Donderdag 23 eS® Mei 1889. DE SDHQOKE 7I7IENNE. M "828. Politieks Revue. FEUILLETON. noBEn comm. Uitgever Dit blad verschijnt Maandag en Donderdagmiddag. Abonnement per 3 maanden f 1,Franco per BltlOSbU jH. VAN CL EEPP ost AdrertentiSn 1—8 regel» 60 CU.elke regel meer 10 Cte. Groote lettere namr MUD BHUIZBK plaatsruimtevoor randen en andere extra inrigting geschiedt hooger prijsberekening. Legal* 10 A merstoort. nfficiePle en onteigen. Ad», per regel is Cts. Reclames per regel 3s Cts. Aft. nummert 10 Ct*. hO0k Kort©gr&Cllt Wijk B 60 SPAARBANK. Het besltmr zal zijne eerstvolgende zitting houden op MAANDAG 2 7 MEI e k. ten Raadlmize te Amersfoort, des namiddags van 12 lol 1 ure. \i u ui h j; e v i n De BURGEMEESTER en WETHOUDERS van AMERSFOORT. Gezien eene missieve van de Districts-com- missie van het londs tot aanmoediging' en ondersteuning van den gewapenden dienst in de Nederlanden d.d. 9 Mei 1889; Doen te vrelea dat de gewone jaarlijksche collecte aan de huizen der ingezetenen tea behoeve van voormeld londs xal plaats hebben op Maandag, den 27. M e i aanstaande des voormiddags te 9j uren. Burgemeester en Wethouders meenen de in gezetenen te moeten herinneren dat het doel der instelling niet alleen is om hulp en bijstand te verleenen aan de verminkten en iafirmen van Waterloo doch ook om jaarlijksche gra tification t« verstrekken aan Nederlandsche mi litairen die werkelijk in en door den dienst, infirm zijn geworden alsmede aan Veteranen van veertigjarigen diensten hen tevens te moeten opwekken om, evenals in vorige jaren, modetewerken tot bevordering van deze vader landslievende instelling, welke alleen door milde gillen en ruime bijdragen voortdurend aan haar nuttig doel zal kunnen blijven beantwoorden. Amersioort, den 20. Mei 1889. Burgemeester en Wethouders voornoemd De Burgemeester T. A. J. VAN ASCH VAN WIJCK. De Secretaris W. L. SCHELTUS. Prins Bismarck heeft een groot parlementair «Frülischoppen» gehoudenwaartoe benevens de voornaamste parlementsleden en hooge staats ambtenaren ook verscheidene journalisten waren uiigenoodigd. Tot de aanwezigen behoorde o. a. de heer Windhorsthoofd der centrumpartij. Terwijl daar zoo ongeveer 200 personen ge zellig bijeen warenkwam er het telegrafisch bericht, dal de arbeidslaking der Wesllaalsche mijnwerkers thans als geëindigd kan worden be- 14) Vrij gevolgd naar 't Engelscb door S... HOOFDSTUK VI. Hij staarde haar een oogenblik oplettend aan. Dal schoonedoodsbleeke gelaat met de groote oogen waarin tranen blonken het wekte zijn medelijden op en op warmer toon vraagde hij haar «Gij hebt toch den zakdoek ontvangen!» «Jahet was de mijne «Ilebl gij hem verloren!» «Dal moet zeker wel 't geval zijn, daar gij hem gevonden hebt.» «En weet gij niet, waar gij hem verloren, hebt en ik hem vond?» «Neen, ik heb hem niet eens gemist.» «Kent gij een huisje bij «Dingwell Copse. «Ja, dal van de oude juffrouw Venner.» «Nu, daar vond ik uwen zakdoek.» «Dan heelt hij hem gevonden, wantik ben nog nooit bij haar geweest.» Eustace keek haar doordringend aan hij gelooide haar. «Hier, Vivienne, hier is mijne hand, ik wan trouw u niet langer. Ik zal u alles vertellen. Julfrouw Venner had een commensaal,» en nu verhaalde hij haar alles, wat er tusschtn hen en Lord Nordenhurst was voorgevallenhoe zijne navorschingen in de woning van juffrouw Venner den laatsten twijlel bij hem hadden doen schouwd daar de meeste mijnbesluren het inet de werklieden bleken te zijn eens geworden. De afgevaardigde Hammacherdie dit bericht overbracht, ontving daarvoor vaD den rijks kanselier een harlelijken gelukwensch. Voor zoo ver er uit een politiek oogpunt iets viel op te merken, trok het bijzonder de aandacht, dat Bismarck en Windhorst op eene in hel oog loopende wijze jegens elkaar eene tegemoet komende houding in achi namen. De werkstaking der mijnwerkers in Westfalen kan inderdaad zoo goed als geëindigd beschouwd worden. De koningde kroonprins en veertien be- amlen van het koninklijke huis van Italië ver gezeld door den minister Crispizijn le Berlijn aangekomen. In Berlijn is alles in gereedheid gebracht om de gasten luisterrijk te ontvangen. De studenten hebben een eerewachl gevormden de Ga meenteraad heelt de organisatie der feesten op zich genomen. De Raad heeft 150 000 mark toegestaan voor de versiering der stralen en de verlichting der openbare gebouwen. Dat is een middel om de geestdrift der burgers wakker te schuddendie anders misschien te rustig de komst van den hoogen gast zoudan tegemoet zien. Dat crediet is het onderwerp van langdu rige besprekingen in den Raad geweest. Ver schillende opmerkingen zijn gemaakt, over den plicht van Dnilschl.inds hoofdstad, om den Vorst van een bevrienden Slaat en bondgenoot luisterrijk te ontvangen. Een groot deel der Raadsleden scheen niet overtuigd van die noodzakelijkheid, zoodat het crediet met slechts één stem meer derheid is toegestaan Men zietdat het in Duitschland al juist zoo is als in Italië. Bismarck ten spijt zijn er nog vele Duilschersdie niet overtuigd zijn van het nut van hel bondgenoot schap met Italië evenals, Crispi ten spijt, vele Italianen niets gevoelen voor het veelbe sproken «Drievoudig Verbond». In Duitschland is de stenographie als verplicht leervak in alle onderolficiersscholen ingevoerd bovendien maakt bij vele regimenten dit vak een onderdeel van het schoolonderwijs uit. Bij enkele regimenten van het garde korps traden leden van stenografanrereenigingen als onder wijzers op in het stelsel «Stolze». Volgens bericht uil Petersburg aan de Central ophouden. Vivienne viel hem niet eenmaal in de reden, maar haar doodsbleek gelaat toonde genoegzaam, hoe zijne mededeelingen haar griefden «Hoe,» riep zij uit, toen hij geëindigd had, «juffrouw Venner verklaartdat zij gezien heeft, dat ik mijn hoofd op den schouder van dien man gelegd had. Dat is schandelijk!» «Gij ontkent het dus.» «Natuurlijk antwoordde zij op vasten toon. «Eusiace, kijk mij aan, wij zijn heiden Carews. Kunt gij ook slechts één oogenblik gelooven dat ik zulks gedaan heb. Men heeft een kom- plot tegen mij gesmeedmaar hel moet ont dekt worden. Wilt gij mij helpen. Eustace?» «Vivienne «Gij kuntgij moogt het weigerenwant het betreft niet mij alleen, naar de eer, den goeden naam onzer familie Gij zeidel mij straks, dat gij daarom tot mij gekomen zijt. Ik geef u nu den weg aan om uw doel te bereiken.» «'tKan ook zijn, dat de oude vrouw eene andere voor u gehouden heelt «Neen dat kan niet zijn. Ik zeg u dat men dit alles beraamd heeft om mij in het ongeluk te storten. Nogmaals Eustacewilt gij mij helpen om den aanlegger of de aanleggers van dal laaghartig komplot te ontdekken?» Hij staarde haar lang in hel schoone, bleeke gelaal en hernam toen vastbesloten «Ja Vivienneik wil u ter zijde staan, be schik over mij 1» «Ik dank uEustace. Maar ga nu met mij naar tante; een ieder, die den naam van Car ew draagt moet het zijne er toe bijbrengen om op hel spoor van deze laaghartigheid tc komen. News zou een groet complot tegen den czaar le Moskou on dekt zijn waarin een regemenl te Warschau betrokken zou zijn. Drie officieren zouden ziek reeds om hel leven hebben gebracht. Men zou dynamietbomraen te Warschau gevonden hebben. Van een en ander zouden konderden arrestaties het gevolg zijn. Rochelort heeft toen hij in Picadilly te Lon den met zijn nicht wandeldevan een Fransch- man Pilotel genaamd een slag in'l aangezicht ontvangen waarop Rochefor'. een pistool voor den dag haalde Rochelort werd door politieagen ten ontwapend en met Pilotel naar hel bureau van politie gebracht. Pilotel is een Fransch caiicatuurschilderdie door Rochefort in zijn blad I' In!ransigeant meer malen duchtig is doorgenomen Vaudaar dat eerstgenoemde zich op den directeur van het blad wilde wreken. Boulanger begaf zich onmiddellijk toen hij ven de zaak hoorde naar hel bureau van politie om de voorloopige invrijheidstelling van Rochelort te vragen. Zijn verzoek werd echter niet inge willigd doelt wel werd de borgstelling van den eigenaar van het hotelwaar Rochelort logeert ter grootte van 50 pond sterling (t6U0) aan genomen. Zeker buiienlandsch liefhebber van «en water- zoodje heeft een uitvinding gedaan, waai door hij alle minnaars der edele hengelkunst aan zich heeft verplicht. Het lange vervelende blindstaren op den hob belenden dobber behuelt niet meer. De hengelaar kan een kaartje gaan leggen hij kan hengelen in pikdonkere nachten h-ngelen zal zelfs de blinde kunnen in 't vervolg. Een rilling van genoegen vaart door de harten der visschers bij deze gewichtige vondstdie zooals alle dito's heel eenvoudig is. Door de zijden sim loopen twee ragfijne geisoleerde koperdraden van den dobber tol in het handvat van den stok. ilictin bevindt zich een klein inductie toes'ellelje mat een klem schelletje. Zoolang nu de dobber stil op 'l water drijftgel-eurt er niets maar krijgt de visscher beetdan zijn heide uiteinden verbonden an een zachte tinteling in de band waarschuwt den romanlezenden ol blinden hengelaar. Een kleine verbetering, en htj kan de hengelroede op den oever leggen en zich doen waarschuwen door een electrisch schelletje. Uwe liefdevoor mijEustace is zeker ver dwenenmaar mijne eer is de uwe de uwe is de mijne. «Mijne lielde verdwenen.» herhaalde bij fluis terend. «Neen, dat was niet waar,» want nu hq haar wêerzagnu gevoelde hij dal hij haar ODdanks alles nog innig liefhad. Mevrouw Leicester was zeer verheugd Eustac weer te zien en er had oen langdurig onder houd tusschen hel dtielal plaats «Het eerste, wat ons te doen staat.» zeide Vivienne, «is om juffrouw Venner te ondervragen, want zij beweert immers dat ik kare woning bezocht heb hetgeen ontken. Indien zij niet de waarheid bekennen wildan zal do recht bank haar daartoe noodzaken, evenals om mede le deelen was zij omtrent haren commensaal, Percy Graham, weet.» «Zullen wij ons heden nog op reis begeven om lot haar le gaan?» vraagde Eustace vol ijver. «Jaik ben daartoe volgaarne bereid,» zeide Vivienne vastbesloten. «Neenik mag u niet toestaan om in dien opgewonden toestand eene reis te ondernemen,» verklaarde mevrouw Leicester nu. «Eustaca breng die vrouw hier,» en hoeveel tegenwer pingen beiden ook maakten de oude dame bleed op haar 6iuk staan, zoodal Kustaoe eindelijk niets anders restte dan oui te gehoorzamen. Hij vertrok nog denzelfden avondde beide dames in angstige spanning achterlatende. Drie dagen verliepen erden vierde keerde hij weder met jutTouw Venner. «Nu wat zegt zij was Vivicnnes eerste vraag, toen Eustace alleen de eetkamer betrad. «Zij houdt hare bewering slaande en matsier

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1889 | | pagina 1