Maandag 3
Oct. 1892.
No. 4183.
37e Jaargang.
CARMELA.
Uitgave
A. H. VAN CLEEPF
te Amersfoort.
Dit blad verschynt Maandag en Donderdagmiddag Abonnement per 3 maanden fi.
Franco per post ƒ4.15. Advertentiën16 regels 60 Cents.; ulke regel meer 10 Cents.
Groote letters naar plaatsruimte. Legale-, officiate- en onteigeningsadv. per regel
15 Cents. Reclames per regel 25 Cents. Afzonderlijke nummers iO Cents.
Bureau
MUURHUIZEN
hoek Kortegracht, Wijk B. 00.
Bij dit Nommer behoort een Bijvoegsel.
KENNISGEVINGEN.
De BURGEMEESTER en WETHOUDERS
van AMERSFOORT,
Gezien de koninklijke besluiten van den
9. November 1851 (Staatsblad No. 142), van
den 11. Augustus 1859 (Staatsblad No. 80)
en van den 12. Juli 1873 (Staatsblad No. 108)
Doen te weten, dat de vergadering van
kiesgerechtigden tot de benoeming van drie
leden voor de KAMER van KOOPHANDEL
en FABRIEKEN alhier, om de plaatsen aan-
tevullen van de heeren C. T. VAN BEEK,
H. C. VAN DAM en M. W. F. J. DE JONG,
die met het einde dezes jaars aan de beurt
van aftreding zijn, ten Raadhuize zal gehouden
worden op Donderdag, den 17. November
aanstaande, des voormiddags te 10 uren; en
dat de heden opgemaakte lijst der kiesge
rechtigden alle werkdagen van 10 tot 1 uur
op de plaatselijke Secretarie ter inzage zal
liggen; wordende eenieder die meent tegen
voormelde lijst bezwaren te hebben, uitge-
noodigd, die binnen acht dagen, te reke
nen van den1 tlfrg der aankondiging, bij het
Gemeentebestüür inteleveren.
Amersfoort, den 3. October 1892.
Burgemeester' en Wethouders voornoemd,
..De- Burgemeester,
F. D. SCHIMMELPENNINCK.
De Secretaris,
W. L. SCHELTUS.
De BURGEMEESTER en WETHOUDERS
van AMERSFOORT,
Gelet op art. 18 der wet van den 4. De
cember 1872 (Staatsblad No. 134).
Brengen ter algemeene kennis, dat eiken
MAANDAG, 's namiddags te één ure, voor
eenieder de gelegenheid tot KOSTELOOZE
INËNT1NG wordt gegeven in de daartoe
bestemde localiteit, gelegen aan de Breede-
straat, wijk F, No. 133.
Amersfoort, den 3. October 1892.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Burgemeester,
F. D. SCHIMMELPENNINCK.
De Secretaris,
W. L. SCHELTUS.
De BURGEMEESTER en WETHOUDERS
van AMERSFOORT,
Gezien art. 22 van het reglement op het
onderhoud en gebruik der wegen in de
provincie Utrecht, d.d. 8 November 1853
Feuilleton.
Naar het Duitsch
2) door S....
Het kinderlijke brave hart van deneenvou-
digen jongeling kende slechts éen eerzuchtig
verlangen, éen streven en wel odj de schoone
Carmela, Capri's roos, zijne vrouw te noemen.
Hij dacht aan haar. als hij met ijne gezellen
op de nachtelijke vischvangst washij droomde
van haar, wanneer hij aan de vreemde kusten
koralen zocht; voor haar wilde hij zijn leven
wel duizendmaal wagen.
En zij, Carmela?... Zij was nog slechts zeer
jong toen men haar vader dood naar huis
bracht. De kleine boot, waarmede hij ter zee
voer, werd door do branding togen de klippen
verbrijzeld. Het lijk des ongelukkigen visschers
werd in de kleine haven gevonden.
Hare moeder lag ziek te bed. De plotselinge
schrik had zulk een treurige crisis ten gevolge,
dat zij weldra stierf. De echtgenooten werden
gelijktijdig op het stille kerkhof van Capri be
graven. Sledelijdende vrienden namen de jonge
weeze aan. De oude Pasquale was de eigenaar
van het fraaie huis aan het strand en bewoonde
het mot zijne zuster Bettina. Hij was te Napels
geboren en had zich op Capri gevestigd. Het
schoone kind met hare zwarte oogen behaagde
hem haar ongeluk wekte zijn medelijden op
(Provinciaalblad No. 102), alsmede art. 104
van het algemeen polieie-reglement voorde
gemeente;
Doen te weten, dat de bij voormelde ar
tikelen bedoelde najaars-schouw over de
wegen, slooten en waterleidingen, aan hun
toezicht of beheer onderworpen, zal gehouden
worden op Donderdag, den 20. October aan
staande en volgende dagen.
Wordende bij deze de bepalingen van
bovengemelde reglementen aan de belang
hebbenden in herinnering gebracht.
Amersfoort, den 3. October '1892.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Burgemeester,
F. D. SCHIMMELPENNINCK.
De Secretaris,
W. L. SCHELTUS.
De BURGEMEESTER en WETHOUDERS
van AMERSFOORT.
Gezien art. 8 der wet van den 2. Juni
1875 (Staatsblad No. 95),
Brengen ter kennis van het publiek, dat door
hen aan WILLEM SCHIMMEL en zijne recht
verkrijgenden vergunning is verleend om eene
Brood-en Koekbakkerij opterichten in het
iierceel, alhier gelegen aan het Havik wijk
A No 458, kadastraal bekend onder sectie
E, No. 008.
Amersfoort, den 3. October 1892.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Burgemeester,
F. D. SCHIMMELPENNINCK.
De Secretaris.
W. L. SCHELTUS.
De opvoeding van het kind.
Er is wel weinig denkbaar dat zóo
moeilijk, zóo belangrijk en tegelijkertijd
zóo inspannend is als de opvoeding van
het kind, en niet ten onrechte hebben
zich in alle tijden aller oogen op dit zoo
gewichtige onderwerp gericht. Wordt
niet heel dikwijls de gansche toekomst
van den mensch beslist door de leiding
welke hij in zijn jeugd had 1
In de eerste maanden is het kindje
het voorwerp van de aanhoudende zorg
der moeder, wat aangaat de lichamelijke
vorming, of het is de speelpop van de
ouders en hun vriendinnen en kennissen;
doch al vrij spoedig komt de tijd waarop
ook de geestelijke vorming moet verzorgd
worden. De kleine begint te stamelen,
hy overreedde Bettina om 't meisje in kuiB te
nemen. De goedhartige vrouw kon zich met
dat plan zeer goed vereenigen en zoo kwam dus
de kleine Carmela bij deze lieden wonen. Zij
werd naar de dorpsschool gezonden en daarmede
meenden zij aan hunne verplichtingen ten op
zichte van hare geestelijke ontwikkeling voldaan
te hebben. Bettina onderrichtte haar bovendien
in de nuttige handwerken en droeg haar voort
durend allerlei huishoudelijke bezigheden op.
Maar aan ledigen tijd ontbrak het haar even
wel niet. Vincenzo, de zoon van den visscher
Micaele, was de meest geliefkoosde speelnoot, de
trouwste begeleider van het schoone kind. De
ferme knaap had liet plaagzieke meisje lief met
al den gloed van zijn vroeg ontwikkeld zuidelijk
temperament. Voor haar trachtte hij allerlei
zeldzame varens en visschen te bc-machtigen
voor haar klauterde hij op de steilste rotsen,
teneinde haar met eenige fraaie bloemen te
kunnen verblijden.
Vol ijverzucht trachtte hij, toen zij ouder
werd, haar verwijderd te houden van andere
jonge mannen, die haar wegens hare schoonheid
bewonderden. Zonder dat net tot ronde woorden
tot hen gezegd was, beschouwden Pasquale en
Bettina het als een uitgemnakte zaak, dat die
beiden eens man en vrouw zonden.
Do vroolijke, (linke Vincenzo werd door een
ieder geacht wegens zijne onvermoeide werk
zaamheid zou Carmela een beteren echtge
noot verlangen Door de jongelieden schenen
die plannen echter niet zoo voetstoots te zullen
woruen verwezenlijkt. Van hartelijkheid tus-
schen die beiden scheen vooralsnog nog geenc
sprake te zijn integendeel, want Carmela
tracht enkele woorden na te zeggen en
als 't ware van dat oogenblik aan treedt
het kind een tweede periode in. Van
een wezentje dat tot. dusver weinig meer
dan instinctmatig handelde vormt het
zich van lieverlede tot eeu klein menschje;
het begint te beseffen wat goed en wat
niet goed is, begint personen te onder
scheiden en heeft reeds eenig begrip van
enkele levenlooze voorwerpen. Nog eeni-
gen tijd en het kind verlaat met de zoo
typisch neutrale kleeren don tweeslaehti-
gen staat waarin het tot dusver leefde
zoodra de kleine vent voor 'teerst als
jongen, en de aaustaande jongejuffrouw
voor de eerste maal als meisje gekleed
is, beginnen de groote zorgen. Het kind
is van nature geneigd om juist bij voor
keur datgene te doenna te doen
waarvan het instinctmatig weet dat het
niet goed is, na te doen wat anderen,
die wijzer moesten wezen, doch het veelal
niet zijn, in zijn presentie deden. De
ouders weten dat maar al te goed en
letten, zoo veel het in hun vermogen is,
op alle „ondeugendheden", wel beseffend,
dat „het, kwaet raaer al te welig tiert" en
zoo moeilijk wordt uitgeroeid.
Zoo goed er onnadenkende menschen zijn
die er behagen in schoppen een kind
„krom" te laten praten, niet bedenkend
hoe ontzettend moeilijk het is om dit latei-
af te leeren, zijn er onvoorzichtigeu die
„het wel aardig vinden" als een kind on
gehoorzaam is, die, als de ouders den kleine
't een of ander verbieden, door hun voor
spraak als 't ware het verbod doen ophef
fen. Hoe onvoorzichtig waar het kind
zóo licht voor indrukken vatbaar is en wel
zeer goed beseft, dat er nog iets anders
bestaatdan on voorwaarde, ijk gehoorzamen.
Nog een weinig later en „de jongen
wordt te lastig. Ik houd hem niet langer
thuis. Hij breekt alles af en haalt alles
overhoop," klaagt Mama. De jongen moet
van huis. „Dan maar naar school," beslist
de vader.
Weer een moeilijk oogenblik voor de
opvoeders. Welke school moet gekozen
worden? „Moeten die kleine hersentjes
nu al volgestopt worden met allerlei ge
leerdheid klaagt de moeder, die maar
spotte, kwelde eu plaagde den trouwen knaap
zooveel zij kon. Als hij ernstig over zijne liefde
begon te spreken, lachte zij hem uit en bracht
zij een ander onderwerp op het tapijt. Eerst
sedert het bewuste roeitochtje, waarbij Vincenzo
haar met levensgevaar van een wissen dood ge
red had, werd net haar duidelijk, dat zij zijne
genegenheid beantwoordde. Zij Iiwam toon eerst
tot het besef van de waarde der schatten van
trouw en liefde, welke haar geboden werden en
het kostte hem goen moeite om haar het jawoord
te ontlokken. Op deze wijze was de verloving
tusschen beide speelgenooten totstandgekomen.
Het was reeds laat. Do m-ian stond vol en
onbeuoveld aan don hemel als gouden sterren
schemerden in do verte do lichten van Napels
een cn ander leverde een betooverend schoon
schouwspel op.
De bloeiende oleanders geurdon heerlijk do
bladeren dor olijven en vijgonboomen ruischton.
Camela stond op.
„De nacht is aangebroken ik heb Bettina
reeds tweemaal hooren roepen. Goeden nacht, Vin
cenzo. Denk er aan om morgen namiddag den
jongen Luigi mede to brengen. Ja weet, dat
net Zondag is dan komen do vreemdelingen
om ons de Taruntella te zien dansen."
„Die verwensehto Tarantella! 't Windt mij
altijd bovenmatig op, als die lui zich om je heen
verzamelen om je schoonheid te bewonderen en
jo allerlei vleierijen te zoggen."
„Mijn hemel, je bent altijd bij het geringste
woord jalocrscli. Tel je dan het geld niet, dat
ik er mee verdien en ben jo er dan niet trotsch
op dat zo mij, jou meisje, het sohoonsto meisje
noode haar kleinen wildzang zoo'n heelen
dag missen wil.
De keus is tbaus gelukkig niet moei-
ljjk meer.
Sinds een dertigtal jaren bestaan de
Fröbel-scholen waar do kleinen worden
bezig gehouden met allerlei spelen waar
werkelijk hun „spelen is leeren." Van
stukjes gekleurd papier maken zij figuren;
grootere en kleinere houtjes of blokjes
vormen ze tot éen geheel, eeu boom of' een
dier; de helpsters leeren hen gaandeweg
tellen en met ontzettend geduld, grooten
tact eu veel overleg worden de kleinen ge
wend aan orde en regelmaatzy beginnen
te beseffen wat gehoorzaamheid is, want
bij elk vergrjjp tegen de goede orde wordt
hun op zachte, bevattelijke wijze het on
behoorlijke van hun gedrag onder het oog
gebracht, 'tls aardig om de kleinen in
zulk een school bezig te zienden ernst
gade te slaan waarmede eeu figuur wordt
sameugesteld, de loergierigheid op te mer
ken waarmede de aanwijzigingen der help
sters worden aangehoord, de vreugde op te
merken waarmede een goedkeurend woord
van de „juf" wordt ontvangen.
Geheel ingericht naar het bevattings
vermogen van de kleinen levert de Fröbel-
methode bijna ongelooflijke resultaten.
Niet langer worden de kleine hersenen
geplaagd met geheugenwerk; het van
buiten leeren van klanken en versjes,
het opdreuneu van liedjes behoort sinds
lang tot het verledene, en met den groei
van het kind houdt het eerste ouderricht
gelijkeu tred. Eerst later, als het kind
de lagere school bezoekt wordt gebroken
met hot bekende „mijn spelen is leeren"
dau begint de knaap hoe langer zoo meer
in te zien, dat het leeren lang geen
spelen is, dat, om tot een nuttig lid van
de maatschappij te worden, hij heel wat
blokken moet.
Er zjjn zoo zeer veel ouders, die, in
dachtig aan de kwellingen hun in eigen
jeugd aaugedaan met het van buiten
leeren van versies on niet wetende, dat
het eerste onderwijs aan kinderen reeds
meer dan een kwart eeuw op gansch
andere wjjze gegeven wordt, schromen
hun kleinen ter school te zenden. Te
van het eiland noomen. Of ben je het soma
niet met hen eens, zeg, Vincenzo?"
Hare vriendelijke woorden kalmeerdon hem.
„Nu, 't is voed, dans nu nog maar, zooveel je
wilt, want ula je eenmaal mijn vrouw bent, dan
sta ik je dat mot meer too. Dan behoor je my
geheel alleen dan duld ik het niet, dat een
ander dan ik jo allerlei tcederc woorden /.egt."
Het meisje wondde verstoord het hoofd af,
hoewel zc hem toch de hand reikte. Aan /.ijne
omhelzing wist zij zich met eenige koele af
scheidswoorden te onttrrekkon.
Vincenzo zag haar verwonderd na.
„Is zy boos op my 1 leb ik dat korte af
scheid verdiend? Ik kan het nu eenmaal niet
hebbon dat anderen haar het hoofd op hol bren
gen met al die dwaasheden."
TWEEDE HOOFDSTUK.
De zon bescheen Napels met vollen gloed 5 zy
brandde op do met lava goplavcidc straten en
pleinen op de kaaien en dokken van do
stad, zoo heerlijk aan den Vesuvius gelogen.
Do haven van Santa Lucia biedt een beeld
vol lover.digheid aan. Met oorverdoovend ge
weld prijzen do verkoopers luide hunne waren
aan, welke, met al don smaak, don bewoner van
het Zuiden eigen, sicrlyk gerangschikt zijn. Half
nuakto kindoren buitelen in hot auid rond
zwartooglge vrouwen cn meisjes bieden in glazen
het bronwater aan forseh gebouwde visschers
roeien in booten cn gondels heen en weer of
houden zich bezig met het drogen hunner net
ten. Vun de Zondagsrust bemerkt men tot nu
toe woinig in Santa Lucia integendeel, door