Donderdag 30
Maart 1893.
No. 4236.
37e Jaargang.
Uitgave
FIRMA A. H. VAN CLE EFF
te Amersfoort.
Dit blad verschijnt Maandag- en Donderdagnamiddag. Abonnement per 3 maanden f\.
Franco per post f 1.15. Advertentiën16 regels 60 Cents.elke regel meer 10 Cents.
Groote letters naar plaatsruimte. Legale-, officieële- en onteigeningsadvert. per regel
15 Cents. Reclames per regel 25 Cents. Afzonderlijke nummers iü Cents.
Bureau
MUURHUIZEN
hoek Korte gr acht, Wfjk B. 80
Ter gelegenheid van het PAASCHFEEST
zal het volgend nummer van deze courant
Zaterdagavond verschijnen.
Dringend verzoeken wij H.H. advertenten
ons hunne annonces tijdig te doen toekomen.
Beleefd verzoeken wij onzen Abonné's,
die de Courant per post ontvangen, het
abonnementsgeld niet over te maken per
postwissel of in postzegels, doch de post-
kwitanties af te wachten en deze ook
ter voorkoming van onnoodige dispositie-
kosten niet onvoldaan te retourneeren.
Over het kwartaal JanuariMaart zullen
wij in de eerste helft van April beschikken.
KENNISGEVING.
De BURGEMEESTER van AMERSFOORT doet
te weten, dat de lijsten, aanwijzende de personen in
deze gemeente bevoegd tot het kiezen van leden voor
de Tweede Kamer der Staten-Generaal, de Pro
vinciale Staten en den Gemeenteraad, heden zijn
gesloten en in afschrift aangeplakt aan de berg
plaats bij het raadhuis, welke lijsten gedurende
veertien dagen, te rekenen van heden, alle werk
dagen van 10 tot 1 uur op de secretarie der
gemeente voor eenieder ter inzage liggen.
Amersfoort, den 29 Maart 1893.
De Burgemeester voornoemd,
F. D. SCHIMMELEPNN1NCK
BINNENLAND.
Naar men verneemt, zullen 1111. MM. de
Koninginnen in Mei voor eenige weken naar
Fliins bij Chur, in Grauwbunuerland, gaan.
Rij Kon. besluit is: aan jhr. mr. J. F.Ale-
wijn op verzoek, op de meest eervolle wijze
ontslag verleend als directeur van het Kabinet
der Koningin, met dankbetuigen voorde lang
durige, zeer getrouwe en hoogst gewichtige
diensten, door hem in die betrekking aan de
kroon en aan den lande bewezen en is hij
benoemd tot groot-officier in de orde van
Oranje-Nassau
Zooals bereids werd medegedeeld, loopt
er in Den Haag een gerucht, dat de artillerie-
promotie daarom vertraging ondervindt, om
dat er tegen tie bevordering van den minister
van oorlog tot kolonel bezwaar zou bestaan,
op grond, dat ook hij, evenals indertijd jhr.
Van der Poll, eenige dienstjaren op bureaux
in plaats van bij den troep heelt doorge
bracht.
I)e Amsterdammer, die aan een particulier
schrijven uit Den Haag een meer aanschouw-
lijke voorstelling van de zaak wist te ont-
leeuen en vertelde hoe de minister den 20en
dezer om elf uur door II. M. de Koningin
Feuilleton.
Naar het Duitsch door S
11).
»Neen daar kunt u op rekenen. Doch nu
nog even een enkel woord, als man tegen
over man. Gij bewijst mij een gewichtigen
dienst zonder daarvoor iets te vorderen. Ik
ben echter niet de vrek, waarvoor men mij
houdt. De lichtzinnige jongelui, die zich tot
mij wenden, als ze in geldverlegenheid zitten,
behandel ik zonder genade, zooals zij ook
verdienen.
Maar ik weet ook verdiensten te waardeeren"
en te beloonen. Ik wil u thans niet inet de
eene of andere aanbieding beleedigen, mijn
heer Von Strausz, maar gij moet mij bclooven
dat gij, als de zaak een gelukkig einde heeft,
een geschenk van mij aannemen zult, dat in
evenwicht staat met den dienst, welken gij
mij bewijst."
Walthers gelaat nam een strenge uitdruk
king aan.
»Ik twijfel geenszins aan de oprechtheid
uwer bedoelingen, mijnheer Kraatz, maar
was te woord gestaan en «onthutst zijn pa
pieren weer had bij elkaar gepakt", seinde
onmiddellijk aan haar correspondent om
nadere bevestiging dezer mededeelingen.
Deze meldt thans, dat het gerucht, zooals
het in Den Haag de ronde doet, onjuist is.
«Het bevat intusschen hetgeen men als aan
staande beschouwt, en is dus, wat den geest
betreft, in overeenstemming met hetgeen
men aangaande de verhouding tusschen Hof
en minister meent te weten."
Men schrijft uit Den Haag:
Het heeft de aandacht wel een weinig ge
trokken, dat de warrn-gebakerde kiesrecht
hervormers de Kamer tot 18 April uiteen
hebben doen gaan, zonder nog eens even te
verklaren, dat de refornibill dan komen moet.
Zooals het nu gaat. is er natuurlijk aan de
afdoening van tic Kieswet in dezen zomer
bijna niet te denken. Den 18 April komt
de faillissement-wet aan tie orde: daar gaan
weken mee heen; inmiddels is dan tie Be-
ilrijlsbelasting wel voor openbare behandeling
gereed en daarmee gaat dus. 'Ie kleinere
zaken niet medegerekend, de zomercessie
heen. Tegen Juni vacantie en't is niet. zeer
waarschijnlijk, dat de Kamer dan in Juli of
Augustus nog eens voor het Kiesrecht zal
terugkeeren. Mogelijk blijft het intusschen,
tenzij er een nieuw ontwerp onderweg is,
«lat nader moet worden onderzocht. En dat
is nog steeds te verwachten, al heelt men
hier en daar doen verluiden, dat juist de
weigering van den heer Tak om in die rich
ting te gaan, tot oneenigheid in den boezem
van liet kabinet aanleiiling heeft gegeven;
een oneenigheid, waarvan men overigens
tot heden niets hoegenaamd bemerkt.
In éen opzicht is door de reeds nu vastge
stelde orde van werkzaamheden de rekening
in de war geloopen. Men bad nl. de faillis
sement-wet oorspronkelijk willen houden
voor aanvulling van den ledigen tijd tusschen
de eventueele aanneming der Kieswet en
de voorbereiding van de invoering. Geluk
kig is het militair strafrecht daarvoor nog
in petto, welk uitvoerig ontwerp er voorin
den pekel blijft liggen.
De Tweede Kamer heeft Donderdag aange
nomen de onteigenings-ontwerpen tot ver
betering van den waterafvoer van Zwoll?,
tot verbetering van het kanaal van Drachten
tot de Kolonievaart en dat ten behoeve van
den Tramweg Sehouw-Purmerend, benevens
die op de provinciale heffingen in Friesland.
Het ontwerp tot wijziging van de wet op
de spoorwegdiensten, strekkende om wets-
krachtte verleenen aan spoorwegreglementen.
laat ik u voor de laatste maal zeggen, dat
gij mij met dergelijke aanbiedingen belee-
digt. Ik wijd mijn krachten aan een groot-
sene zaak, dat is mijn trots en mijn loon.
Maar iets andere. Gij moogt mij, om geen
argwaan op te wekken, met meer in dit
bötel bezoeken. Kent gij geen andere plaats,
waar wij elkander meer dan eens ongestoord
spreken kunnen
«Ja, mijnheer Von Strausz, mijn huis."
Walther maakte een afwerende beweging.
«Neen, dat gaat niet."
«Waarom niet?"
«Neen, 't kan niet."
«Welnu, wil ik u den waren grond uwer
weigering, mededeelen. U veracht mij, myn
heer Von Strausz; elke persoonlijke aan
raking met mij is u onaangenaam."
«Eu indien het zóo ware.
«Dan zou ik u zoo dankbaar zijn, indien
gij mij de gelegenheid gaaft omutetoonen,
dat ik beter ben, dan men zegt. Ge zoudt in
mijn huis een geheel andere meening van
mij krijgen."
Walther aarzelde niet langer.
«Nu goed, ik zal komen, maar niet's avonds."
»'t Beste is op badtijd, tusschen 10 en 12 of
tusschen 3 en 5 uur."
«Mij goed. Tot ziens dus." En met meer
beweging dan Walther aangenaam was, ver-
ook ten aanzien van niet-reizigers (perron-
kaarten) werd bestreden als onnoodig en het
publiek te zeer overleverende aan de willekeur
der spoorwegmaatschappijen, doch verdedigd
door de Ministère van Waterstaat en van
Justitie. De regeering zal meer macht be
komen en is voor de toepassing daarvan ver
antwoordelijk.
Het wetsontwerp is aangenomen, rnet 52
tegen 9 stemmen.
Het wetsontwerp tot wijziging van de
quarantaine-wet, beoogende voorzorgsmaat
regelen tegen schepen uit besmette havens
of inet zieken aan boord aangekomen binnen
het incubatietijd-perk eener besmettelijke
ziekte, is aangenomen.
Het ontwerp tot wijziging van de wet op
besmettelijke ziekten werd, als ondoeltreffend,
sterk bestreden. Men zag in deze aanvulling
een aam-a nding der bevoegdheid van de Bur
gemeesters: ook vroeg men inlichtingen om
trent tie kostenbetaling.
De Minister verzekerde, dal deze wet geen
verandering brengt in bestaande organieke
bepalingen omtrent gezondheidszorg en alleen
vooretelt, wat direct uitvoerbaar is.
Geheele herziening der wet zou niet spoe
dig kunnen behandeld worden. De ondervin
ding heeft niet de noodzakelijkheid doen
zien van algemeene regelen omtrent de kosten.
Het ontwerp is na eenig debat onveranderd
goedgekeurd.
Bepaald werd, dat de faillissementenwet
zal behandeld worden op 18 April.
De Kamer is op recès gegaan.
Een door de Regeering aangeboden wets
ontwerp strekt tot afschaffing van de rechten
van registratie op de aanstelling tot bezol
digde burgelijke en militaire betrekkingen,
ambtenen bedieningen, op te akten houdende
vermeerdering hunner bezoldiging, en de die
welke hun beëediging constateeren. De re
geering acht, wanneer de ambtenaren in de
Bedrijfsbelasting worden aangeslagen, deze
rechten niet meer gerechtvaardigd. Zij heb
ben in 1891 opgebracht f166 552.15'/». waar
onder f61482.o5V» voor die aanstellingen en
f2584.80 voor de akten van beëediging van
notarissen, advocaten, procureurs en deui-
waarders, voor zoover deze laatsten niet be
zoldigd zijn, en voor welke het registratie
recht mede wordt afgeschaft. In verband met
een en ander worden de betrekkelijke be
palingen der Fransche en andere wetten
tevens ingetrokken.
Een en ander zou met 1 Mei 1894 in
werking treden.
Mede in verband met de aanhangige Be
drijfsbelasting, wordt de afschaffing voorge-
trok de kapitein eindelijk.
Op een der volgende dagen onmoette Wal
ther de dames óp de wandeling. De gra
vin was er niet oij, want zij was druk in
de weer om ook hier propaganda te maken
voor haar liefdadigheidswerken. Daar was
geen badgast, die zij niet bezocht; haar ge
heele optreden had iets roerends en aantrek
kelijks, dat een ieder dadelijk innam. Zelfs
de spotzieke Elly had reeds lang haar pla
gerijen gestaakt en overlaadde, evenals de
anderen de gravin met allerlei bewijzen van
vriendelijkheid. Walther scheen de aanwezig
heid der gravin ook niet onaangenaam, doch
zij was zeer verwonderd den schilder in 't
gezelschap der dames aan te treffen.
Mevrouw Von Lindenau stelde de heeren
aan elkander voor en de jonge advocaat
schoen zeer verheugd in den schilder een neef
van mevrouw Hartwig te leeren kennen.
»lk hoop van u en uw kunst te genieten,
mijnheer Hartwig," zeide Walther beleefd,
«hoewel ik eerlijk bekennen moet, dat ik op
dat gebied weinig tlniis ben."
Het gesprek werd afgebroken door de
komst van doctor Winde en vorst Rogansky.
De jonge prins merkte dadelijk op, dat Frans
bewondering voor de bekoorlijke Elly de zijne
evenaarde. Hij sprak tot het meisje echter
meer met blikken dan met woorden.
steld van de leges, die tot dusver worden
geheven op zoowel tijdelijke als vaste aan
stellingen tot bezoldigde rijks-ambten of be
dieningen, die op de betaling van jaarwed
den, gages, pensioenen en wachtgelden en
op de legalisatiën.
De leges brachten in 1892 in totaal op
f212121, waaronder f75000 voor leges op
aannemingssommen en andere vorderingen
van traktementen enz. Deze laatsten blijven
bestaan, totdat de registratie-wetgevingmeer
algemeen zal worden gewijzigd, terwijl over
wogen wordt de afschaffing' van de regi
stratierechten op de contracten van aanne
ming. Het verlies voor de schatkist zal dus
voorloopig bedragen f60000.
Naar men aan de Haart. Ct. i
zal jhr. mr. J. W. G. Boreel van Hogelanden,
benoemd tot burgemeester van Haarlem, den
15den Mei zijn ontslag nemen als lid van de
Tweede Kamer der Staten-Generaal.
In Nederland, het weekblad mr. Sprenger
v. Eijk leest men:
Wie gerekend wordt-/2000 'sjaars inkomen
te hebben en niet in de Vermogensbelasting
is aangeslagen, betaalt naar het nieuwe ont
werp der Bedrijfsbelasting ƒ28.
Doch zorgt de man, dat zijn inkomen een
cent of wat hooger is, doch beneden 20O1
blijft, dan betaalt hij geen belasting, want
dan valt hij onder geen enkelen post van
het tarief.
Majoor G. van Tienhoven, ridder in de Mi
litaire Willemsorde 4e klasse en commandant
van een der bataljons van het 8ste regiment
infanterie te Arnhem in garnizoen is, na een
langdurig lijden in den ouderdom van 50 ja
ren te St. Blasien overleden.
Het leger verliest in hem een hoogst be
kwaam en achtenswaardig hoofd-officier.
De cadetten der Militaire Academie te Breda
zijn, naar de Avondpost meldt, gestraft met
éen dag korting op hun Paaschverlof, omdat
zij teekenen van ontevredenheid hebben ge
geven bij het voorlezen van de namen der-
genen aan wie het genot van verlof zal wor
den onthouden wegens de «onvoldoende's" op
het rapport van hun vordering.
De heer J. M. Collette, hoofdingenieur by
de Rijkstelegraaf, zal 7 April zijn 40-jarig
jubilé vieren.
De benoeming van de inspecteurs der
rijks veld wacht, voor welke nieuwe betrekking
op de begrooting voor 1893 geld is uitge-
Terwijl men samen verder wandelde, zag
men in de verte eensklaps den heer Kraatz
aankomen, hetgeen Elly aanleiding gaf om
Frans, die van niets wist, de ons bekende
geschiedenis mede.
's Middags aan tafel zeide Frans tot zijn
tante:
«Wat heeft mevrouw Von Lindenau toch
een wonderlijk gezelschap om zich heen ver
zameld. De vorst, de doctor en de gravin
maken op mij een indruk, alsof hun houding
niet echt, niet waar is. Zij passen niets by
mevrouw Vón Lindenau."
«Maar hoe bevalt je mijnheer Von Strausz."
Wel, oneindig veel beter dan die anderen,
hoewel mij zijn belangstelling voor Kraatz
wat ziekelijk, wat overdreven schijnt."
«Je moet niet vergeten mijn jongen, dat hij
als advocaat het gebeurde met den kapitein
met geheel andere oogen beschouwt dan wij.
Maar 't doet mij werkelijk veel genoegen,
dat gij u met hem verstaan kunt. Als zoon
van den minister kan hij u wellicht nog eens
op de eene of andere wijze van dienst wezen."
«Als zoon van den minister?" vraagde
Frans verwonderd.
«Ja, wat zou dat?"
«Niets,tante, maar wie heeft u dat verteld?"
(Wordt veraolgd.)