SCHOUWBURG Donderdag* 2 M 5H95. Januari 1890. Politieks Revue, FEUILLETON. Betgeiisimvan hare Hoogheid. 'o iïICITll Ie MHiT. Uitgever H. VAN CLEEPP te Amersfoort. Dit hl*d vrrnrliiji>l Maandag "n DonHmlngmiMag AIiodrmbxiit p-r 3 muand»n f\,—. Kr»nco ji» pont 1,13. AdvortmitllnI -fl rAf(*li„ 30 Ce.; r"|{«l m*»r 10 Ce Groot" l«ten dm pLuUruiinl»foor r..»dm »n «udnr» tilii luriiflug gwclurjt hoogcr prgtborrtrniog. L*l?»li oScieHMO 0Btri|f"n Ad», por rogul 16 Cu. Roclomna pnr regel 26 Cta. Aft nummert 10 CU. Bureau HDDRHUIZRV hoek Kortegraoht, Wijk E O Ken memorie van het Portugoesch Aard rijks- kundig Genootschap aan de regeering werpt een eigenaardig licht op de viaag. wat de Engel- schen over hebben voor de beschaving en zede lijkheid als deze met hun belangen in bot sing konv-n. Het zuidelijk gedeelte van bet gebied der nieuwe maatschappij van Zuid Midden-Alrika is bewoond door de Matabelen een woest volk aartsliefhebbers van strooptochten op ho: gebied hunner buien waar zij de dorpen plunderen en er zelfs geen bezwaar in zien een gedeelte der geplunderde bevolking in slavernij te dom pelen vooral bun koniog Lobengula is een woest heer en het bericht dal Matahelenland on der Kngelschen invloed zou komenwerd, hoe nadeclig dn oprichting der maatschappij ook voor de Transvaal wasdoor de bladen van dal land met sympathie begroetoindul daarmede een tuchtiging van dien vorst niet kon uitblijven Gioote verontwaardiging wekte hei echter, totn men vernam dat de prijswaarvoor Lo- bengula concessie voor alle goudontginningen had gegeven, bestond uit 1000 llenry Martini geweien en.'JUU.UOÜ daarbij hehoorende patronen. In hel eerst weigerde men gelooi te slaan aan dit gerucht omdat de gedachte dat Engel- schen aan Lobengula zoodanig verbeterde vuur wapenen had verschallte afschuwelijk wis de bisschop van Bloemlontein o a no.-mde het op een meeting te Vrijburg ^llr. Bechuanaland)luen duivelschedoor niets overtroffen brutaliteit. Zooveel sensatie maakte deze zaak dal de gou verneur van de Kaapkolonie daarover geïnter pelleerd werd en de waarheid moest erkennen 't Ergste is dat de relaties tiissr.heo de slaven- jagende Matabelen en de slavenjageude Ytabieren hel waarschijnlijk maakten, althans de gelegen heid opendendat de Engelsche geweren en munitie voor een deel terecht kwamen in han den der Arabieren, teizcllder lijd dal Portugal, op verzoek van Engeland, de kust van Mozam bique blokkeerde, om den invoer van vuurwa penen ten bdioeve der slavenjagers to beletten Is hel moeilijk aan te toonen dat Engeland moedwillig de slavenjagers zou begunstigen waarschijnlijk vindt het betalen van daten schan delijken koopprijs zijn grond in de verhouding tot de Mashota's een stam lusschen Ma.abelen- land en de Zambesidie voortdurend veel van 5) Vrij gevolgd naar 'l Duitsch door S Na mijnen dood stond op de eerste bladzij do. Zij sloeg deze haastig om en terwijl zij hel doods bleek edel gelaal naar het lamplicht gewend la-ld las zij hall' luid het volgende «Wet ik nooit gewaagd heli om zelfs in de biecht te bekennen waardoor ik mijne schuld nog ver zwaard heb vertrouw ik dezo bladen toedie «eist, wanneer ik niet meer tol de levenden zal fiehoorenonder vreemde oogen zullen komim En waarom doe ik Hit eigenlijk toch Omdat liet geheim mij diukt, omdat het ncj dagelijks zwaarder valt om het te bewaren. 0 hoe verschrikkelijk is liet toch om niet te mogen spreken om met door eene open hartige bekentenis dien last te kunnen afschudden er geschiedde daarna wat er wil Mei eu duren eed heeft men mij gedwongen om hel zwijgen te bewaren. Wee mijongelukkige. Geeue tranen geone slapelooze uaclltcilgeen berouw kunnen mijne schuld delgen. Ik werd in het Moester te Frauenfeld opgevoed Ik was nauwelijks vijftien jaar oud, toen zich de on lusten der Zwitsersclie revolutie lol zelfs in onze streken verspreidden. Mijne goede moeder schreef aan den overstedal zij het nog beier vonddal ik «mier veilig geleide hoe govaailijk die rei» ook indien onrustige.lijd was naar Duilschlaitd terug keerde, dun dat ik langer in bet klooster bleef, welks gewijde muren niet langer eene zekere schuil plaats boden. Toen zich duu ook weinige dag. n later de Matabelen te lijden heeltt«n aanzien van dezen stain is hel niet met zekerheid :e zeggen in hoever hij van Portugal ol van da Matabelen afhankelijk, dan wel onafhankelijk is. zoodal de J Engolschen voor wier voorldringen naar do j Zambesi de Masbota's een beletsel zijnhel heter achtten Lobengula in staat te steller tegen j de, Masbota's op te treden ,en zijn al ol niet bestaand gezag over dien stain mei de verworven geweien te handhaven ot te vestigen. Sedert eenige ilgen liep hel gerucht, dat in Bazilië een tegen revolutie was uitgebroken op louw gezel door de militairen en die nog al vrij wat bloed ha>l doen vloeien Iets waars be vatten die geruchten ontegenzeggelijk. Inderdaad heelt zich onder een regiment inlanterie een geval van muiterij voorgedaan Borh deze be weging stond geheel op zich zeil en heelt geen enkel ernstig gevolg gehad. De nieuw Hegeering heelt echter in 'i verspreiden dier geruchten aanleiding gevonden om een telegram naar Europa over te seinen waarin zij den toestand in de jeugdige Kepubliek uiteenzet. 'l Schijnt vreemd dat de Brazilianen sich haasten den vreemdeling zoo spoedig op de hoogte te stellen van 'tgeen in hun Hijk ge schiedt Een grondige >eden evenwel bestaat daarvoor. Zij do<-n 't niet uit beleefdheid voor den Europeaan doch slechts uit welbegrepen eigenbelang liet Braziliaansch crediet rust voor T grootste gedeelte op Europoesche kapitalen en trokken die, kapitalen zien naar aanleiding der ver spreide geruchten, terug, dan zou de schade voor Brazilië onberekenbaar zijn. Wanneer wij in deze drukke dagen van volks telling ei» invoering der arbeidswet alle rare ontmoetingen die de ambtenaren in de uit- oefening van hunne functie ondervinden eens hoorden opdisschenzouden er vele zijn vol I humor en naïeveleit, die ons óf een lach, ól een medelijdend schouderophalen zouden al I dwingen Zie hier eene van de vele. Een jongen bc- neden zestien jaren werkt op eene sigarenla- briek en moot ingevolge art. 10 der wet van j 5 Mei 1889Maatsblad no 48, houdende be palingen tol het tegengaan van ovcmaligen en gevaarlijken ai beid van jeugdige personen en van viouwen voorzion zijn van eene kaart onze huishofmeester als afgezant mijner moeder bij de abdis aanmelddeom mij huiswaarts te geleiden vertrouwde zij mij, ofschoon na lang aarzelen, aan zijne hoede toe. Do oude lleike, zoo heette onze dienaar, was ondanks zijne grijze haren nog krachtig t>n moedig en ik aanvaarddeofschoon met een kloppend hartde reis. 'l Schemerde reedstoen wij in een rijtuig met twee vlugge paarden bespannen het klooster verlieten. Hoe verder wij reden des te kalmer werd ik het maanlicht bescheen met zachten glans het schoone landschapgeen geluid deed zich iiooren 't wat doodstil rondom ons. Ik was echter nauwelijks eenige uog'nblikken ingeslapen, of een geweerschot deed mij verschrikt ontwaken. Onze koetsier dreef vruchteloos de paarden tol meerderen spoed aanhel werd ons uilen angstig te moede. Steeds nader kwam hel geluid van onderscheidene voetstappen lot ons en plotseling zagen wij eus om ringd door een aantal gillende meuschen. De paarden weigerden om voorwaarts te gaan en voor wij het wisten waren wij het middelpunt van een ernstig gevecht geworden. Men ontnam den koetsier de leid sels en rukte Berke en mij uil hel rijtuigde oude man verweerde zich als een bezetene'i kon niet haten eu ten laatste viel hijdood el ijk getroffen door een geweerschot, ter aarde Ken for>ch gebouwde man kwam op mij toe en poogde mij te omvatten een degenstoot deed hem echter op h 'Delfde oogen- blik neörzijgetimaar in zijn vul sleepte hij mij toch mede. Eene duizeling beving mij, doch plotseling werd mijn oog geboeid door «enen slanken manwiens blonde lokken van onder zijnen helm te voorschijn kwamen. Hij boog zich lot mijhief mij op en droeg mij uil het gedrang naar eene stille plek. «Zijl gij gewond vraagde lig mg zacht. Ik schudde out kcuncud hel hoofd. »Gg kunt hier niet blijven,» waarop zijn naam, voornaam, dag en plu s van geboorte, enz. Daar de vader, die eenue jaren geleden aicli te Eindhoven van elders met terwoon gevestigd heultniet met voldoende, juistheid bekend is met den ouderdom zij its zoonsmoest men naar hel raadhuis te X Doel» de man weduwnaarheelt in de week g>'cn .hoi ufinlizwl «pnnr «odipnMiue huur- bi-tri-ffi-mlc, tiIJslullond 'tour li ram mest raat I'. 231 Tl KT H I S'T I l K VOORSTELLING /.ij» numiia t.uiiA uci uut^euieeuir i9 tut, X. algemeen* bekendheid mat de inwoners. Meier C t. Naar de Köln. Ztg. uit New-York verneemt schijnt het electriirhe licht in dan strijd met de stedelijke overheid bet onderspit te zullen dalvcn men denkt er over da straten maar weder met gaste verlichten. De brush maatschappij heeft al hare 500 ambtenaren ontslagen, terwijl up bevel van hel gemeentebestuur alle licbtgeleid- draden boven den grond algesnadon en de palen omgehakt, worden. Een groot deel der stad ver keert daardoor in duisternis. Een kleine stootaer uit Boogalen kwam te Singapore aanen een politie-superintendent kreeg bericht, dal de Cbinaesche timmerman van de boot opium bad meegebracht. Onze ambtenaar wilde den buil alléén bemachtigen ging aan boord gelastte den Chinees hem zijn hut te wijzen sloot, toen beiden binnen waren, de deur en slak den sleutel in zijn zak. «Waar is nu je opiuin?» «Heb geen opium De Engelschinan aan 'trondkijken en. ja wel, achte; onder de benedenste kooi was een verdacht plankje op zijn kant gezet. Plat op zijn huik liggend haalde de ambtenaar dat besthoije weg. eu daar lagen de kostbare ballen. Een tW' e vierachter uit gehaald twee aan twee eu drie aan drie. tot dertig toe Toen gmg ile onbekende voort «Niet ver van hier bevindt zich mijn klein slotdat die lieden daar dachten te overrompelen, maai mijne manse luppcii hebben hen spoedig van dien waan genezen Gevoelt gij u echter sterk genoeg oin op te staan?» Ik beproefde hetdoch lui mislukte. Welnudat moet gij u aan mij toevertrouwencn ij nam mij in zijne armen door hel woud De schrik en de doorgestane angst daden mij het bewustzijn veilieieamaar i staat mij toch nog flauw voor den geest, alsof ik mg eensklaps veilig gevoelde. Allerlei wonderlijke boeiden wo Iden door mijn hoofd... T scheen mij toe, alsul mgn redder mijne lippen met de zijne beroerde of was het slechts een droom. Ik zie het eenzamekleine, slot nog voor mij met zijne marmeren zuilen, m t zijne eeuwenoude hoornen. O hoe dikwijls heli ik daaraan later met smart gedacht, hoe vaak.» Eensklaps hoorde de vorstindat de d»ur van het vertrek geopend weid; verschrikt wendde j zich om en bemerkte dat hare hofdamefrenlo von Grunwald binnengetreden w'usdiezonder een woord te sprekenhaar werk ter hand nam. Snel richtte de vorstin zich opbond de papieren samen en legde liet pukje in de marokijnen porte feuille en sloot deze vervolgens in de kist, w.arni zg het sleuteltje weer op tijne onde plaats vei borg. Eerst toen naderde jij hel ijverig arbeidende jonge meisje en xeide vriendelijk tot haar: «Dus toch morgen ochtend urn oren, lieve He lena indien gij nog altijd lust hebt om mij te ver gezellen, NVij zullen zien ol het ons gelukken mag om op eene passende wijze de moedertoon kinderen te kutiaen verzorgen. Ik gevoel mij nu vermoeid eu wensch mg vroegtijdig ter ruste te begeven. Goeden nacht, Helena.»

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1890 | | pagina 1