CODBA M 787* run DINGSD1G, 4 December i860. Dit Blad verschijnt tweemaal in de r.oeh des Dingstlugt en Vrijiiays. l>e Prijs van bet Abonnement is /"1,5'J in de 3 maanden. Van Advertentiën I tot 6 regelt SO Cents, elke regel meerder 10 Cents, behalve het Zegel regt. Afzonderlijke nummert/0.10. Brieven ft.-.neo. Bestellingen geschieden bij den Uitgever A. li. aam dm ff, te Amersfoort, Buret* Amm-ifoortseke Courant, Singel Wijk B N°. Cl, zoomede bij alle Boekhandelaren en Post-Pirecteurea in het Rijk. Consequentie en Inconsequentie. Philalelhes heeft een nieuw geschrift hel licht doen tien getiteld: Politiek Comediespel, welks inhoud, ryk aan vernuft, eigent) jjk nederkomt op hetgeen als volgt in de inleiding van bet geschrift Ie lezen is: «Woord voor woord, zinsnede voor zinsnede, paragraaf voor paragraaf is toepasselijk op de Ministeriële loopbaan, sedert 1858. van den eigen «steller van het rapport van 1860. Door overal «te denken aan den Minister van Bosse, waar nu de aandacht wordt gevestigd op den Minister «van Hall erlangt men een natuur-getrouw «beeld van het Ministerschap van den lieer van «Bosse in 1858." Hetgeen de schrijver omtrent politieke conse quentie en inconsequentie uit zijn vruchtbaar brein stort, is waarlijk wel der moeite waard door een ieder te worden gelezen als onwederlegbare uitleg kunde. Men oordeele: Ik beklaag uiets meer dan de bekrompenheid van hen, die van meening zijn. dat schijnbaar gelijke handelingen ook een gelijk oordeel ver dienen; wie zich op deze meening ooit verliet, heeft in een leven van verdriet zijne bestraffing gevonden. Neen. Ik ben. door ondervinding wijs geworden, van gevoelen: dat een eenvoudig parti culier de slaaf moet blijven van het gareel, waarin eene staatkundige partijschap hein eenmaal beeft geslagendat voor hem ontwikkeling van den geest verboden is; dat bij tot geene betere inzigien. lot geene andere overtuiging komen mag. Onderwerpt hjj zich aan deze voorwaarden niet, waardoor de partijschap, zijne meesteres, hem voortzweept, tot hij afgebeuld ter neder ligt: dan verdient zoodanig particulier, die zich de airs van een staatsman wil geven, den haat der partjjschap, welke hij uit beter inzigt. uit gewijzigde overtuiging heeft verlaten; hij verdient de vervolging van hen, die op halsstarrigheid in de beginselen van onder geschikte personen gesteld zijn; dan is. te regt, voor hem geen lydcn groot genoeg, geen martelaar schap te kras. geene opjaging te wreed. Wat vermeel zich ook zoo'n man als een echt staatsman te denken, te onderzoeken, te oordeelen, en te kiezen? Maar geheel anders is het met personen, die allezins door eerljjke middelen en onmiskenbare talenten, de hoogte hebben bereikt, dat zij als volksvertegenwoordigers, of als Ministers des Konings in aanmerking kunnen komen. Zjj zijn allen onver zettelijk in hunne beginselen: leven en sterven daarvoor; zjj kennen noch persoonlijke eerzucht, noch eigenbelang, noch bejag naar eer of gezpg, en zij zijn rijk genoeg om de stoffelijke voordeden, zoowel middellijk als onmiddellijk, te verachten. Dat schjjnt mjj zóó waar toe, dat ik vertrouw, dat niemand mij afdoende zal kunnen bewijzen, dat ooit of te immer, hetzij hier, hetzij elders, zoodanige personenonderden generieken naam van staatslieden aangeduid om volksvertegen woordiger, of Minister te worden of te blijven, in hunne beginselen ietwat gewankeld, of met slechts een druppel waters hun wijn hebben verslapt? Indien kortzigtigen ook al strijd nuenen te vinden, bijv. tu9schen de handelingen van zoodanige Ministers en hunne woorden als leden der oppositie, het is omdat deze staatkundige tinnegieters niet staan op de hoogte van den waaraebtigen staatsman. By den eenvoudigen par ticulier is het, zeer zeker, afvalligheid, vuig eigen belang of iets dergelijks; maar by den staatsman is de schijnbare omkeering zijner beginselen alleen het gevolg, of van de veranderde omstandigheden", of van het «verschil van standpunt van beoor deeling." De staatsman, wien men dezen strijd tusschen woord en daad voor de voeten werpt, heeft het regt te antwoorden, gelijk reeds in ons parlement werkelijk met succes is betoogd: «Verwijt mij nooit, wat ik vroeger gezegd heb of geschreven «want waarom zou ik alleen moeten stilstaan in .«de voortgaande beweging van ontwikkeling en «inzigten? Wat mij gister gevaarlijk toescheen, «kan my heden heilrijk voorkomen, en omgekeerd. «Dat regt van ontwikkeling, hetwelk gij toekent «aan de geheele U omringende wereld, vorder ik ook voor injj." Gaf eebter een eenvoudig burger dat antwoord, men zou hem uitlagchen, ,en te gelijkertijd verwijten: «Ziet met wat schijn- heiligheid gij (om der wille van een of ander doel) de overtuiging, het heiligste wat de mcnsch «bezit, met voeten vertreedt." Zie, mijnheer de Minister! ik meen, dat wie dat niet alles inziet, ook niet bevoegd is over de slautsaangelegeuhcden /.'en oordeel uit te brengen; en wie het haarfijne onderscheid, ten deze tusschen den eenvoudigen particulier en den hooggeplaatsten staatsman ge legen, niet weet te vatten, wel eens verdiende een poosje zelf Minister te zjjn, om het proef ondervindelijk te leeren." Men meent, dat Philaletiies, die dat alles inziet, volkomen bevoegd is een oordeel over staatsaan- gelegenheden uit te brengen. Men leze het werkje Politiek Comediespel en men zal werkelijk moeten bekennen, dat een man die zóó goed staatslieden als van Hall en van Bosse begrypt, volkomen geschikt zou wezen om zelf als Minister van Financiën bun opvolger te worden! AMERSFOORT, 3 December 1860. Op Dingsdag, den A Decembei 1860, des namid dags ten éeo ure, zal de Raad der gemeente Amersfoort wederom eene Vergaderiog houden, waarin de punten van behandeling zyn: 1°. Voorstel van Burgemeester eu Wethouders tot vereeniging dur betrekking van Ontvan ger van het Vuur- Haven- en Tongeld met die van Scheepsmeter. 2*. Advies van Burgemeester en Wethouders op het request van G. J. Schoterman, onder wijzer in de Gymnastiek. 3°. Vaststelling van het reglement en tarief voor het bcurtveer naar Amsterdam. 4°. Ontwerp-besluit tot vaststelling van het maiimum van den onderstand aan armen in 1861. 5'. Benoeming van bulp-onderwyzers, met voor- dragt van Burgemeester en Wethouders. 6". Rapport der Commissie aangaande de in vordering van plaatselijke belasting op den turf, met daartoe betrekkelijke Missive van den Controleur. 7°. Voorstel van den heer van Lockhorst tot wijziging van de instruction der heel- en vroed meesters. 8". Rekwest van den heer Croiset van Uchelen, om restitutie van plaatselijke belasting we gens uitvoer van gedistilleerd, met ad vies van den Controleur. De Regering heeft onlangs bepaald, dat van 1 Jannarij a. s. de poorten in de verschillende vestingen van het Rijk. zoowel des nachts als bij dag zullen geopend blijven, zynde dan ook door den Minister van Oorlog aan de Plaatselijke Com mandanten de last verstrekt, om de militaire wachten bij die poorten te doen vervallen; alleen 'ie poorten zullen door wachten betrokken worden in welker onmiddellijke nabijheid arsenalen, kruid- magazijnen of andere rijks eigendommen aanwezig zijn. - Door den Minister van Oorlog is bepaald om ook de geschikte corporaals-titulair. Welke nog bjj het instruclie-bataillon aanwezig zjjn, in dien titulairen graad, zoo zij dit mogten verlangen, naar de regimemen infanterie te zenden, om daarbij als corporaal-titulair dienst te doen, tot er bij die corpsen, bij ontstane corporaals-vacature, ge legenheid is hen lot corporaal aan te stellen, als wanneer zij het eerst daarvoor in aanmerking zullen komen. In de volgende maand zullen er een aantal dier jongelingen, van daar naar de regemeuten vertrekken. In eene vergadering van den gemeenteraad te Utrecht werd door den Voorzitter kennis gege ven van eene mededeeling door den Minister van Binnenlandsche Zaken, namens den Koning gedaan houdende, dal Z. M. zich had verklaard onbevoegd om kennis te nemen van het hooger beroep, door den Raad ingesteld tegen de beslissing van Gede puteerde Staten, waarbij de goedkeuring werd ge weigerd van het Raadsbesluit, waarbjj het verzoek van onderscheidene besturen van daar ter stede gevestigde sociëteiten, tot afschrijving van den aanslag in de directe plaatselijke belasting, werd afgewezen. Deze koninklijke beslissing was daarop gegronddat de ingeroepene bepalingen der Gemeen tewet ten deze niet van toepassing zjjn. Onlangs meldde de Tijd, N.'Holl. Cour., dat te Castelfidardo geene Nederlanders in de ryen van het Pauselijk leger stonden. Genoemd blad zegt heden, dat dit oniuist is, en berigt het vol gende: «Ten minste hebben twee Nederlanders aan dit gevecht deelgenomen. l)e een, een Utrechter, van Straten genaamd, de ander een Geldersoh raap. Tennissen gchcctcn. Beide hebben gediëinj,. in het corps karabinieis van generaal Schmidt, onder wiens commando zjj vroeger heblwn deelgenomen aan de inueniing van Perugia. Met is hekend uit het rapport van generaal Lamoi icièrc, dut de karabiniera ook te Castelfidardo goed bua pligt hebben gedaan. TeuniMen was sergeant en beeft op het slagveld eene ligte wonde ontvangen. Te Loretto was by onder de troependie gecapituleerd hebben. Hij beeft met al de gevangenen, <L>or de Piëmoatezen schandelijk behandeld, .eel geleden, en is eindelijk te Gënua op straat gezet zooder hulpmiddelen om zich, waarheen ook, te begeven. Hij is thans op reis naar het vaderland. Van Straten is overleden. De vormoeyenissen Tan den veldtogt hebben hem eeoe zware ziekte bezorgd, waaraan hij is bezweken." Later meldt diezelfde Courant, dat nog twee onzer laodgenootende h.b. Frans Quimf en Ri chard Schoenmaker, beide uit Limburg, dapper in het pauselijk leger tegen de Sardiniërs gestre den hebben; de eerstgenoemde als luitenant, tbans door den paus tot kapitein bevorderd; de andere als sergeant-majoor, en ter belooning voor zyne heldhaftigheid met bet ridderkruis der orde van Pius IX begiftigd. De heer Quimf, na den slag by Castelfidardo krygsgevangen geweest en later ont slagen, heeft sedert zyn vaderlacd bezocht ca is later andermaal naar Rome vert/okken, om dca paus weder zyne diensten aan te bieden. Op den middag van 23 November, ontmoet ten de commiezen P. II. Moors en C. Strasde. te Rozendaal gestallonoeerdop hunne surveillance tot wering van den sluikhandel Tan lompen, laags de Belgische grenzen, eeae bende van achttien dragers, meest allen mannen van het beruchte Rucphens lleike. Ofschoon de overmagt groot was, aarzelden de beide ambtenaren geea oogenblik om de sluikers aan le vallen, en maakten na veel moeite en inspanning zich meester vande18balea lompen. De sluikers echter niet genegen huunen buit prys te geven, kwamen, na zich te hebben gewapend met knuppels en getrokken messen, on der het uiten van bedreigingen, op de ambtenaren af. Moedig hielden deze stand en betwistten met levensgevaar gedurende ruim uurs het bezit der aangehaalde goederen aan de smokkelaars. Aan bun beleid en kloekmoedigheid haddeo zij het te danken, dat, na eene hardnekkige worsteling, waarby hun verscheideue malen het blanke mes op de borst gezet werd. de Smokkelaars ouverfig- ter zake moesten aftrekken, eu de ambtenaren de aangehaalde goederen naar 's ryks kantoor konden opbrengen. Het is te wenschen, dat de administratie der belastingen doe blyken bet lofwaardige gedrag dezer ambtenarea op prys le stellen. Het is aan de yverige nasporingen der brigades marechaussees van Rozendaal ea Rucphen gelukt, om met behulp van den veldwachter van Rucphen en der beide ambtenaren-aanhouders, den volgen den morgen te Rozendaal gevankelyk binnen te brengen twaalf der beruchte smokkelaars, waarvan wij melding maken. Vier dezer personen hebben, onder meer, reeds eeoe tuchthuisstraf tan tos jaren ondergaan en ineest allen zijn ia handen der justitie geweest. De yverige brigadier der marechaussees hoopt de zes andere spoedig in handen Ie hebbenbet schynt dat deze hem reeds bekend zijn. Te Andelst had Woensdag l.l. een treurig voorval plaats. In de woning van A. van der Velde, herbergier, ontstond in den vroegen morgen brand in bet bovenhuis, zonder dat de ramp nog door de bewoners, die in een lager gedeelte sliepen, werd opgemerkt. Weldra door de buren gewekt, gelukte het een groot gedeelte van het gezin aa,. da woede der vlammen te ontkomen; maar dc vader, zijn eenig zoontje misseode, dat, naar de ineening zijner vrouw, nog in eene der bedsteden van het gebouw moest zyu achtergebleven, begeeft zich onmiddellijk op nieuw in de vlammen. Zyn pogen schijnt aanvankelijk te gelukken, daar hjj het kind op de aangeduide plaats vindt; hjj voert het met zich, maar, byna aan de deur van het huis gekomen, stort eensklaps een gedeelte van den gevel in; hierdoor ontzinkt hem bet kind, voor hetwelk nu geene redding mogelijk blyR. Met Inspanning van alle krachten gelukt liet licra zich zeiven aan bet brandeode puin te ontworste len, maar liy stort,, buiten gekomen, ademloos en overdekt met Wonden neder. Spoedig aange- bragte geneeskundige hulp doel nogtbaus ten op- zigte van hem het beste verwachten. ft. S.. to Sinilde, had reeds meer dan tens Ontdekt, dat hjj on verzocht bezoek bjj zijn turf ontving. Des morgens van den 27 Nov., ongeveer half vyr ure, moest zyne vrouw buiten de deur eene boodschap verriglen. Daar zOude, ziet zjj iemand op den turf afkomeu. Zij vraagt, wal hij daar te inaken heeft? In plaats van zich uit de voeten tc maken, dreigt hjj haar, werpt haar met

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1860 | | pagina 1