Maandag1 19
Januari 1891.
as 4003.
Politieke Revue,
FEUILLETON.
Uitgever
Dit bl.4 T*rithfjat Haandaf aa Dênderdtf middagA koaaaaaat p«r S auiim f 1,Fraaie far
0. VAN CLEIFF p0,t /m'. 1--® rafali <0 Cti.alka regel ■oer 10 cli. Qroete lattari aaar
flaataraiaitaroor raadea aa aadere eatra iariftiif ge**bi«dt haogar frJikerekeDingLegale
•■eiaslaaa aateigaa. Air. per regel It Sti. Raelaan par regal t& «ti. - A/a. mwmmiri 10 Cla. hOök KortegT&Oht, Wijk B BO
Bureau
HUURHUIZEN
te Amersfoort.
K e n ii i tt k e v i n k e n
De BURGEMEESTER van AMERSFOORT
Gezien het bericht van den heer Inspecteur
van het geneeskundig staatstoezicht in de pro
vincie Gelderland en Ulreehl, dd. 14 Januari
1.1 No. 11
Gelet op art. 21 der wet van den 4. December
1872 (Staatsblad No. 184)
Brengt ter kennis van de ingezetenen dat
de MAZELEN in deze gemeente epidemisch
voorkomen.
Amersfoort, den 16. Januari 1891.
De Burgemeester voornoemd
T. A. J. YAN ASCII VAN WIJGK.
Do VOORZITTER van den gemeenteraad van
AMERSFOORT
Gelet op art. 7 der wet regelende het kies
recht, gewijzigd bij de aJdilioneele artikelen
der grondwet
N oodlgt uit:
I de mannelijke inwoners der gemeente om
ioo zij in ecne andere gemeente over hel laatst-
verloopen dienstjaar in «ie personeele belasting
naareene hoogere huurwaarde, «Jan die welke
volgens art. 1 litt. a en b van de wet van *24
April 1843 (Staatsblad n°. 15) aanspraak geeft op
vermindering tot een derde ol twee derde gedeel
ten der belasting naar de drie eerste grondslagen
ol in de grondbelastingin ecne andere gemeente
ol in meer gemeenten te zamen tot een bedrag
van ten minste TIEN GULDEN zijn aange
slagen, daarvan door overlegging der voor voldaan
geieekendc aanslagbiljetten vóór <le15 Februari
e. k te doen blijken. Deze aanslagbiljetten worden
na de vaststelling der kiezerslijsten aan belang
hebbenden teruggegeven.
De man wordt in de grondbelasting geacht te
betalen den aan-lag zijner vrouw, de vader dien
xijoer minderjarige kinderen wegens de goede
ren waarvan hij hel vruchtgebruik heelt.
Aanslagen in de grondbelasting wegens onver
deelde onroerende goederen gelden ook voor den
mede eigenaar, wiens naam niet bij den aanslag
in liet kohier is vermeld mits zijn aandeel ia dien
aanslag ten minste tien gulden bedraagt.
II de mannelijke inwoners der gemeente, die
op grond van hel bepaalde bij art. 1 sub e lui
dende «hetzij, hooiden van gezinnen ol alleen
«wonende personen zijnde, van den inwonenden
«eigenaar ol eersten huurder Yan een woonhuis
«ol afgezonderd gedeelte van een woonhuis
«waarvan de huurwaarde voor de personeels be-
«lasting ten minste op bet dubbele gesteld is van
«het laagste in de gemeente voor den vollen aan-
«slag vereischte bedrag gedurende negen maan-
«den vooralgaande aan den 15. Februari dezes
«jaars, een gedeelte in huur hebben gehad en be-
«woondwaarvoor geen afzonderlijke aanslag in
«de personeele belasting geschiedt, maar waarvan
«de jaarlijksche huurwaarde, ongestoffeerdin
«verhouding tot de belastbare huurwaarde van
«het woonhuis of afgezonderd gedeelte van het
«woonhuis geschat, het sub a bedeelde bedrag
«van den vollan aans'ag bereikt»; of «krachtens
«aanslagen in de grondbelasting wegens onver-
«deelde onroerende goederende», aanspraak mee-
nen le kunnen tnaken om geplaatst te worden op
de kiezerslijsten daarvan vóór 15. Februari e. L
aangilte te doen.
Da raodetloQ dezer aangiften. A en B
zijn kosteloos ter Seorotarie der
gemeente verkrijgbaar.
De bewijsstukken, bij zoodanige aangifte over
gelegd waartoe ingeval van aanslagen in de
grondbelasting wegens onverdeelde onroerende
goederen belmoren bat aanslagbiljet of authen
tiek alsehrift daarvan, eene opgaal van het bedrag
van het aandeel inden aanslag, en de beschei
den betrekkelijk het gemeenschappelijk bezit
worden na de vaststelling der kiezerslijsten aan
belanghebbenden teruggegeven.
Amersioort, den 17. Januari 1891.
De voorzitter van den gemeenteraad voornoemd,
T. A. J. VAN ASCII VAN WIJCK.
Duilschland heeft beschermende rechten
en de uitvoer vermindertDe uitvoer is ge
ringer dan de invoer, terwijl in 1X86 nog de
eerste den laatste overtrof. En Richter hanteerde
zijn wapengelijk de socialist het had gedaan
en waagde nogmaals een schijnstoot naar de
borst van den ouden Rijkskanselier, of, zooals
hij het in zijn eigen bloemrijken stijl noemt in
zijn lijlorgaan, «hij vlocht in zijn rede een
scherpe criliek over de handelwijze van vorst
Bismarck.»
De oude Rijkskanselier treedt in den laatsten
tijd op legen de regeering over het te sluiten
handelsverdrag met Oostonrijk. Volgens hel
oordeel van den ouden üuitschen cenheidsman
zal het door de regeering voorgestelde traetaai
een gansche ommekeer teweeg brengen. En
heeft hij zich afgevraagd zou liet volk daarmede
tevreden zijn Daarom wil hij den Rijksdag zien
ontbonden en het volk gelegenheid geven zi,n
oordeel uil te spreken. Daarom vooral had zij
naar 't oordeel der vrijzinnigen een kastijding
verdiend van den heer Richter. En niemand, die
daartoe meer gerechtigd was dan deze verbitterde
Bisrnarckvijand. Immers, toen Bismarck groot
was, had hij hem niet ontzien; nu hij klein
geworden is kan hem het verwijl niet treffen
dal men gaarne hen naar 't hoold gooit die een
getallen man de knie op de horst zetten
Grimmig blikken de verschillende Duilschers
elkaar aan ware 't alleen maar om te toonea,
dal een Duitscher geen Franschman is. De
Franschen zijn hun zitting begonnen met een
opgeruimden. vroolijken schaterlach Een Fran-
sche Kamer kan blijkbaar nu eeumaal niet bij
elkaar gjan zitten als een verzameling oude
wijzein zich zelf gekeerde heeren die angst
vallig ieder glimlachje wegmoffelen in de rimpels
van hun eerbiedwaardig voorhoold.
De nieuwe minister van linantiên voor Pruisen
en het Duit-che rijk, de heer Miquel, heeftin
den Pruissischen landdag zijn eerste begrooting
ingediend en toegelicht in een rede, welke maer
dan anderhalf uur duurde. De uiigaveo voor hel
jaar 1891 voor het koninkrijk Prui«en worden
geraamd op 1,720,000,000 mark maar de in
komsten zijn ruimschoots voldoende om deze te
bestrijden.
Over 't algemeen is de financiëele toestand
gunstigdaar de beide vorige jaren met een
5) Naar 't Duitsch door S.
IV
Zij ontzegde zich elke kleine versparing om
des te spoedig 't doel mijner wenschen voor
verwezenlijking vatbaar le maken.Eiken
avond lelde zij den kleinen schat na en ver
heugde zich over zijne vermeerdering als een
kind.Aan zich zelve dacht zij nooit... slechts
aan mijOf het mij goed ol slecht ging
zij gelooide onwankelbaar aan mijn talent en
haar moed deed mij mijne geestkracht behouden...
Wij hebben vroolijke en droevige dagen met
elkander doorleefd hoe donkerder het er voor
mij uitzag, des te dapperder hield mijn moe
dertje zich des te zekerder vertrouwde zij in
mijne toekomstI... Toen zij nu reeds zeer
ziek was wilde hij mij dal niet bekennen, ja,
ze werd zelfs werkelijk boosals ik haar
smeekte om wat rust te nemen.Eindelijk
cchior kon zij mij haar toestand niet langer
verbergenen daarop volgde een treurige
tijd. Dikwijls zeide zij tot mij: «Och, Johannes,
maak mij 't scheiden toch zoo hard niet
wees toch niet zoo bedroefd, mijn zoon...»
En ondanks al hare pij mm zorgde zij nog
steeds voor mij... doch ik had mij heimelijk
meester welen te maken van hare spaarpen
ningen welke ik besteedde om haar ecnige
verlichting in haar lijden te verschaffen, 't Hielp
wel is waar niet veel, -uaar het bewustzijn,
aanzienlijk overschot sluiten. Evenwel waar
schuwde da minister, dal men zich daardoor
niet tol de rooskleurige verwachtingen moest
laten verleiden want in de eerste plaats moet
nog een groot deel der staatsschuld g. dulgd
worden en daarbij zijn deze overschotten i.i old-
zakelijk het gevolg van de opbrengst der-taats
spoorwegen, welke volstrekt niet bestendig zi^n.
In 1889 gaven de spoorwegen 42,U0U,Oü0 M.
winst, in 1889 bedrneg deze bale 5.000,000
Mark en voor 1891 wordt de spoorwegwiost
op 12,000,000 Mark geraamd
Bovendien zullen nog in dit jaar eenige nut
tige verbeteringen worden ingevoerd Zoo o. a.
zal de bezoldiging der lagere staatsambtenaren
vermeerderd en hun aanial uitgebreid worden,
terwijl levens nog 20,00u.000 Mark tot hel aan
schaffen van nieuw spoorweginaleriëel zal wor
den beschikbaar gesteld
De toestand der Pruisische geldmiddelen is
dus niet ongunstig, maar toch is daarover voor
de toekomst nog nieis mal zekerheid le zeggen,
zoolang de beer Miguel het plan waarmede hij
hel ministerie van Unanciën heeft aanvaard, de
hervorming der directe belastingennog niet
ten uitvoer heeft gebracht Oe heer Miquel is
reeds terstond met ijver aan dezen arbeid be
gonnen. 01 dc minister daarbij zal slagen zal
weliicbl reeds in dit jaar blijkenwanneer hst
lol der ontwerpen betredende de inkomsten be
lasting en de successie, de eers:e weikc de heer
Miquel als begin inner hervormingsplannen
heelt ingediend, zal beslist worden.
Volgens Germain Rapst ward hul eerste pano
rama gemaakt door een Schotsch schilder Robert
Barker. Deze zat in 1785 voor schuldeo ge
vangen te Edinburg. Zijn celdie onder den
grond was gebouwdkreeg slechts licht door
een gal in een der hoeken der zoldering zoodat
hij brieven niet lezen kon lengevoige van hel
halldonker. Baiker kwam nu op den inval het
papier te plaatsen op den lichtbundeldie door
het luik heendrong, en nu zag hij de ;cHe.a
duidelijk uitkomen. Hij begreep dat een sciiildmij,
aldus geplaatst, een verrassende werking zou
uitoelenen nam proeven, kreog in 17. een
brevet voor zijn uilvinding eu met Robert
FuIioq maakte hij te Parijs in 1796 een pano
rama op den boulevard Moniinartic voor de
passagedie nu nog den naam draagt van
passage des Panoramas.
dat ik deed wal ik vermocht strekte mij
eenigszins tol troost.
Toen zij ontdekt hadwaardoor ik haar al
die kleine verrassingen bereiden kon was zij
daarover ontroostbaar. «Nu komt ge nimmer
naar Italië,» klaagde zij onophoudelijk. In hare
laatste oogenblikken was zij weer geheel de
oude. «Denk veel aan mij Duisterde ze mij
met gebroken slem toe. «Ik hoopdat gij mij
nimmer vergeten zultmaar treur ook niet
over mij. God behoede u, mijn zoon!»
Diep ontroerd zweeg hij eindelijkterwijl
hij Wera aanstaarde, doch op haar gelaat stond
slechts de gewone, koude uitdrukking te lezen.
«'l Is mij dikwerf le moedealsof mijne
moeder zich in mijne nabijheid bevindt-ging
hij peinzend voorL «Zij bezat een geloovig
gemoed en stelde al haar vertrouwen op een
weerzien hiernamaals. Daarvan ben ik ook vast
overtuigd.Menigmaal overvalt inij 't gevoel
alsof mijne moeder bij ine is en als ik eens
zeer droefgeestig gestemd bendan behoef ik
slechts voor hare beeltenis le treden om me
dadelijk getroost le voelen.»
«Ik zal u wellicht koud voorkomenwijl ik
uwe gewaarwordingen niet deelen kan zeide
Weia eindelijk, «maar ik heb mijne moeder
nooit liefgehad. Niet alle moeders handelen
zooals hei haar plicht is. Ik had geeue redenen
om de mijne hel te hebben te achten Rij
antwoordde nietsheigeen hij gewoonlijk deed,
wanneer zij hem iets mededeeldedat zijn
lijn gevoel kwetste.
«Laten mijne woorden u niet ontstemmen,»
vervolgde zij, hem do hand reikende «Deinen-
selien denken en handelen verschillend. En