Maandag 15
Januari 1900.
J
PHOENIX-BOCK BIER.
No. 4945.
49e Jaargang.
Binnenland.
Phoenix-Brouwerij H. MEURSING Co., Amersfoort
ültgave: Verschijnt Maandag- en Donderdagavond. Abonnement per 3 maanden f 4.franco per
post ƒ1.45. Advertentiën 46 regels 60 cent; elke regel meer 40 cent. Groote letters naar
Firma A. H. VAN CLEEFF plaatsruimte. Legale-, oflicieële- en onteigeningsadvertentiën per regel 15 cent. Afzonderlijke
nummers 10 cent.
te Amersfoort.
Bij advertentiën van buiten de stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht.
Bureau
KORTEGRACHT 9.
Tolophoon 19.
De „Nederlandsehe Zuid-Afrikaansche
Vereeniging" wil trachten, juiste begrip
pen en meedeelingen betreffende de
Transvaalsche gebeurtenissen in Enge
land te verspreiden wat te meer noo-
dig is, omdat alle Engelsche bladen
op twee na, die dan ook niet geloofd
worden hun berichten ontvangen van
de uitgevers der Engelsche bladen in de
Kaap-kolouie en Natal.
Zij vraagt daarvoor de medewerking
van iedereen, die van tijd tot tijd brie
ven uit Zuid-Afrika ontvangt, waarin
gesproken wordt over deze gebeurtenis
sen en verder alle belangrijke berichten.
In verband daarmee noodigen we an
dermaal lezeressen en lezers uit, derge
lijke brieven aan ons af te staan, opdat
we langs dien weg de N. Z. A. V. kun
nen inlichten.
In «De Zeeuw", het te Goes verschijnend
Chr.-historiseh Nieuwsblad voor Zeeland,
schreef ïLuctor" het volgende gedicht
GODS VINGER.
Gatacre's troepen gingen snel
Op Stormberg aan
„Hij zou dat troepjen „ongediert"
„Direct verslaan",
Maar God beschermde 'l Boerenkamp.
En hielp in nood
H(j gaf de zeeg', dies juicht het hart:
„De Heer is groot I"
Lord Methveu drong naar Kimberley
Met rasscke sclireön
„Het Boerengrauw joeg hij in vlucht
„Voor 't leger heen".
Doch Magersfontein stuitte 't heir,
Te vroeg geroemd,
En 't Boerenvolk zijn goeden God
Zijn Eedder noemt,
In Natal rukte Buller aan
Op Ladysmith
Den Boer te jagen naar zijn land
Maar zie, Gods a
Bij Toegela,
streed met den Boer
t blijden zin
De wereld had zoo vaak gezegd:
„Waar is hun God
Zij hebben op den lieer vertrouwd
In 't angstig lot!"
Nu zegt de Heer: „Zaagt gij Mij niet
Bij 't Boereuheir?"
De wereld houdt zich stil en stom
En spot niet meer.
Feuilleton.
EEN SPAANSCHE VROUW.
(Uit de biographic van Sherlock Holmes).
I 10).
Wo gaan even naar het haven-bureau, nnt-
I woorddq hij, het is dag en nnoht open en hier
vlak bij. Doch neen, blijf zoolang hier buiten op
mij wachten.
Hij kwam bijna weer dadelijk uit bet bureau en
i' we wandelden door naar ons hotel. Ik was tame-
lijk ontstemd door de geheimzinnigheid van Hol
mes, dio reeds nu zeker van zijn zaak scheen,
maar oudergewoonte niets wilde loslaten.
Intuschen, toon we op onze kamers waren, nam
hij zijn viool en spoeldo zóo wegslepend mooi „Lie-
der ohne Worte" van Mendelssohn, dat nijju boos
heid geheel verdween. Niets is zoo kaluieereud als
goede muziek.
Vervolgens nam Holmes een gla9 water, deed er
wat absolte alcohol en wat zwavelkoolstof in, nam
'Mm toen een gedeelte van den haarlok van mevrouw
r: Del Mauro, wierp dien in het glas, stak zijn pijp
op en bleef met een ellen gelaat, nu eens naar mij,
■•J} dan weer naar het glas kijken. Daar ik al lang
Tj geloerd had, mij over niets te verbazen, zei ik geen
woord, trok een even strak gezicht, en keek óok
naar hot glas. Ik bemerkte, dat do haren zich allo
{j&L in twee stukken schenen te verdoelen.
Ai Ik dacht het wel, knikte Holmes. Alcohol
en zwavelkoolstof lossen het op. Zij heeft valseh
wi 'Ular' <'"t zeer kunstig aan het echte bevestigd is
'"at eens kijken 85 centimeter lang. Een
•HS gezonde, sclioone vrouw uit het Zuiden, zooals zij,
*B Jjeoft veel langer haar. Ze kan een ziekte geluid
Khebben, maar daar heb ik niets van gehoord, van-
Het is opmerkelijk, dat er zoo vele onge
lukken op zee hebben plaats gevonden in
verband met het vervoer van troepen en
oorlogsmaterieel naar Zuid-Afrika.
Wij zullen ze hier kortelijks aanstippen:
4. Vergaan van de «Thermopylae" te
Groenepunt. Deze stoomerkwam van Australië
en had een groote hoeveelheid geperst hooi
voor de cavalerie aan boord. Niels
gered.
2. De ïWardha" kwam op haar reis
van Durban naar Oost-Londen in een hevigen
storm, waardoor een deel van de cavelarie-
paarden over boord spoelde, andere erg
werden bezeerd, en het schip naar Durban
moest terugkeeren.
3. De Persia" kwam van Londen, met
4200 man aan boord, te St. Vincent met
gebroken scliroefstang, waar de troepen over
gezet werden op de iGoth."
4. De Dismore" strandde op Dasseneiland.
Slechts 20 paarden zijn gered met de man
schappen aan boord. Een geheele batterij
en de lading zijn vergaan.
5. De «Roslin Castie" kwam in Tafelbaai
in botsing met de «Armenian" en werd zwaar
beschadigd.
6. De «Rapidan" verliet een der Engel
sche havens, ontmoette een zwaren storm,
verloor een groot aantal paarden en moest
terugkeeren.
7. Twee schepen moesten terug wegens
gebrek aan de machinerie.
8. Een ander schip keerde terug omdat
de lading geperst hooi dreigde in brand te
slaan.
9. Een ander moest terug omdat zijn dek
te zwak bleek te zijn voor 't aantal paarden
aan boord.
10. De d Ara va" moest terug omdat t5 000
pond vleetsch aan boord bevonden werd in
een staat van verrotting te zijn. Al het
vleesch moest uitgeladen worden.
Bij deze ongelukken tnoet nog gevoegd
worden, dat vele transportschepen dagen lang
in de Engelsche havens door 't woeden van
een vreeselijken orkaan werden gehouden.
Gezwegen nog van de transport-treinen die
geheel of gedeeltelijk verongelukten.
De Commissie van Voorbereiding uit de
Eerste Kamer betreffende de Ongevallenwet
heeft zich geconstitueerd en tot haar voor
zitter benoemd den heer Van Boneval Faure.
Het laat zich aanzien, dat het ontwerp
reeds dadolijk na Pasehen voor openbare
behandeling door de Kamer gereed zal zijn.
Het heeft H. M. de Koningin behaagd, aan
den OUiciers-schermbond het praedieaat
«Koninklijke" te verleenen.
In het «Tijdschrift voor Geneeskunde"
schrijft fir. Van Tienhoven, te's-Gravenimge,
liet volgende naar aanleiding van de ingediende
Gezondheidswetten
«Mij komt voor, dat de Geneeskundige
Raden der provinciën op den toekomstigen
I gang der aangeboden wetsvoorstellen niet
j veel invloed ie hopen hebben.
Vier jaar geleden, toen voor het Genees-
I kundig Staatstoezicht óok nieuwe wetsvuor-
1 stellen in bewerking waren, zijn deze ver-
I trouwd aan het oordeel van de Geneeskun-
ilige Raden, een gewichtig deel van het
Staatstoezicht in Nederland.
Schier eenstemmig was de Raad van
Zuid-Holland van meening rustende op
de ervaring -- dat de tegenwoordig gel
dende weiten goed zijn, mils nauwgezet en
met zorg toegepast.
Vier jaren zijn voorbijgegaan en ik aar
zel niet te verklaren, dat de vervulling van
de door den Raad gestelde voorwaarde om
trent de volle toepassing der wetten, tot nog
toe vergeefs wordt gewacht. Nu nog, ter-
wijl aangeboden worden nieuwe gezondheids-
j wetten, waarover het oordeel der Genees-
kundige Raden niet is gehoord,
j Deze wetsvoorstellen worden binnen ge-
leid op uitnuodiging van een deel van het
Geneeskundig Staatstoezicht, dat de tegen-
woordige wetten niet meer acht op de hoogte
van ons weten en van de eischen der ge-
j meenschap. Die meening wordt genoemd,
I zonder meer, de vrucht eener ruim dertig-
I jarige ondervinding.
Met gelijke overtuiging spreek ik hier
uit, dat iu de tegenwoordige wetten van het
Geneeskundig Staatstoezicht opgesloten ligt
minstens dezelfde kracht die de tegenwoor
dige wetsvoorstelier zich denkt in zyn toe
komstige wet. De krucht namelijk om te
kunnen voldoen aan de toenemende eischen
der wetenschap.
Alsof de wetgever van 1865 niet ware
uitgegaan van het denkbeeld, dut zijn wet
moet worden beschouwd als een kleed, dat
al dadelijk niet pasklaar kon zijn voor de
lichamen, die de wet hadden toe te passen,
alsmede voor de natie, welke beiden in dat
kleed moesten groeien, terwijl dit tevens vat
baar was om te worden uitgelegd, in gelijke
rede als de behoelte daaruan mocht blijken
te bestaan.
Ik handhaaf deze vergelijking als ik uiting
geef aan mijn meening in een gewichtige
volkszaak.
Men wane niet, dat het kleed, dat men
wil uittrekken en door een nieuw vervan
gen, versleten is of buiten den tyd. Het te
gendeel is waar. Hier en daar is het kleed
nog fonkelnieuw, omdat het niet of te wei
nig gedragen is in de wet, die veel te eng
wordt toegepast.
Voordat het vroeger of later vervangen
zul zijn door een nieuw kleed, naar de
meening van sommigen meer passende aan
de door hen juist geachte inzichten, wil ik
uitspreken den wensch dat zij, die geroe
pen zullen worden om de wetten toe te
passen, mogen zijn kundige, wetenschaplijke
mannen niet alleen, maar ook gehoorzame,
getrouwe dienaren der wet, die doordrongen
van het «sine moribus leges vanue" in de
salus populi zien de suprema lex. Videact
consules'
Blijkens een mcdcdeeling in de «Staats
courant" zul in 190U slechts éénmaal gele
genheid worden gegeven tot het uileggen
van het examen tot verkrijging der acte
van onderwijzer of onderwijzeres.
Nanr wij vernemen is besloten tot uitbrei
ding van het korps inspecteurs van den
arbeid met 6 personen. Het aantal inspecties
weder verkrijgbaar het zoo gunstig bekende
avoud, ofschoon meu mij nog al een en ander over
haar wist mee ie deelen. Het haar groeit onge
veer een halven centimeter in de maand. Vijf-en-
dertig centimeter zeggen we zes jaar. Onthoudt
dien tijd, Watson.
Daarna begon hij een telegram te schrijven en
nam daarin de getallen uit zijn zakboekje over, die
hij had zitten nolccren.
Wat zijn dal toch voor cijfers? vroeg ik.
Afmetingeu van een hoofd volgons het stelsel-
Bnrtillon, mijn waarde. Ik kan op hot oog zeer
goed kleino afmetingen schatten, ik zou zeggen, in
millimeters nauwkeurig. Ik sein deze getallen even
naar Parijs.
Met "en vricndelijken glimlach gaf Holmes me
nu de hand. Ik ga slapeu, wees niet boos op me,
Watson.
Er bleef ine niets over dan óok naar bod te
gaan.
Het was bijna dag geworden en do avond was
voor mij zóo vermoeiend en inspannend geweest,
dat ik begreep niet to zullen slapen. Ik installeerde
mij dus in een grooten stoel en mijmordo en phi-
losofeerde over al hot gebeurde.
Het was een bijzonder vreerad geval. Voor Mae
Eachin bad ik een diep gevoel van medelijden, want
ofschoon ik zijn houding tegenover mevrouw Del
Mauro niet geheel correct noemde, had ik ziju ka
rakter dadelijk bogrepen en gevonden, dat het een
van de flinkste en eerlijkste wns, die ik ooit aan
getroffen had. De liefde tussehen hem en tniss Clara
had mijn onverdeelde sympathie, en haar verdwij
nen bozorgdo my voel leed. Maar liet meest hield
Holmes' zonderlinge houding mij bezig zijn plot-
soliuge aandneht voor mevrouw Del Mauro had
groote verwondering bij ine gewekt.
Ofschoon mijn zenuwen dus geheel overspannen
waren, kwam toeli eindelijk de slaap en kreeg ik
oou uurtje rust. Holmes kwam mij reeds vroeg
wekken. In onze cbambersloacks gingen wij de
gang op om een bad te nemen. Wij botraden de
lift, een keurig kamertje, als oen damesboudoir in
gericht. In een gang beneden stonden wij stil en
betraden de badkamer. Dadelijk werden wjj las
tig gevallen door een groot aantal negers; met veel
moeite kozen wij uit dit lawaaïgo troepje een twee
tal grijnzende jongens uit, om ons na het bad af to
wrijven en te drogen.
Ik was eerder klanr dan Holmes en wilde dien
voorsprong benutten om mij even te laten scheren
mijn neger wees me don weg naar den keurige»
barbiers winkel, een eind vorder in do gang uit
komende. Toon ik weer do winkol uitstapte, ont-
moolte ik liet lachende gezicht van Holmes, die
me vroeg of hot scheren mij goed bevallen was.
Ik gaf hem een (linken stomp in zijn ribben, de
barbier had mij een dollar goüisclit voor zijn werk!
Ja, Watson, daarvoor zijn wo in Fifth Avenue-Ho
tel. Maar dat is minder, Van der Street zal onze
rekening wel voldoen.
Een groot contrast met het aristocratische hotel
vormde hot ontbijt, dat Holmes besteld had na
tuurlijk weer spiegeleieren inet ham. Ik sprak daar
van aristocratisch, maar dat is een woord dai in Ame
rika, het land van „snob", niet voorkomt.
Een bericht van den uitklaringspoBt, zooals ik
aan het havenkantoor verzocht, zei Holmes, een
brief toonond. Hot jacht van mevrouw Del Mauro,
dat op tien minuten afstand van het hotel, van
Van der Street lag, is vunnacht om óen uur ver
trokken. Het is een mooi schoepje, heet „Do Vol
tigeer" en vaart zeer snel. Juist op dat uur word
miss Clara vermist.
Maar hot is al to dwaas, mevrouw Dol Mauro
te verden kon zij is zelf hier geblevenik bedoel
zjj was al den tyd op het leest, om twee uur nog.
l)it is heel goede liaiu, zei Holmes droog. Maar
daar komt Mae Euchiti.
Weet ti al iets, mcueor Holmes
Ik woct niets, waarde lieer. Ontbijt u
met ons?
Hoe kunt u hier dan zoo kalm zitten oten
I vroeg de jonge man ongeduldig.
Ik voor mij geloof zeker, dat miss Clara voor-
loopig veilig is. Maar laat ik u oen raad geven,
I wees wal beleefder tegen mevrouw Del Mauro, ant
woordde Holmes.
I Wat bedoelt u meneer?
I O niets. Zij is een buitengewone vrouw, dio
i wol verdient, dat men beleefd togen hour is. Ik
I geloof bijvoorbeeld niet. dat ze tot oen gewone lago
Zulke grove wapenen zou zjj
ibl'llikcn
t zegt?
in een strijd nie
Hebt u oenlgo gronden voor wal
vtoeg Mae Eachin gejaagd.
Eonige wel. Van mijn karaktorstudic hen ik
bijvoorbeeld vry zeker, maar beleefdheid kun nooit
kwaad. Overigens weet ik niets, meneer Mac
Eachin.
De jonge zeeofficier snelde weor heen, even go-
jaagd als hij gekomen was.
Do ochtend ging verder zeer kalm voorbij. Hol
mes rookte zyn pijp en las de couranten. Na eon
poosjo zag ik hem opstaan en met gefronste wenk
brauwen hoen en weer loopen. Daarheen kan ik
hom toch niet volgen, mompelde hjj verstoord, ou
die vrouw
Eenigen tijd daarna gaf hij mij het ochtondnum-
nier van de „New-York Herald". „Hier. lees eens
Watson onze vriend Mae Eachin gaat New-York
uit, en dat juist on een oogenhlik, dat ik hem niet
onbeschermd kun laten.
Ik negeerde dio rnadsolaehtige woorden en lus
de telegrammen
„De kruiser le klasse „Muino", commandant kapi
tein Huundcrson, ecrstc-ollieicr luitenant Mae Enohin,
zal morgen New York verlaten om naar Havanna
te vertrekken, Met beslistheid, maar niet zonder
onvriendelijkheid, zal kracht bijgezet worden aan
do eischen van Amerika."
Wordt vervolgd.)