Donderdag 22 1st Maart 1900.
Openings-étalage Zaterdagavond en Zondag.
1 c
GEBROEDERS LEVY
J L
1"
U
SPECIALITEIT
4964.
49e Jaargang.
AMERSFOORT
's-HERTOGENBOSCH,
GORINCHEM,
BREDA,
Zij den stoffen, Passementerieën, Modenaaisters-fournituren,
Heerenmode-artikelen, Dameshand werken.
J
Alle artikelen worden in het klein tegen grossiersprijs verkocht.
Oitgave
A. H. VAN CLE EPF
te Amersfoort.
Verschijnt Maandag- en Donderdagavond. Abonnement per 3 maanden f 4.franco per
post f 4.45. Advertentiën 46 regels 60 cent; elke regel meer 10 cent. Groote letters naar
plaatsruimte. Legale-, officieële- en onteigeningsadvertentiën per regel 45 cent. Afzonderlijke
nummers iO cent.
Bij advertentiën van buiten de stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht.
Bureau
KORTEGRACHT 9.
Telephoon 19.
Laagestraat 40.
Langend ijk.
11 i n th am nierstraat.
MES- ij GLACÉ HANDSCHOENEN fj ËN
EN. [I j STül'TEN HANDSCHOENEN. VBi
SPOKT-BLOUSES, zijden DAME
BLOUSES, COSTUÜ.MROKKEN,
5NGELSCHE HEMDEN, FRONTS
BOORDEN en MANCHETTEN.
BALLAYEUSES, LINT, KANT en
KANTSTOFEEN.
FLUWEEL, PELUCHE,
BRODERIES.
KOUSEN, SOKKEN.
FESTONS, ZAKDOEKEN,
BOEZELAARS.
K IN DER I IO E1J ES, IA RETS
KAPERTJES.
STOFROKKEN, WITTE ROKKEN.
I KINDEI
KINDERJURKJES, ONDERGOEDEREN.
REGATTES, PLASTRONS,
Dl PLO MATES, SPORTD ASSEN.
STRIKJES, JABOTS, BOA's, Tl
LAVALLIÈRES, FICHUS.
DAMES-, II EER EN- en KINDER
PARA PLUIES.
FRANSCHE CORSETS,
CORSETL1JFJÊS.
Alle mogelijke garen- en bund-
artikelen enz. enz. enz.
."•V< .A: :A: (A-. ,A..A\-,rv; .iV ,-V. ;A. A
Feuilleton.
EN SPAANSCUE VROUW.
(Uit de biographic van Sherlock Holmes).
We daalden nu den heuvel af, Holmes
en voegden ons bij den staf, wanneer ik
drietal van de voornaamste insurgenten,
"t te paard zat, zoo inag noemen. We volg
en hen in den tuin van het klooster. Da
Jlva bleef op den heuvel. De tuin was praeh-
.g aangelegd, met mooie palmen en varens
us de breede paden, maar tusschen de groote
nrken met bloeiende rozen gluurden nu de
en zwarte gezichten der insurgenten.
chendig trokken zij partij van alles, wat kon
iienen om zich verdekt op te stellen en uit
un schuilplaatsen onderhielden zij een leven-
lig vuur op het klooster. Daar echter waren
lonniken en soldaten in alle haast bezig om
leuren en vensiers te barricadeeren. Ik zag
on matrassen, stoelen en banken en zelfs
eelden uit de kapellen voor de ramen op-
tapelen. Van achter een groot verguld Ma-
iu-beeld, dat zegenand de armen uitstrekte,
uurden soldaten op de opstandelingen, die te
vergeefs trachtten, de zware poort open te
oopen.
Holmes en ik hielden ons begrijpelijker wijze
p den achtergrond en zooveel mogelijk ge-
ektwe stonden tamelijk veilig, half achter
en tuinmuur, op eenige honderden Meters
van het eigenlijke strijdperk, toen plotseling
de insurgenten teruggedrongen werden naar ons
toe. De Spanjaarden deden een uitval, en,
verschrikkelijk schouwspel, een aantal monniken,
gewapend met koperen kandelaren, met gereed-
j schappen, en eenige zelfs met zware houten
crucifixen, bevonden zich onder den troep. Met
I hun kaalgeschoren kruinen, hun bleeke gezich-
ten met zware baarden en fonkelende oogen
mannen in lange grijze pijen, vreeselijk om te
zien, en de opstandelingen in hun onmiddellijke
nabijheid weken verschrikt terug. Maar niet lang
duurde dit, want van alle kanten werd het ge
weervuur op hen gericht, en zij vielen neer.
met hun vreemdsoortige wapenen grimmig in
de vuist geklemd.
Terwijl de Spanjaarden ziehweer binnen het ge
bouw temgtrokken, volgden de insurgenten hen
op den voet, on ik zag er eenigen vaatjes met
petroleum door de poort naar binnen slingeren.
Toen wierpen ze brandende fakkels en plotse
ling scheen de breede gang van het klooster een
rivier van opvlammend vuur. Een paniek ont
stond onder de Spaansche soldaten sommigen
kwamen als waanzinnig naar buiten snellen en
werden dadelijk afgemaakt, anderen verbrandden
levend voor onze oogen. De zware poortdeuren
vielen dicht, maar daarachter klonk een ontzet
tend gegil en geschreeuw, dat aantoonde dat bet
vuur veid won.
Op dit ocgeblik klonk er trompetgeschal en
begonnen de insurgenten zich te verzamelen,
maar niet om den laatsten aanval te doen. Ze
trokken terug, naar buiten het klooster. Onze
hoofdman reed naar ons toe,
„De Spaarjaarden komen uit Bannanos" riep
hij ons toe. „Gijlieden en de officier die bij u
was, zijt vrij om te gaan waarheen ge wilt. Denk
om uw belofte."
Hij nam beleefd zijn hoed af, en reed weg
achter zijn mannen, die langzamerhand ver
dwenen achter de rotsen.
Het was te laat om het klooster te redden.
De vlammen sloegen overal uit en de weinige
bewoners, die zich hadden kunnen redden, ston
den buiten, met gebogen hoofd op hun wapenen
geleund. Ver in den omtrek verkondigde de
roode gloed, dat geen vrome kerkzangen meer
in het klooster van San Antonio zouden oprij
zen.
Reeds vloog een eskadron Spaansche lanciers
langs ons heen in galop in de richting van den
bergketen, maar de insurgenten verspreidden
zich als kaf voor den wind en verdwenen overal
tusschen de rotsen, vanwaar ze een levendig ge
weervuur openden. Onverrichter zake, met de I
lans in rust, keerde het eskadron terug, terwijl j
een afdeeling infanterie halt hield en de gewe- i
ren in rotten zette. Pelotons doorzochtten ech
ter den kloostertuinde gewonde Cubanen, die
zij er vonden, werden zonder vorm van proces
afgemaakt.
Da Silva kwam met een somber gelaat naar
den Snaanschen kolonel en stelde zich te zijner i
beschikking. Dit tooneel als lijdzaam toesehou-
wer te hebben moeten bijwonen, was dan ook een
vreeselijk lot voor een officier.
lloluies stelde zijn aanbevelingsbrieven aan
den Spaanschen kolonel ter hand en wij gingen
met hem naar Bannanos.
Waartoe verder onzen tocht te beschijven?
Ik kon niet nalaten, dit gedeelte van de reis
door Cuba, dat ons zoo eigenaardig in aanraking
bracht met den verbitterden strijd die daar werd
gestreden, eenigszins uitvoeriger te verhalen,
maar overigens staat het niet in verband met
de moeilijke quaestie, die wij bezig waren te
ontwarren.
Wij reden dan met de Spaansche cavalerie
naar Bannanos en namen daar de boot naar
Santagio. Men deelde ons mee, dat onze steamer
wel de laatste zou zijn. die de reis ondernam,
want spoedig zou de Amerikaansehe vloot ook
de Zuidkust blokkeeren.
Toen eindelijk wij de nauwe haven van San
tagio binnenstroomden, waar de Spaansche oor
logsschepen voor anker lagen, had ik het heer
lijke gevoel van iemaud, die na een lange en
moeilijke reis zijn einddoel bereikt.
Het was volstrekt niet zeker, dat wij zouden
slagen; töcb, na al onze avonturen, scheen San
tiago, dat zich daar amphitheaters-gewijze voor
ons verhief, badend in het zonlicht, als een
vriendelijk vrouwegelaat, dat met een glimlach
ons toeriep „Eindelijk rust."
We bespraken kamers in een hotel, dat
een kwartiertje buiten de p'-.ad lag, omdat
dit niet ver van de verblijfplaats van mevrouw
Del Mauro was. Na geluncht te hebben in
onze kamer, die op zee uitzag, namen we een
rijtuigje van het hotel om ons naar de villa
van onze schoone vijandin te brengen.
„Is de dochter van mevrouw Dei Mauro óok
thuis?" vroeg Holmes droogweg aan den koet-
(Wordt vervolgd