i
Maandag 31
Juli 1893.
No. 4271.
37e Jaargang.
Binnenland
vaal
AMEESFOORTSGEE COURANT.
Uitgave
A. H. VAN CLEEPP
te Amersfoort.
Dit blad verschijnt Maandag- en Donderdagnamiddag. Abonnement per 3 maanden ƒ1.
Franco per post ƒ1.15. Advertentiën16 regels GO Cents.; elke regel meer 10 Cents.
Groote lettere naar plaatsruimte. Legale-, otïicieële- en onteigeningsadvert. per regel
15 Cents. Reclames per regel 25 Cents. Afzonderlijke nummers iU Cents.
Bureau
MUURHUIZEN
hoek Kortegracht, Wijk B. 60
Reis-abonnementen.
Wij zijn gaarne bereid om, tegen
vergoeding van porto, aan geabon-
neerden, die voor korten of langen
tijd. op reis gaan, de Amersfoortscbe
Coürant en de bladen, welke zij door
onze tusschenkomst ontvangen, na te
zenden.
Opgave van duidelijk adres is vol
doende.
II. M. de Koningin-Regentes heelt aan den
Commissaris der Koningin in Utrecht verlof
verleend om zich voor eenige weken naar
Gelderland te begeven. Het verlof gaat
morgen in.
De toegezegde gedeeltelijke herziening van
de Wet op lie* personeel is bij Financiën
ter hand genomen.
Niettegenstaande de tegenspraak van de
Nieuwe Rotlerdunische Cl. blijven de ge
ruchten omtrent, een toekomstige verwerping
van de Kieswet aanhouden en reeds worden
dc namen genoemd van deheeren Van Houten,
Roëll en Roozeboom, die als Ministers zouden
optreden, de laatste als Minister van oorlog.
Het plan zou dan bestaan, om niet de Kamer
te ontbinden, maar met een nieuw Ministerie
allereerst weer de Legerwet op den voorgrond
te schuiven.
De nieuwe gouverneur-generaal van Ned.-
Indië ihr. Van der Wijck zal 21 September
e. k. te Genua aan boord van de Prins Hen
drik gaan en de reis naar Batavia aanvaarden.
Door den Commissaris der Koningin in
Utrecht is een circulaire gericht tot de
Burgemeesters in dat gewest betreffende de
toepassing der Arbeidswet. Hierin wordt be
toogd, dat daar waar een goed plaatselijk
toezicht werd uitgeoefend, «Ie wet voor velen
uitmuntend heeft gewerkt. Dit is echter,
blijkens de opgedane ondervinding, volstrekt
niet overal het geval geweest. Het toezicht
wordt nog te veel uitsluitend aan onderge
schikte beambten overgelaten.
Om deze reden wordt het wenschelijk ge
acht, er op aan te dringen, dat de hoogere
gemeentelijke autoriteiten zich van tijd tot
tijd zeil' .net deze inspectie belasten. Waar
echter blijkt, dat werkgevers krachtig mede
werken tot juiste uitvoering der wet, moeten
Feuilleton.
Naar hot Engelsch van Mark Twa
Ij-
Op mijn zeven-en-twintigste jaar was is klerk
op een handelskantoor te San Francisco en bij
zonder op dc hoogte van den effecten-handel.
Ik stond alleen op de wereld en had niet3 om
van te leven dan mijn verstand en mijn goeden
naam; maar deze beide zetten mijn voet inden
stijgbeugel.
Des namiddags was ik vrü van kantoor en
ik had dc gewoonte Zaterdags mijn vrijen tijd
door te brengen met zeilen in de bnai. Eens op
een dag waagde ik me te ver en dreef af naar zee.
Tegen het vallen van den avond, toen ik de hoop
op redding reeds had opgegeven, werd ik door
een kleine brik die op weg was naar Londen,
opgepikt, We hadden een lange en stormachtige
reis en ze lieten me voor mijn overtocht werken
als een gewoon matroos. Toen ik eindelijk te
Londen aan wal stapte, waren mijn kleerenaan
flarden en vuil en ik had niet meer dan 6en
dollar op zak. Met dit geld kon ik het juist vier-
en-twintig uur uithouden en de volgende vier-
en-twintig uur liep ik zonder eten en zonder
dak rond.
Den volgenden ochtend omstreeks tien uur,
slenterde ik moe en hongerig langs Portland Place,
toen een kind, dat zich aan do hand van een
deze bezoeken niet. te dikwijls worden her
haald.
In 1895 zal voor de eerste maal de gelegen
heid geopend worden tot plaatsing op de
Kon. Militaire Academie van ben, die de
kennis in wis-, natuur- en letterkundige
vakken bezitten, gevorderd bij het eindexamen
Hoogere Burgerschool.
Dit jaar zijn opengesteld voorden Artillerie-
cursus te Delft 6, en voor de Militaire School
te Haarlem 15 plaatsen.
Zich aan te melden vóór 11 Augustns.
Naar de Standaard verneemt, moet jhr.
mr. A. von Daehne van Varick te 's-Graven-
liage van de Roomsehe kerk teruggekeerd
zijn tot de Duitsehe Evangelische, waartoe
hij ook vroeger behoorde.
Onder de in de Staatscourant van Vrijdag
voorkomende toegekende pensioenen zijn er
twee van f 17 (zegge zeventien gulden). De
weduwe van een brievenbesteller en die van
een hoofdonderwijzer zijn de bevoorrechten.
Een vroeger bericht, dat een viertal ge
vangenissen vol zijn, kan in dien zin worden
aangevuld, dat op dit oogenblik alle gevan
genissen (behalve die te Leeuwarden) geheel
bezet zijn, terwijl er nog een achterstand
van ongeveer 1000 vonnissen te executeeren
valt.
Men leide hieruit echter niet af, dat het
tegenwoordig geslacht hoe langer zoo boozer
wordt, zegt, Het Vaderland, daar de schuld
voor eeu deel ligt aan gemeentelijke keuro-
manie met de gevolgen van dien en aan
overdreven dienstijver van ambtenaren van
't Openhaar Ministerie, waartegen de Minister
onlangs een zoo gegronde waarschuwing in
de wereld heeft gezonden.
Het behoeft overigens wel geen betoog,
dat de straf' voor allerlei nietigheden haar
doel geheel en al mist, als zij wordt geëxe
cuteerd, wanneer de «misdadiger" het feit
reeds lang is vergeten.
Het Hoofdbestuur der Maatschappij tot
Nut van 't. Algemeen heeft zich tot de be
sturen der departementen gewend om inlich
tingen, mededeeling van plannen en wenschen
in verband met de werkloosheid. Aanleiding
daartoe is liet besluit der jongste algemeene
vergadering, waarin aan het Hoofdbestuur
werd opgedragen, om uit te lokken, aan te
moedigen en te ondersteunen de bemoeiingen
van departementen en anderen in ons land
kindermeid liet voortslepen, een heerlijke groote
peer minus éen hap in de goot smeet. Ik
bleef natuurlijk stilstaan en keek met begeerige
oogen naar den schat in den modder. Het water
kwam me in den mond en mijn maag rammelde
van begeerte. Maar iedere keer als ik wilde beproe
ven de peer op te rapen, bemerkte een der voorbij
gangers het en dan richtte ik me natuurlijk weer
op en keek onverschillig en alsof ik in de verste
verte niet aan die peer dacht. Dat gebeurde zoo
eenige keeren achter elkaar en ik kon de peer
maar niet oprapen. Dit maakte me wanhopend
en mijn honger zou juist over mijn schaamte
gevoel zegevieren. Ik maakte me gereed de peer
te grijpen, toen een venster achter me werd op
geschoven en een heer me daaruit toeriep
Kom u als 't u blieft even binnen.
Ik kwam binnen door een prachtige gang en
werd in een deftig vertrek gelaten, waar twee
eenigszins bejaarde heeren zaten. Ze zouden den
knecht de kamer uit en boden me een stoel aan.
Ze hadden juist ontbeten en het gezicht op de
restjes, die op tafel stonden, werd me bijna te
machtig. Ik kon mijn hersens haast niet bij el
kaar houden in tegenwoordigheid van dat eten,
maar aangezien ze mij niet vroegen toe te tasten,
moest ik zorgen, dat ik me kalm hield.
Nu was daar eenigen tijd te voren iets voorge
vallen, dat ik zelf eerst heel wat dagen later ver
nam, maar ik zal het u maar vast vertellen. De bei
de broeders hadden een paar dagen te voren een
versehil van meening genad en ze waren geëin
digd met er beiden in toe te stemmen, dut het
geschil door de uitkomst van een weddenschap
zou worden beslecht, zooals dat in Engeland
gebruikelijk is.
ter bestrijding van de werkloosheid en haar
nadeelen, en waarvoor een post van 3000
op de begroeting is gebracht. Het Hoofdbe
stuur stelt daartoe een 15-tal vragen, na
welker beantwoording nader zal worden over
wogen, wat verder kan gedaan worden om
uitvoering te geven aan het besluit der al
gemeene vergadering.
Sedert de commissie van onderzoek over
de zaken te Neerbosch zich geconstitueerd
heeft en bekend heeft gemaakt, dat zij met
ernst haar taak zou opvatten en over 3
maanden een rapport daarover hoopte in te
dienen en te puhliceeren. meende de pers,
dat nu een algemeen zwijgen moest in acht
worden genomen, om de commissie niet te
bemoeilijken, en sloot zij dus haar kolommen
voor alle polemiek aangaande Neerbosch.
Bijna ieder weldenkende keurde dat besluit
van de pers goed. Van de commissie zou men
de eerste drie maanden niets hooren; het
gerechtelijk onderzoek bleef natuurlijk ge
heim en ïiet gansche publiek, vertegenwoor
digd door de pers, zweeg ook.
Maar Van 't Lindenhout schijnt daarom
trent een ander gevoelen te zijn toegedaan.
Zoo verscheen Het Oosten van 19 en 26
Juli, waarvan vroeger 4000, thans ter wille
van Van 't Lindenhout 40 000 exemplaren
worden gedrukt. Bij duizenden wordt het
gratis door het gansche land verspreid en
boven het hoofdartikel wordt met vette lettere
ieder uitgenoodigd zooveel exemplaren als
mogelijk er van aan te vragen en te versprei
den; liet zal allen gratis worden toegezonden.
Vroeger kon men dat blaadje haast niet
machtig worden, als men er niet op geabon
neerd wasnu wordt er geen geld gespaard
om het kosteloos te •erepreiden bij 30 en 40
duizend exemplaren. En dan de inhoud
Waarlijk, men moest Van 't Lindenhout
tijdens het onderzoek het zwijgen opleggen.
De heer A. C. Wertheitn heeft bedankt
voor de uitnoodiging om zitting te nemen
in de enquête-commissie in zake Neerbosch.
Uit den Bond van Ned. Onderwijzers heeft
zich een commissie gevormd, met het doel
orn, in afwachting van den tijd, waarop de
onderwijzers in het Rijkspensioenfonds zullen
worden opgenomen, een tijdelijk fonds te
stichten, waaruit aan weduwen en weezen
een uitkeering van i instens f500 wordt ver
zekerd.
Secretaris is de heer J. G. van de Vijver
te 's-Gravenhage.
W. C. DIJKGRAAF, Horloger.
Langestraat 16.
Men zal zich herinneren, dat de Engelsche
Bank eens twee biljetten ieder van een millioen
pond sterling heeft uitgegeven, die gebruikt
moesten worden bij een transactie met een der
naburige Staten. Om de eene of andere reden
werd slechts een van die biljetten gebruikt en
later waardeloos gemaakt; het andere ligt nog
in de onderaardsche bewaarplaatsen van de Bank.
Nu hadden de beide broeders, toen ze over dit
biljet spraken, zich verdiept in de vraag: wat
wel het lot van een eerlijk en ontwikkeld vreem
deling zou zijn, die, zonder vriend of kennis, op
eens midden in Londen neergezet, niets anders
bezat dan dat biljet van een millioen pond,
zonder dat hij kon aantoonen hoe hij in het
bezit er van was gekomen. De een zei, dat hij
van honger zou sterven, de andere zei, dat hij
dacht van niet. De eerste zei, dat hij het bij
geen bank of waar ook ter wisseling kon aan
bieden, zonder op de plaats zelve gevangen
genomen te worden. En zoo twistten ze voort
tot dc ander zei dat hij om twintigduizend
pond wedde, dat de man nog dertig dagen zou
leven, hoe ook, op dat millioen, en dat hij
eveneons uit de gevangenis zou blij ven. De eerste
naui het aan, do andere ging naar de Bank om
het biljet te verkoopen. Toen dicteerde hij een
brief, die door een van zijn klerken in fraai rand
schrift werd gekopieerd en daarna gingen de
twee broers den heelen dag voor het raam zitten
om uit te zien naar een geschikt persoon, aan
Morgen, Dinsdag, zal te Amsterdam het
50-jarig bestaan der Broederschap van Nota
rissen, (er gelegenheid van de alsdan te
houden algemeene vergadering, feestelijk
herdacht worden.
Aan een particulier schrijven uit Berlijn
ontleend de Zutfcnsche Ct. de mededeeling,
dat weldra het verbod van invoer van vee
in Duitschland in zoover gewijzigd zal worden,
dat lbkvee uit Nederland voor land bouw-ver-
eenigingen in Duitschland onder bepaalde
voorwaarden wordt toegelaten.
Vrijdagmiddag kwam er aan het Zollamt
Suderwicn bericht, dat de invoer vaD fokvee
uit Holland in Pruisen geoorloofd is, doch
alleen voor landbonwere.
De heer W. F. Robinson, Britscb Consul
te Amsterdam, schrijft aan de Engelsche
bladen het volgende:
«Ondanks de waarschuwingen, die ik her
haaldelijk tot Engelsche kooplieden en fabri
kanten gericht heb, betreffende het groote
aantal zwendelfirma's die deze stad verpesten,
spijt het mij te moeten zeggen, dat het kwaad
blijkbaar onverminderd voortwoekert, te oor-
deelen naar de brieven, die ik voortdurend
van Engelsche lirma's ontvang, die of be
drogen werden, of voorzichtiger, om inlich
tingen schreven, voordat zij de orders van
deze luidjes uitvoerden. Wanneer ik zeg, dat
ik op mijn zwarte lijst in Amsterdam alleen
■120 namen heb, is het duidelijk, hoe uitge
breid en hoe winstgevend deze schandelijke
praktijken zijn."
De volgende advertentie stond in De Veen-
bode, een blad. dat te Musselkanaal uitkamt:
«Jongelieden van Stadskanaal en aangren
zende monden worden verzocht a.s. Zater
dagavond 8 uur te vergaderen in het loge
ment van H. Altona, om een bond op te
richten, waarbij men zich verbindt vóór zijn
50ste jaar niet in het huwelijk te treden.
Het voorloopig bestuur: H. Groeneveld, H.
Smalbill."
De Arnh. Ct. zegt daarvan:
Eerst wanneer men het leven nagenoeg
achter den rug heeft, zou men de zorg en
oppassing van een vrouw inroepen, want
heel veel andere zou toch zulk een huwelijk
niet wezen.
Zulk een vereeniging intusschen past in
een tijd, waarin jeugdige, krachtige mannen
zich door hun aanstaande vrouwen laten
voorttrekken in plaats van haar hun arm tot
steun aan te bieden.
wien ze het geven konden.
Ze zagen neel wat eerlijke gezichten voorby
komen, die er niet verstandig genoeg uitzagen,
en heel wat die er verstandig uitzagen, maar
weer niet eerlijk genoeg. Dan waren er die de
beide eigenschappen hadden, maar die weer niet
arm genoeg waren, of die, als ze ook aan dat
vereischte voldeden, geen vreemdelingen waren.
Altijd ontbrak er iets aan, tot ik voorbij kwam.
Ze vonden dat ik hun man was en kozen me
eenparig; en zoo was ik nu binnen en hoopte
de reden te vernemen, waarom ik binnen ge
roepen was. Ze begonnen met me allerlei dingen
over mezelf te vragen, en weldra had ik hun
mijn geheele levensgeschiedenis verteld. Ten
slotte deelden zij mij mede, dat al die gegevens
hen.overtuigden, dat ik aan het door hen gestelde
doer zou kunnen beantwoorden. Ik zei, dat ik
daarover zeer verheugd was en ik vroeg hun wat
ey te doen viel. Een van hen gaf me toen een
enveloppe en zei, dat ik de uitlegging daarin
zou vinden. Ik wilde ze openen, maar hij hield
me tegen en verzocht me den brief eerst op mijn
kamer oplettend te lezen en dan vooral niet over-
ij ld te handelen. Ik was er eenigszins verlegen mede
en wilde wat meer van de zaak weten, maar zij
lieten niets los. Ik stond dus op, en achtte
mezelf eenigszins gekrenkt en beleeaigd door zoo
als voorwerp van de eene of andere spotternij
te worden gebruikt. Maar ik was wel genood
zaakt het me te laten aanleunen, daar mijn om
standigheden me niet veroorloofden de verne-
I derende behandeling van dat rijke en trotsche
volk kwalijk te nemen.
I (Wordt vervolgd).