Maandag 22 November 1897. No. 4721. 47e Jaargang. Voor moeders. VERGIFT. Bianenland. P HQ E NIX-BRO W E RIJ. H. MEURSING Oo. AMERSFOORT. Specialiteit in Exportbier naar de Tropen. Uitgave firma A. H. VAN CL EE PP te Amersfoort. Verschijnt Maandag- en Donderdagavond. Abonnement per 3 maanden f 1.franco per post f 1.15. Advertentiën 16 regels 60 cent; elke regel meer '10 cent. Groote letters naar plaatsruimte. Legale-, olïicieële- en onteigeningsadvertentiën per regel 45 cent. A/zonderlijkc nummers 10 cent. Rij advertentiën van buiten de stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht. Bureau KORTEGRACHT 56 Telephoon 19. „Wat is het doel van dit boekje? „Om in korte trekken duidelijk mee te deelen, hoe moeders hunne zuigelingen moeten voeden en verplegen. „Men beschouw? het werkje geenszins als een geneeskundige raadgever fin ziek tegevallen hale men oogen blik kei ijk den arts) maar als een gids, die voeding en verpleging op den rechten weg leidt en waarschuwt tegen eiken raad van leeken (moeders, zusters, goede vriendinnen, maar vooral tegen dien van bakers.) Menig wicht heeft hierdoor den strijd om het bestaan opgegeven. „Het boekje is niet slechts geschreven voor jonge moeders, maar ook voor hen, die reeds verscheidene kinderen hebben gevoed en grootgebracht. Het geheugen toch blijft niet altijd even frisch, en de wetenschap maakt steeds vorderingen. „Alle verouderde en op dwaling be rustende meeniugen moeten plaatsmaken voor al hetgeen dat door de mannen der wetenschap met zooveel moeite en inspan ning dagelijks aan het daglicht wordt gebracht. „Een moeder mag bij het voeden en verplegen van haar kind nimmer twijfe len, noch leekenraad aannemenzij moet zeker zijn van haar gewichtige taak en de wenken van dezen of een anderen betrouwbaren gids volgen. „liet waarom der raadgevingen is voor haar een bijzaak zij volge de wenken slechts op en raadplege bij twijfel of onzekerheid terstond den arts." Aldus de inleiding van een klein ge schrift van de heeren J. Nord en J. F. Tuinstra, officieren van gezondheid le klasse, hier ter stede, een boekje dat een schat van kostbarè wenken bevat voor de lichamelijke opvoeding van zuige lingen. liet mens sana in corpore sano (slechts in een gezond lichaam kan een gezonde ziel wonen) is een zoo oudo waarheid, dat niet alleen in de laatste tijden de litteratuur over de lichamelijke opvoeding Feuilleton. Max moest er dus wel toe besluiten, zich te midden van vroolijke menschcn tc begeven, maar nog toen hij zich reeds voor de soiree had ge kleed, stond "hij op het punt, den riader zijn ver ontschuldiging te zenden en een ongesteldheid voor te wenden- Wanneer Dolores heden eens thuis kwam en mij niet vond, zeide hij voor zich. Hij zette echter deze gedachte terstond van zich af. Dolores zal niet terug komen, ging hy voort, zij durft niet, want zij kan geen ophelde ring geven van baar gedrag. Voor een vrouw, die haar plichten als echtgenoote en moeder zóo heeft verzaakt, is in mijn huis geen plaats meer. Maar nauwelijks had hij deze woorden gespro ken of hij snelde naar een étagère, nam de photographic vail Dolores daar af en kuste die. Nadat hij zijn dochtertje had gekust en de meid de grootste zorgvuldigheid voor de kieine had aanbevolen, verliet hij zijn eenzame woning en reed naar het huis Persigny. Het zal een marteling voor mij zijn, dacht hij tijdens den rit, al die menschen te woord te moeten staan, deel te moeten nemen aan de on beduidendste gesprekken, terwijl er toch slechts éen gedachte is die mij bezig houdt eu mi] ge heel en al beheerschtde gedachte aan mijn lieve Dolores. t Het rijtuig reed voor het verlichte portaal vau het kind een van de grootste is j geweest. In allerlei vaktijdschriften zoowel als in kostbare boeken is deze zoo hoogst i gewichtige zaak door werkelijk deskun- j digen, mannen van de wetenschap, die aan uitgebreide theorie een niet minder groote 1 practijk paarden, behandeld en vau alle I kanten bekeken. Doch de vaktijdschriften zijn evenmin 1 in het bereik van de moeders uit. alle j lagen der maatschappij als de kostbare werken over lichamelijke opvoeding der j kinderen. Te velen nog plegen raad bij bakers I en mimiemoers en beklagen zich, als zij hun kind ziekelijk, ja, wellicht misvormd j zieu, te laat dat zij toevlucht meenden te kunnen vinden bij bakerpraatjes. Met een stalen gezicht negeeren tal van moeders de raadgevingen welke voor- j komen in de tijdschriften die zij lezen en zoeken liever heul in huismiddeltjes1 ze mogen dan nóg zoo gevaarlijk wezen 1 liet boekje nu tracht weder een eind j te maken aan al dat werkelijk gevaar- i lijke geliefhebber op medisch gebied oneindig gevaarlijker dan menige moeder en haar raadgeefsters wel vermoeden. Het geeft in weinig bladzijden tal van kostelijke wenken eu bevat om zoef te i zeggen een zoo beknopt mogelijk over- j zicht van hetgeen èn in vakbladen fen i in kostbare werken over deze materie werd geschreven, en dit zorgvuldig ge- i schift, en verrijkt met hetgeen de beide artsen in hun praktijk waarnamen. Zoo handelt het achtereenvolgens over het wegen en baden van het pasgeboren kindhet inbakeren, opdat het niet lan- j ger een postpakket gelijk wordehet verzorgen der oogen de voeding, zoowel de natuurlijke als de kunstmatige, en ten slotte over het zoogenaamde, droge bed", een in Duitschland gevonden hoogst practi- sche noviteit, welke alras ook hier bur gerrecht zal hebbeu verkregen. Telkens wordt het beste gegeven wat mee te deelen was eu steeds een wenk, een handleiding, nimmer een beslist ge neeskundige raad. Hiervan hebben de heereu zich om begrijpelijke redenen zorgvuldig onthouden, wai^t ook op .dit gebied gaat het niet aan, te generali seeren de op iedere bladzijde, voorkomen de woorden „men raadplege in dit geval den huisarts" zijn even vële waarschu wingen voor haar of hem die het boekje leest om in het neergeschrevene toch vooral geen regel tc zien. Moge het boekje, dat verkrijgbaar is Ij ij alle boekhandelaren tegen den wer kelijk luttelen prijs van vijftig cent, in zeer veler handen komen eu niet worden doorgebladerd want dan wordt het onvoldaan ter zijde gelegd doch met ernst overdacht. De motie-Van Kol, welke Donderdag inde Tweede- Kamer in behandeling kwam, luidt in baar geheel als volgt: »De Kamer, overwegende dat de oorlog in Atjeh als een nationale ramp moet worderi beschouwd overwegende, dat het. wenschelijk is, de natie in te lichten over de beteekenis van den oorlog voor Nederland en Nederlundsch- lndië; overwegende, dat de herhaalde wisseling onzer gedragslijn in Atjeh, zonder dat inden loop van 24 jaren het eind van den oorlog is bereikt, de vraag doet rijzen of het vol houden van den oorlog wel weDScbelijk en mogelijk is; verzoekt de Regeering eene onpartijdige commissie te benoemen, die binnen een jaar rapport zal uitbrengen over de moreele, po- j litieke en fnianciecle gevolgen van den oor- j log sedert zijn aanvang, over d. vermoede- lijke gevolgen der thans gevolgde tactiek en I over «le mogelijkheid en wenschelijkheid om den oorlog te beëindigen, met behoud onzer I volkenrechtelijke stelling op Sumatra." j /.ij werd ria lange en soms vrij scherpe discussie verworpen met 72 tegen 3 stemmen (vóór stemden de heeren Van Kol, Van der j Zwang en rnr. Troelstra). I Van het optreden der socialistische woord- i voeders in de Kamer heeft men van niet- 1 socialistische zijde zich ook wel iets goeds voorgesteld. Van die woordvoerders zou, dacht 'i men, bij alle overdrijving wellicht een prikkel j ton goede kunnen uitgaan. Wat men bij het j Koloniaal debat van hen vernomen heeft, is zeer zeker weinig geschikt om die verwach- ting te verwezenlijken, meent de N. Rolt. Crt. I lntertijd werd door het gemeentebestuur van Breukelen-Nijenrode aan den Cornrais- saris der Koningin gevraagd wie de kosten j van de stemkaarten in liet kiesdistrict moest betalen en daarop werd ten antwoord ont vangen, dat de Minister van Binnenlandsche j zaken (toen mr. ,S. van Houten) beslist had dat ingevolge art. 205 k. der Gemeentewet, i die kosten ten laste van het kiesdistrict, in j casu Breukelen-Nijenrode, behoorden te wor- I den gebracht. Het gemeentebestuur, met j deze uitspraak niet tevreden en een nadere j beslissing wenscbende uit te lokken, weiger- de een bevelschrift tot betaling voor gemel- i de kosten af te geven, waarvan aan de Ged. van het huis en een bediende opende het portier I De schilder ging langzaam du met tapijten belegde en met groen versierde trap op. Hij was somber gestemd en op zwaarmoeaigen toon zeide hij voor zich Ilet is inij als moet mij heden een onge- j luk treften. Hij bereikte de indrukwekkend gestoffeerde ontvangzaal en, als had de oude heer op hem gewacht, ontmoette hij daar De Beaueonrt, die hein hartelijk welkom heette. Sta mij toe, u in de eerste plaats aan me vrouw de gravin De Persigny voor te stellen, zeide de ridder. Hij geleidde Max naar eer. schitterend ver lichte zaal, waar zich reeds verscheidene gasten bevonden. Ilalf verblind door die zee van licht kon Adolphi de gezichten niet onderscheiden en hij schrikte bijna, toen hij tegenover een statige dame stond, die do ridder hem voorstelde als gravin Leontine de Persigny. Do gravin was zeer vriendelijk jegens hein. Zij "hoopte, dat Adolphi zien op haar soiree zich goed vermaken, zou O! ik ben overtuigd, dat een feest, door I mevrouw de gravin gegeven, rijk aan genot zal J 1 wezen, zeide hij met oen diepe buiging, maar i i tegelijkertijd glimlachte hij bitter. I Kou er voor hem een feest bestaan, dat rijk was aan genot? De Beaucourt stelde hem nog aan verscheidene 1 dames en heeren voor en zeide ten slotte Naar ik vermoed, heeft gravin Olaria zich 1 naar den wintertuin begeveven; wij zullen even eens, daarheen gaan, dan kunt u kennis maken met do dochter van mevrouw de gravin, een der j schoonste jongedames van de Muncheneraris- I tocratie. Daar ben ik u zeer erkentelijk voor. ridder, zeide de schilder terwijl hij Beaucourt volgde naar den wintertuin om te worden voor gesteld aan de jonge gravin, in wie hij volstrekt geen belang stelde. Hij mocht hiervan echter niets laten blijken, wilde hij niet onvergeeflijk tegen de etiquette zondigen. Aan de zijde van De Beaucourt betrad Max den met heerlijke geuren vervulden win tertuin. Toen zij voorbij het eerste boschje gegaan waren, hoorden zij het ruischen van een zijden japon en in het volgende oogenblik zag Max een vrouwelijke gestalte, die zooeven van haar stoel was opgestaan. De dame was zooals trouwens alle dames op de soiree gehuld in een rijk en smaakvol toilet en droeg een schat van kostbaarheden. Zij i glimlachte tegen den ridder. Zooals ik wel vermoed had, zeide Beaucourt, I hier is de gravin. Max zag dc dame aaneenklaps wankelde hij en werd doodsbleek. Hij stamelde Dit de gravin? Zeker. Onmogelijk! De Beaucourt zag hem verwonderd aan. Met uw verlof, waarde heer Adolphi. zeide hij, ik zal du gravin toch wel kennen. Maar Een blik uil de donkere oogen der gravin legde Max testond het zwijgen op. Beaucourt zeide tegen Olaria Ik heb de eer u voor te stellen den kunst schilder Max Adolphi. Wellicht zal rle gravin zich zijn heerlijkeschilderijen op de laatste kunst- tentoontsolling nog wel herinneren. O', het verheugt mij, den schepper van die meesterwerken tc lecrcn kennen, zeide Olaria. Het was Max alsof zijn keel werd dichtge schroefd. Haar slem ook, dacht hij. De ridder hernam Ik geloof, dat ik mij niet vergis, wanneer ik eronderstel. dat de gravin verlangend is, de meening van mijnheer Adolphi over verschillende kunstaangelegenheden te vernemen. Ik zal mij inmiddels weder aan mijn verantwoordelijken post van ceremoniemeester wijden, Hiermede verwijderde zich de oude heer. Max bleef al3 verstijfd staanhij verroerde zich niet. Zijn blik was onafgewend op h6t ge laat der gravin gericht, Olaria- glimlachte. Welnu, mijnheer Alolphi, zeide zij, waarom zwijgt u? Een rilling ging Max door de leden, terwijl hij stamelde: Dolores, gravin, neen, zulk eeu gelijkenis kan niet bestaan. Met wie heb ik dan zulk een treffende ge lijkenis? Oik hoor uw stem en ik kan er niet aan twijfelen! riep Max in vervoering uit. Waar twijfelt u niet aan? Gij zijt het. o! het kan niet anders, gij zijt Dolores. De gravin sidderde, maar do glimlach ver dween niet van haar gelaa'. Dolores? vroeg zij. Wie is dat? Max trad op dc gravin toe en op gevaar af, door de bedienden het huis uitgejaagd te worden, streek hij de zwarte haarlok aan den linkerslaap van Olaria weg en riep Ook het moedervlekje, nu kan je toch niet loochenen, dat je Dolores bent. Wordt vervolgd).

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1897 | | pagina 1