AIERSFOORTSCHE COURANT. M 150. II O PI I) F, I! I)AG, 30 Maart 3854. 80 Maart. Donderd. 31 Vrijd. 1 April. Zaturd. Inneming ran Brielle door de Water Geuzen1572. 2 v ZOND. Judica; Jung Stilling overl., 1817. 3 April. Maand. H. J. Duifhui» overl., 1581. 4 it Dingsd. JEpiicopiu» over!.1643. (Edelen der Landvoogdes aangeboden1505. 5 Woensd. CjE.Kw.; Wijk bij Duurstede Beeslenm.; Smeekschrift door Ncêrlandg 8 Donderd. Akssisoiit BtssTMaiarr (met Premiën); Barneveld Schapenmarkt. AMERSFOORT, 30 Maart 1854. In de op 28 Maart gehouden vergadering van den Raad dezer Gemeente is, in afwachting van de te ver- leenen dispensatie van het vergelijkend examen, lot Instituteur alhier benoemd de Heer A. M. Kollewijn Nz. thau9 Hoofd der Afdeeling Nieuwe Talen aan 't Gym nasium te Assen. Voorts is een door den Voorzitter," naar aanleiding der rekwesten van de in N°. 127 der Amersf. Cour. genoemde Kerkeraden en van die van de Ned. Hcrv. Gemeenten van Amersfoort en Hoevelaken gedaan voorstel, om de op Goeden Vrijdag invallende Weekmarkt niet op dien dag maar op den voorafgnanden Woensdag te laten houden, verworpen met 7 stemmen (SchaerenbcrgVerlorenv. LilaarGordon, v. Bockom Maas, v. Beek en Diemont), tegen 6 stemmen Wijera v. Bel, v. Werkhoven, Brouwer, Nieuwland en Herschel); zijnde hel voorstel, dat door niet één lid uit een gods dienstig oogpunt is verdedigd geworden, door den lieer Scheerenberg bestredenomdat 't den ingezetenen schade zou veroorzaken; door den Heer Verloren, omdat't niet behoort lol de competentie van den Raad om zich met godsdienstige kwesliën in te latenen door den Heer van Lilaar, omdat de Raad, indien dezelve aan dit verzoek liet gewenscht gevolg gaf, op verzoeken van dienzelfden aard, indien dezelve door andere, Roomschen of Israëlietische, Kerkelijke Gemeenten gedaan wierden nooit afwijzend zou kunnen beschikken. Do Kantonregler van Amersfoort heeft, op de reglsvervolging, ingesteld togen een 14jarigen te Bun schoten woonachtigen jongenwegens het werpen met steencn naar iemand, bij vonnis van 20 Maart j.l. verklaard dat boven omschreven feit misdaad, wanbe drijf noch overtreding daarstelt, omdat art. 475 n°. 8 van het Wetboek van Slrafregt wel strafbaar stelt het opzettelijk werpen met een hard ligchoam. op een per soon maar niet het werpen met iets dergelijks naar of i» de rigting van een persoon. Bij vonnis van denzelfden dag ia mede van alle reglsvervolging ontslagen een persoon, die was aange klaagd van hel laten weiden van ecne drift schapen in het aan den Heer de (Vilde toebehoorende sparrc- bosch, genaamd het Meer; zijnde dit ontslag van regls vervolging gegrond op dc overweging, dat dit feit niet valt onder het bereik van art. 475 n°. 10 Wetboek van Slrafregt, waarbij alleen wordt verboden het laten loopcn van vee op eens anderen bezaaide of in den oogst staande grondenof in liet hakbosch aan een ander toebehoorende, omdat onder het woord hakbosch alleen kunnen begrepen worden zoodanige bosschen, die op vaste lijden worden gehakt, zoo als het zooge noemd kreupelhout en dergelijko, maar niet de sparre- bosschendie evenmin kunnen gezegd worden bezaaide of in den oogst staande grond te zijn. De Eerw. Heel J. G. Dom Seiffcn, die den 23 Maart j.l., in zijne te Hoogland gehouden zevende lezing over dc Geschiedenis der Christelijke Kerk het tijdvak van 1650 tot 1750 behandelde, zal hedenavond de reeks dier voorlezingen besluitenmet de beschouwing van de Christelijke Kerk in onze dagen, het tijdvak namelijk van 1750 lot 1852. Den 5 Maart j.J. had de Gereformeerde Gemeente te Soest het voorregt, de verruiming en verfraajjing van haar Bedehuis voltooid te zien. Was daaraan vooral door gebrek aan noodige zitplaatsen, reeds lang behoefte gevoeld, tot voor twee jaren was elke ver andering cene onmogelijkheid gebleven, omdat de staat van het Kerkfonds niets buitengewoons toeliet. Maar hel legaat van Vrouwe Still, weduwe van den voor- mnligon Leernnr dier Gemeente J. Onenklegde tol de uitvoering den eersten grondslag. Nadat Kerkvoogden van het Prov. Collegie van toezigl de vergunning hadden verkregen, om een gedeelte der gelden daarloo aan te wenden, werd beroep gedaan op de Gemeente zelve, met dien gunstigen uitslag, dal ruim 1100 uil haar midden werd zamengcbraglterwijl met dank baarheid mag worden vermeld, dal velen, die slechls in eenc verwijderde betrekking tot de Gemeente staan niet het ininst tbh hunne belangstelling, door milde bijdragenhebben doen blijkenwaaronder vooral de Koningin-Moeder, zoodat ongeveer ƒ2000 kon worden ten koste gelegd aan de verbetering en verfranijing van het Bedehuis, dat thans, eenvoudig, geregeld en nel, meer dan vroeger zich voordoet als eene waar dige en geschikte plaats ter gemeenschappelijke Gods- vereering. De Kerkeraad der Gemeente Eemnes-Binnendijks heeft beslotenden Goeden Vrijdag geheel toe te wijden aan de verkondiging van den dood des Heeren, en den voormiddag af te zonderen lot do bediening van het H. Avondmaal. Den 20 Maart j.l. heeft dc Heer L. Mulder, in zijne laatste (de 17de) lezing over den Landbouw en daarmede in verband staande Wetenschappente AiBCwngep gehoudengesproken 0V(Cr de beginselen van het ontginnenal» toepassing van het voorgaande en wel mtt betrekking Uit variohil lende soorten vap grondwaarbij werd terpg geweten op de verschillende wijzen van gronden le verbeteren in het algemeen, door werktuigen en door mest, en tevens op de ver schillende wijzen van bemestiug, die öf door regt- stieeksche inest, öf door bevlocijing, enz. kunnen aan gewend worden. In deze laatste bijeenkomst, is door de aanwezigen een adres aan Z. M. onzen geëerbieiligden Koning gc- tcekend, waarin lloogstdenzclven wordt dank gezegd voor de beschikking, dat er aldaar lezingen zijn gehouden geworden en waarin tevens dc wensch wordt geuit dat het Z. M. behagen moge, in een volgend jaar, de inwoners van dio gemeente en omstreken in de ge legenheid te stellenhel vervolg van wat in deze behandeld werd, door den Heer Mulder te hooren voordragen. Bij een kabinels-sehrijven van 22 Maart j.l., heeft Z. M. de Koning aan liet Bestuur der te Amerongen gevestigde Maatschappij ter bevordering der Tabaks- kuituur» le kennen gegeven, dal Z. M. besloten heeft het Beschermheerschap dezer Maatschappij le aanvaarden. Z. M. heeft benoemd tot Inspecteur der gevange nissen, niet hepaling.dat hij in die betrekking zal kun nen worden belast met zoodanig loezigt op de Rijks politie, als hem nader van wegc den Koning zal worden opgedragen, den Heer Mr. F. JV. Alstorphius Grevelink Regter te Assen, en tol Inspecteur der Ri)ks-polilieden Heer Mr. IV. Miers/rass, Burgemeester van Loenen. Den 23 Maart j.l. heeft, te 's Gravenhage. plaats gehad de plcgtige onthulling van het Standbeeld, door het Ncderlanilsche Volk opgcrigt, ter cere van wijlen Zijne Majesteit Koning Willem den Tweeden. Reeds vroeg in den morgen wapperden 's I-ands vlaggen van alle openbare en van vele bijzondere gebouwen en woningen. Het klokkenspel deed zich gedurende den gehcclen dag bij afwisseling hooren. Eenc aanzienlijke menigte bevond zich allcrwcge. om getuige te zijn van dc picgtighcid die op dien dag was bepaald. I)it was vooral het geval op het Buitenhof, waar het Standbeeld is geplaatst. Daar was elke woning van vlaggen voorzien. Daar werd alles in gereedheid gebragt tot viering van bet feest van den dag. Inzonderheid werd de nnn- dacht gevestigd op dc tribune, die sedert eenigen tijd danr- gcstcld was en nu behoorlijk opgemaakt doelmatig ingcrigt en fraai versierd was. Zij was verdeeld in drie al'deelingcn of vakken. Dc middenste was bestemd voor den Koning en de leden der lloofd-Commissicbelast met bet oprigtcn van bet Standbrcldvoor de leden van bet Korps Diplomatiekde Ministers, de burgerlijke en militaire Overheden en voor dc verder genoodigden. liet geheel der tribune werd omgeven door cene nette en smaakvolle kroonlijstrustende op sierlijk geschilderde stijlen. Op dc kroonlijst prijkten dc namen der plaatsen waar de schitterende wapenfeiten van den ontslapen lield voorvielen. Zij zijn Salamanca, Vittoria Ciudad-Bodrigo cn in bet midden gedekt door den Ncderlandscbcn Leeuw IVaterloo, vervolgens Quatre-BrasHasselt en Leuren. F.lk vak, waarin een dier namen wns geplaatst, werd door een eikenkroon opgeluisterd. Een cn ander leverde een smaakvol en uitmuntend gciiccl op. langzamerhand werd dc tribune, alsmede andere plaatsen, waarvoor toegnngkaartcn verleend waren, bezet. Duizcnde. inwoners van dc Stad en elders vereenigden zieb op bet plein of in den omtrek. Elke woning was vervuld van toeschouwers. Tegen half twaalf ure schaarden zich om het Standbeeld divisien SchutterijGrenadiers en Jagers cn cene sectie Rijdende Artillerie zonder geschut. Zij vormden een qiiarrcdat echter aan den kant der tribune openbleef. Aan heide zijden van bet Standbeeld werden dc muziekkorpsen der Stedelijke Schutterij cn van het Regcment Grenadiers cn Jagers gesteld. Het geheclc garnizoen was onder dc wapenen cn stond voor zoo ver net niet in dc nabijheid van het Standbeeld was, in gesloten kolonnc op den Vijverbergfront makende naar dc l'laats. Na ecnig verwijl verscheen Z. M. de Koning met dc Prinsen, gevolgd door concn luisterrijken Staf. Bij H.D. aankomst werd Z. M. door de leden der Iloofd-Commissie tot oprigting van het Standbeeld ontvangen cn door de bevolking met geestdrift begroet. De President der Commissie, de Heer E. IV. ran Dam ran Isselt hield daarop cene korte toespraak waarbij hij 'sKonings toestemming verzocht, om het Standbeeld te mogen onthullen. (Deze toespraak in een volgend nommcr.) Op een gegeven teeken werd nu het Standbeeld voor wijlen Koning JVidem II onthuld. Het geschut deed zich booren. Dc muzijk voerde Vadcrlandschc stukken uit. De marsch werd geslagen. Luide kreten werden van alle zijden aangehevenom van dc algcmccnc deelneming aan deze nationale plegligheid te doen blijken. Na de onthulling van bet Standbeeld hebben al de troepen die op den Vijverberg geschaard stonden, voorbü het Standbeeld gedefileerd. De Koning en de leden van het Koninklijk gezin verlieten daarop bet Buitenhof en keerden onder het gejuich der grootc menigte naar bet Paleis terug. Langzamerhand verlieten dc genoodigden en allendie zich op het Buitenhof bevondendat plein. Dc plegligheid van den dag was geëin digd. Intusschen stroomden nog aanhoudend van alle kanten zeer velenom liet beeld van den voormalïgen Koning te aanschouwen en hulde te brengen aan de nagedachtenis van dien onvergctelijken Vorst. Het was in de geheele Stad blijk baar, dat van alle dcclen des lands personen herwaarts waren gekomenom deze plegligheid bij te wonen. De Sub-Commissicn voor de oprigting van het Beeld en dc Commissiën van de vcrccniging van bel Metalen Kruis waren zeer talrijk. Oedcr dc genoodigden merkte men ook op de Voorzitters van de beide Kamers der Statcn-Generanl en vele leden dier vergadering, cene Commissie uit den Hoogen Raad der Nederlanden en Comr mission van andere Rijks-, Provinciale-en Stedelijke instellingen, Het Standbeeld geplaatst op het Ruitcnhof, tusschen bet Ministerie van Buitenlandscbe Zaken cn den Vijverberg, stelt den Koning voor, blootshoofds, losin cene afhangende mantel gehuld, met uitgestrekten regterhand. als sprak hij tot zijn getrouw Volk, de linkerhand rustende op net zwaard, dat Kostbaar geschenk zijner Moeder, door Hem in al de roemvolle tijdperken van rijp Krijgsmaps-lerep gedragen, cn dat alzoo met regt een Historisch Zwaard heet en mag. Aan den voet van het Standbeelddat 3,6 Ned. ellen groot is, bevinden zich op de vier hoeken van het Monument (in 't geheel, met dc stoep 8.45 Ned. ellen hoog) even zoo veel Beeldenvoorstellende Het Koningschapmet Scepter cn Kroon op een kussen: dc Wetgeving, met de tafelen der Wet in den linkerarmcn eenc schrijfstift in de regterbanddc Kunslbeschenningdie bet Palladium met eeuwige lauweren kroont, cn dc Weldadigheidmet den Hoorn van Overvloed, bet sprekend beeld van den boofdkaraktcrtrcl des Rollings, die zijne Residentie cn zijn Paleis tot het middelpunt maakt niet alleen van kunst, maar van alles, wat goed is cn schoon in elke rigting van den geest cn van het menschebjk gemoed. Het Voetstuk, in gelen bremersteen bewerkt, voert, behalve kransen van eiken-, palm-, lauwer- en cypresbladeren ts, liet Wapen van het Koningrijk der e zijderegts 'g"jk der Nederlanden, links een I-ccuw, rustig liggende op zijn Zwaard, cn daarbij de namen der gedenkwaardige slagveldenwaar dc dappere Prins enn Oranje dc overwinning wegdroeg: Badajoz Vittoria, Ciudad-RodrinoSalamancaOuatre-BrasWaterloo, Hasselt, Baulerscn, Leuven. Op de voorzijde leest men liet volgende opschrift in bet Hollandscb, en op dc achterzijde datzelfde in het Latijn: Z. M. heeft den Heer E. ff. van Dam van Isselt, Voorzitter der Commissie tot oprigting van het Stand beeld voor Koning IVillem IIbenoemd tot Komman- deur der Orde van de Eikenkroon, met de Ster, den Heer HardenbergSecretaris der Commissie, tot Kom- maudeur dier Orde, en den lieer S. B. IVeeninck, Lid der Commissie, tol Ridder dier Orde, en den Heer Mr. IV. J. van Hoytema tot Curator der Ulrechtsche Hoogeschool. Is de dag van 23 Maart 1854 in een even gevoelvol als overheerlijk dichtstuk u Zang des Tijdsa bezongen door den beroemden S. J. ran den Bergh, en heeft dc plegligheid der onthulling van Tweeden Willem'b Standbeeld, den welbekenden Auguste Clavareaueeno dien Dichter waardige Cantate den lezers der Nieuwe Bolterd. Courant, in het nummer van 24 Maart, ten beste doen geven, terwijl ook de letterkundige JVap bjj cene door den Heer van de Weijer, te Urecht, uilgegeven afbeelding van hel Standbeeld, een krachtig vers heeft geschreven, niet minder verdient echter de belangstelling een, naar aanleiding van deze gelegen heid, te Delft uitgegeven boekske Twee Standbeelden te 's Gravenhagedol er op wijst, hoe èii het op 23 Maart 1854 onthulde Standbeeld van den Held van Waterloo, cn liet op 17 November 1846 onthulde Monument van Willem I, dc gansche rei als vertegen woordigen van dc Vorsten uil het Huig van Oranje, wier leven aan het welzijn van Nederland wa9 gewijd. Zullen de gedichten van ran den Bergh, Clavarean en IVop ongetwijfeld met graagte worden gekocht, men onthoudt' toch niet zijne medewerking tevens aan de verspreiding van de Twee Standbeelden van den ongenoemden echt Nederlandschen Delftschon Schrijver (naar wij meetien een Oflicier der Artillerie), daar dit boekske, wel niet in versmaat maar toch in goed en krachtig prqza, de Natie herinnert, hoeveel zij aan Prins Willem, den Grondlegger, en aan Koning Willem dep Handhaver harer onafhankelijkheid, is verpligt. Wij hebben inzage gehad van een afdruk van het rekwest van den Heer C. H. Balkema aan Z. M. den Kuuing, d.d. 10 Febr. j.l., betreffende zijne aan vraag om concessie tot daarstelling en exploitatie van spoorwegen iu de Noord-Oostelijke Provinciën des Rijks, met bijlagen. Om het hoogo gewigt van het onderwerp daarin behandeld, nomen wij het volgende ujt da1 rekwest over. De Heer Balkema gaat in dit rekwest eerst den stand van zaken na sedert 21 October 1852, het tijdstip waarop door hem, in vereeniging met een comité, uit de uieest geachte mauncn, Tan al de Noord-Oostelijke Provinciën des Rijk» beslaande en met geaccrediteerde Eogelsche kapitalistenroorluopige concessie is aange vraagd voor bedoeld spoorwegnet. Dat verzoek had op 0 Mei 1853 de uitreiking ten gevolge van eene provisionele concessie aan hem adressant, doch onder cene voor hem verrassende voor waarde van binnen twee maanden een millioen gulden gereed geld provisioneel le moeten storten, eene voor waarde, waarvan nimmer sprake was geweeet tusschen het Gouvernement en hem of zijnen raadsman en die in de plaats schceij te treden van die, welke hij, ter voldoening aan het schrijven van den Minister van Biunenlandsohe Zakou van 27 Dec. 1852, rich bereid verklaard had aan te nemennamelijkom binnen weinige weken na het ontvangen der provisionele con cessie, het bewijs te leveren, dat degelijke mannen aioh werkelijk tot de uitvoering verbonden, De fleer Balke*ta, buigen stari Xjjpde, die )jenj op gelegde voorwaarde, welfle hij nimmer aangpiioiuftd bod, te vervullen, bad zioh alstoen bit Z. X. den Kuning gewend, bij verzoek schrift van 5 Ju lij J8W-, daarbij 1°- de redenen opgevende, waarom de voor waarde, die hij rich bereid verkjaard had aqn te nemen, ve«o de voorbeur, verdjent horen, die in de

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1854 | | pagina 1