AIEBSfOOBTSGHE
CODRAI
i i
X
871.
van DINGS DAG,
Vt September dsèf*
Dit Blad verschijnt tweemaal in de week des Dingtdagt en Vrijdag*. De Prijs van het Abonnement is ƒ1,50 in de 3 maandenVan Advertentiën1 tot 6 regels 60 CnU
elke regel meerder 10 Cents, behalve het Zegelregt. Afzonderlijke nummers, /0,10. Brieven franco. Bestellingen geschieden bij den Uitgever A. U. van Oeeff, te
Amersfoort, Bureau Amertfoorttche Courant, Singel Wijk E N°. 61, xoomede bij alle Boekhandelaren en Post-Directcureo in bet Rijk.
De troonrede en de erkenning: van het
Koningrijk Italië.
Onderscheidene bladen zijn in eene beoordeeling
der Troonrede getredenwaarvan bij de meesten de
resumtie is, dat zij niet veel beteekent en weinig aan
trekkelijks bevat.
De Arnh. Cl. drijft een weinig den spot met die
rede: «Wanneer de landen, zegt zij, van welke bij
de opening der zitting hunner vertegenwoordigingen
het onbeduidendst gesproken wordt, de gelukkigste
zijn, dan is Nederland een gelukkig land bij uitne
mendheid. Nederland is gewoon jaarlijks van zijn
gouvernement te vernemen, dat alles goed gaat. Wan
neer onze troonredenen niet eindigden met een pro
gramma van de wetsontwerpen, die de ministers het
goede voornemen hebben in den loop der zitting aan
te bieden, zou men ze zeer wel kunnen resumeren
in het eenvoudig en veelzeggend kraamvrouwen-bulle
tin dat het landnaar omstandighedenredelijk wel
varend is."
De N. Rolt. Cl. meentdat eene troonrede de spiegel
behoort te zijndie de politieke kleur van het kabinet
trouw en opregt teruggeeft, en alzoo behoort mede
te deelen, wat men van het ministerie te wachten of
te vreezen heeft. Uit dat oogpunt beschouwd, schittert
de tegenwoordige troonrede, volgens dat blad, alleen
door het stilzwijgen omtrent de meest belangrijke
politieke vraagstukken, welke bij ons aan de orde
zijn. Niets over de erkenning van Italië, niets over
onze koloniale politiek, niets over de waterwegen,
niets over ons belastingstelsel.
«De troonrede, zegt dat blad verder, is volkomen
kleurloos. Niemand, die haar leest, zal u kunnen
zeggen, of het kabinet, hetwelk de verantwoordelijk
heid er voor draagt, het meest behoudende dan het
meest liberale is. Men schijnt met studie ieder woord
vermeden te hebben, waardoor men eenige politieke
rigting zoude hebben kunnen aanduiden. Dit mag in
derdaad bevreemding wekken van een ministerie, dat
zich zoo gaarne den naam van liberaal toeeigent."
Geheel kunnen wij ons verecnigen met het gevoelen
dergenen, die zeggen dat de troonrede, behalve de
aankondiging van aanstaande wetsontwerpen, ons niets
nieuws aanbrengtmaar juist het gemis aan intéressante
volzinnen, moet den rustigen Nederlander stof tot te
vredenheid geven. Immerszou men liever in de troon
rede zaken lezen, waardoor de harlstogten worden
opgewekt? Onzes inziens is waarlijk het land het ge
lukkigste land, alwaar een geëerbiedigd Koning zijn
volk wijst op het voorregt tot gunstige mededeelingen
omtrent de aangelegenheden van het Vaderland in staat
te zijn; wijst op de menschlicvendheid in en buiten
Nederland betoond bij de waterrampen, die Nederland
troffen; wijst op goede verhoudingen met andere lan
den en op nog zoo veeldat door ons moet worden
gewaardeerd, omdat vele andere landen niet zoo ge
lukkig zijn; inzonderheid mag het algemeen genoegen
schenkenhoe de Staat der Nederlanden op den weg
der schulddelging voortgaat, terwijl voor andere landen
het aangaan van geldlccningen noodzakelijk was.
't Is waar, de troonrede schittert niet door politieke
verklaringen of uitboczemingen. Maar, zoo vragen wij,
is het niet voldoende voor ons, dat het ons land over
het algemeen welgaat? Als de politieke tinnegieters en
drijvers voedsel voor hunnen geest en hunne pen be
komen, welke voordeelcn kan ons dierbaar Vaderland
daaruit putten? Men heeft het ondervonden bij troon
reden en ministeriële programma's, waarin de polilick
meer of minder werd aangeroerd, hoe dat aanleiding
gaf tot hevige en hatelijke polemiek.
Andere bladen beklagen zich over dit of dat 't welk
zij in de troonrede missen en betrekking zou moeten
hebben op de locale belangen door die bladen voor-
gestaan. Maar waar zou het heen, als elk deel of elke
stad des Rijksin de troonrede met beloften kon worden
tevreden gesteld Nog een ander blad mist in de troon-
rede de toezegging der indiening van een wetsontwerp
hetwelk dat blad kan redden van ondergang. Hoc is
liet nu mogelijk dat eene troonrede aller cischcn kan
bevredigen Willen die bladen eene intéressante troon-
rede, waarin ook localismc voorkomt, wij voor ons
geven de voorkeur aan eene die in rusligen zin opgesteld,
A ons verhaalt dat ons land voorspoed geniet en door
den Koning hij hel aanbieden van nieuwe wetsontwerpen
de medewerking der Vertegenwoordiging wordt ingc-
4 Toepen.
Het zwijgen der troonrede omtrent de erkenning van
Italië pleit voor de oordeelkunde, met welk zij is
opgesteld. Kon het anders of het aanroeren van dat
onderwerp zou noodwendig niet enkel in Nederland,
maar vooral in het Buitenland tot minder of meerder
onaangenaamheden aanleiding geven? Dat die kwestie
door de Vertegenwoordiging wordt aangeroerd, raag
gerecdelijk worden goedgekeurd niet alleenmaar zelfs
zal het nuttig zijn, dat daarover veel licht wordt ver
spreid door den Minister van Buitenlandsche Zaken,
meer licht dan zijn antwoord daaromtrent in de Eerste
Kamer aan den heer Fransen van de Putle schonk.
Of de Minister zich al beroept, dat geen anderen vorm
van erkenning door Zweden en Denemarken is aange
nomen, dit is eene subtiliteit, die niets bewijst dan
flauwhartigheidwant Zweden en Denemarken zijn
door Rusland en Pruisen gebreideld en begrensdalwaar
de Monarchen nog aan de tradition der feodaliteit gehecht
zijn en steeds voortgaan sympathie voor de verdreven
Italiaansche Vorsten te koesteren. De Minister van
Buitenlandsche Zaken behoort mede met het oog op
artikel 53 der Grondwet, uitvoerig en grondig te verant
woorden, waarom Italië erkend is op de wijze zoo als
is geschied.
In een der laatste nommers van het legitimistische
blad IUnion bevindt zich eene mededeeling, welke
bij velen hier te lande eene onaangename verrassing
heeft te weeg gebragt. Dat orgaan deelt namelijk eenige
bijzonderheden mede nopens de wijze, waarop de er
kenning van het koningrijk Italië door Nederland heeft
plaats gehad. In de nota, welke door liet kabinet van
's Gravenhage nopens dat punt aan zijne diplomatieke
agenten in het buitenland is gerigt, wordt namelijk
op den voorgrond gesteld, dat die erkenning heeft
plaats gehad wegens de nadcclen, welke voor de be
langen des handels uit eene belemmering der diploma
tieke betrekkingen zouden voortvloeijen. De Nedcrland-
schc Regering heeft zich echter voorbehouden, met
de grootste vrijheid de staatkunde van het Turynsche
kabinet te bcoordeelen, door van het feit der erken
ning de oorzaken af te scheiden, waaruit die erkenning
is ontstaan en de gevolgen, welke er uit kunnen
voortspruiten. Het document eindigt daarmede, dat de
Ncderiandsche Regering wenschtdat men wel in het
oog houde, dat door dien nieuwen titel te erkennen,
zij de regeringen niet heeft willen kwetsen, wier Be
langen bij het Italiaansche vraagpunt zijn betrokken,
dat zij den tegenwoordigen staat van Italië slechts heeft
erkendzonder daarom op deze wijze eenig zedelijk
nadeel aan zekere regten toe te brengendie zij
evenmin geroepen is aan te tasten als te verdedigen,
maar die zij niet wil miskennen. Men vreest vrij
algemeen dat dit herigt een nadeeligen invloed op de
erkenning door België zal uitoefenen, welk land reeds
officieus heeft beloofd weldra dien stap te doen. Men
verzekert zelfs, dat die vrees ook in de omgeving
des Keizers bestaat, waardoor de mededeeling van
de Union aldaar een vrij ongunstigen indruk heeft
gemaakt.
De erkenning van Italië is, naar onze meening,
niet geschied op eene wijze, overeenkomstig de waar
digheid van cenen vrijenonafhankelijkcn en constitu-
tionneelcn Staat, als Nederland is. Wij zeggen eenvou
dig: Erken Italië, of erken Italië niet! Maar erkent
gij dat koningrijk, dan geschiede het op loyale, rid
derlijke wijze, zonder bij-of zijwegen, of opmerkingen,
die niet anders dan schrijnend kunnen zijn voor den
Koning en de Regering van dien nieuwen Staat, en
die ook andere Rijken tegen ons in het harnas kunnen
jagen. Is hetgeen l'Union schrijft waarheid, dan heeft
de betrokken Minister eene gansch niet onbelangrijke
fout verrigt, mocijelijk anders te verbeteren, dan door
eene hernieuwde en onvoorbchoudclijke erkenning van
den nieuwen Europcschcn Staat. Wel is waar, deze
Staat heeft nog niet die consistentiewaarop vele
andere kunnen bogendoch dit is een natuurlijk ge
volg der inlijving van brokstukken tol één koningrijk.
Dit was immers voor jaren en eeuwen eveneens met
andere thans gevestigde stalen. Juist Nederland behoort
rond en openhartig ecnen Staat te erkennen, welks
volk zich ontworstelde aan de tirannie van wreede en
dweepzieke vorsten, als men herdenkt, hoe Nederland
zich van de Spaansche ovcrhcersching vrijvocht en zich
alzoo tot ecnen rocmvollcn en zelfstandigen Staat verhief.
In de Loterij voor Java, te Delft, zijn PRIJZEN
gevallen op de navolgende nummers
9511, 9513, 9514, 9518, 9528, 9531,
9532, 9533, 9536, 9537, 9538,9542,
9547, 9549, 9627, 9628, 9631,
welke in deze gemeente geplaatst zijn. De houders
dier loten worden uitgenoodigd deze vóór of op Don
derdag e. k. te bezorgen aan den ondergeteekende,
die zich gaarne met de opzending zal belasten.
A.G.WHERS.
AMERSFOORT, 23 September 1861.
Op Woensdag den 25 September 1861, des na
middags ten één ure, zal de Raad der gemeente
Amersfoort weder eene Vergadering houden, waarin
de punten van behandeling zijn:
1°. Rekening der gemeente.
2°. van de Kamer van Koophandel.
3°. Schoolcommissie.
4°. Schutterij.
5°. Bank van Leening.
6®. het Weeshuis; allen over 1860.
7®. Rapport van Burgemeester en Wethouders aan
gaande het door het R. G. Armbestuur aange
vraagd verhoogd subsidie.
8°. Rekeningen over 1860 en begrootingen voor
1862 van de gesubsidieerde Armbesturen.
9°. Onlwerp-besluit aangaande de heffing van rente
in de Bank van Leening voor 1862.
10°. Benoeming van eene Regentes voor het Burger-
Weeshuis met voordragt.
Nopens het woest tooneel hetwelkblijkens ons
vorig nummer, Dingsdag j.l. aan den Soesterberger
straatweg, plaats had, kunnen wij medcdeelen, dat
de Rijksveldwacht zich daaromtrent informatiën heeft
verschaft, en de daders, die onder Soest wonen,
eerlang alhier zullen teregt staanofschoon de schade
aan eenige verbrijzelde glazen reeds is betaald.
Gaarne vestigen wij dé aandacht van onze stad-
genooten op de groote internationale tentoonstdling van
voortbrengsden van nijverheid en kunst, in 1862 te
Londen te houden. De voortgaande ontwikkeling der
Europesche volken op practisch terrein zal daar wor
den vergeleken en beoordeeld. Wij wenschen hartelijk
dat onze industriëlen zich opgewekt zullen gevoelen
aan dien wedstrijd deel te nemen, opdat de Neder-
landsche nijverheid in het buitenland op eene waar
dige wijze vertegenwoordigd worde. De onlangs te
Haarlem gehouden tentoonstelling heeft ongetwijfeld het
bewijs geleverddat de Nederlandsche nijverheid in de
laatste jaren in onderscheidene vakken aanzienlijke vor
deringen heeft gemaakt. Het is echter niet genoeg dat
wij onderling onze voortbrengselen vergelijken, wij
moeten die, wat gehalte en prijs betreft, toetsen aan
hetgeen elders wordt voortgebragt. Eerst daarna zal
men kunnen oordeelenof hetgeen hier te lande ver
vaardigd wordt werkelijk den voorrang verdient, dan
wel of het bij dat van andere landen moet achterstaan.
In het eerste geval zullen de voordeelen niet lang
achterblijven, maar in het andere zal men den noo-
digen prikkel ontvangen, om met meer nadruk dan
lot dus verre zich op verbeteringen toe te leggen.
Alleen wordt toegelaten wat onze kunst of volksvlijt
waardiglijk vertegenwoordigt, voor den internationalen
handel van vaderland of koloniën in gebruik of ge
schikt is, of op de eene of andere wijze uitmunt
Gewis zullen zijdie tot de inzenders willen behooren
dit alles overwegen, alvorens tot de inzending te be
sluiten. Vooral moet door de industriëlen enz. gelet
worden op de zeer belangrijke bepaling, dut volstrekt
geene kosten hoegenaamd ten hunnen laste komen. De
kosten van vervoer, zoo heen als terug, alsmede die
van brand- en zee-assurantie, van plaatsing en bewa
king der voorwerpen op de tentoonstelling, neemt de
hoofdcommissie ten hare laste. Wij willen hopen dat
Amersfoort's industriëlen zich opgewekt zullen gevoelen
tot inzending. Voornamelijk daartoe dient het boven
staande.
Gister is te Amersfoort aangekomen de Heer
Luitenant-GeneraalInspecteur van het wapen der artil
lerie Uaneels van Wgkhuiieten einde het détachement
van het regement veld-artilleric, alhier in garnizoen
zijnde, te inspecteren.
Onlangs zijn te Amersfoort, Venlo en eenige
andere steden aanbesteedbehoudens nadere goedkeu
ring van den Minister van Oorlog, de fourrages ten
dienste der troepen te paard vat: de garnizoenen dier