Maandag 4
December 1899.
No. 4933.
49e Jaargang.
RPSSrSÏSÊ?
Stadsnieuws.
Phoenix-Brouwerij H. MEURSING Co., Amersfoort
PHOEN1X-BOCKBIER.
Dit gaveVerschijnt Maandag- en Donderdagavond. Abonnement per 3 maanden franco per
Firma A H VAN CLEEFF Post f ^Ao. Advertentiën 16 regels 60 centelke regel meer 10 cent. Groote letters naar
plaatsruimte. Legale-, officieële- en onteigeningsadvertentiën per regel 15 cent. Afzonderlijke
te Amersfoort. nummers 10 cent.
Bij advertentiën van buiten de stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht.
Bureau
KORTEGRACHT
Telephoon 19.
kennisgevingen.
nationale militie.
">e BURGEMEESTER en WETHOU-
RS van AMERSFOORT,
ielet op de artt. 87 en 88 der Wet
rekkelijk de nationale militie van den
i. Augustus 1861 (Staatsblad No. 72)
'n de artt. 25 en 26 van het Koninklijk
besluit van den 8. Mei 1862 (Staatsblad
To. 46), later gewijzigd
Gezien de kennisgeving van den heer
iolonel, Militie-Commissaris in de provin
ce Utrecht, van den 14. November 1899
Doen te weten, dat de zitting van
den Militieraad voor deze gemeente op
Woensdag den 2(1 December
1S99, des voormiddags te IO lireu,
in het openbaar wordt gehouden in
de zaal genaamd „Groot Kunstliefde"
van het gebouw voor Kunsten en We
tenschappen aan de Mariaplaats te
UTRECHT, in te gaan tegenover de
Botermarkt, en bestemd is tot het
doen van uitspraakomtrent de lotelin
gen die redenen van vrijstelling hebben
ingediend, de lotelingen die van den
dienst uitgesloten of daarbij voor-
1 o o p i g niet toegelaten worden, en
alle overige lotelingen, behoorende tot
de lichting van het jaar 1900.
Eu brengen tevens ter kennis van de
belanghebbenden, dat de tijd en plaats
der zitting aan eiken loteling zal worden
bekend gemaakt door raiddel van een
aan zijne woning of aan die van zijnen
vader of voogd te bezorgen biljet, alhoe
wel het niet-ontvangen van zoodanig
biljet, niet ontheft van de verplichting
tot het verschijnen voor den Militie
raad, of tot het indienen van de tot
staving der redenen van vrijstelling ge
vorderde bewijsstukkenzullende de
loteling, die vrijstelling verlangt wegens
ziekelijke gesteldheid, gebreken of gemis
van de gevorderde lengte voor den
Militieraad moeten verschijnen, op het
Feuilleton.
DE EERSTE TWIST.
5. (Slot.)
Ik ging 's middags met mijn nieuwe kennis
sen wandelen. Zij bevielen mij erg goed. Ik
geloof wel, dat het nette menschen zijn. Alfred
heeft antipathieën.
Toen de zon onderging, werd het weer koud.
Ik begaf mij naar mijn kamer, in de hoop,
dat de waschvrouw het goed van Alfred zou
gebracht hebben. Is het niet vreesehjk, aan
niets anders te kunnen denken dan aan wasch-
vrouwen en overhemden? Maar er was niets
gekomen. Ik schelde. Het kamermeisje verze
kerde mij, dat de waschvrouw ieder oogenblik
kon komen. Ti uj
Spoedig daarna verscheen Alfred. Ik had
grooten lust, hem om den hals te vliegenik
voelde nu pas hoezeer ik hem den heelen dag
^Hif begroette mij koel en «ocht met aijn oogen
bei.TChetS*aschgoed gekomen? vroeg hij mij.
Ineens verdween die warme opwelling van
teederlieid bij mij. Hoe was het mogelijk, dat
Uj aan nietsandlrs dacht dan aan ».jn wasch-
Nog niet, antwoordde ik kalm. Dewasoh-
'TkeïMS'* r- Met vrees.
'vlSen U Ik
kieingeostigen, heer.nchtigen man nog l.ef?
hierboven vermeld tijdstip.
Amersfoort, den 2. Dec. 1899.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Burgemeester,
E. L. VISSER,
Weth. 1». Br
De Secretaris,
B. W. Ta. SANDBERG.
Schietoefeningen.
De BURGEMEESTER van AMERSFOORT,
brengt ter kennis van belanghebbenden, dat
volgens raededeeling van den heer Minister van
Oorlog, in den loop der maand December 1899
schietoefeningen zullen plaats hebben in Je stel
ling van Den Helder, uit verschillende vuur
monden, opgesteld op de verdedigingswerken
aldaar.
Op de dagen, waarop gevuurd wordt, zal van
het betrokken fort een roode vlag waaien van
minstens éen uur vóór der. aanvang der oefe
ningen, alsmede gekleurde vlaggen, aangevende
de richting, waarin gevuurd zal worden.
Bovendien zullen op die dagen groote waar
schuwingsborden worden geplaatst aan den in
gang der haven en op de batterij Vi9chmarkt,
vermeldende de plaats waarvan en in welke
richting dien dag gevuurd zal worden, terwijl
nabij de haven en nabij het Torpedo-magazijn
borden zullen worden geplaatst, waarop aange
geven de beteekenis der gekleurde vlaggen, als
volgt
Een rood en witte vlag beteekend N., zwarte
vlag O., wit en roode vlag Z., witte vlag W.,
wit en zwarte vlag N. O., rood en zwarte vlag
Z. O., zwart cn witte vlag Z. W., zwart en roode
vlag N. W.
Amersfoort den 2. December 1899.
De Burgemeester voornoemd,
E. L. VISSER,
Weth. 1» Br.
November is dit jaar betrekkelijk urir; ge
weest aan regenvalslechts 37.8 m. M. zijn
iu 10 dagen afgetapt. In Slachtmaand 98
waren deze cijfers 05.9 m. M. in 13, in 97
weder 38 in 3, in 1896 zelfs 73.8 m. M. in
7 dagen.
üe inschrijving voor de Nationale militie
van de jongelieden uit deze gemeente die
in 1881 geboren en dus in 1900 aan de
loting onderworpen zijn, zal hier plaatsheb
ben op 8 en 9 Januari e. k. telkens van 10
tot 1 uur ten Raadhuize.
Gelijk we Zaterdagmiddag reeds per bul
letin bekend maakten, is bij Kon. besluit
van 2 December 1899, no 45, met ingang
van 1 Januari e. k. benoemd tot Burgemees
ter van Amersfoort jhr. tnr. T. A. J. van
Asch van Wijck, lid van d? Eerste Kamer
der Staten-Generaal.
Naar we uit goede >rou vernemen, zal de
periodieke verkiezing voor het 3e district
van den Gemeenteraad, noodig door het be
danken van rar. F. D. graaf' Schimmelpon-
ninck, in het laatst van deze maand plaats
hebben.
Onze vroegere stadgenoot jhr. J. H. Ram,
le luitenant van het regiment grenadiers en
jagers, is bevorderd tot kapitein bij het 3e
regiment infanterie.
Met ingang van 1 December is benoemd
tot concierge van «Volksheil" onze stadge
noot H. van Drie.
baar vier liederen der Zuid-Afrikaansche Re
publieken, waaronder het Transvaalsche en
het Vrijstaatsche Volkslied.
Voor buiten Amsterdam gelieve men slechts
bij de aanvraag het bedrag der vracht in
postzegels te voegen. Dit bedraagt 4 ct. voor-
25 ex.; ct. voor 50 ex; 10 ct. voor 100
ex.; 15 ct. voor 250 ex. en verder voor
iedere 250 ex. 15 ct.
Mevrouw Van der Eist (Bergstraat) en
Mevrouw Steinbuch (Korte Bergstraat) ver
zochten ons mee te deelen, dat zij bereid
zijn, de handwerkjes tot 6 December in ont
vangst te nemen, die door salie meisjes .in
Nederland" worden vervaardigd voor onze
stamverwanten in Zuid-Afrika en die van
Tl tot 13 dezer te Amsterdam worden ten
toongesteld.
Een heel aardig geschenk in deze dagen
is dat, hetwelk zij die sigaren koopen in het
magazijn des heeren Van Dorssen daarbij in
den vuisten zin des woords toe-krijgen, te
weten een heel aardige sigarenkoker met
een zeer goed gelijkend portret van »Oom
Paul" op de voorzijde en het wapen der
Zuid-Afrikaansche Republiek op den achter
kant in deze dagen zeker een zeer passend
geschenk, dat heel velen zeer op prijs zullen
stellen.
Wie van de bekende goede merken 4 sigaren
van 21/2 cent of 5 van 3 cent koopt, Krijgt
daarbij zulk een koker cadeau.
We durven den heer Van Dorssen dan ook
een zeer groot debiet voorspellen.
Reserve-sergeant K. F. van Teijn, van het
5e regiment infanterie, is op zijn verzoek
ontheven van zijn verbintenis tot het Reserve-
kader.
Reserve-korporaal 1". J. de Hoog, van het
5e regiment infanterie, is bevorderd tot re
serve-sergeant.
De jongelingen J. P. van Lennep, P. Meijer,
A. B. Kelder en J. P. de Jong hebben bij
het 5e regiment infanterie aangegaan de
verbintenis als adspirant-vaandrig van het
Reserve-kader.
De firma J. II. de Bussy, Rokin 60 te Am
sterdam, stelt voor Hoofden van scholen ter
uitdeeling aan de kinderen gratis besohik-
Bij Kon. besluit is de 1e luitenant W. H.
A. G. baron Van Ittersum, van het le regi
ment veld-arlillerie hier, op zijn verzoek, voor
den tijd van twee jaren op non-activiteit ge
steld, zonder bezwaar der schatkist.
weder verkrijgbaar het zoo gunstig bekende
Alfred liep eenige malen in de kamer op en
neer. Toen zeide hij, met zichtbaar gedwongen
kalmte
Je zult toch wel begrijpen, dat ik nu, nu
ik moe, warm en bestoven thuiskom, allereerst
Daar schoon goed verlang?
Dat begrijp ik, antwoordde ik uit de hoogte,
maar wat ik niet begrijp ia, hoe jij, een man
van vormen, tact en beschaving, mij voortdu
rend met die nietigheid komt lastigvallen.
Hij keek mij bijna vijandig aan. Toen begon
hij kalm, maar met eenigszins trillende stem,
de volgende uiteenzetting. Hij zeide ongeveer,
dat hij behalve de onsterflijke ziel, die hij hoopte
te hebben, ook nog een aardsch lichaam bezat,
met allerlei behoeften; werd er nu in die be
hoeften niet voorzien, dan was ook een zeker
gevoel van behaaglijdheid niet denkbaar, en
juist daarom trouwde men om zich die behaag
lijkheid te verschaffen zij was een voorwaarde
tot geluk. Hij wist wel, dat ik niet huishou
delijk was opgevoed, maar nu moest ik toch trach
ten datgene, wat ik verzuimd had, in te halen.
Hij zou er op staan, en zoo voorts.
Ik antwoordde bedaard:
Alfred, om in liefde elkander toe te be-
hooren en het beste wat men heeft met elkaar
te deelen, dat zijn onze heiligste gevoelens. Het
overige komt pas in de tweede plaats. Ik zal
trachten mijn plichten te vervullen, maar uit
eigen verkiezing, en niet zooals je meent om
dat ik net goed genoeg ben om je boeltje in
orde te houden. Ik ben niet van plan, het
knoopje aan je overhemd te naaien, omdat je
het mij bevolen hebt.
Goed, zeide hij kort af en mat mij van top
tot teen met zijn oogen. Toen liep hij de deur
uit. Ik bleef wel een beetje verschrikt achter.
Wat bedoelde hij met dat „goed"?
Later gingen wij aan tafel. Alred sprak met
zijn buurman en ik met inijn nieuwe vriendin,
de oude dame. Zij denkt, dat we al minstens
twee jaar getrouwd zijn en ik heb haar in dien
waan gelaten.
Ik kon vannacht heelemaal niet slapen. Wat
bedoelde Alfred toch met dat bitse „goed" Ik
moest voortdurend aan zijn overhemden denken.
Waarom kwam die nare waschvrouw niet? Die
zal een standje hebben, neen maar
Het werd ochtend. Ik was zóo moe, dat ik
besloot, nog wat te blijven liggen. Ik wachtte
op de waschvrouw, maar ze verscheen nóg niet.
Alfred kwam niet binnen. Misschien dacht
hij, dat ik sliep; misschien ook is hij voor al
tijd boos. „Goed" heeft hij immers gezegd.
Ik hoorde hem voortdurend op en neer wan
delen en toen zijn koffie drinken. Daarna werd
het heelemaal etil. Wat voerde hij toch uit?
Op eens maakte zich een onverklaarbare angst
van mij meester. Ik sta op, schiet een witte
peignoir aan en sluip naar de deur. Het gelukt
mij heel zachtjes den sleutel uit het sleutelgat
te trekken en er doorheen te kijken en
bijna had ik een gil gegeven Alfred zat in
zijn kamerjapon en pantoffels bij het raam
en naaide. Met een woedend gezicht zat hij
daar, het hemd op zijn knieën en hij hield de
naald zóo onbeschrijflijk gek vast, en prikte
zóo onhandig op het knoopje los, dat ik het
bijna uitschaterde, maar te gelijker tijd brak er
iets in mijn binnenste, het ijs dat om mijn
hart gevroren was. Ik had medelijden met mijn
armen trotschen Alfred, die daar zat te vechten
met dat knoopje en die naald. Ik had mij ver
gist. Hij was tócli nog dezelfde gebleven in mijn
oogen, niettegenstaande alles wat er gebeurd was.
Hoe had ik anders zoo'n medelijden met hem
kunnen hebben? Alles in mij sidderdeoch,
hoe had ik toch zóo verkeerd kunnen denken t
Ik had hem nog even lief. Ik bield meer van
hem dan ooit. Een duizeling, een wervelwind
komt ovef mij, alle koppigheid is weggeveegd!
Ik zal voortaan zijn ondergoed in orde houden,
en netjes ook.
Ik deed de deur opeu en trad binnen. Hij
zag op en werd rood.
Toen keek hij weer strak op zijn naaiwerk
blijkbaar dacht hij, dat ik gekomen was om mij
over zijn nederlaag te verkneukelen.
Op mijn teenen ging ik naar hem toe. Hn
prikte zich in zijn vinger en het bloed bevlekte
de glanzende boord van het overhemd.
Ik nam hem de naald af en stotterde
Schei toch uit toelaat dat toch.
ik zal
Ik waagde 't heelemaal niet, op te kijken.
Eindelijk greep bij mij.
O, mijn engel 1 riep hij. Je bent dus wer
kelijk een engel?
Neen dat ben ik niet, antwoordde ik, maar
ik zal voortaan alle knoopenaanje overhemden
naaien I Heusch
Toen, sloot Alfred mij in zijn armen, en dat
was zóo heerlijk, veel heerlijker dan na ons
trouwen, toen mijn wit zijden japon ruischteen
Alfred's haar naar pommnde nekte. Nü begreep
ik pas alles, Op dit oogenblik, nu wij elkander
met tranen in dc oogen onze stoutigheden ver
gaven, nu mijn Alfred geen stralen krans meer te
verliezen had, nu mijn naar liefde dorstend hart
zijn gansche wezen doorgrondde nu eerst
behoorde hij mij geheel toe.
Die zalige oogenblikken duurden slechts kort,
want er werd geklopt ende waschvrouw
trad binnen met een stapel pas gestreken over
hemden.