Donderdag 13
April 1899.
No. 4866.
48e Jaargang.
De schoonmaak.
Niet nelukkio i
Binnenland.
Oitgave
Firma A. H. VAN CL EE FF
te Amersfoort.
Verschijnt Maandag- en DonderdagavondAbonnement per 3 maanden f 4.franco per
post 4.15. Advertentiën 46 regels 60 cent; elke regel meer 40 cent. Groote letters naar
plaatsruimte. Legale-, oflicieële- en onteigeningsad verten tien per regel 45 cent. Afzonderlijke
nummers 10 cent.
Bij advertentiën van buiten de stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht.
Bureau
KORTEGRACHT 5 0.
Telephoon 19.
KENNISGEVINGEN.
De BURGEMEESTER van AMERSFOORT
brengt ter kennis van de belanghebbenden, dat
de blanco verzoekschriften tot het bekomen van
jachtacten, vischacten en kostelooze vergunning
om te visschen, benevens voor de registratie van
eendenkooien en duiventillen, alle werkdagen
van 's vooriniddags 10 tot 1 uur des namiddags,
ter Secretarie verkrijgbaar zijn, en maakt hen
opmerkzaam op het belang dat er voor hen in
gelegen is, de bedoelde verzoekschriften, be
hoorlijk ingevuld, vóór den 10. Mei aanstaande
ter voormelde plaatse inteleveren opdat men tij
dig voorzien zij van eeno acte of vergunning
voor het seizoen 1899/1900.
Amersfoort, den 10 April 1899.
De Burgemeester voornoemd,
F. D. SCIIIMMELPENNINCK.
De BURGEMEESTER en WETHOUDERS
van AMERSFOORT,
Gelet op art. 261 der Gemeentewet,
Doen te weten, dat het primitief kohier
der plaatselijke dïrecto belasting (Inkomsten
belasting) over het dienstjaaar 1899, goedgekeurd
door Gedeputeerde Staten van Utrecht, in af
schrift gedurende vijt maanden op de Secretarie
der gemeente voor eenieder ter lezing ligt.
Amersfoort, den 10 April 1899.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Burgemeester,
F. D. SCHIMMEL PEN N INC K.
De Secretaris,
B. W. TH. SANDBERG.
De BURGEMEESTER en WETHOUDERS
van AMERSFOORT,
Gezien art. 5 der Wet lot regeling van den
kleinhandel in sterken drank en tot beteugeling
van openbare dronkenschap
Brengen ter openbare kennis, dat een ver
zoekschrift om vergunning tot verkoop van ster
ken drank in het klein bij hen is ingekomen van
GIJSBERTUS van den HOVEN in het per
ceel wijk F. No. 249 aan de Krommestraat al
hier.
Amersfoort 10 April 1899.
Burgemeester eu Wethouders voornoemd,
De Burgemeester,
F. D. SCHIM ME EPEN NINCK.
De Secretaris,
B. W. Th. SANDBERG.
*.Ve zijn nu weer gekomen op de kente
ring van een seizoen en als bij ingeving
weten we, dat er iets gebeuren moet om
den zomer zijner waardig te ontvangen.
't Is een tijd van beproeving voor de man
nen, die schoonmaaktijdmaar toch, we
moeten hem doorstaan met al den ernst, die
in ons is, met opoffering van gemak en
Feuilleton.
't Was het eerste jaar dat ik aan do kade
woonde. Van mijn nieuwe woning beviel mij
het meest de beweging op het water, het ver
trek cn de aankomst der nootjes, met het ver
tier der reizigers die heengingen en aankwamen.
Ik kon niet nalaten om, als er booten afvoeren
of landden, naar buiten te gaan om ze van na
bij op te nemen.
Op een namiddag, toon ik gegeten had, stond
ik weer op den stoep voor mijn huis om ge
tuige te zijn van de aankomst der passagiers,
toen ik onder hen een ouden bekende, om niet
te zeggen, oen ouden vriend, ontdekte, die pijl
snel op mij toeschoot.
Gauw I berg meAnders ben ik verloren.
Wat is er wat mankeert je vroeg ik.
Eerst binnen, dan zal ik je alles vertellen.
Ik raakte zeif onder den indruk van zijn
haast cn duwde hem bijna mijn deur in, dio ik
daarop sloot.
Simonsen hijgde naar adem, terwijl hij zijn
hoed afzette en zich met zijn zakdoek hot gelaat
wischtc.
Heere Ileere is dat loopen maar ik heb
het nu toch gehaald Er was niemand ach
ter me?
comfort, van vaste gewoonten en rust en
orde.
De meeste mannen kanten zich oogeu-
schijnlijk tegen de groote schoonmaak maar
of ze het meen en
Als het huis eens niet met bezemen ge
keerd werdals het vuil geworden behang
eens niet vervangen weid door een nieuw,
of de verontreinigde muren niet onderhan
den kwamen, o, hoe ontevreden zou hen dat
stemmen
Dan zouden we ons zelf moeten bekennen
dat we een slordige vrouw hadden, die om
niets meer gaf', die er blijkbaar behagen in
vond, alles maar te laten zooals 't is en
meer sympathie had voor een vuilen boedel
dan voor een reine omgeving. Zie dan zouden
we óok niet tevreden zijn, integendeel, we
zouden er over mopperen, dat er voor ons
geen schoonmaak bestond.
Laten we dan toch in 's hemels naam on
zen vrouwtjes den lust maar niet benemen
om in 't voorjaar eens naar hartelust te
ploeteren en te plassen aangenomen dat we
dat konden. »Goed, dat ge dat laatste er bij
voegt", liooren we een huisvrouw zeggen,
«ge kunt ons den lust niet benemen om te
schuren en te poetsen, te schrobben en te
wasschen, te poetsen en te boenen, want die
dingen zitten ons in 't bloed, ze zijn ons zit
ten en ons opstaan en tot merg en been in
ons doorgedrongenliever spoelen we u het
huis uit, dan dat we daarin niet ééns per
jaar onbeperkt gebiedster zouden ziju
Krasse taal, voorzeker, maar zo zou gespro
ken worden, al ware het dan ook in eenigs-
zins gewijzigden vorm.
Laten we ons maar nooit tegen de schoon
maakwoede verzetten, want 't is toch en
gelukkig den moriaan gewasschen. Laten
we ons zeiven liever wdt meer gaan opvoe
den in de vreeze van smetten en vlekken,
mitsgaders in dien van den boel vuil te ma
ken met schoenen eu laarzen vol allerlei on
gerechtigheden. Laten we het werk van de
schoonmaak voorts bevorderen door in dien
omwentelingstijd thuis maar vaak te schit
teren door onze afwezigheiddan zien en
hooren we niets, hinderen niemand en zijn
per slot van rekening van alle huisgenooten
nog het best er aan toe.
Er is nog een schaduwzijde aan de schoon
maak verbonden n. 1. deze, dat zij altijd een
beroep doet op onze beurs. Hot eene is hier
een onvermijdelijk gevolg van het andere.
Er moet soms een nieuw vloerkleed of een
nieuw karpet zijn, dc gordijnen worden te
dun of te poreus, bet behang is door ka-
ehelwarmto hier en daar gebarsten, het hout-
werk is kaal geworden enz. enz. allemaal
zaken dio aanvulling, verandering of her
stelling eischenen die verandering kost
geld. Maar daartegenover stellen we liet
genot, dat een inwendig net huis geeft.
Men zegge niet«met minder kan men
óok toe", of «wat maakt h«t uit of alles niet
is zooals de grootste bescheidenheid het
wenscht", want dan is direct waar wat ons
een huismoeder zei n. 1. dit«veeleischend
bon ik niet, maar toch, een knap boeltje is
mijn lust en mijn levenen als ik «lat niet
hebben mag, als ik mo ook het geringste
luxe moet ontzeggen, wat is dan het leven
En dat zeggen wij haar na. Och, als't moet,
kan men zooveel missen, want de leven in
engeren zin is rnet weinig tevredenmaar
er is ook een leven in ruimer beteekenis,
een leven waarvan wel niet genot den grond
slag vormt, maar dat tocht veraangenaamd
wordt door het uiterlijk voorkomen van het
geen ons omringt, dat voldoening vraagt
voor onzen zin voor al wat schoon is en
wèl luidt.
liet huis worde een thuis voor gansch het
gezin, het worde het aantrekkingspunt voor
ons gezellig bijeenzijn, het punt dat immer
lokt, nooit afstoot.
En daarom, getroosten we ons een kleine
uitgave voor den opschik van ons huis; het
genot zal ongetwijfeld geëvenredigd zijn aan
de uitgaven, met beleid gedaan.
Eigenlijk heb ik er niet op gelet, maar als
iemand je volgde, zou ik het wel gezien heb
ben. Vertel me nu eens wat er gebeurd is.
Eerst moet ik wat op mijn verhaal komen.
Kom dan binnen en ga zitten. Wil je een
glas water of een glas wijn, vroeg ik, toen
wij aan de tafel zaten, die nog niet was afge
nomen.
Als je 't zelfde is, liefst een glas wijn,
ten minste als je 't bij de hand hebtik ben
heelemaal mijn positieven kwijt.
Dat merk ik.
- Maar ik zal wel opknappen, vervolgde
Simonsen, in éen teug zijn glas ledigend. Goed,
dat ik je dadelijk herkende. Ik weet niet wat
er anders met me gebeurd zou zijn.
Drink nog eens, zeide ik, zijn glas weer
vullend.
llij wou me vermoorden.
Dat is geen prettig vooruitzicht.
Wat zou mijn vrouw wel gezegd hebben?
Die had zeker vreemd opgekeken. Is je
vrouw óok op de boot?
Goddank niet of ongelukkig niet, wunt
dan was bet waarschijnlijk niet gebeurd.
Wat?
Wel, dat standje.
Welk standje?
Ik zal je alles vertellen.
Laat ik jo dan nog eens inschonken en
steek een sigaar op.Dus je hebt onaange
naamheden gehad
Niets dan onaangenaamheden.
Eu dut op zoo'n moeien zomerdag
Dat was juist mijn ongeluk. Mijn vrouw
giug onze oudste dochter eens opzoeken, die een
H. M. de Koningin en H. M. de Koningin-
Moeder, zullen 17 April van Amsterdam naar
liet buitenland vertrekken en na een afwezig
heid van een vijftal weken naar «Het Loo"
terugkeeren.
Hare Majesteiten, reizende als Gravin en
Gravin-Moeder van Duren, zullen zich bege
ven naar Lipburg, nabij Badenweiler.
II. M. de Koningin-Moeder beeft Maandag
in het Koninklijk Palijs te 's Gravenhage de
acte geteekend, waarbij H. D. het landgoed
Oranje-N'assauoord bestemt lot een Sanatori
um voor longlijders.
Tot gedelegeerden der Nederlandsche Re-
gecring bij de «Ontwapening-conferentie"
zijn door Hare Majesteit benoemd de heeren
jhr. A. P. C. van Karnebeek, lid van de
Tweede Kamer der Staten-Generaal, oud-
Mi#ister van l'uitenlandsche Zaken generaal-
majoor^I^^C^Jei^Ree^^
dag of acht geleden.Enfin, dat doet er niet
toe, maar 't was beter, dat ik niet meeging en
ik maakte van mijn vrijen dag gebruik om eens
een uitstapje met het bootje te doenik houd
veel van zoo'n tochtje op 't water. Ik kom op
de boot; er was een heel gezelschap. Nu, dat
mag ik welhoe meer zielen, hoe meer vreugd.
Ik zet me op een gemakkelijken stoel op het
dek en vind dadelijk een paar bekendendie
óok een pleiziertochtje maken. Wij zaten heel
gezellig bij elkaar, want er kwamen al dadelijk
drie of vier heeren bij. Nu, zoo als je weet, ik
ben mijn gezelschap waard en ik kan me dus
best begrijpen, dat zij bij ons kwamen zitten.
Ik begon dan ook al spoedig met een paar
anecdotes jo weet ik heb er een heelc col
lectie, van allerlei soort maar men moet zijn
monschen aanzien cn die ik hot eerst nam, kon
een pasgeboren kind aanhooren.
Toen viel er mij een in, of een ander bracht
me op 't idee, dat weet ik zoo precies niet meer,
die zijdelings betrekking heeft op „(le zaak",
Een van mijn vrienden zette even, onmerkbaar
bijna, zijn voet op den mijne. Ik begreep hem
dadelijk, en een heer ziende met een militair
uiterlijk vermoedde ik, dat hij de man was, voor
wien ik me moest ontzien. II: zweeg dus on
middellijk en maakte aan mijn anecdote een
ander slot. Het was wel niet zoo aardig, maar
't was toch een slot. Jammer was het echter.
Een beetje daarna staat dc zwarte heer op en
ik neem do gelegenheid waar om nu het echte
slot te geven. In plaats dat men lacht kijkt
ieder een anderen kant op, behalve een lang
jongmenseh met een blonden baard. Die zi
me strak aan en zegt mot een sterk accent
den Raad van State, oud-Minister van Oor
log nir. T. M. C. Asser, lid van den Raad
van State, en mr. E. N. Rahusen, lid van de
Eerste Kamer der Staten-Generaal.
De schrijver der Haagsche Sprokkelingen
in het nUtr. Dagbl." merkt op. dat men de
conferentie in ofiiceele stukken niet noemt
«Vredes-conferentie", wat tamelijk vaag en
algemeen klinkt en eigenlijk de naam kou
zijn van alle mogelijke vergaderingen, die
niet belegd worden met het pertinente voor
nemen om alkaar in de haren te vliegen,
doch dat de conferentie der Mogendheden
heef «Onlwapenings-conierentie" om te spre
ken over het duidelijk uitgesproken oogmerk
het neerleggen van de wapenen, of althans
het zooveel mogelijk verminderen van hun
aantal. Men kan er zich dus met een «Jantje
van Leien" af maken, tenzij de zaak
commissoriaal gemaakt wordt. Dat is nog
het meest probate middel om delicate be
slissingen te verschuiven »ad kalendas Grae-
Wat betreft de opleiding van de surnume
rairs der Posterijen en Telegraphie heeft de
Directeur-generaal, met wijziging van den
daaromtrent bestuanden regel, o. a. het vol
gende vastgesteld:
De surnumerairs worden, aanvankelijk
voor acht maanden, geplaatst aan een van
de meest belangrijke kantoren met vereenig-
den dienst, en, na afloop van dien termijn,
gedurende zes maanden aan een postkantoor
van de 4e of de 2e klasse.
Binnen den laatsbedocldon termijn zullen
zij, volgens aanwijzing van den Directeur-
generaal, nu en dan mederijden in de post-
rij tuigen in spoortreinen uit en naar hun stand
plaats. De surnumerairs worden daarna op
geroepen tot deelneming aan het examen
in den postdienst.
Ongeacht of zij bij dit examen al dan niet
slagen, worden «le surnumerairs daarna gedu;
rende zes maanden geplaatst aan het tele
graafkantoor te Amsterdam of te Rotterdam,
tot het deelnemen aan eon cursus in den
telegraafdienst. Daarna volgt plaatsing gedu
rende zes maanden aan een van de meest
belangrijke telegraafkantoren. Na afloop
daarvan worden de surnumerairs opgeroepen
tot deelneming aan het examen in den tele
graafdienst.
De surnumerairs zullen op de postkantoren,
op de telegraafkantoren en op de vereenigde
kantoren voor hun oefening niet langer be-
lioeven aanwezig te zijn dan zes uren jer
„U reist zeker in aardigheden". Wat zou ik
daarop antwoorden? Terwijl ik nog nadaohthoe
ik hem terecht zou zetten, keerde hij me al
zyn rug toe en ging heon.
Die heer is gauw op zijn teenen getrapt,
zei ik tot mijn buurman, een bejaard heer, aie
inct een weiwillenden glimlach aandachtig naar
my geluisterd had.
Hij zei zoo iets van monschen, die gevoelig
zijn als een leek over hun vak spreekt, zooals
bijvoorbeeld ook over onderwijs zooveel gebeurt.
Onderwijs, zei ik, met onderwijs bemoei
ik mij nooit.
En dnnr had-je het lieve leven gaande. Wat
ik zei, was gezegd met de ueste bedoelingen,
maar de ander hield een preek, die ik me vol
strekt niet behoefde aan te trekken, maar die
me geweldig verveelde. Ik antwoordde maar
niet veel, want daarover te disputeoren, is wel
het malste wat men doen kan en ziet ge, ik
was op een pleiziertochtje. Ik liet den man dus
aan zijn lot over, maar kon niet nalaten, tot een
uit het gezelschap, die op een afstand had toe
geluisterd, te zeggen
Zoo'n pedante schoolvos. Laat hij die wijB-
heid aan zijn jongens verkoopen
Wij onderwijzers houden de kinderen niet
met zulke dingen bezig, antwoordde de vriend
van mijn vrienden, cr zijn zaken die voor hen
nuttiger zijn.
Neem mo niet kwalyk, zei ik, ik wist niet,
dat u onderwijzer was.
Dat ben ik mynheer, en ik ben er trotsch
op, die betrekking te bokleedcn.
(Wordt vervolgd).