Maandag 17
Juni 1895.
No. 4467.
44e Jaargang
gAKUNTALA.
Binnenland.
Uitgave
Firma A. H. VAN CLEEFF
te Amersfoort.
Verschijnt Maandag.- en Donderdagnamiddag met gratis Zondagsblad, Abonnement per 3 maanden ƒ1,Franco
per post ƒ1.15. Abonnement alleen op het Zondagsblad voor Amersfoort 40 et., voor binnenland 50 ct. per
3 maanden. Adverteniiën 16 regels 60 et.; elke regel meer 10 cl. Groote letters naar plaatsruimte. Legale-,
officieëlc- ep ontc-igeningsndvert. per regel 15 et. Reclame! per regel 25 ct.Afzonderlijke nummers 10 een/.
Dienstaanbiedingen en aanvragen, uitsluitend voor- en betreffende den werkenden stand, van minstens 5 regels, in het
Zondagsblad, per regel 5 cent:
Bü ndvertentiëu van buiten dc stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht.
Bureau MUURHUIZEN
hoek Kortegracht, Wijk B.
Telephoonnuiiimor 19.
KENNISGEVING.
Schutterij.
De BURGEMEESTER en WETHOUDERS
van AMERSFOORT,
Brengen tengevolge van de deswege bestaande
voorschriften en ter verdere geregelde uitvoering
van do door f. M. den Koning vastgestelde
reglementaire bepalingen omtrent de Schutte
rijen, ter kennis van de belanghebbenden, dat
de alphabotische -naamlijsten van de ingeschre
venen voor de Schutterij, gednrende acht dagen
op de plaatselijke Secretarie voor eenieder ter
inzage liggen, alle werkdagen van 10 tot 1 uur,
teneinde eenieder in staat zoude zijn om ingeval
hem eenige personen of omstandigheden mochten
bekend zijn, die daarop nog zouden behooren
te worden lumgeteekend of ervan moeten worden
weggelaten, dit aan het Bestuur kenbaar te
maken.
Dat ile loting voor de Schutterij, tusschen de
ingeschrevenen van het jaar 1895, ouder toezicht
oener Commissie uit het Bestuur, ten raadhuize
dezer gemeente zal plaats hebben op Zaterdag
den 29. Juni aanstaande, des namiddags te een
ure. Wordende alzoo de belanghebbenden opge
roepen om op plaats en tijd voormeld te ver
verschijnen, of bij afwezigheid zich aldaar door
een bij de voormelde Commissie bekend persoon,
voorzien van behoorlijke schriftelijke volmacht,
te doen vertegenwoordigen, om de bij de wet
vereischte loting naar behooren 'te doen zullende
voor hen die persoonlijk afwezig mochten blij
ven en zich niet op voorschreven wijze hebben
doen vertegenwoordigen, door een der leden van
de Commissie worden getrokken.
Dat tenzelfden dage. op gelijke wijze, eene na-
loting zal plaats hebben, ten behoeve van die
genen, welke tot de loting verplicht zijnde, bui
ten hun toedoen niet onder haar mochten zijn
begrepen geworden, alsmede ten behoeve van
hen, die, ofschoon in andere gemeenten reeds
geloot hebbende, sedert de laatstvoorgaande in
schrijving alhier zijn komen wonen, en voor de
vreemdelingen welke sedert die inschryving in
de termen zijn gevallen, om als ingezeten te
worden aangemerkt.
En dat eindelijk den belanghebbenden bij de
loting de gelegenheid zal worden opengesteld,
om de redenen van vrijstelling, waarop sommi
gen aanspraak zouden mogen maken, ter kennis
van de genoemde Commissie te brengen, met
aanduiding van het artikel der wet en het on
derdeel daarvan, waaropzij hunne reclame gron
den.
Gedaan te Amersfoort., den 15. Juni 1895.
De Burgemeester,
F. D. SCHIMMELPENNINCK.
De Secretaris,
W. L. SCHELTUS.
Feuilleton.
41). Naar het Enyelsch.
Tarvin knielde gehoorzaam neer, nan de andere
zijde van het rustbed.
Nu ben ik een Koning, en dit ia mijn Hof.
Kate's welluidende lach klonk door het ver
trek, z6o gelukkig was zij, dat de jongen beter
werd.
Tarvin schoof zijn oenen arm onder het kussen,
voelde daar dc hand van Kate en hield die vast.
De oogen van den knaap werden weer dof en
zwaar, en Kate wilde opstaan om hem nog eens
te laten drinken.
Neen, zeidc hij bevelend, blijf hier, en toen
weer vervallend in zijn moedertaal, mompelde
hij bijna onverstaanbaar: Zij die den Koning
dienen zullen beloond worden. Zij zullen dorpen
krijgen, vrij van schatting drie, neen vijf
dorpen Soyjain, A met en Gungra. Dit zal hun
als vrije gift 'geschonken worden bij hun huwelijk.
Zij zullen trouwen en altijd bij mij blijven
miss Kate en Tarvin Snhib.
Tarvin begreep niet waarom Kate haar hand
zoo spoedig terugtrok. Hij was niet zoo goed
op de hoogte der landtaal als zij.
Hij begint weer te ijlen, zeide Kate fluis
terend. Arm. arm kind.
Tarvin knarste op de tanden en vervloekte
Ritabhia. Kate wiachte den knaap het koude
HH. MM. de Koninginnen zullen den '28.
dezer 's avonds of den '29 des morgens van
Haar buitenlandstdie reis op «Het l.oo" te-
rugkeeren.
De aanneming van het voorstel-Lohman,
geeft De Tijd aanleiding om te wijzen op de
stemming waarbij dat beeft plaats gehad en
die in hooge mate kenschetsend is voorden
veranderden geest, welke de Tweede Kamer
na de jongste school wetsherziening (van 1889)
beheerseht. Terwijl men enkele jaren geleden
aan de linkerzijde dei- Kamer gemeend zou
hebben, zich aan verraad jegens de eigen
partij en schandelijke verzaking van begin
selen schuldig te maken, indien men van
coneessiën aan de bijzondere school had
durven gewagen, is thans met directe mede
werking van elf liberalen van de meest
onderscheiden schakeering, en onder stil
zwijgend toezien der overigen, een wetsont
werp aangenomen, dat al moge hetgeen
principieele beteekenis hebben en al moge 1
liet aan de v orstanders der bijzondere school j
niet al de waarborgen bieden, welke zij niet j
zonder recht verlangen konden tocli tot j
hoofdstrekking heeft, de voorwaarden van
den wedstrijd tusschen liet openbaar en het J
bijzonder onderwijs meer gelijk te maken.
Een leemte, welke door het kabiuet-Mackay
en de anti-liberale meerderheid in 1889 bij i
de herziening van de Schoolwet over het
hoofd werd gezien, en welke voor vele bij- j
zondere scholen noodlottig kon worden, werd
door de Tweede Kamer aangevuld.
Er is, schrijft De Tijd, door de vrienden i
van het bijzonder onderwijs wel degelijk een
overwinning behaaldèn om de overwinning j
zelve èn om de wijze waarop zij bevochten
werd. bestaat reden tot blijdsehap.
Naar het oordeel van De Standaai-d, biedt
de aanneming van het voorstel aan den eenen
kant ongetwijfeit winst, maar dit levert toch 1
weer een nieuw gevaar op. Veiliger zou bet, i
geweest zijn, bijaldien er nog een alinea aan
het ontwerp ware toegevoegd geweest.
Zeer terecht merkte <ir. Vermeulen op,
dat, als in later tijd wij eens aan schaarste
van onderwijzers lijden, en het «Openbaar"
onderwijzers erover heeft, de regeering allicht
zal zeggenGij hadt uw vacaturen wel ver
vuld kunnen krijgenhier staan candidate»
bij hooperi. Een bedenking, die uiteraard nog
verder strekt. Een Roomsche school kan
geen Joodsch onderwijzer gebruikeneen
Ethische geen onderwijzer die Calvinist is,
en een Calvinistische school geen Arminiaan.
Jammer slechts, dat dr.. Vermeulen zijn
amendement te kort nam, en daardoor niet
ter zake liet dienen. Wat ons zou gered
hebben, was een bepaling, dat de school
besturen. afschrift, van de gedane oproepingen
moesten overleggen, en dat de bedingen, dooi
de besturen in die oproepingen gesteld, dooi
de regeering zullen worden geëerbiedigd.
Gelijk liet nu liep, deed liet amendement
van dr. Vermeulen eer kwaad. Nu toch is
het ingetrokken- op een bedreiging van den
heer De Beaufort, dat hij anders tegen zou
stemmen.
De wet. is alzoo aangenomen onder den
druk van een meening. dat de oandidaten-
kring niet in zoo beperkten zin mag worden
genomen. Een latere regeering zul dus allicht
kunnen zeggen: «Zoolang er heeren meteen
acte op de markt ledig staan, geef ik. zoo
gij ze niet inhuurt, geen subsidie." En hierin
nu schuilt volgens hetorgaan iets bedenkelijks.
De eerstvolgende openbare vergadering van
ile Tweede Kamer zal gehouden worden a.s.
Woensdag des namiddags om half vier.
Bij de infanterie is een promotie in de
hoogere rangen aanstaande; o. a. zullen de
luitenants-kolonel J. T. T. C'. van Dam van
Isselt, .1. L. De Bock en J. N. Roelants, kolonel
worden.
Wij vernemen, dat de promotie bij bet
wapen der artillerie, welke eenigeii tijd werd
tegengehouden door de pogingen van den
Minister van Oorlog otn dit onderwerp nader
bij de wet te regelen, nu toch in de eerste
helft van Juli zal plaats hebben.
Majoor J. E. N. baron Sirtemu van Gro-
vestins, adjudant van H. M. de Koningin, zou
tot luitenant-kolonel worden bevorderd.
Er is te Amsterdam een nieuw Reursplan
in wording.
De architect Kromhout wil het Paleis voor
Volksvlijt tot Beurs inrichten.
De Gemeenteraad va» Rotterdam heeft
Vrijdagavond met 29 tegen 5 stemmen aan
genomen liet groote havenplan, en dus be
sloten tot, de onteigening van niet minder
dan 400 huizen, scholen, éen kerk, enz.
Het geheele werk zal negen millioen kosten.
De lieer J. Sineets, commies-griffier "ter
Gemeente-secretarie te Nijmegen, vierde Don
derdag zijn taelitigsten jaardag. Hij mag bet
voorrecht genieten dagelijks zijn werkzaamhe
den niet den meesten lustte kunnen verrichten.
Te Utrecht, hebben zich eenige heeren tot
een commissie gevormd met het doel, een
nationale verloting te organiseeren, waarvan
de opbrengst zal strekken tot stijving dei-
kassen, van1. Het Nationaal Fonds, ten
behoeve van de nagelaten betrekkingen van
in Itidiö gesneuvelde militairen; 2. de Ver
eniging «Trouw aan Koning en Vaderland"
3. ile Vereeniging voor gepensionneerde
onder-officieren en minderen vanhetNeder-
landschc leger, gepensionneerd vóór de wet
van '1877 4. liet Ondersteuningsfonds van
den Nederlandsclipn Bond van oud-onder
officieren.
Te Goes kwamen Donderdag avond
een. lieer en een dame bij den hotelhouder L.
om nachtverblijf vragen, docii wijl deze slechts
twee kamers tegelijk aanbood, en het echt-
paar slechts een kamer noodig had, gingen
zij heen en namen nachtlogies bij een an-
der. s' Anderen morgens bij het station,
toen de heer en de dame op het punt ston
den te vertrekken, bood eerstgenoemde
hotelhouder hen een rekening aan groot ƒ3.50
voor hut door hen geweigerde nachtlogies.
Daar zij niet wilden betalen, wat zij niet
genoten hadden, gaf de zoon van den ho
telhouder de dame een stomp die aankwam,
terwijl de hotelhouder met behulp van zijn
wandelstok aan den heer een hevig bloeden
de wonde aan het hoofd toebracht. De heer
en de dame zij waren uit Bergen-op-
Zoom konden hierdoor hun reis niet ver
volgen, en dc politie maakte proces-verbaal
op tegen den hotelhouder.
Als curiosum verdient te worden opge-
teekend. dat Donderdag 13 Juni, gedurende
de zitting van het gerechtshof te 's-Graven-
hage de zaal aangenaam verwarmd werd door
kachelvuur. «Het ligt in het voornemen daar
mee vooreerst nog voort te gaan," schreef
de berichtgever.
Het Vaderland van denzelfden dag, schreef;'
«Terwijl wij hier met een ijzigen N.-Westen
of Noordenwind te kampen hebben," enz.
Opmerkelijk is 't, dat in andere deelen des
lands, bijv. Amsterdam en Amersfoort, men
bet mooiste zomerweer had, terwijl het daar
entegen des nachts in Drente weer zóo sterk
gevroren heeft, dat de boekweitvelden zeer
geleden hebben en het gewas grootendeels
vernield is.
Het gerechtshof te 's-Gravenhage heeft
Donderdag in de zaak van den gepension-
neerden kapitein van het O.-J. leger J. van
V. (diefstal van elfecten) overwogen, dat met
het oog op het onbesproken verleden van den
beklaagde, de hem door de rechtbank opge
legde straf van 4 jaren te zwaar is, en mits
dien die straf verminderd tot 2 jaren.
De kapitein heeft cassalie aangeteekend.
zweet van het gelaat en trachtte het hoofd stil
te houden, dat van de eene zijde van het kussen
naar de andere rolde.
Tarvin hield de handen van het kind vast
zij hadden zich krampachtig om de zijne gesloten:
terwijl de knaap zich stuipachtig wrong door de
laatste werking van het vergift.
Nog eenige minuten verliepen zoohij riep
de namen van vele goden aan, trachtte zijn
zwaard te bereiken, en beval denkbeeldige regi
menten, de witte honden aan de poorten van
het paleis op te hangen en ze in den rook te
doen stikken. Toen was de crisis voorbijhij
begon in zich zelf te praten en om zijn moeder
te roepen.
Voor Tarvin's oog verrees een klein graf, ge
graven in de open vlakte, die zacht hellend
afliep naar de rivier, waar het kerkhof v^n Topaz
was aangelegd. Het eerstgeboren kindje van i
Heckler werd er in neergelaten in het dennen- i
houten kistjeen Kate stond aan den rand van i
het gruf, en schreef den naam van het kind op j
liet gladgeschaafde plankje, dat dienst moest j
doen voor grafsteen.
Neen, neen, noen I kermde de Maharajah j
Kunwar. Ik spreek de waarheid, en o, ik was
zoo moe na dien dans in den tempel. Ik ging
maar even het voorplein over, er was een nieuw
in' isje uit Lucknow. zij zong het lied „de groene
pols van Mundore". Ja, alleen een stukje aman- j
delkoekik was zoo hongerig. Een klein stukje i
witte amandelkoek, moeder. Waarom zou ik niet
eten, als ik honger heb? Bon ik de zoon van j
een hond, of hen ik een prins? Neem mij op,
neem mij op. Mijn hoofd brandt! Luider
ging hij voortIk kan niets verstaan. Ik wil
naar Kate. Zij maakt alles goed. Hoe was de
boodschap ook Het kind wrong wanhopig de
handen. De boodschapde boodschapIk heb
de boodschap vergeten. Niemand in het Rijk
spreekt zoo goed Engolseh als ik. Maar ik heb
de boodschap vergeten. Ja, moedor, ik zal het
zeggen tot zij weent. Ik zal het niet vergeten.
Ik heb de eerste boodschap ook niet vergeten.
Bij don grooten Har! Ik beo deze boodschap
vergoten. En hij begon te huilen.
Kate, die aan zoo veel ziekbedden had gestaan,
bleef kalm en bedaard; zij suste het kind, sprak
tegen bem met zachte stem, gaf hem een kal
meerenden drank, en deed, wat er gedaan inoest
worden, zooals Tarvin zag, met vaste, zekere
hand. Hij integendeel was diep geschokt, door
den doodsangst dien hij niet verlichten kon.
De Maharajah Kunwar slaakte een diepen,
sriikkenden zucht en fronste de wenkbrauwen.
Mahadev ki jai! riep hij nit. Het is weer
gekomen! Do heidin heeft, het gedaan! De heidin
heeft het gedaanEn ik moest het zeggen, tot
zij weende.
Kato stond half op en wierp eën veelbetee-
konenden blik op Tarvin. Hij beantwoordde dien,
knikte on verliet het vertrek, terwijl hij zich de
tranen uit de oogen wischte.
Ik moet den Maharajah spreken,
llij iB niet te spreken.
Dan zal ik wachten tot hij komt.
Hij is den geheelen dag niet te spreken.
Dan zal ik den geheelen dug wachten.
Tarvin zette zicb gemakkelijk in den zadel,
en reed tot op het midden van het plein, waar
zij'n samenkomsten met den Maharajah gewoonlijk
plaats hadden.
De duiven sliepen in de zon, het fonteintje
klaterde zacht. Het wit marmeren plaveisel
brandde als gloeiend ijzerde hitte stroomde
hem tegen van de muren. De wachter aan de
poort- hulde zich weer in zijn burnous en sliep
in. En met hem scheen de geheele wereld in te
slapen, in een stilte even drukkend als de
atmosfeer. Tarvin's paard beet op zijn gebit, en
het geluid var. het rinkelende ijzer werd over
het geheele plein weerkaatst. De man zelf wik
kelde een zijden zakdoek om zijn hals, om zich
eenigszins tegen de verzengende zonnestralen te
beschutten, want hij achtte het beneden zich, in
de schaduw van een der gewelfde gangen terug
te trekken, maar bleef wachten waar hij was,
opdat de Maharajah zien zou, dat hy om drin
gende aangelegenheden kwam.
Na een paar minuten werd de stilte verbroken,
door een geluid, dat geleek op het ritselen van
den wind door een koornveld, op een stillen
herfstdag. Het kwam van achter de groene zonne
blinden en Tarvin richtte- zich op in den zadel.
Het kwam dichter bij, stierf weg, enbleef ten laatste
op dezelfde hoogte als een aanhoudend gesuis,
dat het oor zich inspant om te hooren een
gesuis, dat het losbreken van een woesten storm
voorspelt in een nachtmerrie, wanneer de droo-
mer niet luid kan schreeuwen of wegvluchten.
Na het geritsel, rook Tarvin de hem reeds
welbekende geur van muskus en jasmijn.
Wordt vervolgd.)