oil aan Rijks Hoogero Bnrgotsoholon, ml liebbon gecontribueerd, maar hot nou ook naileolig ssjjn
voor het fonds, 011 daardoor somlon allo rechthebbenden schailo knnnon lijden en eindelijk sou liet
kwetsend zijn voor het gevoel van den op to nomen l.ocroar, wanneer hij een „don gratuit" moest
aannemen uit een fonds, dat door anderen is bijeengobraeht.
Maar" zegt do Minister, „ais dc Leeraren eono sein zouden moeten storten in verband
„staande met hun leeftijd en sterftekans, dan ovorselirjjdt die som meestal hunne kraebton."
Oudergeteekenden mcenen, dat dit te donker is ingezien
Voor pasbeginnende Leeraren zal de contributie niet te zwaar zijn. /jj toch bevinden zich
in dezelfde conditie als de Rjjks-Ambtenaren.
Voor Leeraren, die sedert korten tijd in funetie zijn, zal de som ook niet te groot zjjn.
De oudere Leeraren eindelijk, die een veel aanzienlijker bedrag zouden moeten storten,
belmoren toch ook voor de keus geplaatst te worden, of zij die som al of niet kunnen oi willen betalen.
Daarenboven kan het in hel welbegrepen belang run Gemeenten getield worden, oin aan zoo
danige Leeraren, welke veelal talrijke dienstjaren tellen,- de bedoelde deelneming gemakkeljjk te
maken, door hen tegemoet te komen bij de te storten contributie.
Waarom
Vooreerst is eene Gemeente reeds nu, onder de bestaande omstandigheden, zeil dijk verplicht,
aan die Leeraren, die bij hun eervol ontslag, jarenlang trouwe diensten aan liet onderwjjs bewezen
hebben, ondersteuning te geven, hetzij in den vorm van pensioen, hetzij in dien van jaarlijkschc
gratificatie.
Vervolgens kan eone Gemeente, zoo ons verzoek wordt ingewilligd, bij voorbaat voldoen
aan die onvermijdelijke toekomstige verplichtingdoor nu eene bijdrage in eens te storten.
Voorts is in de toekomst eene Gemeente van elke inoreelu verplichting tot liet vcrlcenon van
onderstand ontheven tegenover die Leeraren, die bij hunne eerste benoeming geen gebruik hebben
gemaakt van de door ondcrgctcekenden beoogde gelegenheid, tot deelneming aan bedoelde fondsen.
Eindelijk zal eene Gemeente in de toekomst vrijer staan tegenover hare ottilrre Leeraren,
die den door bet fonds vcrcisehten leeftijd van pensioneering hebben bereikt, ingeval deze, volgens
de meoning van deskundigen, minder geschikt dreigen te worden voor hunne taak.
Eene, desverUnit/tl door tie Gemeente verplicht gestelde, opname in hel fonds irenschtn ondergv-
teekenden allien roar lien, dieno een nader It- bepalen dolitm, riisl-l.eertinr oorden rem facultatieve,
binnen een Ie bepalen lijd, voor Inn, die reeds Leeraar zijn.
Zij mcenen, dat het niet aangaat, om de zoo gewenscllte pensioenregeling op de lange liaan
te schuiven tor wille van enkelen, die vermoedelijk onwillig of onmachtig zjjn om de, door do Wet
vast te stellen som, te storten, liet getal der zoodanigen, dat nooit groot kan zijn, vermindert steeds,
terwijl over ecnige jaren de overgangstoestand zal hebben opgehouden. Dan is de pcnsiouccring van
alle Leeraren regel geworden in Gemeenten, die van hunne toe te kennen bevoegdheid zullen hebben
gebruik gemaakt.
De ondertcokcnaars van liet omschreven verzoekschrift aan Z. Ex. don Minister v. liinnciil.
Zaken bobben gemeend U deze toelichting verschuldigd te zjjn, ten einde een beroep op Uwen wel-
willenden steun te kunnen rechtvaardigen.
Met de meeste hoogachting hebben zij de eer zieli te noemen,
llooiied. Gestrenge IIveren!
Uwe dienstir. dienaren,
D. 1'. M. GRASWINGKEL, Sr., pres.-ewrtdor, Gymn.
Mr. J. G. A. VAN ZIJST, secr.-curatm Gi/mn.
II. W. A. VAN DEN WALL BAKE, pres. C. v. M. Ond.
L. T. C. J. RIEBER, secr. C. v. M. Ond.
AMERSFOORTden 12. November 1895.
