ie vinden is eu alleen uit de rekeningen van den Ontvanger vou liet Brandgeld is Ie vernemen. Daardoor luu tevens nnodeluos worden do thans gc- bruikclykc afaondoihjke goedkeuiiiig van de rekening des Ontvangers vnn het Brandgeld, dio ouder vigeur van de Gemeentewet (en eigonlijk vroeger ook niet) gecu plaats kan hebben cn ouk niets bclcckentzoolang Gedeputeerdenvolgens art. 221die niet medo goed keuren. Daar echter, zoo als hier boven gezegd is, de Af deeling zich niet verreuigt met het filiaal afsluiten van het Brandgeld over do jaren 1849 cn 1850, vervalt provisioneel die afzonderlijke rekening van zelf, indien do Hand zich met het gevoelen der Afdeeling vorccnigt; zoodat de Afdeeling voor ditmaal nog genoegen neemt met de tegenwoordige behandeling vnn liet Brandgeld in dezo rekening, daar toch dezelve nu voor het laatst volgens hel oudu model is ingerigt, vvnnrvnn men in het volgende jaar voor goed zal verlost zijn voorbehou den* echter haio vroeger reeds aangegeven wijzigingen, to brengen in dc oosten van ontvangsten, voorkomende in de rekening, op png. 0 12 en png. 7 15. Unro bedoeling met dezo opmerking doelt voornamelijk op het iurigtcii der rekening voor het volgende jaar volgens hel nieuwe model, waarbij zij hoopt, dat men één stelsel van boeken zal aannemen eu niet, zoo als thans het geval is, een twceslagtig>t welk nuodwondig duis terheid eu verwarring geeft. RESTANT REKENING. Als gevolg der aanmerking op de posten van reslant- onleangst, 12 on j 15, hierboven gemaakt, zal het Brandgeld, over de dienstjaren 1849 eu 1850, alhier pro memorie gebragt moeten worden. RESTANTEN, DIENST 1852. Additioneels Cents. Het resteerende van het dienst jaar 1862/53 der personele belasting (want dc opcen ten van de grondbelasting zijn reeds geheel afbetaald) is bekend, t. w. 703 (zie Bijl. 3), doch is eigenlijk gecu restantten minste niet voor dc volle som van 763dnnr de laatste leriuijnen van het personeel (wasr- vao hel Kohier niet loopt van Janunrij tot Jauuarij, maar van Mei tut Mei) eerst in hel volgcndo jaar 1863 betaald moeten worden eu alzoo in 1852 nog niet in vorderbaar waren. De Afdeeling heeft er echter vredo mede, des noods ook voor het vervolg, als dezo wjjzo van boeken meer geriefelijk is voor do inrigling der Gemeen te-rekening'. Zij wil dit eohler slechts aanmerken, opdat men niet welligt, uil hel Personeel, een argument putto legen hare zoo cveugernoldo bczohouwing over de behandeling van het Brandgeld. H. V..IO.ZR L. Zzozrs Vmcksrs, D. SeUZtRZRDZRO, R. E. Hzrscdil, I. J. DIZMORT, M.' Brobwxr, Te A.z.srooRT, bij VEEUKENS VAN KUIJKHOF.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1853 | | pagina 4