Maandag 16 Juli 1894. No. 4371. 38e Jaargang. Binnenland. Het gestolen tractaat. Uitgave FIRMA A. H. VAN CLEEPF to Amersfoort. Verschijnt. Maandag- en Dondiedagmmtddag mot gratis Zondagsbbid. Abonnemont per 8 maanden ƒ1.Franco per post ƒ1.15. Abonnement alleen op liet Zondagsblad voor Amersfoort 40 et,, voor liinntjiilanil 00 et. nor 8 maanden. AdverUmtiën 16 regels 60 et.; elke regel meer 10 et, Groote letters nan: plaatsruimte. Legale-, offlcieëlo- eo onteigeningsadvert. per regel 15 et. Reclames per regel et. Afsmiderlijke nmnmn-n 10 civl. Dienstaanbiedingen en aanvragen, uitsluitend voor- en betreffende den werkenden stand, van minstens 5 regels, in liet Zondagsblad, per regel5 cent Bij advertentie» van buiten de stad worden de jncasseerkosten in rekening gebracht. Bureau Müurhuizen hoek Kortegracht, Wijk K. eó Teleplioonmiinmer 10. Reis-abonnementen. Wij zijn gaarne bereid om, tegen vergoeding van porto, aan geabon- neerden, die voor korten of langen tijd op reis gaan, de Amersfoortsebe Courant én de bladen, welke zij door onze tusschenkomst ontvangen, na te zenden. Opgave van duidelijk adres is vol doende. KENNISGEVING. De BURGEMEESTER en WETHOUDERS van AMERSFOORT, Gezien art. 219 der gemeentewet, Doen te weten, dat de REKENING van ontvangsten en uitgaven der gemeente over het jaar 1893, door hen aan den Gemeen teraad aangeboden, gedurende veertien dagen, te rekenen van heden, alle werkdagen van 's voormiddags 10 tot 1 uur des namiddags, op de plaatselijke secretarie voor eenieder ter lezing zal liggen, en dat men van voorzegde rekening afschrift kan bekomen, tegen betaling der kosten. Amersfoort, den 10. Juli 1S94. Burgemeester en Wethouders voornoemd, De Burgemeester, F. D. SCHIMMELPENNINCK. De Secretaris, W. L. SCHELTUS. De terugkomst op Soestdijk van H.H. M.M. de Koninginnen, (lie thans te Münclien ver toeven, is nader bepaald op Donderdag 19 Juli, omstreeks 9 uren des ochtends. Zooals wij reeds meldden, wordt binnen eenige dagen hier te lande verwacht, de Deensche prins Harald, om een bezoek te brengen aan de Koninginnen. De jonge prins is nog verwant aan ons Vorstenhuis. Hij is de jongste zoon van den Deenschen kroon prins en van kroonprinses Louisa, die een Kleindochter is van wijlen prins Frederik dei- Nederlanden. Deze prinses namelijk is een dochter van wijlen Koning Karei XV van Zweden, uit diens huwelijk met prinses Louisa der Neder landen (overleden 1871) oudste dochter van onzen Prins Frederik. Prins Harald is alzoo van moeders zijde een rechtstreeksche afstammeling van Koning Willem I der Nederlanden en wel diens achter-achter-klemzoon. Prins Harald Christiaan Frederik, geboren 8 October 1870, is in Deenschen zeedienst. Van daar, dat hij aan boord van een oorlogs Feuilleton. Naai het Ungehch A. CON AN DOYLE. VIII. „Ik heb een paar vragen, die ik u gaarne zou willen doen, mylord." „Ik zal mij 'gelukkig rekenen, u alle inlich tingen te verstrekken, die in mijn macht zijn." „Hebt u hem in dit vertrek order gegeven om het document af te schrijven?" „Ja." „Dus kunt u kwalijk beluisterd zijn?" „Dat is buiten quacstie." „llcbt ge ooit aan iemand te kennen gegeven, dat het uw plan was om het document te doen kopieeren „Nooit." „Is u daar zeker van „Volkomen." „Nu, als gij dat dan zegt, en dat zegt mijn- heet l'helps ook, en niemand anders weet iets van de zaak, dan is de aanwezigheid van den dief op het kantoor louter toeval geweest. Hij zag zijn kans schoon en stal het document." I)e staatsman glimlachte. „Ge spreekt daar mijn meening uit," zcide hij. Holmes dacht een oogenblik na. „Er is nog bodem een bezoek aan ons land komt brengen. Rij Kon. besluit is kapitein jhr. 8. M. S. de Ranitz, van den grooten staf, adjudant van H. M. de Koningin, op zija aanvrage op pensioen gesteld. Eerst Donderdag in den laten namiddag, toen bijna alle bladen waren afgedrukt, is door bet Departement van Koloniën de vol gende ollicieele mededeeling gedaan over rle Lombok-expeditie Van den Gouverneur-Generaal van Ne- derl.-Indië is, onder dagteekening van lie den, 12 Juli, bij het Departement van Ko loniën ontvangen het volgende telegram «Vorsten stemden alle eischen toe, behalve uitlevering Made. Generaal Vetter hand haafde eischen en rukte gisteren op. Ontving bij opmarsch verzoek Vorsten om vergiffe nis. Madé doodde zie'.,. Indontiteit bewezen. Mataram en Tjakranegara zonder tegenstand bezet. Gisternamiddag samenkomst Vetter met den ouden Vorst. Gezondheidstoestand gunstig." Ter herinnering moge dienen, dat in een buitengewone vergadering van den Raad van Ned. Indië waarvan de Minister van Koloniën in de zitting der Eerste Kamer van 8 Juni melding maakte besloten werd bij de overige eischen tot onderwerping ook nog deze te stellen: dat de oudste, onechte zoon van den ouden Vorst van Lombok, Anak Agoeng Madé, onmiddellijk moest wor den uitgeleverd, ten einde hem naar een ander eiland te verbannen. Reeds des ochtends hadden Nieuws van den Day en Nieuwe Rotterdammer een par ticulier telegram ontvangen, waarin gemeld werd, dat Made zich van het leven beroofde, liet ultimatum was aangenomen en de ex peditie zou terugkeeren. Wij wenschen den Minister van Koloniën en den Gouverneur-Generaal Van der Wijck geluk met deze hun eerste regeeringsdaad, die van kracht en energie getuigt. De uitslag van de expeditie heeft de vrees achtige politiek van de vorige regeering veroordeeld en liet bewijs geleverd, dat krachtsvertoon vaak voldoende is om ons prestige te handhaven. Hadde men met Atjeh evenzoo gehan deld, er zouden heel wat beter resultaten gekomen zijn dan een guerrilla-oorlog wiens einde nog niet te voorzien is. Gelijk wij voor eenigen tijd meldden, zal de procureur-generaal mr.'J. Kalll', uit Para maribo weldra in bet moederland aankomen. De N. Surinaamsche Ct. schrijft over een ander belangrijk punt, waarover ik niet u wensch te spreken," zeide hij. „Als ik het goed begrepen heb, vreesdet gij ernstige gevolgen van net bekend worden van de bijzonderheden van dit tractaat?" Een schaduw gleed over het sprekend gelaat van den minister. „Zeer ernstige gevolgen inder daad." „En zijn (lie gebeurd?" „Nog niet." „Als het tractaat de, laat ons zeggen, Fransche of Russische ambassade had bereikt, zoudl ge dan denken, dat u dit gehoord zoudt hebben „Dat zou ik," antwoordde lord Holdhurst, met een strak gelaat. „En nu er bijua tien weken zijn verloopenen u nog niets gehoord heeft, is het nu niet te veronderstellen, dat het tractaat om de eene of andere reden niet in hun bezit is gekomen?" Lord Holdhurst haalde de schouders op. „Het is kwalijk aan te neuien, mijnheer Hol mes, dat de dief hettraetaat zou gestolen hebben met de bedoeling om er een lijstje om te zetten en het op te hangen." „Misschien wacht hij wel op een beteren prijs." „Als hij nog een beetje langer wacht, zal hij er volstrekt niets voor maken. Over een paar maanden is het tractaat geen geheim meer." „Dat is van zeer veel belang," zeide Holmes. „Natuurlijk is het mogelijk, dat de dief plotse ling ziek is geworden „Een aanval van hersenkoorts, bijvoorbeeld?" vroeg de minister, met een blik op den detec tive. „Dat zeg ik niet," antwoordde ILolmes. ..En dezen ambtenaar Gedurende den tijd, dat de heer Kalff aan liet hoofd viui de magistratuur in de Kolonie stond, hcol't hij zich doen kennen als zelfstandig, vastbe raden en een man uit éeu stuk, met een krachtige hand en die weet wat hij wil, evenzoo als iemand die veel werkkracht kan ontwikkelen. Maar de resultante van deze eigenschappen des heoren Kalff, hoe gunstig ook, kon niet altijd zegen rijk werken in het belang der Kolonie, omdat (le lieer Kalff niet heeft kunnen hogen op de mede werking van sommigen, ja zelfs niet op die van den Gouverneur. De heer Kalff is eehter niet een man, die zich daarom zou laten ontmoedigen integendeel hijging op den weg van plichtsbetrachting voort en uced wat hij dacht in liet belang de: Kolonie te moeten doen, met die uitzondering echter, dat hij zich on danks zich zeiven, op een zeer geïsoleerd stand punt had moeten plaatsen. liij wordt echter door dc bevolking zeer gewaar deerd. Nauwelijks tocli was liet bekend dat iiij de 'V111 i alle v standen, onderhielden elkander, procureur-generaal, bij diens vertrek, zij het ook voor slechts korten tijd, een stoffelijk bewijs van aanhankelijkheid, eerbied en sympathie te betuigen voor de eervolle en waardige wijze, waarop hij zich ondanks tegenwerkingen, van zijn zware en moei lijke taak heeft weten te kwijten. Met een te voren nooit gekende geestdrift voor oen ander iioofd-amlitenaar, verdrong men zich om deze offers te brengen op het altaar, zooals men meent, van plicht en van erkentelijkheid. De uitslag van een en ander was dan ook, dat men algemeen besloot een prachtig souvenir expres selij k voor dit doel te doen vervaardigen en dit den lieer J. Kalff aan te bieden, benevens een album met handtcckoningcu. Het, dagblad De Amsterdammer teekent daarbij aan Niemand kan zijn partij missen, ook mr. Kalfi" niet. Gelukkig dus, dat er, blijkens het boven staande, oi'k voor hem een partij in Suriname te vinden is. Trouwens vrouw Fortuna heeft hij altijd tot partij gehad. Mr. Kalft' is begonnen als amb tenaar van 't O. M. bij een der kantongerechten te Rotterdam, werd 14 jaar geleden lid van het Hof werd, tot verbazing van 'de geheele wereld, viel'jaar geleden procureur-generaal in diezelfde kolonie. De tweede persoon dus dier kolonie, met een ver leden, dat allerminst een waarborg voor de noodige bezadigdheid, menscheukcnuis en beleid zou mogen geacht worden, wanneer zijn temperament, wat wij in het midden zullen laten, eenigo tempering of teugel nnodig mocht hebben gehad, liet is waar, de procureur-generaal heeft het met de gouverneurs der kolonie, evenmin met zijn beschermer jhr. De Savor tl in Lobman als met jhr. Van Asch van Wijck kunnen vinden doch daar staat weer tegenover, dat hij drie, viermaal op 's lands-kosten een verlof- reisje naar Nederland heeft kunnen maken gelijk ook nu weder liet geval is, met behoud van van zijn tractemont. Komt daar nu toch bij, dat hij, als hij slechts voor enkele maanden opnieuw afscheid van zijn Suvinanicrs neemt, deze anders niet al te sentimenteele lieden, zóo van streek brengt, dat zij hem niet bewijzen van „aanhankelijkheid, eerbied en sympathie'' konten aandragen, dan mag men toeh zeker zeggen, dat mr. Kalff wel de gelukkigste is van alle procureurs-generaal, die ooit door een Oostersche of een Westcrsche zon werden beschenen. W. F. A. GROENHUIZEN, Havik, hoek LavendeUlraal. HORLOGE- en INSTRUMENTMAKER. nu, lord Holdhurst, wensch ik u goeden dag. Wij hebben reeds te veel van uw kostbaren tijd in beslag genomen." „Veel succes met uw onderzoek, wie de schul dige ook moge zijn," zeide de Minister, terwijl hij ons de deur uitliet. „Hij is een net man," zeide Holmes, toen wij buiten waren. „Maar hij heeft moeite om zijn positie op te houden. Hij is verre van rijk en neeft veel noodig. Je hebt natuurlijk wel opge merkt, dat hij verzoolde laarzen aanhad Nu, Watson ik zal je niet langer van je eigen bezig heden afhouden. Vandaag doe ik niets meer, of er moest antwoord gekomen zijn op mijn adver tentie. Maar ik zou me zeer verplicht achten, als je morgen met me mee wilde gaan naar Woking, met denzelfden trein, waarmee we van daag zijn gegaan." Den volgenden ochtend ontmoette ik Holmes I aan het station en wij reisden samen naar Wo- king. Hij had geen antwoord opzijn advertentie gekregen, en er was geen nieuw licht in de zaak 1 gekomen, iAls hij dat zoo wilde, had hij de ou- I beweeglijkheid van gelaatsuitdrukking van een Indiaan en ik kon uitzijn voorkomennietopmaken, I of hij al dau niet tevreden was over den toestand, waarin de zaak zich bevond. Ik herinner ïmj, dut zijn gesprek liep over het systeem van gclaats- I met ingen van Bertillonen hij drukte zijn outhusi- arttisehc' bewondering uit over den Fransehen ge- Tot Eerste officier hij do Kon. Militaire Academie is benoemd majoor I'. ('.de Wille, van den-staf den artillerie, terwijl in diens plaats als hoofd der 4e afdeeling van het Departement van Oorlog, met gelijktijdige overplaatsing bij den staf der artillerie, is aangewezen majoor W. F. van Rappard, van liet 3e regiment vesting-artillerie. Op 1 Juli 1894 bedroeg het aantal vaca tures in do Ned. Hervormde kerk over ons geheele land 357, zijnde 15 minder dan op 1 Januari, en respectievelijk in Gelderland 41, Zuid-Holland 57, Noord-Holland 31, Zee land 42, Utrecht 17, Friesland 73. Overijsel 21, Groningen 40. Noord-Brabant 19, Limburg 5 en Drenthe 11 vacatures. In onze provincie bedroeg liet getal op 1 Januari 20: sedert dien tijd werden of worden vacant: Kamerik, Linschoten, Utrecht en Wilnis. en werden vervuld of staan ver vuld te wordenAusterlilz, Jutfaas, Maartens dijk, Niehtevecht, Utrecht, 't Waal en Zegveld. liet langst vacant is De Rilt; sedert 31 Juli 1887 is daar geen eigen leeraar. De Synode der Christelijk Gereformeerde Kerk, te Utrecht gehouden, heeft besloten haar Theologische School, zoodra mogelijk, te vestigen te 's-Gravenhage. Zij benoemde tot haar docent ds. F. 1'. L. C. van Lingen, predikant bij de Chr. Ger. Gem. te Rotterdam die tegen September afscheid van zijn ge meente denkt te houden, om voorloopig zijn colleges te Rotterdam te geven en met Mei a. s. zich in de Hofstad met zijn studenten te vestigen. Op vele plaatsen in den lande melden zich jongelieden aan om zich als vrijwilliger bij liet Reservekader te verbinden. Van de Kweekschool voor onderwijzers te Haarlem oefenen zich '12, van de Hoogere Rurgerschool te Utrecht 14 en van het Gym nasium aldaar 9 leerlingen. Ook te Am sterdam, Rotterdam en Dén Haag exerceeren de jongelui dat het een lust is. Men schrijft uit Loosdrecht: In de jongste Raadsvergadering is, bij monde van den heer M. de Vries, als ge machtigde van mevrouw de weduwe P. van de Poil-Breijl, het volgende schrijven mee gedeeld «Rij deze heb ik de eer UEA. kennis te geven, dat het mijn voornemen is, als een schenking onder de levenden, om niet en onherroepelijk in vollen eigendom, af te staan aan de gemeente Loosdrecht: Een zoodanige som in contanten als zal leerde. Wij troffen cliënt nog in de zorgen van zijn getrouwe verpleegster aan, maar hij zager veel beter uit clan den vorigendag. Hij stona van de sofa op en groette ons zonder eenige moeite, toen wij binnentraden. „Iets nieuws?" vroeg hij gretig. „Zooals ik wel verwachtte, is mijn verslag negatief," zeide Holmes. „Ik ben bij Forbes geweest en heb uw oom bezocht en een of twee onderzoekingen ingesteld, die tot niets kunnen leiden." „Ge hebt den moed dus niet verloren?" „Geenszins." „God zegene u daarvoor!" riep miss Harrisön uit. „Als wij moed houden en geduld heb ben, moet de waarheid uitkomen." „Wij hebben u meer te vertellen, dan u ons," zeide Phelp3, weer op de sofa gaande zitten. „Ja, wij hebben vannacht een avontuur gehad, en wel een, dat heel ernstig 'nad kunnen wezen." De uitdrukking van zijn gelaat was zeer ernstig terwijl hij dit zeide, en er lag een blik van zoo iets als vrees in zijn oogen. U moet dan weten," zeide hij, „dat ik begin te gelooven, dat ik on bewust het doelwit ben van een monsterachtige samenzwering en dat men zoowel op mijn leven als op mijn eer heeft gemunt." Wat?" riep Holmes uit. „Hot klinkt ongelooflijk, want, voor zoover ik weet, heb ik op de hcele wereld geen enkelen vijand. Maar uit hetgcou er van nacht gebeurd is, kan ik geen andere conclusie maken „Lutit eens hooren." (HWt vervolgd.)

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1894 | | pagina 1