Donderdag 16 September 1897. No. 4702, 46e Jaargang. Dokters. VERGIFT. Binnenland. Uitgave Firma A. H. VAN CLE FF te Amersfoort. Verschijnt Maandag- en Donderdagavond, Abonnement per 3 maanden f 1.franco per posi /"1.15. Advertentiën 16 regels 60 cent; elke regel meer 10 cent. Groote letters naar plaatsruimte. Legale-, oflicieële- en onteigeningsadvertenfiën per regel 15 cent. Afzonderlijke nummers iO cent. Bij advertentiën van buiten de stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht. Bureau KOBI'EGHACHT 56 Telephoon 19. KENtfLSGEVlN GEN. De BURGEMEESTER en WETHOUDERS van AMERSFOORT, Gelet op art. (5 der V/et van de.i 2. Juni 1875 (Staatsblad no. 95), Brengen ter kennis van het publiek, dat een door P. vas dkn HOVEN ingediend verzoek., met bijlagen, om vergunning tot het oprichten vaD eene brood bakkerij in het perceel alhier ge legen aan de Vijverstraat, wijk F. no. (545, bij het kadaster bekend onder Sectie E. no. 517bis, op de Secretarie der gemeente ter visie ligt, en dat op Maandag, den 27. September aan staande, des voormiddags te elf uren, gelegen heid ten Raad huize wordt gegeven om ten over staan van het Gemeentebestuur, of van een of meer zijner leden, bezwaren tegen het oprichten van de inrichting in te brengen. Amersfoort, den 13. September 1S97. Burgemeester en Wethouders voornoemd, De Burgemeester, F. D. SCIIIMMELPENNINCK. De Secretaris, W. L. SCI-IELTUS. De BURGEMEESTER en WETHOUDERS van AMERSFOORT, Gezien art. 5 der Wet tot regeling van den kleinhandel in sterkendrank en tot beteugeling van openbare dronkenschap; Brengen ter openbare kennis, dat een verzoek schrift om vergunning tot verkoop van sterken drank in het klein bij hen is ingekomen van W. PRIEM, wonende te Amersfoort, in het per ceel in de St.-Jorisstraat wijk E. no. 217 alhier, laatst bewoond door J. N. van DIJK. Amersfoort, den 15. September 1897. Burgemeester en Wethouders voornoemd, Do Burgemeester, F. D. SCIIIMMELPENNINCK. De Secretaris, W. L. SCHELTUS. Onder de passagiers eener Hink gevulde tram zoo verhaalt »Jan Courage" in een dezer dagen bij de Gebrs. Koster ie Amster dam uitgegeven boekje zat onder andere een dame, wier kind, dat naast haar was gezeten, er ziekelijk uitzag. Het meisje was zeer bleek en bijna geheel in doeken gewik keld. Wat scheelt haar vroeg een belang stellende buurvrouw. Dat heelt, onze dokter niet gezegd, is't antwoord't schijnt of hij er niet recht achter is, en nu ga ik eens met haar naar den pro fessor. Doe dat niet m'n goeie mensch, ga eerst ereis met 't kind naar de slapende dame. Feuilleton. Noenriep Benedieta vol smart uit, ik kan niet vanhier gaan en een onverdienden smaad op mij laten rusten wanneer uw moeder gezien en ge hoord heeft, wat gij zoo even zeidet, dan De jonge man liet haar niet uitsprekenmet donderende stom viel liij haar in de rede: - Geen woord meer, gij zijt niet waardig den achtbaren naam van mijn mcoder uit to spreken, schaam leloos wezen Welnu, dan zal de vicomte wel de waarheid spreken. Ik heb een afschuw van hem, dat is waar, maar hij is edelman en bij zal de band niet leenen, tot een schandelijke intrigue I zeido Benedieta. Hij zal verklaren, dat hij nooit eeu voet over den drem pel van mijn luiis, laat staan van nnjn boudoir, ge zet heeft, dat bij mij nooit heeft omhelsdvolg mij naar hem Niet noodig, ik heb een vriend naardien man gezonden óm hem op een duel uit te dagen. Mijn vriend kwam terug met het antwoord van den Fransobman, dat ik geen recht had, voldoening van hem te eisehon, want dat zijn rechten op u ouder waren dan de mijne. Mijn God, mijn Godjammerde Benedict», het iB mij alsof de grond onder mijn voeten wegzinkt, alsof het dak van dit huis zal neerstorten om ons to verpletteren. Wilhelm, hoe kan jc er toe komen, door zulk een je weefstel van lasteren bedrog te laten misleiden Houd toch op met die melodraraa-r.itdruk- O, u bedoelt een somnambule? Ja, Franse!) versta ik niet; maar dit weet ik vast, wat je kind ook mankeert, die ouw vertelt 't in der slaap, boor! Ik kan daar dan nog altijd beengaan, als de professor er geen raad op weet, zegt de dame verstandig. Nou dat is tiwees zaak. Als het kind altemet klieren of zoowat heeft, is het niet noodig om er 'n perfester of meester naar te vragen; geef baar dan maar criemetartmet wat blom van zwavel in. Wat criemetart, of blom van zwavel? roept een pieperig stemmetje van een man netje tegenover de lijderes. dat zou heele- maal verkeerd zijn; dan moet je het kind liever zeewater laten drinken uit de Noord zee en met wassend water geschept. Ik heb een zwager, die had altijd last van bloed vinnen en steenpuistenhij heeft de halve Noordzee leeggedronken en is in 't laatst toch radicaal genezen. Voor bloedvinnen en steenpuisten ken ik anders een eenvoudiger middel, merkt een reizend koopman aan, je moet dan tin fijn schrappen en daarvan poeiertjes maken, die je op je nuchtere maag inneemt. Blauwe rozijnen eten moet anders een goede remedie zijn, aldus mengt zich een nieuwe reiziger in het gesprek, ik heb 't zei vers ook wel gedaan. En was je spoedig weer klaar vraagt een doovige juffrouw. Ja, maar toen kreeg ik het op mijn oogen. Dan moet je maar wasschen met dauw. Ja, maar 't is nou al lang beter Nou enfin, als 't je weer overkomt, je moet dan maar dauw opgaren, die bij volle maan gevallen is. Ja, merkt een andere juffer op, die fris- sche dauw is voor verscheidene dingen goed. Ik heb iemand gekend, die erg veel last had van vallende ziekten. Dat jonge mensch kreeg den raad 's morgens in de vroegte op bloote voeten door een bedauwd grasveld te wan delen. En is hij genezen, vroeg eene andere juffrouw. Hij was al 'n heel stuk op weg, maar op 'n goeden morgen werd hij bij 't grasveld in een sloot gevonden, waarin hij bij 'n aanval voorover was te land gekomen toen ze hem er uithaalden, was de stakkert al dood. Dan was 't ook maar beter geweest, merkte de man met 't pieperige stemmetje aan, dat hij die kuur niet had ondernomen. Noen, maar dan weet ik een betere remedie. Als de menschen maar gemalen wilde kas tanjes dragen, in een zakje op 't hart, dan moeten zij beter worden, daar gaat niets van af. Weet u wat anders ook een goed mid del is? aldus mengde zich de eerste spreek ster in het algemeen discours, als de lijders eieren gebruiken, die op den witten Don derdag gelegd zijn. Zulke eieren moeten geklutst worden met dop en al en dan met wat afkooksel van zuurkool ingenomen. Dat raadje deed onze oude paardendokter altijd aan de hand. Praktiseerde die man dan over menschen ook vroeg 't pieperig stemmetje, ietwat onnoozel. 9 Och, wie hem om raad vroeg dien hielp hij en de man begeerde er nooit éen cent voor. Hij heeft mijn broer eens een probaat middel aan de hand gedaan tegen diarrhee. Hij moest dan den bast van jonge eiken schrappen. Wilde hij, dat de diarrhee naar boven ging werken, dan moest hij de bast afschrappen van onderen naar boven wenschte hij echter de uitwerking naar on deren dan moest hij den bast van boven naar beneden afschrappen. Ook tegen de koorts had hij een goed middel. Dan gaf de paardendokter dit recept: Men moest een spinuekop nemen en ver brijzelen, daarna alles in een doekje doen en dal op het voorhoofd of aan de slapen binden. Ook kan men de deelen van de spin tusschen twee noledoppen doen cn dan op het putje van het hart dragen. Ik bob een oud-oom gehad, <oegde er weer een andere juffrouw bij, die de koorts kon afnemen. Hij vroeg maar als iemand aan koorts leed»wil je nu éen zware of twee zachte koortsen hebben?" Meestal was dan 't antwoord«liever twee zachte". Die menschen kregen ze ook, maar daarna waren ze finaal genezen, en nooit hadden ze meer last van koorts. Ik gebruik maar altijd Haarlemmer olie, sprak een oudachtig, ietwat gebogen mannetje; dat is een beproefd middel en helpt nog als alles je in den steek laat. Wat zegt u er van? 'vroeg hij aan den heer, die zwijgend in een hoek van de tram zat en juist aanstalten maakte om uit te stappen. De heer draaide zich met een spotachtig lachje tot den vrager en sprak: »Wat ik er van zeg? Dat ik twintig jaren als arts prak tiseer, maar nooit in zulk een kort tijdsbe stek zóóveel onzin heb hooren uitkramen als in de laatste tien minuten. Goeden morgen" Onze lezers zullen het volkomen eens zijn met, dezen geneesheer, maar toch, als de een of andere kwakzalver met schoone prent- tjes of mooie praatjes hun radicale genezing be looft, zullen ze even lichtgeloovig zich te toonen als het meerendeel der hiervoor zoo aardig beschreven tram-passagiers. Wellicht is er leering uit te putten. H. H. M. M. de Koninginnen zullen aan staanden Maandagavond om 5 uur van »het Loo" te 's- Gravenhage terugkeeren H. M. de Koningin zal aanstaanden Dinsdag H. M. de K jningin-Regontes vergezellen bij de ope ning vau de nieuwe zitting der Staten-Gene- raul. Bij Kon. besluit is benoemd tot voorzitter van de eerste Kamer der Staten-Generaal, gedurende de zitting die zal aanvangen op den tierden Dinsdag in September 1897, mr. A. Van Naamen van Eemnes, lid van die Kamer. De Tweede Kamer zal haar eerste vegadering in het nieuwe zittingjaar houden op Dinsdag 21 September a. s., des middags drie uur. Omtrent het voorschrift der' nieuwe Kies wet, volgens hetwelk de stemming plaats heeft door »met potlood zwart te maken een wit stipje", hebben Gedeputeerde Staten van Overijsel een beslissing gegeven. Gelijk wij meedeelden, had de Gemeente- ■aad van Stad-Almeloo den heer D. Mei- bergen Jz. niet als Raadslid toegelaten op grond dat op een der stembriefjes vóór zijn naam de witte stip niet met een zwart, maar gelijk eerst met een vergrootglas kon ontdekt worden met een donkerpaars potlood was bestreken. Dientengevolge werd een andere candidaat gekozen verklaard. De heer M. had hiertegen zijn beklag in gediend bij Gedeputeerde Staten. In zijn verzoekschrift werd o.a. aangevoerd, dat tal van briefjes, waarop slechts ten deele het wit niet potlood was bestreken, geldig zijn verklaard, eveneens die welke slechts gebrekkig grijs waren gekleurd. Waarom dan het donkerpaars ongeldig verklaard Waar een stembiljet de duidelijke blijken draagt dat de kiezer wist wat hij wilde achtte de heer M. het besluit van den Ge meenteraad een spitsvondigheid, in strijd met ile bedoeling van de wet, »die aan zulk een uitgebreide en onontwikkelde menigte het stemrecht verleent, en daarom nog milder behoort te worden verklaard dan haar voor gangster." kingeu, spotte Wilhelmje rol bij mij is afge speeld. Wilhelm, ik /aveer je bij onze liefde Liefde! Jij spreekt nog van liefde? Dat is wel aardig. Zeg mij eens, hoeveel heeft die liefde je wel opgebraelit Benedieta wankeldetevorgeefs tastte /.ij met haar zachte handen om zich heen, zij vond geen steun punt en Wilhelm verroerde zich niet om haar op te vangen, toen /.ij met een doffen slag op den grond viel. Had de overweldigende smart haar gedood Neen, het noodlot was te wreed om den dood, die haar verdriet zou stillen, bij haar toe te laten. Toen zij do oogen weder opende, lag naast haar het dienstmeisjo op de knieën, dat haar slapen met brandewijn wreef. Het meisje had medelijnen met de jonge dauie. die zoo schoon was en er zoo be droefd uitzag en toen Benedieta weer gehoel bij kennis was gekomen, geleidde zij liaar naar het rij tuig, dat nog voor de deur wachtte. Benedieta vroeg niet meer naar Wilhelm. Haar trekken waren als uit marmer gchouweu. Het was reeds laat en daarom liet zij zich terstond naar den schouwburg brengen. Daar wachtte men reeds op haarde directeur begon zich zelfs reeds ongerust te maken. Toen de gevierde tooneelspeelster binnentrad, kwam de directeur haar in de gang naar de kleed kamers tegemoet. Terwijl hij haar vriendelijk groette, zag hij haar onderzoekend aan vrouw Binkei t had hem reeds van alles ingelicht. Het strakke gelaat van Benedieta zoide hem dui delijk, dat dc liefdeband verbroken was. De direc teur wreef zich, zoodra hij alleen was, vergenoegd do handen. Dien avond speelde Benedieta aangrijpend mooi. Bij de gedeelten van hnnr rol, waarin zij de jammer klachten van een gebroken vrouwehart moest weer geven, overweldigde zij haar publick. Onder een storm van toejuichingen ging zij af. Do directeur drukte haar vol bewondering de hand. Daar naderde haar de vicomte De Nival. U is tooneolsneelster by de gratie Godsriep hy uit, terwijl hij diep voor haar boog. Benedieta stond met vuurrood gelaat voor hem, haar oogen fonkelden van toorn en onwillekeurig hief zij de hand op, als wilde zy hem in het gelaat slaan. Toen gebeurde er iets ongehoords. Het gelaat van Benedict» klaarde eensklaps op, haar lippen plooiden zich tot een glimlach, zij reikte den vicomte de hand en trok die zelfs niet terug toen de vermetele Frunschman er zyn lippen op drukte. Denzelfdeu avond soupeerde de gevierde Bene dieta met den vicotute. Niemand was gelukkiger dan Lucien, Den volgenden ochtend zond hy aan Benedieta eeu etui met juweelen, dat werd aangenomen. Lucien de Nival schreef dien ochtend twee brieven, éen aan den toonecldirecteur, waarin hy hem zijn erkentelijkheid betuigde voor zijn medewerking iu do intrigue, die zoo goed was geslaagd en waardoor Benedieta voor het tooneel behonden was gebleven, en éen aan de actrice Bakel. waarby hij een bank biljet van duizend mark insloot. Atualia heeft haar rol als dubbelgangster van Benedieta uitmuntend gespeeld daarvoor uioct zij rijk beloond worden, zeide hij. Daarop bolde hij zijn kamerdienaar, die hom by het klecden behulpzaam moest zyn. Vrouw Biukert was in do wolken van vreugde; eindelijk toeb was Benedieta verstandig geworden, ten minste, wat zij. vrouw Binkert, verstandig noemde, j maar do slimme kleedster zou spoedig genoeg reden hebben om zich over dc verstandigheid van Bene- 1 dicta te beklagen. In den namiddag liet de vicomte zich by Bene dict» aandienen. Zij ontving hem in den salon, onderhield zich zeer voorkomend met hem en wist hem spoedig tot bekentenis te brengen van de „leuk: klucht," die iu haar boudoir was afgespeeld, terwyl zij een wandelrit deed in bet Engelsche park. Wij hebben dit alles slechts gedaan om n voor de kunst te bewaren, lieve juffrouw, zeide hy in ver voering. Wees daarom niet boos op ons, want wij hebben u daarmee het bewijs geleverd, hoe hoog wy u waardceren. Het zou inderdaad een ramp voor de kunstwereld zijn, wanneer uw ziel uit den glans van uw roemvolle loopbaan, in hot burgerlijke leven terugtrok. Die jonge man veroordeelt u, omdat de schiju tegen u is. U hebt gelijk, m.jnhcer, hij verdient niet, dat ik nog Intiger aan hem denk, zeide Benedict». O I wanneer ik eens het geluk mocht smaken, dat hij lichtzinnig van zich heeft gestooten, dan zou ik mij dnt wel waardiger weten te betoonen, dweepte do vicomte. Benedict» stond op, ten tcekcu dat het bezoek nu reeds lang genoeg geduurd bad. De vicomte boog diep, Benedieta reikte hem de hand en stond hem toe er zijn lippen op te drukken. Hij was overgelukkig, maar hij zag de sombere uitdrukking niet, die op liet gelaat det tooneel- speelster te voorschijn kwam, maar die dan ook iu een oogwenk meer verdween. Toen hij zich verwijderd had, kwam vrouw Bin kert den salon binnen. Een aangenaam mensch vindt je niet? vroeg zij met eeu glimlach. Benedieta antwoordde evenwel niet, maar zeide eensklaps Je moet terstond jc koffer pakken, een andere woning zoeken en een betrekking waarmee je in je onderhoud kunt voorzien binnen een uur. Begrepen? (Wordt vervolgd).

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1897 | | pagina 1