Amersf. Courant
FEUILLETON.
BIJVOEGSEL
Ia des levens strijd
behoorende bij de
van
DONDERDAG 20 OCTOBER 1892.
—o—O—o—
16) Vrij naar 't Duitsch door S
De directie, ingelicht door een harer
vrienden, werd door hern in kennis ge
steld van het voornemen der meisjes, nog
voordat dezen zich tot haar vervoegden
en schrik sloeg om aller hart, toen zij,
op den morgen na de vergadering, op
het bureau ontvangen werden door den
hoofdredacteur en zijne ambtenaren. De
eerste deelde haar in korte woorden
mede, dat er voorloopig niet veranderd
kon worden en dat het vau de houding
der meisjes zou afhaugen om de door
haar gewensclite verandering te bespoe
digen. Hij liet ieder harer vrij om da
delijk ontslag te nemen of te blijven
doch juffrouw Arnell, als de oorzaak van
de beweging, werd door de directie ont
slagen. Eu zij, die zich allen den vorigen
avond vol geestdrift om haar geschaard
hadden, haalden .thaus de schouders op,
en besloten eenparig om, in afwachting
van de vervulling van de beloften der
directie, den arbeid voort te zetten.
Hilda echter moest nog dienzelfden
morgen het kantoor verlaten.
Niet alleen had Hilda's houding de ver
ontwaardiging van de directie opgewekt,
maar ook door de pers werd zij sterk
gelaakt en 't publiek deelde deze meening.
Het jonge meisje zag zich dus overal met
terughouding, ja, zelfs met onwil bejegend
zoodat zij zich zeer ongelukkig gevoelde.
In dezen tijd vatte zij eene zekere anti
pathie tegen Wiegaud op zijne leven
digheid, zijne practische levensopvatting
mishaagden haar. Zij vermeed hem merk
baar en, als zij toevallig eeuige woorden
met elkander wisselden, dan klonk hare
stem zoo koel, zoo onaangenaam dat hij
het gesprek spoedig afbrak. In den be
ginne kon hij niet nagaan, waaruit haar
onvriendelijk gedrag voortsproot, te meer
wijl hij haar door het bezorgen van ver
taalwerk zijne vriendschap bewees. Die
arbeid leverde haar echter zeer weinig
geldelijk voordeel op. Weldra was zij
niet in staat om mevrouw Horn te be
talen, wier houding, als een natuurlijk ge
volg daarvan, opvallend veranderde.
Te midden dezer stormen ontving zij
op zekeren dag het bericht, dat haar
broeder Ëduard zich met Bertha Billner
verloofd had en dat hun huwelijk spoedig
voltrokken zou worden. Deze mededeeling
wekte hare bitterheid op, zoowel ten op
zichte van Eduard als tegen het lot. Hoe
had zij, als vrouw gestreden om zich eene
eerlijke positie in de maatschappij te ver
schaffen en hoezeer werd haar dit onmo
gelijk gemaakt. Eu Eduard, die als man
zooveel meer vermocht, hij verkocht zich
aan een rijk meisje, dat hij niet liefhad.
Was hij niet verstandig was zij niet
onverstandig was zij dom Ja, dat
was zij zij begreep het leven niet
zij streefde naar het ideale en daarom
stond zij op het punt van te verhongeren.
Hoeveel genot had zij zich niet ontzegd
- wie stelde haar daarvoor schadeloos?
Gevoelde iemand achting voor haar
integendeel minachting, kwetsend mede
lijden, dat was alles, wat zij opwekte!
Zoo is eenmaal de wereld zoo is het
leven maar zij had dit niet begrepen
en hoeveleu met haar evenmin 1
Het had zooeveu zes uur geslagen
het was Kerstmis. In de eetzaal was
mevrouw Horn bezig met het versieren
van den Kerstboom. Wiegand zat op
zijne kamer er lag een opengeslagen
boek voor hem op tafel, doch hij had er
nog geen regel in gelezen. Hij moest
telkens aan Hilda denken, wier voorko
men in de laatste weken zoo eigenaardig
verauderd was. Haar oogen, waarin ge
woonlijk een leveudige glans schitterde,
waren dof en beneveld geworden hun
ne uitdrukking was onrustig het
scheen, alsof het haar ougeuaam was
iemand aan te zien.
Plotseling maakte een onweerstaanbaar
verlangen om haar iu deze oogeublikken
te spreken, zich van hem meester. Het
kwam bij hem op, dat zij 't aangenaam
moest vinden om den Heiligen Avond
niet alleen door te brengen en na
even geaarzeld te hebben, verliet hij haas
tig zijne kamer om aan de deur van de
bescheiden ruimte, welke Hilda bewoonde,
aan te kloppen.
Wordt vervolgd.
Snelpersdruk vun de Firma A. H. VAN CLEEFF.
AMERSFOORT.