Donderdag 10 Februari 1898. No. 4744. 47e Jaargang. VERGIFT. Uitgave rma A. H. VAN CLEEF te Amersfoort. Verschijnt Maandag- en Donderdagavond. Abonnement per 3 maanden f 1.franco por post ƒ1. 15. Advertentiën 1-6 regels GO cent; elke regel meer 10 cent. Groote letters naar plaatsruimte. Legale-, oflicieële- en onteigeningsadvertentiën per regel 15 cent. Afzonderlijke nummers 10 cent. Rij advertentiën van buiten de stad worden de incasseer kosten in rekening gebracht. KORTEGRACHT t> 6 Tolephoon 10. K E N N I SG_EV I N O E N. De COMMISSARIS der KONINGIN in de provincie UTRECHT, Gezien het besluit van heeren Gedeputeerde Staten der provincie Utrecht, dd. 3 Februari 1898. no. 38 Gelet op art. 11 der Wet van 13 Juni 1857 (Staatsblad no. 87) Brengt bij deze ter kennis van belangheb benden lo. Dat de Visscherij in de binnenwateren, waaronder ook worden verstaan rivieren, door sluizen afgesloten binnen de pro vincie Utrecht wordt gesloten van Zaterdag 5 Maart aanstaande met zonsondergang tot en met 28 Mei daaraanvolgende, met uit zondering a. van de Visscherij door middel van pa lingfuiken, aalkorven en aaldobbers, van die met het schepnet of de gebbe, om kleine vischjes te vangen tot aas voor de aaldob bers b. vitn de Visscherij op spiering met het kruisnet, welke geoorloofd blijft tot en met den 23 April aanstaande, doch slechts zal mogen worden uitgeoefendte Utrecht bui ten de Weerdbarrière, tusschen de Groote sluis en de Roodebrug; te Amersfoort van de Koppelpoort tot aan het gebouw, genaamd de Spijker, en te Vreeswijk tusschen de groote sluizen, van des middags 12 tot des avonds 10 ure. 2o. Dat de jacht op eenden in de provin cie Utrecht voor dit jaar zal worden geslo ten op Zaterdag 13 Maart e.k., met zons ondergang, na welken tijd ook het kooien niet meer zal mogen worden uitgeoefend, terwijl de kooieenden opgesloten of gehokt moeten zijn tot. 1 Mei aanslaande. 3o. Dat de jacht op ander waterwild, zoo mede op houtsnippen, in de provincie Utrecht zal worden gesloten Zaterdag 9 April 1898, met zonsondergang. 4o. Dat het weispel van kwartelen met steekgaren of vliegnet zal mogen worden uitgeoefend van 2 Mei e.k. tot 30 Juni daar aanvolgende. En ten einde niemand eenige onwetend heid hiervan voorwende, zal deze worden afgekondigd en aangeplakt, waar zulks te doen gebruikelijk is. UTRECHT, den 5. Februari 1898. De Commissaris der Koningin voornoemd, SCHIMMELPENN1NCK v. d. O. v. NIJENREEK. Feuilleton. Zij Bloot de deur af, stak een lamp nan, blies haar kaars uit en zette zich aan de tafel. Wel tien minuten bleef zij daar onbeweeglijk zitten. Ten slotte scheurde zij met bevende baud den omBlag los. Wat zal ik vernemen mompelde zij. Vóór haar lagen eenige vellen papier, beschre ven mot een bevende, onregelmatige hand, die Olaria dikwijls niet zonder inspanning kon ont cijferen. Zij las „Myn geliefd kind Daar ik veronderste1, dat gij op den tijd, die in uw gelofte is bepaald, reeds gehuwd en niet meer van de gravin, uw moeder afhankelijk zult zijn, kan ik mijn hart voor u blootleggen. Ik weet, dat mijn onthullingen u de ge moedsrust zullen ontrooven, maar iemand ter wereld moet weten van welk een misdaad de laatste der Persigny's het slachtoffer werd. „Mijn dochter, ik eisch van u, dat gij mijn woorden met verschuldigden eerbied zult lezen en onvoorwaardelijk geloof zult hechten aan hetgeen zij u meedeelen Olaria sloeg de oogen ten hemel en mompelde Hoo zou ik er aan kunnen twyfelen, vader? Toen las zij verder „Mijn lief kind, ik stel mij in mijn geest voor tot welk een heerlijk scboone vrouw gij opge groeid moet, zijn. Ik zal u behoeden voor do verzoeking, door u eon geschiedenis te verhalen, die bewijst, hoe diep onzalige hartstochten een De BURGEMEESTER van AMERS FOORT, Gezien de art. 11, 12 eu 13 der KIES WET, Noodigt de mannelijke inwoners dei- Gemeente uit om, zoo zij in een andere gemeente over het volle laatstverloopen dienstjaar zijn aangeslagen in een der Rijks directe belastingen, wat de grond belasting betreft in eene andere gemeente of in meer gemeenten te zamen tot een bedrag van ten minste éen gulden, daar van door overlegging van voor voldaan geteekende aanslagbiljetten vóór den loden Februari a. s. te doen blijken tevens moeten zij, die aanspraak ranken om op de Kiezerslijst geplaatst te wor den, krachtens aanslageu in de grondbe lasting wegens onroerende goederen eoner onverdeelde nalatenschap, mits het aandeel in dien aanslag minstens éen gulden bedraagt, daarvan onder overlegging van bewijsstukken, waartoe behoorenhet aanslagbiljet of een door den ontvanger gewaarmerkt duplicaat, een opgaaf van h t bedrag van het aandeel in den aan slag en de noodige bescheiden ten be wijze van het gemeenschappelijk bezit, vóór 15 Februari a. s. ter Secretarie aangifte doen. Vernieuwde aangifte is niet uoodiff teu aanzien van hen, wier plaatsing op de kiezerslijst voor 1897/98 berust op lo. bewoning van een huis of gedeelte van een huis of van een vaartuig, mits zij op 31 Januari 1898 alsnog hetzelfde huis of een gedeelte van hetzelfde huis of hetzelfde vaartuig bewoneu. 2o. genot van pensioen. 3o. bezit van eene iuschrijviug in de Grootboeken der Natiouale Schuld of van een inleg in de Rijks-postspaarbank. 4o. afleggen van een examen. Daarentegen is hernieuwde aangifte Wel liootfïff, indien de plaatsing op de gemelde kiezerslijst gegrond is op: lo. bewoning van een huis of gedeelte van een huis of van een vaartuig, indien zij niet meer op 31 Januari 1898 het zelfde huis of een gedeelte van hetzelfde mensch kunnen iloen zinken. Het is de geschiedenis van een misdadige vrouw, die ik eenmaul boven alles ter wereld heb liefgehad. Mijn kind, ik hoop, dat gij u een denkbeeld zult kunnen vormen van den gemoedstoestand waarin iemand verkeert, die ondervinden moet, dat bedrogen en verradon is door een vrouw die hij als een heilige heeft vereerd. Mijn hart krimpt van weemoed ineen wan neer ik daaraan denk, maar ik moet my tot kalmte dwingen om u alles nauwkeurig te ver halen zooals het gebeurd is. „Ik was reeds een bejaard man toen ik, als hoofdofficier in dienst van Frankrijk, in Ame- riki. vertoefde, daar de schoone Creoolsche Leon- tine Clairon leerde kennen en de laakbare on voorzienigheid beging, huar te toonen, dat ik mij tot haar aangetrokken voelde. „Zoodra zij dat gewaar werd. wondde zij alle listen aan om mij aan zich te boeion. „Mijn rijkdom had den verarmden vader van Leontine er toe gebracht, al zijn invloed op zyn dochter aan to wenden om haar te bewegen, mij in de netten harer bekoorlijkheid te verwar ren en het duurde niet lang of dit gelukte huur zóo volkomen, dat ik met Leontine in het hu welijk trad. Ik, oude man, verbeeldde mij, dat Leontine eoni- geliefdo voor mij kon gevoelen I „Reeds in het eerste jaar van myn huwelijk zag ik mijn dwaling inik kon duidelijk be speuren, dat het hart mijner vrouw koud en ge voelloos voor mij was, maar toch beminde ik haar met al hot vuur van een jeugdige liefde. „Toen gij, lieve Olaria, geboren werd, hoopte ik, dut de moedervreugde Leontine het verschil in leeftijd dal er tusschen ons bestond, zou doen vergeten, maar ik vergisto my nögmaals, „Tot mijn groot verdriet toonde Leontine zioh hui8 of hetzelfde vaartug bewonen of 2o. genot van inkomen iu dienstbetrek king, of als inwonende zoon, in het bedrijf of beroep der ouders werkzaam, hetzij met of zonder genot van pensioen. Zy die niet op de kiezerslijst voor 1897/98 voorkomen, doch vermeenen hét kiesrecht deelachtig te zijn op grond van lo. dat zij als hoofden van gezinnen of als alleen wonende personen op den 31sten Januari a. s. sedert deu 1 Augus tus van het vorige jaar hebben bewoond, krachtens huur, achteremvolgens in de zelfde gemeente niet meer dan twee huizeu of gedeelten van huizen, voor elk waarvan, met of zonder bybehoorenden grond of lokalen eu bijgebouwen, niet ter bewoning bestemd, de werkelijke huur prijs, per week berekend, ten minste heeft bedragen eene som, wat Amersfoort betreft, voor het stadsgedeelte bepaald op 1.50 en het overige deel op ƒ1.— of krachtens eigendom, vruchtgebruik, of huur een zelfde vaartuig van ten minste 24 kubieke Meter, 2o dat zij op den 31sten Jauuari j. 1. sedert den lstei Januari vau het laatst verloopen jaar bij dezelfde persoon, on derneming, openbare- of bijzondere in stelling in dienstbetrekking, of als inwo nende zoon in het bedrijf of beroep der ouders, werkzaam zijn en als zodanig over dat jaar een inkomen hebben geuoten, wat Amersfoort betreft, voor liet stads gedeelte bepaald op 400, en het overige deel op ƒ300, of dat zij op den lsten Februari j. 1. in het[genot waren van een door eene openbare instelling verleend pensioeu, wat Amersfoort betreft, van gelijk bedrag; met dien verstaudo dat voor hen, die in de beide gevallen ver- keeren, zoo noodig, ter bereiking van het vereischte bedrag, het inkomen en het pensioen worden samengeteld, 3o. dat zij op den l3ten Februari j. 1. sedert een jaar den eigendom met recht van vrije beschikkiug hebben van ten minste ƒ100 (uominaal), ingeschreven in de Grootboeken der Nationale Schuld of' van ten minste ƒ50, ingelegd in de tegenover het kind even onverschillig als tegen over mij; in plaats van urenlang het to liefkoozen en te vertroetelen, zooals andere moeders voor al met haar eerste kind doen, gingen er dugen voorbij wuarin zij haar kind zelfs niet zag. „Dat maakte mij ontstemd, maar ik deed Le ontine geen vcrwyten. Dikwijls, als ik alleen wus, beducht ik woorden waarmee ik hoopte huar hart voor haar dochter te kunnen vertee deren, maar zoodra zij tegenover mij stond, ont zonk my do moed. Haar oogen botooverden mij dan en ik kuste haar onderdanig de blanke hand alsof ik een slaaf en zy mijn meesteres was. „Onder deze omstandigheden was mijn geluk niet te beschrijven, toen Leontine my op zeke ren dag met een glimlach om de lippen tege moet trail, my vriendelijk toesprak en mij ver zekerde, dat zij zich nergens zoo gelukkig gevoelde als aan mijn zyde. „Helaas, miin gezondheidstoestand wus echter van dien aura, dat ik haar niet kon vergezellen naar de vermaken, waarop haar jeugd huar uan spraak gaf. „Ik wilde mijn jonge, mooie vrouw niet tot ziekenverpleegster maken en daarom verzocht ik den ridder De Beaucourt, dien ik voor mijn vriend hield, Leontine tot geleider te strek ken, wanncor zij naar don schouwburg, naar een bul of ergens anders heonging. „Hoe schitterden de oogen van Leontine wan neer zij mij, armen uian, dio zich te nauwer nood uit zyn fauteuil kon opheffen, vol geest drift vertelde, hoe goed zij zich vermaakt had. „Ik was or roods gelukkig door, dut zy zoo tevreden met haar lot was on De Beuucourt was ik oprecht dunkbaar voor het genoegen, dat hij Leontine verschafte on voor ile eerbie dige wyze waarop hij zich steeds tegenovor huur gedroeg. Ryks-postspaarbank, 4o. dat jsjj hebben voldaan aan de eischen van bekwaamheid, door of krachtens de wet gesteld voor de benoembaarheid tot eenig ambt, voorde vervulling van eenige betrekking of voor de uitoefening van eenig bedrijf of beroep, moeten insgeljjks daarvan vóór 15 Februari a 8, ter Secre tarie aangifte doet). De ingevulde formulieren kunnen kos teloos per post aan deu Burgemeester worden toegezonden met inachtneming van het volgende voorschrift dat de omslagen met aangifte en stuk ken moeten dragen boven aan de voor- zyde het opschrift: „Vrij van briefport, ingevolge art. 50 der Kieswet" en iu den linker benedenhoek de vermelding van den naam en de woonplaats van den afzen der, gewaarmerkt door zytie handteeke- uing. De formulieren, waarvan hierboven sprake is, zyn ter Secrearie gratis ver krijgbaar. Verder wordt er uitdrukkelijk de aan dacht op gevestigd dat de kiezers moeten zyn mannelijke in gezetenen des Ryks tevens Nederlanders en vóov of op 15 Mei a. a. den vijfen- twintigjarigen leeftijd hebben bereikt en, voor zoover zy over het laatst ver- loopen dienstjaar in eene of meer der Rijks directe belastingen zyn aangesla gen, het te dier zake verschuldigde vóór of op den lsten Maart. a. s. hebben vol daan. Zij die over het volle liuitstverloopen dienstjaar zijn aangeslagen in de grondbe lasting voor een bedrag van ton minste EEN GULDEN, in de vermogensbelasting, in do belasting op bedrijfs- en andere in komsten, of iu de personeel© belasting, over eenkomstig de bepalingen der Kieswet, zijn vrijgesteld van do verplichting tot aangifte, daar hunne plaatsing op de kiezerslijst ambtshalve geschiedt. AMERSFOORT, den 7. Februari 1898. De Burgemeester voornoemd, F. I). SC H1M M ELPEN NINCK. „De Beaucourt wns zooals ik dacht namelijk geheel in zijn voordeel veranderd. In zijn jongen tyd toch, was hij een echte lichtmis ge weest en zelfs op rijperen leeftijd wilde hij mot betrekking tot de vrouwen en het spel maar niet verstandig worden. „Zyn vermogen had hij verkwist on daarom scheen hij zich nu zoo good to kunnen vcreonijjen met zyn post als cavalier van een uunzienlyke schoone dame. „Ik moot erkennen, dat ik dun ridder soms be nijdde. „Beaucourt toonde zich van zyn kunt ook zeer erkentelyk jegens my. Hy kon de bovalligheid van Leontine niet genoeg roemen en verzekerde mij steeds, dat z(j een ongel van deugd was. „In mijn fauteuil kromde ik my vundepyn, maar dat verdroeg mot gelatenheid, want ik wist, dat straks Leontine bij mij koenen zou, mij mot huur molodiouso 'item zou toespreken en my met haar heerlyke oogen zou aanzien. Zij was voor my een troostende engel. „Op zekeren dag ontving ik een nnoniemen brief, waaraan roy werd meegedeeld, dat Leon tine op eon gemaskerd bal had kennis gemaakt met een jongen man en dat zy niet dien man een liefdesbetrekking had aangeknoopt, wuarby De Beuucourt tot tusschenuereoon diende. „De onbekende, briefschrijver verzekerde zelfs, dat zij met ongeduld naar mijn dood verlangde, toneinde met uien man te kunnen hortrouwen. „Ik verscheurde dien brief; een graaf De Per- signy kan immers niet veronwaardigd zijn wanneer iemand, die zelf zijn naam niet durft noemen het waagt zyn vrouw te belasteren. „Een tweede anonieme brief waarschuwde my evenwel, op mijn hoede te zyn, wuut dat de gravin haar geduld verloor en dat een aanslag op mijn leven niet tot do onmogelijkheden behoorde. (Wordt vervolgd).

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1898 | | pagina 1