M 2969' 'SSrtfc
Dingsdag 6 September 1881.
FEUILLETON.
DE VERLOVINGSREIS.
■MSB C01BI.
Uitgever Md »«r»ehljDt Vh>A; en Dond*rd*fwo»d Aboanemnntaprij» pel m»»nden Bureau
A TT VAN HT. V. PVT1 f 1—yr»neo P« P01' /1.1S. PriJ» d«r Ad*ert«nti*n1—8 regel» 80 Ctc elke M TT TT R T7 TT T 7: TT W
a regel meer 10 Cte; legdeoffleieéle en oDteig... Ad». per regel 16 Ote. kecl.me. per U R H*J 1 J® N
te Amersfoort „gei so «u. Af.alrijke 10 et». hoek KortegrachtWijk B 60.
K o 11 ii i h g e v i n g.
De BURGEMEESTER en WETHOUDERS van
AMERSFOORT doen te wetendat de processen-
verbaal van inlevering en opening aer stem-
bricljcs ter verkiezing van twee leden voor den
Gemeenteraad in afschrill aan het Raadhuis zijn
aangeplakt en gedurende veertien dagen
op de Secretarie voor eenieder ter inzage liggen
alle werkdagen van 's voormiddags 10 tot 1
uur des namiddags.
Amersfoort, den 2. September 1881.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Burgemeester,
De Secretaris, W. A. CR00CKEW1T,
W. L. SCHKLTUS. Weth.
Polilioke llevue.
Een Ministcric-Gambelta zal na de opening
der nieuwe Paiiemenlszitting niet lang op zich
laten wachten.
De verkiezingskoorts die zich in sommige
arrondissementen nog eens even verheffen liet
legen 4 September, week langzamerhand voor
kalmer aandoeningen. De dagbladen beginnen
al verlegen rond te zien naar stof voor hoofd
artikelen lot tijd en wijle de Kamer bijeenkomt,
llcl is dus natuurlijk uat er icderen dag nieuwe
plannen worden uitgedacht en nieuwe kansen
worden berekend.
Nu in Frankrijk de verkiezingsstorm gaat
bedaren, steekt deze in Duitschland op. De
conservatieven hebben voor deze gelegenheid
eene geheel eigenaardige tactiek bij de hand
genomenze ontwerpen een lang programma
van de «voorstelling" die de nieuwe Rijksdag
denkt te geven en op dit programma komen tél
van ontwerpen voordie 't hart van het volk
moeten stelenomdat zijin waarheid of in
schijn, dit kan men voor 'toogenblik buiten
rekening laten ten doel hebben de positie van
't volk te verbeteren. Inlusschcn komen op dat
programma ook ontwerpen voor, die nog in
geen tien jaren aan de orde kunnen komen
omdat de Regering de noodige gegevens tol
zamenstelling dier ontwerpen bij geen moge
lijkheid vroeger gereed kan hebbenook al is
Bismarcks ijzeren wil nog zoo sterk.
In Tunis hebben nog dagelyks rooftogten,
razziasaanvallen op colonnes enz. plaatsja
vreest jnen zelfs een nieuwen opstand na het
Humoreske.
Er kwam een policiedienaar uit het bureau,
die den stroom van Wermuth's gedachten
afleidde.
«Ik raad u, mijne lieerenop uwe hoede te
zijnzeide de policiedienaar tot de beide
jonge mannen, die Wermulh'§ toorn hadden
opgewekt«een der beruchtste Berlijnsche zak
kenrollers kwam met den laatsten trein aan
en sluipt hier ergens in den omtrek rond."
De vrienden blikten onwillekeurig naar den
eenigen persoon die zich op het perron bevond
toen zij echter zagendat deze een netwel
gekleed man wasvervolgden zij hun gesprek.
Deze blik evenwel was den vergramden Wer-
mulh niet ontgaan en hij gaf zijn toorn den
policiedienaar lucht.
«Waarom hebt gij mij niet gewaarschuwd
vroeg hij hem op bitteren toon. «Ik geloot,"
voegde hij daarbijtoen de beide vrienden zoo
nabij waren dat zij het konden hooren«dat zak
kenrollers gewoonlijk met hun tweeën gaan-
bij deze woorden vestigde hij zijne toornige
blikken op de vrienden «en bijna altijd
voorgeven officieren te zijn."
«Gij schijnt goed op de hoogte van hun doen
cn laten te zijn," zeide de dienaar der wet,
eindigen der feesten van Ramadan. Incidenten
als het gebeurde te Hammamet, de berooving
van een convooi te Groumbeliade razzia der
douars te Riadstrekken om den toestand nog
verre van bevredigend te noemenen toonen
duidelijk aan dat de opstandelingen zich nog
geenszins geslagen achten.
Twee bataljons zijn naar Goulette ingescheept
om Haramainet te gaan bezetten. Men verzekert
voorts dat een groot aantal Arabieren de ko-
lonne te Tourki hebben aangevallenmaar met
groot verlies zijn teruggeslagen.
In Albanië is het nog verre van rustig. Uit
Skulari wordt aan de Augsburgsche Allg. Ztg.
gemelddat een deel der door Derwisch-pacha
verlangde versterkingen uit Thessalië te Prizrend
is aangekomen en de stoomboot Muchbiri-Surur
met troepen te Saloniki verwacht wordt. «Zie
daar alles wat de muschir van den minister van
oorlog kon verkrijgenzegt de schrijver
«want te Stamboel schijnt men niet voornemens
te zijn, volkomen met de Albaneezen te breken.
Zoo werd de staat van beleg, in het sandjak
Oeskoeb afgekondigddoor de Porte opgeheven
en wordt die slechts voor de districten Prizrend
en Pristina en Pristina gehandhaafd, ondanks
de vertoogen van Derwisch-pacha.
Berigten uit Peru over Panama ontvangen zijn
ongunstig. Een belangrijk deel van de troepen
der Voorloopige Regering is naar de «Monta-
neros" overgeloopenwelke benamingnaar
het schijntaan ae aanhangers van den gewezen
dictator Pierola gegeven wordt. Deze afval be
wijst hoe moeijelijk hel is een constitutioneel
bewind te vestigen. De «Montaneros" bedreigden
inet eene aanzienlijke strijdmagt de hoofdstad
Lima, en de Chilianen hadden hel bezetting-
leger zoozeer verminderd dat zij vermoedelijk
de mogelijkheid van eene hervatting der vijan
delijkheden niet hebben voorzien.
Het Dagblad van Z.-H. en 's Gr. behelst het
volgende
Nog steeds wordt in Noord-Amerika een ad
ditioneel regt ad lüpCt. geheven bij den invoer
van onze O.-I. productenuit Nederland naar
Amerika verscheept Dat is in strijd met het
tractaat van 1853behelzende de stellige ver-
pligling van wederkeerigheidindien één der
contracterende partijen de toen geheven worden
de differentiële regten mogt afschaffen. En nu
paf
wien de toon en de wijze van spreken van
Werrauth verdroot. «Gij zijt tegen hen verze
kerd zonder dat men u waarschuwtdaar gij
hunne kunstgrepen kent." Vervolgens trok hij
een blad papier uitzijn borstzak en begon met
veel aandacht te lezendoch wierp nu en dan den
vertoornden Wermuth boosaardige blikken toe.
Dit kon Wermuth niet verdragendaarom
voegde hij den policiedienaar toe:
«Onbeschaamd menschHoe durft gij het
wagenmij door zulk eene behandeling te be-
leedigen? Hoe durft gij mij voor zulk een
spitsboef aanzien
«Dat heb ik niet gedaan, tenminste niet tot
u gezegdzeide de politiedienaar verwonderd.
«Leest gij niet het signalement van een zak
kenroller?" vervolgde Wermuth. «Waarom meet
gij daarbij met de oogen mijn figuur, beschou
wende de kleur mijner oogen en de lengte van
mijn haar? Ik zal uwe superieuren daarvan
kennis geven gij zult ontslagen worden, al
moest het mij 1000 Thr. kosten."
«Wat beeft die man gedaan?" vroeg een der
heerendie deze woordenwisseling opmerkte.
«Hij volgt het voorbeeld van grove onbe
schaamdheid door u en uwen vriend hem ge
geven," antwoordde Wermuth.
«Gij hebt u vergistzeide de ander ernstig
«gij zoekt twist met liedendie u nooit be-
leedigden. Ik wensch te weten wat gij met uw
gezegde bedoelt."
«Hebt gij mij niet cenige minuten geleden
zijn met 1 Jan. 1874 de differentiële regten in
onze O.-L bezittingen afgeschaftmaar Noord-
Amerika is nog steeds nalatig gebleven de daaruit
voortvloeijende verpligling zijnerzijds na te
komen.
Aan geen onzer lezers, die eenig belang in
de zaak stellen, is dit feit onbekend. Zij welen
ook hoe onophoudelijk niet alleen in de pers
maar ook in de Slatcn-Generaal het verlangen
werd geuitdal die toestand mogt veranderen.
Ook onze Regeringen, die sedert 1874 elkander
opvolgdenhebben niet stil gezeten. Dezerzijds
twijfelt niemand aan ons regt om afschaffing van
dat additioneel regt te eischen. De vorige Mi
nister van Finantièn in Amerika generaal Sher
man erkende het in 1880. Een lid van het
Amerikaansch Congres was er zoozeer van over
tuigd dat hij een wetsontwerp indiende om er
aan te voldoen, dat echtef niet lot afdoening
kwam.
Dit een en ander wordt nu nog eens door de
Amerif. CL in heripnering gebragt. Voor hen
die invloed op de zaak kunnen uitoefenen
zeker overbodig. Maar dat de aandacht nog
weder eens op de zaak werd gevestigdkan in
elk geval geen kwaad.
Het eenige wat de Amersf Ct. verzuimde te
vermelden isdat hoe stellig ons regt ook zij in
het oog van alle onpartijdigenmen er van
Amerikaansche zijde toch in geslaagd was,
chicanes uit te denken op grond waarvan het
betwistbaar kon genoemd worden. Dit sustenu
is zeker onhoudbaar en van de zijde onzer
Regering is het dan ook overtuigend aangetoond
maar men weet hoe hel gaatals hijdie de
magtigste is, niet hooren wilvoor redeoen
het oor niet wil openen.
Het beleid onzer buitenlandsche aangelegen
heden is op dit oogenblik in zulke ijverige en
bekwame handen, dat de zaak zeker niet in
vergetelheid wordt gelaten en wij ook alle hoop
koestereneenmaal den onredelijken tegenstand
van Amerika gebroken te zien. Maar daarom is
het toch misschien geen kwaad denkbeeld van
de Amersf. Ct. om de openbare meening aan te
sporenhaar stem op dit punt eens wat luider
te doen hooren dan tot hiertoe. Dit zou o. i.
aan de bemoeijingen der Regering slechts kracht
kunnen bijzetten. En dan zou het ook wel
overweging verdienen of, nu Amerika reeds
sedert meer dan zeven jaren nalatig blijfthet
tractaat van 1853 op dit punt na televende
een dwaasachtige knaap, een botterik, een
nar genoemd?"
«Ik heb de aanwezigheid van zoodanig in
dividu hier niet opgemerktantwoordde de
jonge man, ten zijt gij volstrekt niet het on
derwerp van ons gesprek geweesL"
«Dan doet het mij leed dat ik in drift
«Het behoeft u geen leed te doen ."ant
woordde de vreemdeling lachend«en nog
minder wegens uwe drift. Ik zou het ernstig
opnemenindien ik u in slaat achtte om vol
doening te eischenmaar na uw twist met den
policiedienaar geef ik geen acht op hetgeen gij
zegt Goeden morgen."
«Hier is het papier, dal ik heb gelezen,"
zeide de policiedienaar «het is mijne instructie
voor den eersten trein. Nu, wat hebt gij nog
te zeggen?"
VVennuth was nog zoo woedend op de beide
officieren, die in den waggon waren gestegen
dat hij den triomfeerenden dienaar niets kon
antwoorden.
«Wie zijn degemeene knapen in den waggon?"
schreeuwde hijwillende, dat zij het zouden
hooren. «Indien ik de namen dezer domkoppen
wist, zou ik beiden rekenschap van hun ge
drag vragen."
«De een is kapitein Harlinger en ook de
ander is officier bij de roode huzaren. Gij kunt
beiden gemakkelijk in de kazerne vinden
zeide de politiedienaar lachend. «Maar ik raad
u kalm te zijn, tenminste indien gij heelhuids