Maandag 18
September 1899.
PHOENIX-BROÜWERIJ
No. 4911.
48e Jaargang.
Binnenland.
JUDAS.
MEURSING Co. AMERSFOORT.
Uitgave
A. H. VAN CLE EP
te Amersfoort.
Verschijnt Maandag- en Donderdagavond. Abonnement per 3 maanden franco por
post 1.15. Advertentiën 1—6 regels 60 cent; elke regel meer 10 cent. Groote letters naar
plaatsruimte. Legale-, oflicieële- en onteigeningsadvertentiën per regel 15 cent. Afzonderlijke
nummers 10 cent.
Bij advertentiën van buiten de stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht.
Bureau
TEORACHT 56.
Tolephoon 19.
KENNISGEVING.
Do GRIFFIER der PROVINCIALE STATEN
van UTRECHT,
daartoe door do Gedaputeordo Staten van
dat Gewest gemachtigd, brengt tor kennis
van belanghebbenden dat do Rekening der enkel
provinciale en huishoudelijke inkomsten en uit
gaven over het dienstjaar 1897, goedgekeurd bij
Koninklijk besluit van 9 Augustus 1899 no. 19,
alsmede de Begrooting dier inkomsten en uit
gaven voor het dienstjaar 1900, goedgekeurd bij
Koninklijk besluit van 4 September 1899, no.
61, ingevolge art. 100 der Provinciale Wet ver
krijgbaar zijn gesteld ter Provinciale Griffie van
Utrecht, tegen 40 cents per exemplaar, zoowel
voor de Rekening als voor de Begrooting.
Utrecht, den 14. September 1899.
De Grillier der Staten voornoemd,
C. R. MERKUS.
DE WONINGWET.
Door de Regeering is thans ingediend de
aangekondigde Woningwet, houdende wet
telijke bepaliugen betreffende de volkshuis
vesting.
De volkshuisvesting wordt daarbij ver
klaard te zijn een voorwerp van de aanhou
dende zorg der Gemeentebesturen.
Aan alle Gemeenten wordt behoudens
vrijstelling door Gedeputeerde Staten de
verplichting opgelegd, verordeningen te ma
ken, die, om van kracht te zijn, de goed
keuring van Gedeputeerde Staten behoeven.
Blijft een Gemeentebestuur in gebreke, aan
de verplichting te voldoen, dap is tusschen-
komst van een hooger college noodzakelijk.
Er is echter aan «le Gemeentebesturen een
ruimen termijn gegeven om zelf te doen
wat de wet hun oplegt. Eorst indien twee
jaren na het in working treden der wet nog
geen voorschriften in den zin der wet tot
stand zijn gekomen, doen Gedeputeerde Sta
ten wat des Raads is en stellen zelf voor
schriften vast, welke dan dezelfde kracht
hebben als een door den Gemeenteraad
vastgestelde Gemeentelijke verordening.
Aan de Gemeentebesturen wordt echter
niet voorgeschreven welke minimum-eischen
in de verordeningen moeten worden opgeno
men. Wel wordt bepaald welke punten, be
houdens vrijstelling, iu de verordeningen
moeten worden geregeld, maar niet waarin
die regeling moet bestaan. Omtrent afme
ting van woonvertrekken, hechtheid van mu
ren, toevoer van 1 cht en lucht enz., zullen
minimum-eischen moeten worden gesteld,
maar aan de Gemeenten wordt overgelaten
te beslissen, welke die eischen zullen zijn.
De Regeering stelt geen algemeene mini
mum-eischen bij de wet, daar die eischen
zoo laag zouden moeten zyn dat ze voor
de overgroote meerderheid der Gemeenten
alle beteekenis zouden missen, of zoo boog
dat vele, om niet te zeggen honderden Ge
meenten er zich onmogelyk aan zouden
klinnen houden.
Nevens streng toezicht op aanbouw moet
ook worden gewaakt, dat bestaande wonin
gen niet volstrekt onvoldoende zijn. Voor
eerst door te gebieden, dat, behoudens dis
pensatie, eischen worden gesteld, waaraan
aie woningen moeten beantwoorden, waar
van de omschrijving wordt overgelaten aan
het beleid der Gemeentebesturen in vereeni-
ging met dat van hooger autoriteit. Slechts
een deel van de punten, waarvan met be
trekking tot nieuw to bouwen woningen de
regelingen iu de verordening niet mag ont
breken, wordt op bestaande woningen van
toepassing verklaard.
Bovendien worden voorschriften gegeven
omtrent voortdurend toezicht, benevens in
grijpende maatregelen voorgeschreven tegen
over nalatigheid of onwil van eigenaars en
bewoners o. a. aanschrijvingen tot verbete
ring en tot gedeeltelijke ontruiming in ge
val van overbevolking, of door onbewoon-
baarverklaring.
Uitzonderingen op het gebod tot ontrui
ming op korten termijn moeten worden toe
gelaten, bijv. als oen woning is opgenomen
in een plan dat geleidelijke ontruiming ver-
zekert van ongeschikte en niet te verbeteren
I perceelen, of in een plan, waardoor langs
j den weg van onteigening een geheel kivar-
I tier of we.1 enkele perceelen zullen worden
J afgebroken. Aan deze voorschriften wordt
I kracht bijgezet door uitbreiding van publieke
I contróle, door strafbepalingen en door ver-
I eenvoudigde executie.
Een aanvulling van de Onteigeningswet,
voorzoover de onteigening geschiedt in het
belang der volkshuisvesting, is in de voor
dracht opgenomen, tor verkrijging van een
minder tydroovende procedure en oen meer
rationeele berekening der schadeloosstelling.
Verder wordt, onder hooger toezicht, aan
de Gemeentebesturen meer vrijheid van be
weging gegeven tot het verleenen van finan-
cieelen steun, door bet geven van rente
dragende voorschotten, ouder voorwaarde
van aflossing, uiterlijk in 40 jaren, aan eige
naren, of uoor hel geven onder nader oy
algemeenen maatregel le regelen voorwaar
den ven voorschotten en bijdragen aan ver-
eenigingen en maatschappijen, werkzaam in
het belang van verbetoring dor volkshuis
vesting, door bet aankoopen van gronden
en gebouwen om die aan dergolyke ver-
eenigingen of maatschappijen over te dra
gen of door liet verleenen van bndrugen ter
uitvoering van een ontoigeningsplaii.
Uit 's Rijks kus kunnen uun Gemeenten
voor deze doeleinden voorschotten worden
verstrekt, onder bij algemeenen maatregel te
stellen regelen. Een college van bijstand
wordt ingesteld tot onderzoek van de aan-
vrugen om voorschotten en bydragen, be
staande uit ten minste drie leden en een
bezoldigden Secretaris.
De Minister van Binnenlandse!)» Zaken
heeft Zuteriniddug, in een vereenigde zitting
van de beide Kamers der Sluten-Generaal,
het zittingjaar gesloten en de sluitingsrede
uitgesproken.
Behalve do 6 leden dor Commissie van
ontvangst waren slechts 2 leden van de Eei-ste
en 7 van de Tweede Kamer tegenwoordig,
bij deze «plechtige voreonigde zitting".
Vreemd mag hot wel neeton, dat in de
sluitingsrede mot geen enkel woord gewag
is gemaakt van do iu dit jaar te 's-Graven-
hage gehouden Vredes-oonl'erontio.
Oogstmaand is een goede oogst maand ge
weest voor do Rijksmiddelen, wel niet zóo
goed als Juli, maar toch mag zo onder do
voordooiigo voor 's Rijks schatkist wordon
gerangschikt.
In Juli werd do raming voor een maand
overtroffen met f859092j thans, bij een to
taal ontvangst van f IU845 304 bedraagt bot
surplus f428 930. In vorgelyking mot Augus
tus 1898 is f094 155 meer ontvangen dat
meerdere bedroeg in Juli fl 311683. Een
tekort op xlo dirocto belastingen draagt tot
dai verschil bij. Zij ziin (behalve baga
tel op do Staatslotoi yde eenige rubriek die
ten achter is by Augustus 1898. Er is nl.
thans op de groep f 40 487 minder ontvan
gen. Die achterstand verdoolt zich ovor de
Grondbelasting mot ongeveer f36 000; over
de Bedrijfsbelasting met ruim f2000, en over
de Vermogensbelasting met f16000. waar
tegenover het Dersonoél oon kleino 112 000
in uvans is. Al do ovorigo middolongroepen
hebben to zamon zoovoel moor opgebracht,
dat de achterstand op do dirocto bolastingon
or mee gedokt wordt nlot ulloon, maar ho
vend ion toch nog hot straks gonoorndo hoo
ger oindcyfer van maar 1 millioen verkru-
gon word. Aan do crodiotztyde staan mot de
daarachter gonoemdu cijfers in moorin
voerrechten f54004; accijnzen f128608
(suikor, bieren on az^jnen on geslacht meer;
wyn, godistilloord on zout minder); gouden
en zilvoron workon f2695indirecte be
lastingen f780 849 (zegelrechten, registratie-
on hypotheekrechten alle wat méér, succes
sierechten echter het meest, nl. circa 6>/a
ton moor)domeinen f5886; postoryon
f42 740; telegrafen f20 082; jacht- en vis-
scheryaktoii f9026; loodsgelden 16564, alle
moor dan in Augustus '98.
Over acht maanden was vorlodon jaar ont
vangen f78 349416, thans I'82 580865, dat
is f4242440 moer, zoudut wy ultimo Augustus
bij do raming, ad f 83 331390. nog slechts
f741 531 ton achter zijn, terwyl wy verle
den jaar nog f2 922 832 moesten iohalon
over de laatsto vier maanden. Einde Juli
H.
Feuilleton.
S4.)
Zonder oen woord to Hpreken, zette Judith
zich bij het vuur on MarBon nam weer plaats
aau zijn schrijflessenaar. Beidon bewaarden nog
steeds het stilzwijgen.
Eindelijk zeide Marson, op (luisterenden toon,
als vreesde hy beluisterd te worden:
Gaat het iets beter met Flory?
Neen, ik vind haar erger; ze is zeer on
rustig.
Waarom heb je haar dan alleen gelaten
Ze is in goede handendokter Japix zit
bij haar.
Japix herhaalde Marson verschrikt. Dat
spijt me. Het zou mij aangenamer zijn geweest,
indien vanavond zich geen vreemde personen
in huis bevonden.
Och, wat komt het er op aan? zeide Ju
dith op onverschilligen toon. Morgen zal tóch
iedereen het weten.
Dat hoop ik niet I
We kunnen niet anders verwachten van een
man als Judas.
Je meent Guinaud?
Ik meen Judas. Geen andoren naam past
zóo goed voor dien ollendigon verruder.
Maar wat kan do reden zyner handel
wijze wezen
Dat weet ik niet, maar in ieder geval wordt
«ijn huwelijk met Flory onmogelijk en dat
is de hoofdzaak.
Denk je, dat we hem zouden kunnen
bewegen te zwygen, door hem geld aan te bieden
Ik geloof, dat het daarvoor to laat iBvan
avond staan wy tegenover oen man der wet.
Maar Tanks is toch een vriend van
Axton.
Judith rilde on bedekte het gelaat mot beide
handen.
Ja, dat weot ik, zeido ze, maar Roger kan
nietB voor ons doen.
Ben jo daar zeker van
O, jahij hoeft het my vanmiddag zelf
izegd.
Is hij dan by je geweest?
Ja.
Marson wilde nog meer vragen, maar de uit
drukking op haar gelaat deed hom de woorden,
welke hy op de lippen had, terughouden.
Er werd op de deur getikt on Marks diende
de drie bezoekers aan
Mijnheer Tanks, mynheer Axton, mynheer
Guinaud.
Marson boog even; Judith scheen in een mar
meren beeld veranderd. Op verzoek van MurBon
namen allen plaats. Judas was zichtbaar uit zyn
humeur, omdat hij te laat had ingezien, dat hy,
door zijn geheim aan den detective mee te deelen,
zijn spul bedorven had en zyn plannen geheel
in de war liepen.
U hebt mij om eon onderhoud verzocht,
zeide Marson, zich tot Tanks wondond.
Ja, ik wensohte u oenige vragen te. doen,
die betrekking hebben op don dood van Öebus-
tiaan Meistune.
Ik weet niets omtrent dio zaak.
Niets? herhaalde Tanks.
Een donkerroode blos ovortoog het bleeke ge
laat van Marson en eon snellen blik op Judith
werpend, herbaalde hy, hetgeen hij gezegd ha«l.
Is u iets naders omtrent die zaak bekend,
miss VarÜDB vroeg TankB.
My? Wat zou ik daarvan weten? zeide
Judith.
Herinnert ge u een bezoek, dat u in het
begin van November hebt afgelegd bij den over
ledene, in het huis van do weduwe Bintor
vroeg Tunks.
Neen.
Herkent u dezen zakdoek vroeg Tunks.
Neen. Hot is een dumes-zukdook. Hoe
zou ik dien herkennen
Aan don naam, die in een dor hookon is
geborduurd. Herkent ge hom nu
Ja. Het ia myn zakdoek, antwoordde Ju
dith iiuuwolijkB hoorbaar.
Wcot u, waar hij gevonden is?
Neon.
In de zitkamor van don hoor Molstane, on
wel door dozen heer, zeide Tanks, op Judus
wijzend.
Zy sloeg thans do oogen op. Haat, minaoh-
ting, vrees sprak uit den blik, dion zo op haar
doods vyand wierp.
U zult dus wel inzien, dat hot nutteloos
is, te ontkennen, dut u op dien avond bij den
heer Melatane is geweest, hernam do detective.
En tóch ontken ik netl riop zo uit. Ik ben
niet in de woning van do weduwo Bintor geweest
Ik bob den heer Meistune niet in November op
gezocht I ik weet niets ointront dion moord
Octavius legde don zakdoek vóór haar op de
tafel.
Ik zie, dat ik uw gohougun moet te linlp
komon, miss Varlins, hernam hy. Snbnstiaan
Melstano stierf den 18en November te Jarlchestor
na het gebruik van morphine. Zoodra ik weot, wio
do morphino-pillcn in het doosje, waarin zich zijn
slaappillen bevonden, heeft gedaan, is mij tevens
de naam van den moordenaar bekend. Mug ik
mynheer Guinaud verzoekon, mee to doelen wut
hij heeft gezien?
Judas verhaalde nu in zijn gebrekkig Engelsch
al hetgeen hy reeds aan Tanks had meegedeeld,
doch nauwelijks had hy uitgesproken of Roger
Bprong op, uitroepend
Dat is gelogenTanks, Marson, hoe kunnen
jelui geloof heelden aan de bewering van dien
schurk? Hij zelf is do moordenaar I Ik ben er
van overtuigdHy heoft deze geschiedenis be
dacht om eon vrouw ongulukig te maken en
zichzelf to redden I ily is een spion, een schurk,
uun giftmenger.
Judas was 6ok opgcHtuun; zyn gelaat was
doodsbleek, zijn oogen puilden uit do kassen.
Mynneerriep hy mot heesclie stem, jjj
bent een lcugetuwir en oon dwnas. Ik heb myn
vriend niot vermoord I Ik lach om uw beschul
diging. Ik heb do waarheid gesprokon. Myu
vriend stierf uun hot vergif, dat die vrouw hem
gaf.
Hij strekto do hand uit nnur Judith en aller
oogen rustten op haar. Roerloos stond zy
door.
Wat kunt u tegen dezo beschuldiging in
brengen, miss Varlins? vroeg Tanks.
Niots.
Langzaam kwam hot woord over haar lippen
toon begaven haar do krachten, en bowiiBtoloos
zonk zo neer. Roger hief haar op, uiuar Judas
lachte en riep
Neem haar in uw urmen, go kunt den smet
tóch niet meer uitwissohon I Zü is verloren I Een
moordenares is zo!
Jo, liegt I riep Itogor, buiten zichzelf van
woede, als je nog oon woord spreekt, vermoord
ik ie.
En Judith op don grond loggend, trad hy mot
gebalde vuiston op Judus toe, die verschrikt
achteruit week, maar Rogor greep hem by do
I keel en zou hom zeker hebben neergeworpen, in-
I dion niot oen onverwachte verschijning hem zyn
prooi had doen loslaten.
I Een vrouw, in nachtgewaad en met hangende
fcaren vloog hot vertrok binnen.
(Wordt vervolgd),