Maandag 26 October 1896. No. 4609, 46e Jaargang. Binnenland Wantrouwen. Uitgave Firma A. H. VAN CL E E FF te Amersfoort. Verschuilt Maandag- en Donderdxtgnamiddag met gratis Zondagsblad. Abonnement per 8 maanden ƒ1.Franco per post ƒ1.15. Abonnement alleen op het Zondagsblad voor Amersfoort 40 cl., voor het binnenland 50 ct. pei en' Advertentiën 1—6 regels 60 ct.; elke regel meer 10 ct. Groote letters naar plaatsruimte. Legale-, oiiieieele- en ontcigcningsadvert. per regel 15 ct. Reclames per regel 25 ot. Afzonderlijke nummers 10 cent. uienstaanbiedingen en aanvragen, uitsluitend voor- en betreffende den werkenden stand, van minstens 5 regels, In het Zondagsblad, per regel5 oent. Bjj advertentiën van buiten de stad worden de incasseerkoBten in rekening gebracht. Bureau KORTEGRACHT 66 Telephoon 19. KENNISGEVING. De BURGEMEESTER van AMERSFOORT Brengt ter kennis van de ingezetenen dezer gemeente, dat het door den Directeur van 's Rijks directe belastingen, enz. te Amsterdam executoor verklaard kohier No. 2 van de belasting op be drijft en andere Inkomsten over het dienstjaar 189697 aan den Ontvanger van 's Rijks directe belastingen alhier is ter hand gesteld, aan wion ieder verplicht is zijnen aanslag op den bij de wet bepaalden voet te voldoen. Gedaan en op de daarvoor gebruikelijke plaat sen aangeplakt te Amersfoort, den 24 October 1896. De Burgemeester voornoemd, F. D. SCHIMMELPENNINCK. Vrijdagochtend om 11 uur is H. M. de Koningin te 's-Gravenhnge kerkelijk aange nomen door den Hofprodikant dr. Van der Flier, in tegenwoordigheid van H. M. de Koningin-Regentes en van freule Van de Poll, sur-intendante van H. M., en miss Saxton Winter, Engelsche gouvernante. Zondag werd H. M. bevestigd, bij welke plechtigheid o. a. uitgenoodigd was vrouw Van der Bande, de vroegere min van H. M. Gister nam H. M. voor de eerste maal deel aan hel H. Avondmaal. Dr. Ralverda de Grave is Donderdag met het geven van onderwijs aan H. M. de Ko ningin geëindigd. Bij het afscheid nemen vereerden HH.MM. hem het portret van Koningin Wilhelmina, in zilvereren lijst met chiffre, en een fraai souvenir in zilver. H. M. de Koningin-Regentes benoemde hem tot ridder in de Orde van den Nederland- selien Leeuw. Miss Saxton Winter verlaat reeds in deze week het Hof en keert in het begin van Novenber naar Engeland terug. H. M. de Koningin-Regentes heeft aan de jonge moeder, die 3 October 1895 te Am sterdam in wanhoop met haar kind te water sprong en wier treurige geschiedenis zooveel deernis wekte, kwijtschelding verleend van de straf, 8 dagen hechtenis, waartoe zij, 19 Mei j. 1. volgens de wet veroordeeld moest worden. Dit is een groote voldoening voor baar verdediger, rar. Lamberts Hurrelbrinck, die indertijd over het droevige geval de zeer bekende novelle heeft geschreven, met het doel haar gratie te verkrijgen. Feuilleton. Vrij naar tiet Duitsch. 11) „Als u het wilt," zeide vrouw Stolpe, die blijkbaar met tegenzin aan het bevel gehoor zaamde. „Maar doe mij toch pleizier, mijnheer, u niet met dien kerel in te laten." Zij ging pruttelend naar het hek, deed het open en liet er Attenhofer in. Zijn groet werd niet door haar beantwoord. Toen hij den naam noemde van den rechter Hellberg, wees zij met den duim naar den tuin en bekommerde zich verder niet om hem. Attenhofer maakte een diepe, linksche buiging, toen hij tegenover den ambtenaar stond Godfried nam hem nauwkeurig op. Het voor komen van den ongeveer dertigjarigen mau was niet zeer uitlokkend. Het breede, lage, boven de oogen vooruitstekende voorhoofd, de diep liggende oogen, de breede neus, de dikke lippen en de breede kaken vormden een leelijk geheel. De gelaatsuitdrukking was gemeen en ruw, de baardgroei gering, het blonde haar zat door te veel pommade vastgeplakt op het hoofd. Het lichte zomerpak zat slecht en was blijkbaar ge maakt gekocht in een goedkoopen winkel, maai de nous van het model en (1e snit verrieden duidelijk de ijdelheid van den kooper. In de bonte das was een speld gestoken met eengroo- In September heeft de opbrengst der Rijks middelen de raming met bijna een millioen overtroffen; de raming bedroeg f 9 980150, terwijl ontvangen werd f 10 979 996.23. Bijna even gunstig valt de vergelijking uit niet September 1895, toen niet meer werd ont vangen dan f 10 401 348.17" dus f578 648 minder dan thans. Behalve de Domeinen en de Rijkstelegraphie hebben alle middelengroepen ditmaal tot den vooruitgang medegewerkt en de teleurstelling wegens de beide genoemde middelen is toch ook maar ge in" De doinei- uen wijzen f11000 minder en de telegrafen f5000 minder aan dan in September '95, maar voor het overige is de progressie vrij belangrijk voor alle middelen. De directe belastingen gaven circa f130000 meer, de rechten op den invoer hebben naar het schijnt, hun hoogtepunt nog niet bereikt zij leverden alweer f 127 694 meer op dan in September '95 toen nochtans de jeugdige ijver van de douane-ambtenaren stellig warm waseen bewijs, dat blijkbaar tegenwoordig meer naar waarheid wordt aangegeven en de Schatkist niet meer zoo schromelijk wordt benadeeld. Op_ de accijnsen is een avans te boeken van f 157 859; do indirecte belastingen gingen met f120177 vooruit; ook de waarborg gaf een kleine f3000 meer; de posterijen gingen mede iets vooruit en op de loodsgelden komt ook 128000 ten voordeele van de afgeloopen maand. Onder de groep directe belastingen is de vooruitgang tamelijk gelijkmatig verdeeld tusschen de Grond-, de Personeele-, de Be- drijl's- en de Vermogens-belastingen. Hetzelfde kan gezegd worden van de accijnzen, behalve wat het zout betreft, dat een f32 000 ten achter bleef. Daarentegen is de avans bij de indirecte belastingen uitsluitend te danken aan de successiebelasting. Deze bracht f127 935 méér op, terwijl de geheele groep een vooruit gang vertoont van i'120177, zoodat sommige enderdeelen zelfs nog iets hebben moeten afstaan aan den veelvraat successierecht. Het lot viel op de registratierechten, die een f9000, en op de hypotheekrechten, die eea f300 moesten missen, waartegenover deze- gelrechten 12500 meer gaven. Het geheel overziende, komen wij tot het resultaat, dat tot het einde van het derde kwartaal de raming van f89821435 voor vroegere maanden bereikt is tot een cijfer van f87 562 532, terwijl verleden jaar om dezen tijd slechts f83538 727 was ontvangen. Wanneer de drie volgende maanden nu ook maar circa 11 millioen gulden geven, dan krij gen wij een eindcijfer van f 120562532, terwijl de geheele raming bedraagt f119 761875. ten valschen steen, en aan den wijsvinger van de bijzonder krachtige, breede hand droeg Atten hofer een leelijken onechten ring. Het geoefend oog van den rechter van instructie zag o.p het eerste gezicht dat de man, die daar vóór hem stond, een buitengewone lichaamskracht moest bezitten. „Je bent Jozef Attenhofer?" zoo sprak God fried hem aan. „Je hebt je heden voormiddag reeds op het bureau bij mij laten aandienen. Wat heb je mij te vertellen Attenhofer, die tegenover den rechter een zeer onderdanige houding had aangenomen, zeide zacht, maar zeer vast: „Ik wilde u mijn diensten aanbieden, mijnheer de rechter." „Waarom vroeg Godfried, „U behandelt nu immers die groote zaak over de inbraak door Scharrenbnecht IkkenSehar- renknecht zeer goed en zijn medebeschuldigde ook." „Vanwaar?" vroeg de rechter van instructie. Attenhofer aarzelde en antwoordde na een poos vrij schuchter: „Wij wij zijn een tijdlang bij elkander geweest." „Waar „Dat kunt u toch wel begrijpen mijnheer. Godfried had werkelijk de waarheid al laDg begrepen, maar hij wilue er toch zekerheid van hebben. „Hoe dikwijls ben je al gestraft?" vroeg hij op schijnbaar onverschilligen toon. „Nog maar twee keer." „Waarom werdt je veroordeeld?" „Den eersten keer wegens verwonding tot zes De Minister van Financiën zal wel een grooter surplus verwachten, en het kan ook nog meevallen, doch laten wij dè ongunstige kansen niet uit 't oog verliezen. ATJËH. Blijkens mededeeling van den commandant van liet leger zjjn gedurende het tijdvak 29 Maart 1896 tot 18 Augustus bij de vijandelijkheden in Aijeh 703 Europcesche en inlandsclie militairen gewond. Hiervan zijn er sedert 38 aan de bekomen won den overleden, van welke 80 reeds dadelijk als „le vensgevaarlijk gewond" werden opgegeven, die dan ook binnen enkele dagen na de verwonding stierven. Van de overigeu zijn er421 geheel genezen, 195 nog onder geneeskundige behandeling, 31 voortdu rend ongeschikt verklaard voor alle militaire dieusten, 17 tijdelijk ongeschikt verklaard, en 1 met verlof naar Europa. Van hen, die zich nog onder geneeskundige be handeling bevinden, zullen er vermoedelijk 88 geheel en 107 gedeeltelijk genezing vinden. Van de 31 voortdurend ongeschikt verklaarden die, in het genot van vol gagemeut gesteld werden, zagen er 27 dat gagemeut nog verhoogd, wegens het gemis van het noodzakelijk gebruik van éeu of meer le dematen. De positie der tijdelijk afgekeurden wordt,opéén enkele uitzondering na, in Nederland geregeld, Het eindresultaat dier regeling moet zijn, dat zij öf voor den dienst behouden blijven öf mede met vol gagement, c. q. met verhooging, het leger ver laten. Uit het bovenstaande kan o. m. worden afgeleid, dat van de 703 gewonden er 194 ongeschikt werden voor den dienst en 509 voor den militairen dienst behouden blijven. De maximum-afmeting van quitanties en wissels, door tusschenkomst der post inte- vorderden, welke bepaald was op 25 cM. in de lengte en 12 cM. in de breedte, is nu weer vastgesteld op 30 bij 14 cM. Dê minimum-afmeting dier stukken blijft bepaald op 14 bij 8 rM. Van goeder hand wordt vernomen, dat de Minister van Oorlog voornemens is, de kapiteins welke hun 53e levensjaar hebben voleindigd, niet meer te bevorderen tot majoor. In weerwil van de klachten over den druk der zware belastingen, slechte tijden, en wat dies meer zij, is het aantal millionaire in ons land sedert verleden jaar met 2 toege nomen. Er zijn er nu 405 en daaronder 117 die meer dan 2 millioen bezitten. Samen be zitten zij 794 millioen, d. i. i4?/s pCt. van het geheele belastbare vermogen van het Nederlandsche volk, dat 5464 millioen be draagt. Het grootste aantal rijke mensehen in ons land woont in de provincie Utrecht; deze bevat bijna 5 pCt. der bevolking des Rijks, maar bracht 9l/2 pCt. der Vermogensbelasting op. Daarna volgen Zuid-Holland, met 213,'i wekenden tweeden keer wegens een ellendige historie Attenhofer hield even op en vervolgde toen zeer zacht: „Waarin ik was meegesleept door Scharrenknecht." „Ah zool Wat heb je toen gekregen?" vroeg Godfried verder. „Twee jaar." „Tuchthuis?" voleindigde Godfried, Attenhofer beantwoordde de vraag door te zwijgen. „Sedert wanneer ben je op vrije voeten?" vroeg Godfried weer? „Sedert twee maanden." „En wat doe je nu „Dat is het nu juist 1" hernam Attenhofer eenigszins vrijer. „Ik heb wel een aanstelling bij het particulier detetive-instituut „Vigilantia", maar wat valt daar te verdienen Dat kunt u me wel aanzien. Met alle zuinigheid heb ik het nog niet zoover gebracht, dat ik boorden en manchetten kon koopen. Papier I" zeide hij op de manchetten wijzende. „Als men tien of twaalf gulden in de week verdient, is het al mooi." En steeds vertrouwelijker wordend, voegde hij er bij„En daarenboven moet men den ge- heelen dag loopen, zoodat op het laatst de tong aan het gehemelte kleeft." Godfried glimlachte even. „Kom, kom, het komt mij voor, dat je er wel voor zorgt, dat je tong niet droog wordt". „Och, mijnheer de rechter," zeide Attenhofer bijna gemoedelijk, „ik kan u gerust zeggen, dat het een hard stuk broed is. Zal ik eens zeggen, wat ik in de laatste drie dagen verdiend heb? Precies twee gulden. Gisteren werd ik pCt. der bevolking en 314/5 pCt. der belas ting, Noord-Holland, met iw1/» en241/4pCtv en Gelderland, met HVs en 12 pCt. Limburg, waar 5P/5 pCt. der bevolking woont, bracht slechts l8/s pCt. dezer belas ting aan. Den 8sten Juli 1497 zeilde uit Lissabon de expeditie, onder bevel van Vasco da Gama, die den zeeweg naar Indië ontdekte. Een commissie, onder eerevoorzitterschap van Z. M. den Koning van Portugal, heeft zich gevormd, en wil met Staatshulp in 1897 op plechtige wijze, de vierhonderdjarige herinnering aan dit feit viereii. Zij stelt zich voor, datdit niet slechts zal zijn een patriotische en Portugeesche, maar ook een internationale feestviering van arbeid, wetenschap en vrede." «Daarom" zoo heet het in een circulaire van het Aardrijkskundig Genootschap van Lissabon«zullen alle Regeeringen en alle Staten der wereld worden uitgenoodigd om deel te nemen aan de hulde, aie wij willen brengen aan hen, die door hun moed en hun koenheid meewerkten tot de verwezen lijking van die groote gebeurtenisde ont dekking van den zeeweg naar Indië". Het weekblad Insulinde teekent hierbij aan «Geen volk heeft meer profijt getrokken van de Portugeesche ontoekking van den zeeweg naar Indië dan wij Nederlanders. Nu onze vroegere doodsvijanden, wien wij nagenoeg al hun Indische bezittingen ontnamen, de beleefdheid hebben ook ons uit te noodigen om het Vasco da Gama-feest mede te maken, nu zou het zeer onheusch zijn, daarvoor te bedanken. Het is inder daad een «plicht der dankbaarheid", waar aan wij ons niet mogen onttrekken." Blijkens den iongsten maandelijkschen va- caturenstaat in het Weekblad voor het Notaris ambt en Registratie is op het oogenblik slechts éen enkele notarisplaats in Nederland vacant, Groesbeek. In een korps van 800 ambtenaren mag dat zeker een groote zeldzaamheid genoemd worden. Naar men meent, hoeft het geval zich zelfs in meer dan 25 jaar niet voor gedaan. In de ouderlijke woning aan de Nassau- kade te Rotterdam is een meisje van 8 jaar gestikt. Zij was op beddegoed op twee naast elkander geplaatste stoelen te slapen gelegd, doch in haar slaap weken de stoelen en viel zij met het beddegoed, dat op haar terecht kwam. Het kind heeft blijkbaar de kracht afgewezen in het Asyl voor dakioozen- Het waa overvol. Ik rnoets den ganschen nacht iu de open lucht rondzwerven. Dezen laatsten nacht heb ik geslapen in het asyL Daar heb ik van ochtend ook mijn meelsoep en mijn brood gekregen, maar sedert half zeven heb ik niets meer ge geten. Het zou werkelijk geen nadeel voor u zijn. mijnheer, als u mij werk wilde geven. Ik zou u velerlei kunnen vertellen, dat u van een ander niet zoo licht hoort en wat u toch zeker gaarne wilt weten; want ik ken ze allemaal, de kameraden. Maar ik wil niets meer met hen te maken hebben; ik wil weer eeu fatsoenlijk raensch worden." „Dat is zeer prijzenswaard," hernam Godfried, „maar je wendt je tot den verkeerden persoon. Ik kan mij niet met je inlatenspreek liever met een van de rechters voor strauaken „Nu nog mooierhernam Attenhofer schou- dersophalend. „De rechters voor strafzaken? Met hen kan men niets beginnenDie verknoeien alles!" Godfried ging een stap achteruit en met de woorden Verder heb ik je niets te zeggenl" keerde hij zich om. Attenhofer volgde hem, en op den half schrei en den half smekende toon van opdringende be delaars zeide hij„Mijnheer de rechter!" Godfried zag hem nu scherp aan en zeide gedecideerd: „Ik zeg je voor de tweede maal, dat wij met elkander hebben afgedaan. Dus 1" Hij wees naar het hek. Attenhofer ging met gebogen hoofd een eind weegs naar het hek toe, langzaam en schuifelend; midden op den weg bleef hij staan en keerde hij terug. (Wordt vervolgd.)

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1896 | | pagina 1