C
ODRAN
M 816.
van YRIJDAG,
Dit Blad verschijnt ttceemual in de week des Dingsdagt en Vrij dayt. De Prijs van het Abonnement is 1,50 in de 3 ra tanden. Van AdvertentiënI tot 6 regels 60 CeaU
elke regel roeerder 10 Cents, behalve het Zegelregt. Afzonderlijke nummers, /0.10. Brieven franco. Bestellingen geschieden bij den Uitgever A. 11. mus Clttff, te
Amersfoort, Bureau Amertfoorltche Courant, Singel Wijk E N°. 61, sooaiede hij alle Boekhandelaren en Post-Directcnren in het Kijk.
Aan den Raad der gemeente Amersfoort.
Geene kwestie, too lang ik de eer had lid van uwe vergadering
te tijn, heeft bij het publiek meer aanleiding gegeven tot beoor-
deeling en veroordeeling, lot scheve gevolgtrekkingen, als de
memorie der Gezondheidacommiasie omtrent de wegruiming der meit-
yatllen en den afvoer der foccale stoffen uit deze gemeente, en toch
is ia vele opzigten ssn den wcnsch der Gezondheidscommissietoen
zij hare memorie voor het pnbliek verkrijgbaar stelde, voldaan;
velen hebben daardoor hunne aandacht op deze taak gevestigd
velen zullen, jniat daardoor, met meer kennia van zakeu over dit
onderwerp kunnen oordeelendat belangrijk en hoogst gewigtig in
hare gevolgen, ook voor onae gemeente zijn kau, een ouderwerp
dat, ofschoon hier ter atede geheel nieuw, volgens het oordevl van
ceueo onzer meest beroemde VaderUndsche Staathuishoudkundigen,
wiens werken door de Hooge Regering aan de verschillende Be
sturen worden aanbevolen, ik bedoel den Chef van hel Provinciaal
Bureau van Statistiek te Groningen, is eene levensvraag, die hem
van alle onderwerpen van bygienischenvan huishoudkundigen en
van staathuishoudkundigen aard, het meeste belang iboezcmt.
Hel gewigl van de zaak zelve, do nieuwheid uie zij voor het
mecrendeel onzer ingezetenen heeft en het belang dat de Gezond
heidscommissie heeft, wil zij iets nultiga tot aland brengen, bij het
duidelijk begrip van hare voorstellen door het publiek, noopt mg
omtrent dit onderwerp duidelijk en daarom uitvoerig te zijn.
Alvorens dus tot de zaak zelve over te gaanboude mep mij ten
goede, als inleiding daartoe, te wijsen op de hoofdgebreken onzer
gemeente, die zeer zeker .ot haren min bloeijenden toestand mede-
Het is eene gewigtige les der staathuishoudkunde, dat op alle
plaatten en in alle tijden de volgende eigenschappen steeds vcr-
eenigd voorkomen: goed onderwijs, zindelijkheid, zuinigheid,
zedelijkheidgezondheid en welvaartnaarmate nu eene deter
eigenschappen ineer op den voorgrond ttaat, zullen ook de andere
eigenschappen allengs duidelijker tc voorschijn treden, en omgekeerd,
wanneer eene dezer goede eigenschappen meer wordt verwaarloosd,
tullen ook de andere door mij genoemde eigenschappen allengs meer
op den achtergrond treden, om plaats te maken voor hare tegen
stellingen gebrekkig onderwijsonzindelijkheid verkwisting onge
zondheidonzedelijkheid, armoede; en de treurige ervaring leert
ona helaas, dal de door mij eerstgenoemde goede eigenschappen,
in onae gemeentenog niet op den voorgroud staan.
Het laatste rapport der Schoolcommissie bewijst ona, dat het
onderwijs in deze gemeente voor den nuttigsten atand (den midden
stand) nog ia onvolledig en dut gebrekkig; de memorie der Ge
zondheidscommissie leert ona, dat zindelijkheid en zuinigheid hier
nog niet te huis bchooren, getuige de bijna onbeperkte vrijheid die
er bestaat in bet bewaren der meststoffen, en de schatten die jaar
lijks, zonder bate voor iemand, van die laatste stoffen, in de
stadsgrachten verloren gaan. Dat welvaart, zcdeljkheid en gezond
heid hier ook, thans, nog niet in groote male gevonden worden,
bewijst ons bet bovenmatig groot aantal bedeelden en de vele non-
valeurs, die op de .ohieren van den hoofdeljken omslag voorkomen,
de geringe ontwikkeling onzer mindere volksklajse en de statistiek
der sterfte in nnae gemeente; en geen wonder in eene gemeente
wsar hij zoo veel armoede zoo weinig zindelijkheid heersent, waar
de verpleging der zieken nog zoo gebrekkig is, dat er zelfs geen
at ols-ziekcnhuis of ziekenbussendie toch in de kleinste plaatsen
aanwezig zijn, gevouden worden, daar moet het sterftecijfer wel
belangrijk rijn.
Ik ben overtuigd, dat het niet in allen deele van het Gemeente
bestuur afhsogt die zakeu te verbeteren, en dat vele uitwendige,
van bel Bestuur onafbsnkelijke invloeden, daartoe medewerkenik
weet dat radicale verbetering, eerst met den lijd zal kunnet. rerkregeu
worden; ik zie hoe door de belangstelling »an het Gemeente
bestuur, reeds aanvankelijk verbeteringen zijn daargesteld en hoeveel
zorg en ijver het geachte Hoofd onzer gemeente aan de stad onzer
inwoning wijdt; maar ook ik stel heling in het lot en de toekomst
der stad waar mijne voorouders sinds meer dan drie eeuwen ge
vestigd waren, eu die, behalve hare heetlijke omstreken, nog zoo
veel sch mns en edels in zich bevatwaarvan de vele eu aanzienlijke
giften onzer ingezeteoen bij gelegenheid van den joogsten waters
nood, ons onlanga weder het bewijs gaven; doeh ware belaug-
■telling uit zich niet door, met de taal der hoffelijkheid, bestaande
gebreken te verbloemenen ie aldus meer eu meer ongeneeslijk te
maken; zj uit zich even als ware v/icnilschap, door met de laai
der waarheid, zij het ook ten koste van zich zeiven, die gebreken
openlok aan te wijzen, omdat ze bekend moeten zijn,
grot
>nd middelen lot herstel of len
e kunne
Dat het Hcstuur dus niet drale met de verbetering van het onder
wijs; dat het streve naar eene doelmatige eu betere verplegittg der
armen zieken, dat de zindelijkheid en ook daardoor gepaste zui
nigheid (geene bekrompenheid, die opziet tegen uitgaven, welke
op den duur rijke vruchten moeten dragen) worde bevorderden
gewis, naarmate die eigenschappen hier meer op den voorgrond
treden, zullen, meerdere zedelijkheid, betere gezondheid en grootere
welvaart niet achter blijven.
Daartoe mede te werken was altijd en ia nog mijn streven, over
tuigd als ik ben, dat door boitrijiling van vooroordeclendoor
aankweeking van uulte kennis eu door ontwikkeling van eigen
krachtenonze gemeente op den duur het zekerst in bloei zal
toenemen, zekerder dan door uitwendige in/locden, welker nut ik
niet ontken, doch die zoo wisselvallig zijn, getuige de niet gelukte
stoombootvaarl op Amsterdam en welligt den geprojecteerden spoor
weg. Ik wensch daarom geeue plotselinge overgangen die altijd
gevaarlijk kunnen zijn, maar minder nog wensen ik verwerping
van het nieuwe, quand mime, omdat het vooroordeel en eigen
belang aantast, want dan zou Amersfoort blijven stilstaan, co
«tilstand is achternitgang eu achteruitgang worlt ondergang.
la dus overijlde aannemiog van het nieuwe te verwerpen,
nog meer is ongegronde verwerping daarvan af te keuren, eu welke
gronden zijn tegen het eerste door de Gezondheidscommissie in
hare memorie voorgedragen voorstel, de wijziging van art. 215
van het Policicreglementdoor de afdcctingen, aangevoerd
In de eerste plaats is gezegd, dal men niet gelooft dat mest
vaalten voor de gezondheid z>o nadeelig zijn; dit is aangevoerd
door niel-deakundigen, wier gevoelen aandruiscbl, legen dat van alle
deskundigen, en ook tegen de overtuiging van de, door onze ver
gadering ten dieu einde benoemde, deskundige corporatie, en dat
do overtuiging van die corporatie sterk is, bewijst, dat deskundige
leden van die corporatie daaraan tijdelijk een deel van hunne
materiële welvaart opofferen (ik zeg tijdelijk, want de publieke
opinie zal «och wel niet voortdurend hen vcroordcelendie openlijk,
in hel belang der gemeente, voor hunne overtuiging uitkomen, zij
die overtuiging ook nieuw, schijnc zij zelfs impopulair); hoereer
dus bet imlividuële gevoelen van anderen eerbiedigende, kan zulks
geen motief voor ilcn Raad zijn tot afwijzing van bet door de Ge
zondheidscommissie voorgestelde.
In de tweede plaats is de ongunstige sterfleverhouding, blijkende
uit de, ook door het lid dat zulks aanvoerde, gelezcne statistiek,
door datzelfde lid betwijfeld, zoo niet tegengesproken. Ceenc andere
atatistiek is evenwel door hem geleverd, geene onnauwkeurigheden
zijn er ons door hem in aangetoond.
Ook dit argumentlegen het door ccnc deskundige corporatio
aangevoerde, kan dos geen grond opleveren, om het door de
Cezondheidacommissie hierom'reut voorgesteldevoor den Raad
Onaannemelijk te achten.
In de derde plaats is aangevoerd dat Amerafoort ia eene land
bouwende stad waar zoo vele ook arme inwoners, mest noodig
hebben, en dat dus deze laattten daardoor van een middel van be
staan zouden beroof 1 worden; het middel van transactie door de
Gezondheidscommissie aangegeven, waardoor de armeo hunne mest
zonden kunnen behoudenii echter door niemand openlijk of regt-
alrccks tegengesproken of onuitvoerbaar verklaard.
Maar daarenboven is Amersfoort wel eene landbouwende stad? Is
zij niet veeleer eene fabriekstad, waar de landbouw wel beoefend,
doch enkel als bijzaak beschouwd wordt? Ik wil hierover geen
beslissend oordeel vellen, daar zulks minder tot mijne compe
tentie bcboorlmaar mij komt het voordat bet wenscbelijk ware
dat Amersfoort meer eene landbouwende stad werd, omdat zulks bj
den achteruitgang der fabriekcu bet pauperisme zou kunnen tegen
gaan doch dat ae wijze waarop hier de landbouw wordt uitgeoefend,
zeer weinig productief it, en dat, wanneer deze beter werd beoefend,
•ij ook hier, zeer zeker, meer productief kou gemaakt worden.
Teo bewijze hiervan atrekke, dal in Amrrifoortdat eeue laal-
houvende Had genoemd wordt, waar daarbij grond, arbeid eu mest
goedkoop is, de meeste moezerljeu uit Utrecht, dat op den naam
van landbouwende stad geen aanspraak maakt, waargronl, arbeid
en mest veel duurder is, worden ingevoerd. Cccn product van
landbouw wonll bier uitgeroerd, bcbalve de tabak, en of de wijze
waarop bier de tabakibouw wordt uitgeoefend op den dnur wel zeer
productief is, wordt door errareu staathuishoudkundigen en door
tabaksplanter* zelf betwijfeld. Bovendien is bier deze wijze van
landbouw alleen voor meerrermogeoden bereikbaardaar de winsten
zoo précair zijn, en de bemesting enz. zoo kostbaar is. Bchalre de
tabaksbouw bepaalt zich de landbouw der mingegoeden hier ter slede,
bijna uitsluitend tol bet poolen van aardapp-len, die (daargelaten
nog dat het bijna uitsluitend gebruik van deze laatslen, als voedsel,
zeer af te keuren is) van eene boedan:gheid zijn, dal de moerge-
goeden in deze gemeente, in den regel hunuc aardappelen van cldcra
laten komen. Men zou mj welligt Itunn-n tegenwerpendat de
gronden hier voor moczerijc-o niet geschikt zijnbejaarde en onder-
vindingrijke landbouwers, uit deze streken, hebben mij verzekerd,
dat vele gronden, in den omtrek dezer stad, met de noodige zorg
bewerkt, daarvoor zeer goed gesebikl te aiakea lijn.
Ile( spreekt echter van zelve, dat grondige verbetering van onzen
landbouw eerst door den lijd te verkrijgen zal zijn, maar dc gronden
voor verbeterde landbouw, die meer productief j«, zullen ougetwij-
feld ook in betere eu zuiniger mestbewaring, die geene meststoffen
nutteloos verloren doet gaan, moeten gezucht worden.
Ceenc enkele geldige grond is dus, tegen hel, door de Gezondheids
commissie hieromtrent voorgestelde, asogevoerd.
Er bestaan mijns inziens andere redenen, die de aanneming van
dat punt, vooralsnog, in dca weg staan.
Dc zaak is hier geheel nieuw, verre het grootste gedeelte onzer
mingegoede ingezetenen is er geheet onbekend mede, daarbij wordt
het tegenwoordig bestaan Ie door ingewortelde vooroordeclen ge
schraagd, en waaneer, zoo als thans net geral is, die onweteubeid
en vooroordeelcn nog gevoed en versterkt worden door sommigen
wier maatschappelijke toestand of bedrijf het voor hun belang wen-
achelijk maakt, dat de tegenwoordige staat van zaken bestaan blijft,
en die, nu, den schijn van philantropie aannemende, ofschoon zij
anders maar al te vaak, met dc ellende der armen woekeren, deze
laatslen misleiden door hun te zeggendat de gemeente van voor
nemen is, hun, hunne meststoffen te ontnemen (terwijl het door de
Gezondheidscommissie voorgestelde die klasse integendeel van een
op haar drukkend monopolie zou bevrijden, en huu op den duur
tegen een gcringen last, een, betrekkelijk, niet gering geldelijk
voordeel zoo bezorgen);
Wanneer een bevoogd beoordeelaar, wiens roeping het is de zaak
voor te staan, niet «chroomt, in bet geheim de zaak legen te
werken (daar zijne reputatie ia de geleerde wereld, hem belet,
zulks openlijk te doen) en, aldas van deze per sa impopulair
scbijnenJe zaak gebruik maakt, om den goeden naam van amleren
te benadcelen, dan kan het welligt gevaarlijk geacht worden, die
vooroordeelcn met ecnen slag den bodem in tc alaan en kon men
het mogelijk beter oorJeclzn geleidelijk en door overtuiging, dat
verkrijgen
irtng on
i als noodig
De hier ter slede omtreul dit poot bestaande onbekendheid
ingeworteld vooroordeel gesterkt door eigenbelang en kleingeestige
naijver zijn dus mijns inziens de hoofdredenen, waarom dit punt
vooralsnog onaannemelijk schijnen kan.
Zeer zou ik het echter betreuren indien om die redenen een zoo
hoogst belangrijk voorstel vallen moest, en daarom oordeel ik het
geschikter omtrent dit punt thons nog geene beslissing te nemen, maar
net, tot eene betere gelegenheid, aan te houden, wanneer de onder-
viuding zal geleerd hebben dat hei, door de Gezondheidscommissie,
voorgestelde niet alleen is in bet belang der gezondheidmaar dat
eene betere en zuiniger mestbewaring ook uil een financieel oog
punt hoogst nuttig is. Van dit laatste kan het Bestuur reeds spoedig
aan onze ingezctcuen het bewijs leveren, door de meststoff"n, die
thans verpacht worden, van wege de gemeente te late- inzamelen
en doelmatig tc bewaren.
Ik ben zeker, dat deze rondborstige uiting van mijn gevoelen,
tot nieuwe laster aanleiding zal geven, want waar zweeg ooit de
laster wanneer vooroordeel of eigenbelang werd aangetast? Maar
juist daarloor zal ontrent deze memorie meer en meer de waar
heid van hel spreekwoord blijken, dat het de slechtste vruchten
niet zijn waaraan de wespen knagen, want idler ingezetene dezer
stad, en dua ook elk bevoegd heoordeclaar, is in de gelegenheid
gesteld geweest haar openlijk legen te spreken, en hij die eene
verkeerde zaak tegenspreekt, behoeft hel wapen van den laster
nietslechts hijdie eene goede zaak tegen heter weten eu over
tuiging aan, zoekt tegen tc werken, gehruikl dat verachtelijk wapen.
Is hel dus mijn gevoelendat het beter is vooralsnog geene be
slissing tc nemen, aangaande het eerste, door de G'zoudhridscom-
missie, gedane voorstel, omtrent de wijziging van art. 215 van het
Policiereglenienteene and re vraag ia net, of dc toestand zoo als
zii tevenwoor lie is kan blijven voortbestaan dan wel of deze reeds
dadelijk verandering vordert.
Art. 215 van het Polioieregletnonlthans luiden le: Geene
misthoopen zullen binnen de kom der gemeente mogen gehouden
worden, tonder schriftelijke vergunning van Burgemeester en
Wethouders." ia onuitvoerbaar, want ware uitvoering van dat
artikel doenlijk, gewis het geachte Hoofd der gemeente, wiens
belangstelling en zorg wij kennen, had reeds voor lang uitroeiing
daaraan gegeven.
Ten einde nu eenigzins aan den geest van dat artikel te getnoct
te kom-n is door Burgemeester en Wethouders besloten, dit
mesthoopen verboden zouden worden wanneer de buren der
houders daarvan daarover klaagden. To! welke onregelmatigheden
dit aanleiding geven moet is duidelijk de eene buur zal altijd, zclfa
wanneer hem de mesthoop vijns buurmans niet of weinig hindert
klagen, terwijl de andere uit vriendelijkheid of beleefIbeid nim
mer klagen zal. Deze wijze v*q beperking dor vrijheid tot het
houden van mesthoopen ia dus af te keureu, ofschoon Burg. eu
YVelh. zoo lang art. 215 van het Pnliciereglcmenl niet ia gewij-
aigd wel niet anders hanlelen kannon, en dat één artikel in ecue
verordening, hetwelk in dc praktijk onuitvoerbaar blijkt te zijn,
gewijzigd of veranderd moet worden behoeft geen betoog.
la echter vroeger door mij aangetoonddat zuinigheid en zin
delijkheid altijd baud aan hand voorkomen, ook hij hel houden
van nicalhoopcn is zulks in hooge mslc het gevalnaarmate een
uicsthoophoudcr zuiniger op «ijn mest isnaar die male zal zijn
mesthoop ook zindelijker en daarom voor de gezondheid minder
nadeelig zijn en deze, zoo voor den mesthoophouder als voor (o
openbare gezondheid en zindelijkheid nut# zaak, konde reed»
dadelijk als beperking van het regt tot hel houden van mesthoopen
in het leven geroepen worden. Men zou dos door het ra.wellen
eener verordening op het houden van mesthoopen, die strikt werd
nagekomen en waarbij vooral de zindelijkheid en daardoor de
zoioighei 1 in het oog gehouden wordt, den mesthoopkonder vu
den willekeur vao buren ontheffen, hem leeren dat zindelfkbeid,
bij kei bewaren der mest, hem zeker voordeel oplevert en daardoor
lerens de openbare gezondheid en zindelijkheid bevorderen, terwijl
Borg. en Weth. dan eeoen zekeren ngtsnoer zouden hebben,
waarnaar zij buooe rergnnningen to: het hooden van mesthoopen
konden rigteu.
Om bovengemelde redenen doe ik dus in da eerste plaat*
het Voorsta
Dat da Raad besluite omtrent het eerste, door da Gezond
heidscommissiegedane voorstel de wijziging tvui art. 245 van het
Policiereglementzoo als dia door haar is voorgesteld, vooralsnog
geene beslissing te nemen."
Ten einde mogelijkheid van sdtvoerissy aan het thans hertaalde
te gevenstel ik in de tweede plaats voor art 245 rat het
Poltciereglementvoorloopig te wijzigen als volgt:
Geene mesthoopen mogen binnen dan kom dar gemeente ge
houden worden, zonder schriftelijke vergunning van Burg. en
IVtlh., en overeenkomstig de daarop vast Instellens verordening."
En eindelijk, ten einde ook daardoor tot eene gelaidelqhe
overgang van het, door de Gezondheidscommissie, voorgestelde te
geraken, stel ik in de derde plaats voor, als nieuw artikel bij
hst Policicreglement te voegen
Geene rooijing tot het bouwen van mindere woningen zal
verleend worden tenzij daarbij tevens een gemetselde en over
dekte put, ter bewaring der meststoffen, wordt gebouwd."
De Voorsteller.
Dr. W. C. VAN LOCKHOOST.
Vergadering randen Gemeenteraad van IS Maart 1861.
Afwezig wegens ongesteldheid de keer van Boe kom Maat.
Aan de orde waren
1°. Het kohier der Hondenbelasting voor 1861.
Zonder discussie wordt dit met algemeene slem min
goedgekeurd voor een totaal bedrag van f 563.
2°. De Memorie der Gezondheidscommissie betrekkelijk
de Mestvaalten enz. niet de rapporten der Afdeelingen.
De Voorzitter zegt. dat hij van den heer van Lockhortl
een voorstel heeft ontvangendit onderwerp betreffende.
Deze leest het voor. fzie hierboven].
De Voorzitter merkt daarna op, dat het le gedeelte
van dit voorstel, waarbij hel uiU.el wordt aanbevolen
van de beliandelic der Memorie van de Gezondheids
commissie eene dadelijke beslissing vordert, terwijl bet
andere deel, betreffende eene wijziging van het Politie—
Reglementeen nader onderzoek vereischt.
Hij stelt daarom voordat hel laatste zal verzonden
worden naar de Afdeelingen, en lot dat hieromtrent rents
eindbeslissing zal gevallen zijn, het thans aan de orde
zijnde punt an behandeling aan te houden. Na eenign
discussie wordt hiertoe met algemeene stemmen besloten.
3°. Rekwest van de Policie-agenlen om verhoogiug
van iractement of eene gratificatie.
De heer van Beliegt, dat hij het niet wenscbelijk acht,
dat dergelijke verzoeken niauwelijks zonder eenig voorloo
pig onderzoek in behandeling worden genomen. Vroeger
is het wel eens gebeurddat oin eene dergelijke reden
besluiten zijn genomen, waarover later door sommigen
spijt werd gevoelJ. Daarom stelt hij voor, dat het request
in handen zal gesteld worden van Burgemeester en Wet
houders, opdat deze schriftelijk daarover hun gevoelen
mededeelen. Men raakt daardoor nteer bekend met hrt
roor en tegenen kan dan met kennis van zaken uitspraak
doen.
De Voorzitter verklaart, dat bij hem daartegen g ene
bedenkingen ontslaan, en daar verder niemand zich er
tegen verzet, wordt zonder stemming dienovereenkomstig
besloten.
4'. Advies van den Controleur aangaande het benoemen
van eenen roeijer.
De Hoeren van Beek en Herschel vragen of er wel be
hoefte bestaat aan zulk een ambtenaardie sedert geruimen
tijd heeft ontbroken.
Dc Voorzitter, inct de H.ll. Diemonl en Schlatter be
antwoorden dit toestemmend. Altijd is er een post voor
uitgetrokken geworden op de bcgrooling, en alleen bij
gebrek aan geschikte personen is de benoeming in de
laatste jaren achterwege gebleven. Bij eene ijverige pligts-
betrachting zal het traktement wel worden bestreden
door de meerdere opbrengst der belasting. Het onderzoek
is van wetenschappelijk™ aard, en kan alleen door een
deskundige geschieden. Wor.lt er nu procesverbaal o igts-
maakt door een «liet-deskuudige, dan is het twijfelachtig
of de regler daarop acht z it slaan.
Op deze en andere gronden stelden zij voor tot de
benoeming over te gaan in eene volgende vergtdcrinr
eu nu in beginsel uil Ie ui akendat er voorzien zal
worden in de beslaande vaciture.
Met algemeene stemmen worden hiertoe besloten.
5°. Benoeming van een Hoofdonderwijzer aan de Tustchea-
tcliool.
Elf stemmen vereenigeti zioli op den heer de (lens,
titans te Utrecht, en drie aji den lieer Laseur, thans le
Raruevrkd. zoadat du eerste is benoemd.
6°. VoarJragl tul hel da n van af- en overschrijvingen
op de begruoling dei Schutterijdienst 1861wegens
aankoop van diverse klecdmgstukkeii. - Met algemeens
stemmen aangenomen.
7". Gelijke vuordragt ten n inzien der hegrooling van
bet Burger-Weeshuiswegens hongeren prijs der bo-
nuodigde levensmiddel o enz- Ms voren.
8". Benoeming van eene Regentes voor bet Burger
weeshuis uit eene voordr igl waarop voorkwamen da
dames van Werkhoven, Fuckcn van beek geboren
l-tgcrweij.
Bij dc stemming vereenigen zich op de cent: elf, op
15 Maart 1861.