Donderdag 8
Maart 1900.
4960.
49e Jaargang.
Binnenland.
ültgave: Verschijnt Maandag- en Donderdagavond. Abonnement per 3 maanden f 1.franco per
post 1.15. Advertentiën 16 regels 60 cent; elke regel meer 10 cent. Groote letters naar
H. VAN C L E E F F plaatsruimte. Legale-, officieële- en onteigeningsadvertentiën per regel 15 cent. Afzonderlijke
nummers 10 cent.
te Amersfoort.
Bij advertentiën van buiten de stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht.
Bureau
KOKTEGBACHT 9.
Telophoon 19.
KENNISGEVINGEN.
t BURGEMEESTER van AMERSFOORT,
ter kennis van belanghebbenden, dat blij-
schrijven van den heer Commissaris der
Kngin in deze provincie van 2. Maart 1900, No.
fez, in de eerste helft dezer maand eenige scherpe
feten zullen worden gedaan uit een kanon van
:.M. van het fort op de Harsens.
0 de dagen dat er gevuurd zal worden, zal een
le vlag van het fort geheschen worden, alsmede
eurde vlaggen, de richting aangevende waarin
fcurd zal worden, terwijl een stoomboot de sche-
zal waarschuwen en zoonoodig hulp verleenen.
pk aan den ingang der haven en op de batterij
ichmarkt" zullen groote waarschuwingsborden
ïatst worden, meldende de richting waarin ge-
1 zal worden, terwijl nabij het Torpedomagnzijn
an den ingang der haven borden zullen staan,
Jbeteekenis van boveubedoelde gekleurde vlag-
I aangevende,
mersfoort, den 6. Muart 1900.
De Burgemeester van Amersfoort,
T. A. J. van ASCH van WUCK.
URGEMEESTER en WETHOUDERS der Ge-
fente AMERSFOORT,
Brengen ter kennis der ingezetenen, dat de lijst
kinderen boven zes en beneden twaalf jaren,
op 1 Januari j. 1. in deze gemeente woonachtig
®en en geen ouderwijs ontvingen, ter Secretarie
_r eenieder ter lezing is uedergelegd.
I mersfoort, den 8. Maart 1900.
Burgemerster en Wethouders voornoemd
De Burgemeester,
T. A. J. van ASCH van WIJCK.
De Secretaris,
tW. Th. SANDBERG.
B Twee Reuter-telegraramen, beide uit Lon
den en beide van 6 Maart.
ijHet eerste luidt
De Onderkoning van Britsch-Indië meldt,
t de vooruitzichten voor den hongersnood
I de kolonie allertreurigst zijn. Op het
[genblik en dat is nog maar een be-
wordt reeds aan 4374000 nood-
Benden onderstand verstrekt. Daarvan
tijgen alléén in het district Bombay 1153 000
Irsonen ondersteuning.
pHet andere
BfJet Lagerhuis heeft met 162 tegen 26
smmen het voorstel aangenomen tot het
Ingaan eener leening van 35 millioen pond
ferling.
I Aldus
Officieel wordt reeds aan 5 millioen Brit
tle onderdanen onderstand verstrektin
ïrkelijkheid zullen er in Voor-lndië nog
il meer hongerenden zijn.
a&Toch leent de »meest beschaafde natie'
:Vj 0 millioen gulden om den schandelijken
rlog in Zuid-Afrika voort te zetten, ter
lie van eenige verfoeilijke Beursspecu-
B uten.
Feuilleton.
(EN SPAANSCHE VROUW.
(Uit de biographie van Sherlock Holmes).
I)
IZoo kwam het, dat we met ons drieën te
Jiard den weg naar Bannanoe insloegen. Onze
■ds reed vooruit. Hij was een lange, slanke
prei, die voor geen klein geruchtje vervaard
fes. Hij droeg zijn lompige plunje en zijn
irooten stroohoed met gratie en rookte achte-
tos zijn stroosigaar, vermoedelijk zeer tevreden
pet het ruime loon, dat hij bedongen had.
Wij drieën volgden op kleine, magere, maar
lurige paardjes. Onze reisgezel Da Silva was
jen eenigszins tenger gebouwd jongman, met
fegelmatige gelaatstrekken en een fijn zwart
jaardje. Hij had het waardige en aristrocra-
ïsche, dat bijna alle echte Spanjaarden, al
ms uit de hoogere standen, hebben, maar er
r bovendien iets zachts en droomerïgs in zijn
jonkere oogen, dat hem zeer sympathiek maakte.
IFij hadden den band van het roode kruis om
jen arm gewonden, maar tegelijk onze revol-
lers in de holsters gestoken.
I En nu begon een tocht, zooals ik er geen
fceer hoop te beleven, ofschoon ik mag zeggen,
pt het nooit mijn gewoonte geweest is, het ge-
mar te ontwijken.
J Beinal, dat er in de verte met zijn witte
feuizen uitzag als het lachende gelaat van een
peisje, dat door het groen heengluurt, bleek,
Bij de stemming voor eeri lid van de
Tweede Kamer te Maastricht zijn uitgebracht
1720 stemmen, waarvan van onwaarde 61.
Gekozen is de heer De Ras met 956 stem
men; de heer Haex had er 703.
De Minister van Justitie heelt een wets
ontwerp ingediend tot wijziging van de Wet
3 Januari 1884, tot aanwijzing der ge
stichten waar, hetzij gevangenisstraf, hetzij
hechtenis wordt ondergaan, en van aanver
wante gestichten.
De strekking van het wetsvoorstel is om
de bijzondere strafgevangenis voor vrouwen
te Gorinchem aan te wijzen als het gesticht
voor tot gevangenisstraf van meer dan 3
maanden en niet meer dan 5 jaren veroor
deelde vrouwen, die voor het verblijf in de
cel wegens ouderdom of lichamelijke gesteld
heid ongeschikt zijn. Dit kan volgens den
Minister geschieden omdat die gevangenis
voor een groot deel onbewoond is en het
zich niet laat aanzien, dat ia dien tóestand
verandering zal komen. Voor aanraking met
de overige in het gesticht zich bevindende
vrouwen behoeft geen vrees te bestaan, de
wijl de verschillende categorieën door liet
aanbrengen eener weinig kostbare afschei
ding in enkele zalen volkomen van elkander
kunnen worden afgezonderd.
De sub-commissie uit de Staats-eoramissie
tot voorbereiding van maatregelen tegen liét
verontreinigen van openbare wateren heeft
aan eigenaren van vischvvater de volgende
vragen gesteld
Is het vischwater nog verpacht Zoo ja,
voor welk bedrag
Door welke fabriek, inrichting of omstan
digheid wordt het water verontreinigd, of
de vischvangst benadeeld
Geschiedt de verontreiniging dagelijks of
wel in bepaalde tijden van het jaar, en sinds
wanneer is deze merkbaar geworden
Is het u ook bekend hoedanig de gevol
gen der verontreiniging zich openbaren (bijv.
bovendrijven der visschen, vernietiging van
het broed of de eieren)
Is het ook mogelijk, aan te geven hoe
groot de schade is, die aan de vischieelt
door de verontreiniging veroorzaakt wordt?
Worden er ook middelen toegepast om
de schade te beperken of te voorkomen, en
zijn die voldoende
Bestaan er ook verordeningen speciaal
met het oog op de bescherming van den
vischstand
De «Leeuw. Crt". is door een van de meest
gezaghebbende juristen van ons land op de
waarschijnlijkheid gewezen van een groote
zwendelarij, gepleegd door personen, die zij
nog niet noemen kan en wel door tespeeu-
leeren op ons medeleven en lijden met de
stamverwanten in de Znid-Afrikaansche Re
publieken.
Het blad spoort tot voorzichtigheid aan.
Men zende niet te gauw zijn gave aan den
eersten den besten vrager, maar liever aan
personen en vereenigingen, die het volle ver
trouwen verdienen.
Het blad denkt spoedig meer aangaande
den bedoelden zwendel te kunnen mede-
deelen.
nu we er door reden, een vuil en morsig mid
dending tusschen een stad en een dorp te zijn, dat
meer hutten dan huizen telde, die trouwens
meestal leeg stonden. Buiten liet plaatsje was
echter leven en beweging, want men was druk
bezig, aarden borstweringen op te werpen.
Spaansche soldaten waren er ijverig .aan bezig, I
en achter ons kwam een troep vrijwilligers
aansjouwen met een kanon, dat met een dreu
nend geluid over de hobbelige keien langzaam
voortrolde.
Terwijl we door deze bedrijvige drukte heen
reden, kwamen er twee karren den weg af, dien
wij moesten volgen. Toen we naderbij kwamen,
bleken ze vol gekwetsten, die op bossen stroo
lagen, maar. zonder dat er verdere zorg aan
hun vervoer besteed scheen. Ze zagen er ver
schrikkelijk uit, bleek en uitgemergeld. Som
migen hadden de koorts en ijlden hardop, an
deren lagen buiten kennis. Een jonge man in
de uniform der infanterie lag in den eersten
wagen, zijn wonden waren weer opengegaan,
het bloed vloeide langs rle wielen en liet een
rood en vochtig spoor op den weg na. Bij ei
ken schok van den wagen kreunde hij zacht.
Ik kon niet nalaten, te helpen. Den koetier
gelastende stil te houden, onderzocht ik de
wonden en trachtte met de geringe hulpmid
delen, die ik had, althans een eenigszins vol
doend verband te leggen. Holmes en de offi
cier onderhielden zich met de mannen in den
wagen.
„Zij vechten als duivels uit de hel, die re
bellen,zei een oude snorrebaard. „Wie in
in hun handen valt, kan zijn vaderland en zijn
iefje vaarwel zeggen. Ze dringen langzaam
liet onlangs van haar commissie bij de
Tweede Kamer ingekomen voorstel tot wijzi
ging van het Reglement voor de stenographic
moet, naar men verneemt, een leeftijdsgrens
bepalen, boven welke geen lid van het korps
slenographen in den dienst gehouden wordt.
Gevolg van eventueele aanneming van dit
voorstel zal zijn, dat de Directeur dersteno-
graphische inrichting, de heer Steger, die op
73 jarigen leeftijd thans nog met jeugdigen
ijver werkzaam is, als hootd dier instelling
waaraan hij reeds 51 jaren verbonden is, zal
altreden.
Met het volontair-stelsel zal worden ge
broken en het korps worden opengesteld voor
iederen beoefenaar der stenographie die vol
doende bewijzen van wetenschappelijke en
technische bekwaamheid heeft afgelegd voor
het van hem te eischen werk.
Zoowel het eene als het andere kan ech
ter eerst met het nieuwe zittingjaar in Sep
tember a. s. ingaan.
De voorbereidende werkzaamheden op
«Oranje Nassau-oord" naderen thans hun
voltooiing. Met de aanhooging van het ter
rein aan de Oostzijde is men zoogoed als
gereedinen zul waarschijnlijk de volgende
week met de aanplantiug .der denneboomen
beginnen.
Het schijnt thans zeker, dat het tegen
woordig paleis zal worden bestemd tot ver
blijf voor de doctoren enz., terwijl het eigen
lijke Sanatorium meer ten Noord-westen zal
verrijzen.
Voor den Hooge» Raad werd behandeld een
vervolging wegens overtreding der Wet op
de Personeele belasting, welke haar grond
vond in een verschil van opvatting tusschen
de Administratie en den Raad van Beroep
voor de Personeele belasting te Dordrecht
over de vraag of een waterfornuis in een
waschhok al dan niet als haardstede belast-
haai* is. De Raad van Beroep had geoor
deeld. dat voor zoodanige haardstede geen
belasting verschuldigd is, op grond dat een
waschhok niet als «vertrek" in den zin der
wet zou zijn te beschouwen; maar de Ad
ministratie achtte «vertrek" synoniem met
iedere andere lokaliteit en stelde dus een
vervolging in tegen iemand die een haard
stede in een waschhok niet had aangegeven.
De Rechtbank te Dordrecht vereenigde zich
met de meening der Administratie en sprak
een veroordeeling tot f6 boete uit. De ver
oordeelde, vice-president van den Raad van
van Beroep, wenschte een bediening in
hoogste instantie en voorzag zich dus 'in
cassatie. Zijn beroep werd voor den Hoogen
Raad toegelicht door mr. C. P. Zaaijer,
advocaat te Rotterdam. Advocaat-generaal
mr. Patijn zal 12 Maart conclusie nemen.
De Minister van Financiën ontving ten
behoeve van 's Rijks schatkist van een on
genoemde uit het buitenland f1760, ter
aanzuivering van verschuldigde Vermogens
belasting.
Zoo iemand tnoet er wel warmpjes in
zitten
vooruit, en je ziet ze niet, voordat ze vlak voor
je staan. Daar komen die vervloekte ruziesto-
kers waar we eigenlijk voor vechten." Dat laat
ste mompelde hij halfluid, wijzende op eenige
priesters in lange zwarte mantels, die naar de
wagens toekwamen. De voorste droeg het sa
crament der stervenden. Ze kwamen zien, of
iemand hun hulp noodig had.
De gewonden, die zich nog konden bewegen,
richtten zich op en zonken op de knieën. Ook
do soldaat, die zoo even tegen de geestelijkheid
had uitgevaren, boog het met bebloede doeken
omwonden hoofd. Ik nain even mijn hoed af
en ging door met het verband.
„Is er geen dokter bij dit transport, dat ik
hier een vreemdeling moet vinden, die te lomp
is om het heilige sacrament behoorlijk te groe
ten?" vroeg mij de priester scherp.
Ik wendde mij om, on keek naar het domme
en terugstootende gezicht van den spreker. Lk
haalde echter zwijgend mijn schouders op en
ging door met het verband.
„Neem het broeder Pedro niet kwalijk, vreem
deling," sprak een andere priester, een eerwaar
dige grijsaard met een langen witten baard.
„Het is heden de zesde maal, dut wij de wagens
met gewonden tegemoet gaan, en de gedachten
aan al de ellende, die de ongeloovige rebellen
veroorzaken, inaken den besten meuscb soms
prikkelbaar. Maar gij, mijn zoon, doet thans
een Gode welgevallig werk, tot welke religie ge
ook behoort."
„Het is al klaar, eerwaarde vader," ant
woordde ik.
„Deze rebellen zijn verschrikkelijke mensehen,
eerwaarde vader," sprak de oude soldaat van
Het schriftelijk gededte der toelatings
examens voor de Kon. Militaire Academie
zal als volgt plaats hebbendie van de
cadetten der Cadettenschool van 12 tot 21
Juli en die van de jongelieden der inricht
tingen van Middelbaar onderwijs van 16 to-
21 Juli.
Bij het «Ned. Roode kruis" is tot dusver
ingekomen f202736.215, bij de «Ned. Zuid-
Afrikaansch Vereeniging" f1084 740.185.
De Voorzitter van het lloofd-comité van
het «Ned. Roode Kruis" heelt van den Mi
nister van Buitenlandsche Zaken inededee-
ling ontvangen van het volgend telegram
van den consul-generaal te Pretoria (omtrent
de ambulance-Lingbeek)
«Ambulance veilig te Pretoria. Het ma
terieel gedeeltelijk in beslag genomen. Een
nieuwe ambulance vertrokken voor Glencoe.
Romeyn, Oiiltmann, Vinkhuyzen, Lingbeek
vertrekken 9 April. Bierens de Haan leider.
Verplegingspersoneel blijft.Zendt geen ge-
neesheeren."
De boot, die 9 April *.an Delagoabaai ver
wekt, komt vermoedelijk 22 Mei te Rotterdam.
Naar de «Zutph. Crt". uit goede bron vei-
nam, moet bij de Regeering het plan be
staan, de exploitatie van alle Nederiandsche
zooeven, met een ondeugende tinteling in zijn
oogen. „Zij hebben gisteren vier monniken op
gehangen en bovendien hebben zij den wijn
kelder van het klooster Johannes de Deo leeg
geplunderd. Het is maar goed, dat gij hier
veilig zijt binnen de muren, terwijl wij buiten
vechten, eerwaarde vader."
Wij stegen echter op en reden door. Dit
tooneeltje had ons meer geleerd van deelleDde,
die er door het Spaansche leger geleden werd,
en de dweepzucht van sommige van zijn pries
ters dan dozijnen courantenberichten.
Helaas, we zouden spoedig meer zien, want
nauwelijks een uur gaans verder gekomen ont
moetten wij een troep van die ongelukkige „re-
concentrados," waarvan wij al zooveel gehoord
hadden. Het waren er maar een dertigtal,
want de meeste bewoners hadden het platte
land verlaten. We zagen mannen en vrouwen
van eiken leeftijd en eiken rang, maar meestal
in lompen gekleed, zóo vermagerd, dat de ar
men en beenen stokken geleken, waarover de
kleeren slap neerhingen, en bijna allen halfwe-
zen loos voor zich uitstarend. Een tiental sol
daten, die er trouwens niet zooveel beter uit
zagen, dreef hen vooruit en spaarden daarbij
de geweerkolven niet. Achter den treurigen
stoet reed in een open wagentje met twee muil
dieren er voor een, jonge luitenant met een ver-
waaud gezicht zijn cigarette rookend, en nu en
dan nijdig „Vooruit dan tochroepend.
Een oude man zonk. vlak voor onze paarden
neer, alsof hij zich wilde laten overrijden.
Wordt vervolgd