Dingsdag 31
Januarij 1871.
~M 1880.
AMERSFBBRTSEHE CBllHiT.
Dit blad Tertchijnt de» Maandag» en Donderdags's avondsAbonnementsprijs ft. 15 per 3 maanden. Prijs der Adferlentiën *ao 1 tot 6 regels 60 Cents, elke regel meerder
lOCents; legale Advertentièn per regel 15 Cents. Afz. nummert 5 cents dubbele grootte 10 cents. Brieven franco. Bestellingen bij deo Ditg. A. H. va» Cfetff, te
Amersfoort Bureau Amersfoorltcke Courant, Langeslraat, Wijk b, N°. 43, over de Oude Viscbmarkt. en bij alle Boekhandelaren en Post-Directenren in bet Rijk.
Onze factiënonze verdediging
ons koinmandoenz.
Bijna voortdurend woelden factiën in ons
Vaderland, dat de bakermat der vrijheid mogt
heeten en welks bevolking wel als klein, doch
tevens als veelbeleekenend in de wereldgeschie
denis staat aangcsehreven.
Zonder Wagenaar of van Kampen ter hand
te nemen want bij eene vlugtige schets mag
men zich met zijn persoonlijk memorie verge
noegen worden hier in ijl gepointeerd:
de Heeckerens en de Bronkhorsten
de schieringers en de vetkoopcrs
de hoekschcn en de kabeljaauwschen
de prinsgezinden en de staalsgczinden (deze
werden later oranjeklanten en keczen genoemd);
en nu begonnen ietwat onder de roos de
pruissisch- en de franschgczinden te kiemen.
Oe genoemde factiën hadden soms tot gevolg,
dat de antieke zinspreuk der vadereneendragt
maakt magtgeïllustreerd door een' pijlen
bundel niet altijd effectief werd gehandhaafd,
en de verschillende factiën weieens de pijlen
ontbundelden om elkander daarmede le wonden.
'l Kan dus soms nuttig zijn er eens op te
wijzen dat het voor ons Vaderland geen zegen
zal aanbrengenals onder zijne zonen en
dochlereu zich eene fransch- en een pruis-
sischgezindc partij afteekenen.
Sluiten vooral de dames zich bij de lijdende
partij aandal doel haar harten eer aanal
dienden hare hoofden zich le herinneren: dat
de franschen wel plus gentil el galantmaar
daarentegen plu» volage zijn dan de duitschers.
Evenwel de mannen moeten zich weten te
beloomenen zich niet laten meèslcpen door
zotte sympathiën voor eene der krijgsvoerende
natiën.
Moet men aan den eenen kant afkeuren dat
de duitschers in la belle France meer dan
ruw te werk gaanaan den anderen kant
dient, men zich te wapenen tegen de overdrij
ving, die veelal in de fransche bcrigten heerscht.
Zoo wordt b. v. daarin beweerd, dat bij het
bombardeeren der steden het vooral op de
hospitalen en ambulances gemunt was. Dit is
zeker eene erge beschuldigiug, die met veront
waardiging moet vervullenmaar wie wat
nadenkt, haalt daarover de schouders op,
want onmogelijk kan men juiste berekening
makenop zoo verre afstanden tvaar of gra
naten in eene belegerde enceinte al zoo teregt
komenzelfs al worden er seinvlaggen op ge
bouwen geplant. De eene batterij ligt digter of
verder af dan de andere en de nachtschoten
zyn veelal onzeker, waarbij het meest op
aankomt dat zij maar in de vijandelijke plaats
vallen. Na den slag van Jena dachten de fran
schen er in Pruissen ook zoo over.
Nu zegge men nietdat riekt naar duitsch-
gezindheid. Verre van daar. Vaderlandsliefde
bestuurt hier de pen. Allen, die het Vaderland
lief hebben, dienen zich evenmin aan de duitsche
als aan de fransche zijde te scharenmaar
moeten bereid zijn met goed en bloed onze
onafhankelijkheid te helpen verdedigen en hand
haven.
Men moet zieh niet bedwelmen in zorgeloos
heid, en evenmin laten benevelen door prus-
sophobic of francophobie.
Men zegge ook nietwat kunnen wij uitrigten
tegen een of ander onzer maglige naburen
Dat is flaauwhartighcidom geen sterker woord
te gebruiken. Wij kunnenals wij maar willen
namelijk met oordcel willen. Als onze kustver
dediging doelmatig wordt georganiseerdzijn
wij van die zijde tegen alle aanvallen bestand.
En aan de landzijden dient men niet meer te
verdedigendan hetgeen naar onze krachten
verdedigbaar is Neemt meu de geschriften
van l'Homme gris ter handdan komt men
zeker tot de gezonde conclusie onverdedigbaar
is ons land tot aan de Utrcchtschc linie (oost
waarts gerekend); maar best verdedigbaar van
daar af, namelijk als de inundatiën goed kunnen j men kan er op rekenen, dat, als zij welligt
werken en de forten allen gereed zijn en-vol- 11L-'
doende bewapend en bemand k nnen worden;
bewapend naar de tegenwoordige eischenen
bemand, niet met stumpertjes, maar met
later hunne visite herhalen{zij zoo spoedig
hijnlijk langer
ferme, geoelende soldalen, niei verkregen rol
gens ons militiestelselen evenmin volgens het
pruissische stelselmaar verkregen door be
perkte dienstpligtigheid dat wil zeggen zonder
lotingdoch met eene regtvaardigc beperking
naar gelang van hel getal leden des gezins.
Dan blijft nog over bet kapitale punthet
kommandomaar waarom ging men daarvoor
niet naar de Krimschc, Italiaansche, Deensche,
Oostenrijksche vcldlogtcn en vooral in den
tegenwoordigen oorlog als toeschouwers
De theorie is niet voldoende. Om een goed
kommando le verkrijgen moet de oorlog in
prachjk worden gezien en bestudeerd.
Het kommando l
Het uitstekend kommando is de hoofdoorzaak
van de aanhoudende pruissische overwinningen.
Het slechte kommando was de hoofdoorzaak der
eerste groote en verdere daarna gevolgde fransche
nederlagen. De grootste slagdie Frankrijk
kort vóór den oorlog trof, was het sterven, j
na een smartelijk lijden (graveel)van den j
kundigen braven en dapperen maarschalk Niel.
Voor hem en zijne bekwaamheden hadden
soldatenofficieren en alle andere maarschalken
respect en in hem stelden zij vertrouwen als
voor de taak van krijgsAoo/d berekend. Maar
wat zijn opvolger, maarschalk Le Boeufople
veren konloste zich op in B(r)ouillon
Daarom nog eensen waar vaderlandsliefde
ons gebiedtis zwijgen laakbaar, is spreken
onze pliglal zou men bier of daai grimmig
jegens ons zijn daarom nogmaals het eerst
moet worden gelet op uitmuntend kommando
En eindelijk, wij moeten, met hulp van God
ons zeiven helpenals wij door een of anderen
vijand worden bestookt. Wij moeten niet re
kenen op, en liefst niet wenschcn in ons
land, hulp van Engclschenvan Franschen,
of van Pruissen. Het boek der geschiedenis
dooi bladerendezou men wel eene prijsvraag
daarover kunnen uitschrijven wie ons vader
land meer kwaad hebben gedaan, de Engelschen,
of de Franschen
Wat de Engelschen aangaat, men beginne
maar van Leicester af en dan komt men ten
laatste tot het, zonder oorlogsverklaring, quasi
in naam des prinsen van Oranje, stelen van
vloten en idem het impalmen van koloniën.
En de Franschen? Vraagt het eens aan de
nog heldere Nederlandsche bollen van 70 a
85 jaar, hoe de Franschen van 1795 tot 1813
ons land op het vreeselijkst hebben geteisterd
geplunderd en uitgezogen Zij zullen nog met
ontzetting spreken van de conscriptie bij ons
ingevoerd en hoe 's lands zonen naar Spanje,
Duitschland en de ijsvelden van Rusland werden
gesleept, om voor den franschen roem hunne
ledematengezondheid en leven prijs te geven.
Wie hunner herinnert zich de tiercerxng niet
bijna gelijk staande met de uitreiking van den
bedelstafen hoe de beruchte assignaten ons
zonder veel complimenten of politesse werden
gepresenteerd, om niet te kunnen worden
gerefuseerd 1 Hoe wij met de fransche vrijheid
gelijkheid en broederschap werden opgescheept,
tegen contante betaling van honderd milliocn
gulden ingescheept achter het palcis te Amster
dam naar het Parijsche paleis der Munt. En dan
de inkwartiering, soms zeven galante franschen
tc gelijk, die, als blijken van dankbaarheid,
nog wel eens te lieftallige presentjes achter
lieten als levendige herinneringen aan hunne
genegenheid.
En de Pruissen? Ja, in 1787 zijn zij ons
land binnengerukt, op zeer hoog verzoek, lot
in Amsterdam, en na onze republikeinen de
ooren gewasschen te hebben (altijd op verzoek),
wisten zijbij hunnen teruginarschin de
kwartieren hier en daar erg huis te houden,
toen weder'naar hun laud lerugkeerende.Maar
niet weder vertrekken, en waarschijnlijk langer
dan ons lief is blijven zullen.
Dus het sta vastwij moeien ens zeiven
helpen.
Het boek der toekomst is voor ons gesloten
en dat heeft ook zijne goede zijde. Laat ons
vooral weerbaar en eensgezind zijn, zooveel
mogelijk ia spreken, schrijven en daden bij
den tcgenwoordigen oorlog onpartijdig of liever
onzijdig, en inzonderheid Nederlandsch, uit
sluitend Nederlandsch blijven, en dan kan,
naar onze overtuiging, de toekomst met gerust
heid worden te gemoet gezien.
Pnlllleke Revue.
Nimmer misschien kwamen staatslieden ondermeer
ontmoedigende omstandigheden tot beraadslaging bijeen,
dan de gevolmagtigden op de Londensche conferentie.
Die conferentiebestemd om de magt der diplomatie
te doen gtlden, kan juist aangewezen worden als
het tastbaarste bewijs voor bare onmagt. Wie be
kommert zich op het oogenblik om vrede of oorlog
in 't oosten! Maar de zaak, waaraan ieder denkt,
de vreeselijke doodstrijd in het westen daaraan
kan de conferentie niets verhelpen. Hare taak bepaalt
zich uitsluitend tot het al dan niet handhaven van de
onzijdigheid der Zwarte zeehaar doel is een middel
te vinden om met voegzaamheid datgene prijs te
gevenwat voor vijftien jaren ten koste van zoo
ontzettende opofferingen werd bevochten.
De plegtigc vergadering is dos te vergelijken bij
een consult van geneesheerendiete midden van
duizenden stervenden en gewonden op een slagveld
ernstig onder elkander beraadslagenhoe zoo raio
pijnlijk mogelijk een duim of oor te amputeren. De
steiu der redede belangen der menschheidze
roepen alle tot de onzijdige mogendheden om toch
een poging le wagen tot 'tdoen ophouden van den
jammerdie Parijs verwoest en Frankrijk tot een
wildernis maakt. Én wat doen de mogendheden?
Ze zitten zamen rondom de groene tafel en twisten
over de vraag, hoeveel oorlogsschepen Rusland in
't vervolg op de Zwarte zee zal mogen houden. Wat
bittere ironie!
Het Duitsche leger't welk tegenwoordig in Frankrijk
opereert, teil 728.200 man, behalve de treinsoldaten.
De troepen van Noord-Duitschland tellen 607,600
manschappen. De Beijeren zijn 75,000 man sterk
Wurtembergers 18.000, Badeners 26.000. Het be-
legcringscorps om Parijs telt 179 000 man infante
rie 20.000 man kavalerie 17.500 artilleristen met
852 stukken geschuthet leger aau de Loire 68,500
infanteristen15.000 ruiters, 7500 artiileristea met
372 kanonnen; het leger'in het Noorden 35,000
infanteristen3700 ruiters, 180 kanonnen en 3500
artilleristen; het leger in hel Zuiden 129.600 man
infanterie9100 man ruiterij, 276 stukken geschut
met 5700 man. Bij deze opgave is de vesting-artillerie
niet in rekening gebragt.
Hoe Gambetta over het sluiten van den vrede denkt
zal men ontwaren uit de volgende toespraak, dezer
dagen door hem gehouden.
Zij luidde aldus:
Het sluiten van vrede op dit oogenblik zon zijn
het vaderland verminken. Er is niemand die vrijheid
of regt heeft om eenig stuk Fransch grondgebied
hoe luttel ookaf te staan. De zorg voor het geluk
onzer bevolkingen, die den vijand in haar midden
zienvoor dc eer van ben welke die ramp tot nu toe
zijn ontgaanverbiedt ons een stuk gronds of eenig
onderdeel der bevolking af tc staan.
•Indien onze gnnsche natie zich vol vuur aan de
verwering aansluit, is de vijand overwonnen. Immers
Duitschlan.! raakt uitgeput; zijne gansche bevolking
is onder dc wapenen. Zoo wijgesterkt door het
gevoel van onzen pligt on van ons regtden weder
stand volhouden, kan alles nog gered wordenindien
de Pruissen over drie maanden nog op onzen grond
staanzijn zij verloren. Wij behooren al het mogelyko
te doenalles op te offerenom hen hier terug te
houdendes te wisser zullen wij hen teu ondergang
brengen."
Al mogt ook deze oorlog spoedig gëeindigd zijn,
de vreeselijke volkshaat tusschen Franschen en