Maandag 9
October 1899.
PHOENIX-BROÜWERIJ
No. 4917.
49e Jaargang.
Stadsnieuws.
H.
MEURSING Co. AMERSFOORT.
Firma A.
Uitgave
H. VAN CL EE FF
te Amersfoort.
Verschijnt Maandag- en Donderdagavond. Abonnement per 3 maanden f 1.franco per
post 4.45. Advertentiën 46 regels 60 cent; elke regel meer 10 cent. Groote letters naar
plaatsruimte. Legale-, oflicieële- en onteigeningsadvertentiën per regel 15 cent. Afzonderlijke
nummers 10 cent.
Bij advertentiën van buiten de stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht.
Bureau
KORTEOEACHT
Telophoon 19.
KENNISGEVINGEN.
De BURGEMEESTER en WETHOUDERS
van AMERSFOORT,
Brengen ter kennis van de ingezetenen,
dat de Commissie, die zich gedurende on
derscheidene jaren heeft belast met de be
zorging van spijzen aan behoeftigen. zich
weder bereid heeft verklaard om gedurende
den aanstaanden winter hare pogingen tot
leniging van armoede voort te zetten.
Burgemeester on Wethouders, openlijk
hunnen dank betuigende zoowel aan de bo
vengenoemde Commissie, voor hare belang-
looze en edelmoedige werkzaamheden, als
aan de ingezetenen, voor hunne milddadige
medewerking, maken tevens bekend, dat de
Commissie voornemens is, om op Maandag
46 October e. k. aan te vangen met het
openen der aan de huizen te doene Inschrij
vingen tot deelneming aan het uitdeelen
van spi,jzen gedurende den a. s. winter;
terwijl de ingezetenen dezer gemeente drin
gend worden aangespoord om door ruime
inteekening de heilzame pogingen dier Com
missie te ondersteunen en daardoor hunne
belangstelling in deze zoo nuttige inrichting
te toonen.
Amersfoort, den 6. October 1899.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Burgemeester,
F. D. SCHIMMELPENNINCK.
De Secretaris,
B. W. Th. SANDBERG.
De RURGEMEESTER van AMERSFOORT,
Gezien de aanschrijving van den heer Com
missaris der Koningin in deze provincie
(Provinciaalblad no. 146) herinnert belang
hebbenden aan het le lid van art. 3 der
Wet van 27. April 4884 (Staatsblad no. 96)
luidende;
Hij die een krankzinnige verpleegt, over
wien het Staatstoezicht zich uitstrekt, is ge
houden hiervan aangifte te doen aan den
Burgemeester der gemeente van zijn werke
lijk verblijf binnen tweemaal vier en twintig
uren na den aanvang dier verpleging.
Amersfoort, den 7. October 1899.
De Burgemeester voornoemd,
F. D. SCHIMMELPENNINCK.
In de te Utrecht gehouden vergadering
van het Metropolitaan-kapittel der Oud-Ka
tholieke kerk is gekozen tot kanunnik de
heer J. II. van Beek, pastoor te Leiden,-en
Feuilleton.
HET „CURARE".
Bleek en snikkend kwam Itosario naar mij toe,
terwijl hij zuchtte„01 ik ongelukkigehelaas
welk een noodlot!"
Hij viel naast mijn lichaonm op de knioön, en do
handen voor het gelaat vouwend als om te bidden,
duisterde hü niü toe
„Ik weet dat je looft, dat je ziet en dat je hoort,
maar ik zal hot niet zoggen. Je hebt mij vernederd
en laf genoemd do lallen redden de dapperen niet,
nnar wreken zich I"
r wreken zich
Toon stond hij op ging hoon met het hoofd tus-
sclnn de handen, gebeden prevelend on als over
stelpt door smart. De anderen volgden hem.
Allo furies der hol hadden zich van mijn hart
meester gemaakt, ik haatte hem als nog nooit een
hart gehaat heeft; ik trachtte mij op te richten,
injj op hem te werpen en zyn valsche keel met
myn handen dicht to knijpen, bem te worgen, zijn
gemecnen, kwaadaardigen, huichelachtigen kop on
der mjjn voeten te vertrappou.
En ik had zelfs niof do kracht te zeggen„Het
is goon ongeluk, het is een moord I"
Ik govoclde mij als geklonken in een harnas van
Staal. Zoo bleef ik alleen in die sombere kamer,
op die koude marmeren tafel, waarop reeds zoo
velo lijkon hadden gelegen.
Plotseling schoot door mijn brein een angstige ge
dachte: Als ik eons workeljjk dood was? Als
de dood zich altijd zoo voordoet? Want wat we
ten wij er eigenlijk van? Als dcmenscholijkegeest
eens niet gelijktijdig mot het lichaam afstierf? Als
hij misschien nog eeuigen tijd, misschien voor al
tijd daarmede veroenigd moet blijven om van de
zulks ter vervulling van de vacature, ontstaan
door het overlijden van den lieer Th. van
Vlooten, in leven emeritus-pastoor te Amers
foort.
De maandelyksche Zendingsbidstond zal
hier morgenavond worden gehouden in »De
Zaaier".
Vergadering van den Raad der gemeente
Amersfoort op Dinsdag 40 October 4899, des
namiddags 1 uur-
Punten van behandeling:
4. Installatie van het nieuwbenoemde lid,
den heep A. M. Tromp van Holst.
2. Benoeming van 3 leden der Commissie
tot onderzoek der reclames tegen au 'agen
in de Inkomsten-belasting, wegens aftreding
van de heeren Van Esveld, Kleber en Tromp
van Holst.
3. Ontwerp-instructie voor den Sluiswach
ter.
4. Ontwerp-besluit tot verhuring van eenige
woningen achter de Hongere Burgerschool.
5. Voorstel tot verhuring van het tuin
manshuis met stal, schuur en moestuin aan
de Wolfertstraat aan J. van Ruitenbeek.
6. Ontwerp-besluit tot verhuring van een
terrein aan de Zandhoopen.
7. Ontwerp-besluit tot verhooging der jaar
wedden van twee onderwijzeressen.
8. Ontwerp-verordening op de wegen en
waterleidingen.
9. Request van den Havenmeester I. J.
Valewink om eervol ontslag en toekenning
van pensioen, met advies van Burg. en Weth.
10. Voorstel tot verhooging der jaarwedde
van den 6e ambtenaar ter Secretarie.
44. Voorstel tot verhooging der arbeidsloo-
nen van de werklieden bij den Gemeente-
reinigingsdienst.
12. Voorstel tot verhooging dor jaarwed
den van eenige leeraren aan de Hoogere
Burgerschool, met concept-besluit tot wij
ziging van het besluit tot regeling der jaar
wedden van de leeraren aan die school.
43. Voorstel tot aanhouding van het request
van onderwijzeressen in handwerken om ver
hooging van jaarwedden.
14. Request der Muziek-vereeniging «Caeci-
lia" tot verhooging van het jaarlijkse!) sub
sidie tot f300.
45. Ontwerp-besluit tot heffing van 50 °/0
van het tarief voor vuur-, haven- en tongeld
in het jaar 4900.
46. Begrooting der dienstdoende Schutterij
voor 4900.
47. Regrooting van het Burgerlijk armbe
stuur, met ontwerp-besluit tot toekenning
van subsidie.
48. Begrooting van het Burger-weeshuis.
19. Begrooting der Gemeente voor het jaar
1900, met bijlagen en rapporten der afdeelin-
gen, met Memorie van antwoord.
Het Centraal-bureau van «Liefdadigheid",
dankbaar voor de fot hiertoe ondervonden
medewerking, waardoor het in staat is gesteld
vele vrouwen, kostwinsters van haar gezin,
aan werk te nelpen, verzoekt ons te berich
ten, dat nog verscheidene werkvrouwen, die
alle aanbeveling verdienen, beschikbaar zijn.
Inlichtingen geeft de Secretaris-Boekhou
der, de heer H. Peerlkamp, Zuidsingel.
By het personeel der Gemeentelyke brand
weer, voorzoover dit bezoldiging geniet, be
staat het voornemen den Gemeenteraad te
verzoeken, het uurloon voor vereisebten ar
beid bij bi and, enz., dat sedert 1886 vijftien
cent bedraagt, met het oog op den thans
geldenden loonstandaard, in verband niet het
eigenaardige der gevorderde diensten te ver-
hoogen. Ook bij enkele brandmeesters en
commandeurs die geheel belangloos dien
sten verrichten zou het voornemen bestaan,
op eenige vergoeding, althans voor de kos
ten der vergaderingen van het College van
brandmeesters, welke vergaderingen men
talrijker wensciit te houden, aan te dringen.
Een stadgenoot verstrekte ons welwillend
een uittreksel uit een brief, van zyn broeder
uit Transvaal ontvangen en gedateerd 46
September 1.1., van dezen inhoud
«Met den algemeenen toestand staat het
maar treurig en zult u dit wel uit de cou
ranten zoowat kunnen nagaan. Maar met dat
al worden de levensmiddelen verbazend duur
bijv. een zakje meel van 100 pond kost op
het oogeublik t'39.— (zegge negenendertig
gulden), en naar deze verhouding is alles
zoo. Dat liet nu zoo niet langer kan blijven,
kunt ge wel nagaan, want de armoede is
thans reeds groot, te meer daar al het werk
en bezigheid stilstaan, zoodat duizenden liroo-
deloos rondloopen.
Alles is voor den oorlog in gereedheid ge-
bracht en zoolang de Boeren nog moed heb
ben, ben ik voor Transvaal niet bang, ie
meer daar we van de nieuwste en beste ge
weren voorzien zyn. Ik heb ook een ander
geweer gekregen en wel zoo'n nieuw model
Mausei repeteergeweer met 400 patronen
en een patronenband. Het is een prachtig
wapen en schiet fijn.
Volgens gerucht komen eiken dag honder
den Boeren gewapend en te paard uit do
Kaap eti Natal om Transvaal in geval van
nooa by te staan.
De artillerie en hunne reserve zfin reeds
gecommandeerd, evenals die van den Vry-
staat. en zijn aan de grenzen.
Daar kunt ge van opaan, dat als het tot
een oorlog komt, Engeland een zwaar toertje
zal hebben met de Boeren, want ze zyn
kwaad en zullen vechten als leeuwen on lie
ver sterven dan zich overgeven.
De Duirschers hebben hier ook een eigen
korps opgericht en van het Gouvernement
der Z. A. R. geweren on patronen ontvangen.
Hun korps is thans reeds ongeveer 4000 man
De Hollanders hebben laatstleden Zaterdag
een vergadering te Johannesburg gehouden
en hebben besloten, de Transvaal met alles
bij te staan en in geval van oorlog zich by
de burgers te voegen. Als de toestand zoo
blijft, wordt het onhoudbaar. Het is gewoon
ontzettend, zooveel vrouwen en kinderen el-
ken dag nog vluchten.
Bij Kon. besluit is, met ingang van 46 Oc
tober, op zijn verzoek gepensionneord Harer
Majesteits adjudant in buitengewonen dienst,
generaal-majoor J. K. N. baron Schimmel-
penninck van der Oye. van de genie, thans
op non-activiteit als lid dor Eerste Kamer
der Staten-generaal, terwijl aan dien opper-
officier de rang is verleend van luitenant-
generaal.
Onzen vroegeren stadgenoot, den heer A.
A. graaf Van Limburg Stirum, thans luitè-
nant-kolotiel by het 3e regiment huzaren te
's Gravenhage, is op z(jn verzoek wegens ge
zondheidsredenen non-activiteit verleend.
By het rooien van eikenstobben op den
afsterving en ontbinding der stof getuige lo zijn
En dan
Bij dit denkbeeld maakte zich een wanhoop van
my meester, die iemand zou kunnen veranderen
in een wild dier, een wanhoop die, ovevgaando in
razernij, met zelfmoord eindigt.
Ik herinnerde my het geval vun een jongeling,
die na voor dood to zyu gekist, weder levend was,
ten minste de kracht gebleven om te schreeuwen
en om zich heen te slnau, en men vond hem dan
ook, toen men de kist opende, met vorbr'yzelden
schedel.
Ik echter kon niets doen om aan mijn marteling
een einde te maken ik word door woede verteerd,
voeldo mij krankzinnig worden, maar moest onbe
weeglijk blijven liggen.
Naast mij op de tafel lag een lancet. Myn hoofd
lag er heen gewond en ik zag het. Ik had de hand
slecht behoeven uit te steken om het to grijpen.
Met hoeveel brandend verlangen keek ik naar
dat moH I Ik dacht, dat mischien een wondje in
do hersenen, in het hart of in een ander edel or
gaan, myn levenden geest uit myn dood lichaam
zoude hebben verlost. Maar ook dit was niet ze-
kor. Ik had immers slechts hot lichaam kunnen
treffen, en dit was reeds afgestorven.
Iu geheel myn zorgelooze jeugd had ik nooit
met zooveel rampzaligen ernst aan de mogelijke
tweeledigheid van het menschelijk bestaan gedacht;
het troostende denkbeeld van de onsterflijkheid dor
ziel heelt zich dun ook voorzeker nog nooit op zóo
vreeBolijke wijze aan en menschelyken geest voor
gedaan
Naarmate professor Navaro voortging, deelde zyn
opgewondenheid zich hoe langer zoo meer aan ons
mede. Zonder dat wy het zeiven wisten, waren wjj
opgesprongen en stonden wy dicht om hem heen
by het vunr, dat niemand meer dacht op te rako-
len. De een keek den ander sprakeloos en ontzet
aan, in de flauwe hoop, dat nu de spreker onze
spanning ten toppunt had gevoerd, hy ons met hel
bij vele seusutie-romanBgebruikelijke: „opditoogen
blik ontwaakte ik, ik had gedroomd", zoude ont
goochelen.
Maar een diepo zucht en eou smartelijke rilling 1
van den professor kluisterden ons aan de akelige
werklykhoid en verhoogden onzo spanning nog meer.
De professor vervolgde
„Ik had de beschikking ovor alle functies van
den geest, alleen outbrak mij hot waarnemingsver
mogen van den lyd aan myn ovorgeprikkoi.l ge
moed scheuon do minuten uron toe. Ik verbeeldde
mij dan ook ontzettend lang in die sombre kamer
te hebben gelegen, toon ik duidelijk voetstappen
hoorde naderen. Ik herkende de stem vnn Toriudu,
die luide riep
„Ik weet het zeker, Claude Bernard hoeft het my
verklaard. Als ik or bij was geweest, bad ik de
opname van bet gif in het bloed verhinderd, uiaar
zelfs nu is het nog tijd genoog om hom tc redden
er is nog geen kwartier verloopen
Een kwartier! My schenen het minstens drie
uron too 1 Toriddu vloog naar binnen on kwam
hijgend, bezweet en met een uitdrukking vnn na
meloos medelijden naar my toe.
Hem volgden de professor, verscheidene studenten
en de chirurgijn, uien men gehaald had. Laatst
genoemde zeulo„Als men bjjtyds had kunnen
amputeeron
„Wat," viol Dulcamara hem in de rede, „do dood
is oogonblikkelyk ingetreden; in zevou minuten was
alles afgelopen."
„Dood, wat dood," stoof Toriddu op, „ik zweer U,
dat hij leeft. In dit verstijfde licliusm, achter die
verglaasde oogen, ondanks al deze verschijnselen
van den dood, bestaan nog het waarnemingavernio-
gen en bot verstand hy ziet en hoort ons
O, wat gevoelde ik op dat oogenblikeeu grenzen-
looze vreugde. Ik geloofde, dnt de boosaardige be
tooverlng nu geweken was, dat ik nu jubelend de
armen naar niyn redder kon uitstrekken. Maar noen,
niets van dat alle». De vreugde, zoowol als do smart,
lieten mij onbeweeglijk en koud. Midderwjjl nam
de professor myn vriend Toriddu, dio aan oen col
lega eenige instructies gaf, ter ztydo en voogdo hem
opgewonden toe:
„Wat praat je toch, myn jongen! Zie je dan
uiet dat ny stijf i» Wij hebben horn in het vloesoh
geprikt cn heiu haren uitgetrokken en hy heeft
geen onkel teekon vun piju gevovon."
„Dat komt omdat hy geen teekens kan gevou,
maar de pijn voelt hy toch. Het curare treft ulleon
de motorische zenuwenNavaro is godooltolyk ge
storven, do motorische zenuwen zijn dood,"
„Kom, dat is onzin," antwoordde do professor.
Maar Toriddu hernam hartstochtelijk„En tóch
is hot zoo, professor, Ik wist hot roods te Parijs.
Ik heb het ook aan Rosarlo verteld. Hoe is mo
gelijk, dat die or niot aan gedacht hoeft? Men kan
wel zion, hoe eon ongeluk iemand van strook kan
brengen I Maar nu in or geen minuut moor te
verliezen. Nog leeft Navaro In een verstijfd li
chaam, maar in minder dan een half uur zullen mis
schien ook de longen verlamd zyn."
Deze woorden verklaarden my liet gevoel vau be
nauwdheid, dat ik juist op dut oogenblik begon te
ondervinden. Dat was dun liet eindo verstikkingI
De dood, dien ik zoo vurig had aangeroepen, kwam
eindelijk, 1111 redding zoo nabij was. II(j kwam en
hy kwam snel, en lk kon niet roepon „Maak voort,
haast u toch I"
Toriddu ging naar do deur en riep: „Waar blijft
ge toch met het toestel voor do kunstmatige adem
haling 7 Het is hot oonige middel oui hem te
redden 1"
Hy had dus roods om het toestel gezonden e*
mij bleef derhalve nog eon Bprankjo hoop over,
niuar ik werd hoo langer zoo bonnuwdor.
(Wordt vervolgd.)