Maandag 23
Juli 1900.
Ho. 4999.
49e Jaargang.
OP REIS.
De derde vrouw!
Phoenix-Brouwerij H. METJRSING Co.
Export naar Oost- en West-Indië.
Uitgave
Firma A. H. VAN CLEEFF
te Amersfoort.
Verschijnt Maandag- en Donderdagavond. Abonnement per 3 maandeD f 1.franco per
post 1.15. Ad verten tiën 16 regels 60 cent; elke regel meer 10 cent. Groote letters naar
plaatsruimte. Legale-, olïieieële- en onteigeningsadvertentiën per regel 15 cent. Afzonderlijke
nummers 10 cent.
Bij advertentiën vap buiten de stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht.
Bureau
KORTEGRACHT
Telephoon 19.
Wij zij" gaarne bereid om, tegen vergoe
ding van hut porto, de geabonneerden die
voor korten of langoren tijd op reis gaan, de
Amersibortsclie Courant en de hladen welke
zij door onze tusschenkomst ontvangen, na
te zenden.
Opgave van duidelijk adres is voldoende.
K K N N 1 S E V 1N G.
Do BURGEMEESTER van AMERSFOORT,
Brengt ter keimes van de ingezetenen dezer ge
meente, dat liet door den Directeur van 's Rijks di
recte belastingen enz. te Amsterdam executoor ver
klaard kohier No. 1 van de belasting op bedrïjfs-en
andere inkomsten over het dienstjaar 1900/01 aan den
Ontvanger van 's Rijks directe belastingen alhier is
ter hand gesteld, aan wion ieder verplicht is, zijnen
aanslag op den bij de wet bepaalden voet te voldoen.
Gedaan en op de daarvoor gebruikelijke plaatsen
aangeplakt te Amersfoort, den 20. Juli 1900,
Do Burgemeester voornoemd,
CELOSSE,
Weth., 1». Br.
Amersfoort in 1899.
VI.
Omtrent het Bijzonder onderwijs zegt het
Gemeenteverslag
Het gemiddeld aantal leerlingen aan de
Roornsch-Katholieke scholen voor jongens
gedurende 1S99 was 483. De vorderingen
tier leerlingen waren over het algemeen
voldoende.
Met ijver en toewijding vervullen de 10
onderwijzers hun taak. Het gedrag der
leerlingen was over liet algemeen zeer goed.
Slechts van een vijftal kwam herhaaldelijk
opzettelijk schoolverzuim voorde overige
absenten kwamen meestal voort door huise
lijke omstandighededen of door ziekte.
liet onderwijs aan de Christelijk Natio
nale school werd gegeven door het Hoofd,
bijgestaan door onderwijzers, waarvan 2
met hoofdacte. De ijver en toewijding der
onderwijzers gaf reden tot tevredenheid.
Uit de hoogste klasse deden in het afge-
loopen jaar 2 leerlingen examen voor de
Normaallessen, 1 voor de Hoogere Burger
school en 6 voor de Burgeravondschool. Het
aantal leerlingen bedroeg op 31 December
357. Sedert het vorige jaar wordt er onder
wijs gegeven in drie moderne talen.
Het gelal leerlingen, die in 1899 de R. K.
Bijzondere school voor meisjes (Heeren
straat) bezochten, bedroeg 173. Hieronder
zijn 2 kinderen die nog niet den leeftijd van
6 jaren bereikt hebben. Het onderwijs
wordt gegeven in twee ruime, trissche lo
kalen in elk lokaal bevinden zich 3 klas
sen. In elk lokaal zijn 's morgens 2 onder
wijzeressen voor de verschillende vakken
van liet Lager onderwijs werkzaam, terwijl
s middags in elk lokaal door 3 onderwijze
ressen klassikaal onderwijs wordt gege
ven in de handwerken volgens de nieuwe
methode. Woensdag en Zaterdag ontvangen
de kinderen, die het verlangen, van twee lot
vier uur onderwijs in de Fransche taal.
De ijver en toewijding der onderwijzeres
sen laat niets te wenschen over. IJver en
vorderingen der leerlingen zijn over 't alge
meen zeer bevredigend. Wat de gezond
heidstoestand der leerlingen betreft, deze is
over 't algemeen vrij goed. Het schoolver
zuim is gemiddeld 2 a 3%. Tijdens de laat
ste influenza-epidemie steeg dit tot 9%.
Omtrent het Middelbaar onderwijs zegt het
verslag
Op ultimo December 1899 werd aan de
H. B. S. met 5 jarigen cursus onderwijs ge
geven aan 190 leerlingen, waarvan 19 vrou
welijke; 2 mannelijke en 14 vrouwelijke
leerlingen volgden als toehoordei's slechts
enkele lesuren.
Tengevolge der groote toeneming van
leerlingen werd bij Raadsbesluit van 12 Juli
1899 besloten tot splitsing van de lste klasse
in 3 deelen, van de 2e, 3e en 4e klasse in 2
deelen en tengevolge daarvan het aantal
leeraren uit te breiden door aanstelling van
tijdelijke leeraren voor: Wiskunde, Fransch,
F.ngelseh, Staatswetenschappen, Geschiede
nis en Aardrijkskunde, Hoogduitsch, en Ge
schiedenis en Nederlandsch.
In de Koestraat werden dientengevolge 5
schoollokalen en een Directeur-leeraren ka
mer in gebruik genomen.
Aan de Burger-avondschool werd op den
zelfden datum onderwijs genolen door 25
leerlingen, waarvan 9 leerlingen ook les kre
gen in het voortgezet teekenonderwijs.
De uitgaven voor het Middelbaar onderwijs
bedroegen f 31 318.40. Het Rijks-subsidie
bedroeg f9000. Hel geheven schoolgeld voor
onderwijs aan de tl. B. S. bracht f8613 op,
dat aan de Burger-avondschool f48.
De C. v. T. op het M. O. rapporteerde:
Aan de Hoogere Burgerschool rnet vijf- j
jarigen cursus genoten het onderwijs in De
cember jl. 188 leerlingeu.
In vergelijking met December 1898 wijst
het aantal mannelijke leerlingen een ver
meerdering aan van 35, dat der vrouwelijke
een vermeerdering van 15. Van de hierbo
ven vermelde 188 leerlingen zijn 82 zonen
of dochters van ingezetenen, 37 zijn bij in
gezetenen inwonende, terwijl dagelijks 69
uit omliggende Gemeenten ter sehole komen.
Voor het toelatings-examen bij den aan
vang van den loopenden cursus hebben zich
aangemeld: 88 mannelijke leerlingen en 11
vrouwelijke voor den volledigen cursus voor
enkele lessen 1 mannelijke en 8 vrouwelijke
candidaten. Toegelaten zijn 71 mannelijke
en 8 vrouwelijke voor volledig onderwijs, en
1 mannelijke en 8 vrouwelijke voor enkele
lessen.
Van de 84 geëxamineerde mannelijke can
didaten voor volledig onderwijs zijn in het
geheel niet toegelaten 13 adspiranten, waar
van 9 voor de 12 voor de III en 2 voor
de IV klasse. Van de 9 vrouwelijke adspi
ranten is éeu niet toegelaten tot de I klasse.
De candidaten voor enkele lessen werden
allen toegelaten tot de klassen waarvoor zij
zich hadden opgegeven. Zonder examen
zijn toegelaten, als volledig leerling, 4 man
nelijke en 2 vrouwelijke candidaten komende
van Hoogere Burgerscholen met vijfjarigen
cursus.
Het overgangs-examen aan het einde van
den vorigen cursus is afgelegd door de 96
in klasse I tot IV aanwezige leerlingen voor
volledig onderwijs.
Van de 26 geëxamineerde mannelijke leer
lingen der le klasse werden bevorderd 22,
van de 17 der 11e klasse 15, van de 26 der
Ille klasse 24, en van de 27 der IVe klasse
19in het geheel dus 80 van de 96 geëxa-
mineerden. Van de 9 vrouwelijke leerlin
gen slaagden 3 der Ie klasse, 3 der 11e klasse,
1 der Ille klasse en 1 der IVe klasse, ter
wijl éen leerlinge der IVe klasse de lessen
dier klasse bleef volgen. De 4 mannelijke
en de 5 vrouwelijke leerlingen voor enkele
lessen legden allen met gunstig gevolg het
overgangs-examen af.
Het eind-examen der Hoogere Burger
scholen in de provincie Utrecht, ditmaal
evenals in 1898 omvattende de Hoogere Bur
gerscholen in de provincie Overijsel, werd
afgenomen te Deventer, onder voorzitterschap
Feuilleton.
naar I1ENRYK SIENKIEWICZ,
schrijver van „Quo Vadis'',enz.
16. (Sloi).
Na het eten gingen wij naar Hela Kolehanovski.
Sedert hel oogenblik, waarop Eva inij kon voor
stellen als haar verloofde, werd de verkleedpartij van
den minstreel oen onschuldige grap en was alle re
den voor verkoeling tussehen de beide dames opge
heven en, zooals ik dachl, ontving Hela ons rnet
open armen, toen zij omtrent ome verloving hoorde en
was zij dolblij met Eva's geluk. Wij lachten als drie
waanzinnigen ont den „grootvader" en ont wat die
„grootvader" tc hooren kreeg van den schilder Ma-
goraki. Gisteren had ik uog zoo graag Ostrynski
doorstoken, vandaag sta ik verbaasd over zijn ver
stand en doorzicht.
Hela lachte zóo van harte, dat haar heldere oogen
vol tranen kwamen. Tussehen twee haakjes gezegd,
zij was hemolseh zooals zij haar hoofd hoog aan
hel einde van ons bezoek ik kon er nnjn oogen
niet van afhouden en Eva zelf was zóo onder tie
bekoring, dat zij den hcelen dag onwillekeurig die
buiging van den lials en dien bhk nadeed.
Wij kwamen overeen, dat ik, na afloop van mijn
reis mei Eva, het portret van Hela zou schilderen,
maar eerst wilde ik mijn Eva te Rome schilderen
als ik die trekken maar kou weergeven, die zöu
leer zijn, en dat gelaat, zóo levendig van uitdruK-
hing dat elke gedachte weerkaatst wordt als een
wolk in helder water.
Maar ik wilde slagen: waarom niet7
Het avondblad van den „Vlieger" d.schte ongo
looflijke verhalen op van de bestellingen, die ik ont
vangen bad; mijn inkomen werd bij duizenden ge
rekend. Dat was misschien eenigermate de aanlei
ding, dat ik den volgenden dag een brici van Kazia
ontving, waarin zij schreef, dat zij den ring m ce
vlaag van jaloezie teruggezonden had, maar dat
haar ouders te vermurwen zouden zijn, als ik met
haar nederig aan hun voeten knielde.
Ik kreeg langzamerhand genoeg van die knieva
le» en vergevingen. Ik antwoordde niet. L'uRwm
de voeten van Snslovski vallen, die willaat Kazui
met Ostrynski trouwenik heb mijn Eva.
Maar mijn zwijgen bracht ontsteltenis bij de bus-
AMERSFOORT.
tek.
Antek liet mij den brief lezen. Kazia smeekte hem
een oogenblik te mogen spreken over een aange-
legcnheid, waarvan haar geheele toekomst afhing
zij deed een beroep op zijn hart, op dat rechtvaar
digheidsgevoel, dat zij bij den eersten oogopslag in
hem geraden had. Zij voedde do hoop, dat hij het
verzoek van een ongelukkige vrouw niet zou weer
staan.
Antek vloekte, mompelde iets in zijn baard van
laaghartige Filistijnen en over de noodzakelijkheid
om hen en hun nakomelingschap bij de eerste,
goede gelegenheid op te ruimen, maar hij ging.
Ik wist, dat zij mij door hem zouden willen
overhalen.
Antek, die in waarheid zacht van inborst is, werd
werkelijk gewonnen. Een wec-k lang ging hij go
regeld naar du Snslovski' s, drie dagen lang zwiert
hij om mij heen, bromde en keek mij aan als eeu
wild dier.
Eindelijk vroeg hij op een goeden dag gemelijk
Wat denk jij ru te doen met dat meisje
Welk ineisjo
Met die Snslovski, of hoe heet zij
Ik denk hoegenaamd niets te doen tuet
die Snslovski, of hoe heet zij.
Een oogenblik stilte dau weer Antek
Zij huilt den heelen dag, totdat ik het niet
meer kan aanzien. Wat een eerlijke ziel
Bij deze woorden beefde waarlijk zijn stemmaar
hij snoof als een rhinoceros en voegde er bij
Eeu fatsoenlijk man handelt niet op zoo'n
Jijko'ijk yoor jou ]jover op papa Suslovsk, dan
dat ik zijn dochter onrecht aandoe.
Oók goedik bcgryp je tóch nooit.
Hiermee eindigde liet gesprek en van dat oogen
blik sprak ik niet meer tegen Antek Wij dreunen
's morgens samen thee en wij gingen geen van
beiden verhuizen.
Mijn huwelijk naderde steeds. Door den „Vlieger'
natuurlijk wist heel Warschau het. Iedereen keek
ons na: iedereen bewonderde Eva. Toen wij op de
tentoonstelling waren, omringden zij ons zoo, dat wij
uiet voortkonden.
Mijn onbekende vriendin zond mij weer een onge-
teekendeu brief, waarin zij mij waars- huwde, dat
Eva niet de geschikte vrouw was oor een man als ik.
„Ik geloof niets, van wat er beweerd wordt
over de verhouding tussehen I'ana Adatni en Pan
Ostrynski, schreef mijn vriendin; maar gij, meester,
hebt een vrouw noodig die zichzelf wegcijfert voor
uw grootheidPana Adami is zeli kunstenares,
en zal altijd zichzelf in de eersle plaats verheerlijken."
Antek ging geregeld naar de Suslovski 'szeker
als trooster wnnt de Suslovski 's moesten reeds
van mijn plannen gehoord hebben.
Voor Eva kon ik een onbepaald verlof krijgen.
Zij begon beur haar te kappen als een dorpsmeisje,
kleedde zich zeer eenvoudig en droeg japonnen, die
tot den hals dicht gingen. Dat stond haar uitste
kend. Het tooneel van de kleedkamer mocht nooit
meer herhaald worden. Eva wilde het niet hebben.
Het eenige wat ik doen mocht, wa3 haar handen
kussen. Ik werd ongeduldigmaar ik vleide mij,
dat zij het zelf óok vervelend vond.
Zij beminde mij onuitsprekelijk. Wij brachten
heele dagen samen door. Ik was begonnen met
baar teekenlessen te geven. Zij ging er in op.
I deringen. Ik kreeg een gouden medaille te Pesth.
I Ken rijke Kroaat kocht mijn schilderij. Ik trad in
onderhandeling met Goupil
i Te Verona werd mij een zoon geboren.
1 Eva zeide zelf, dat zij nog nooit zoo'n kind ge-
zicu had.
Buitengewoon.
Wij zijn nu al weer een paar maanden te Warschau.
Ik heb een prachtig atelier laten bouwen. Wij zoe
ken de Ostrynski's nogal dikwijls op. Hij heeft den
„Vlieger" verkocht en is nu President van de „Ver-
eeniging ter Verschaffing van gerstenmccl aan ar
beiders zonder werk". Niets kan u een denkbeeld
geven van zijn waardigheid of van de dankbaarheid,
waarmede men naar hem opkijkt. Hij klopt mij op
den schouder en zegt dan: „Zoo, weldoener!" Hij
beschermt ook litteraire talenten en ontvangt eiken
Woensdag.
J Zn is zoo schoon als een droom. Zij hebben geen
I kinderen.
Bliksemsehieteude Zeus, heerlijke donderaar, waar
kijkt gij heen van den top van den Olympus Er
gebeurden dingen, waarvan de wijsgeeren nooit ge-
droontd hebben.
Op den avond vóór mijn huwelijk kwam Antek I
eensklaps naar mij toe, stiet mij met zijn elleboog
aan en zeide norsch, terwijl hij zijn warbos van een
hoofd afwendde
Vladek, weet je, dat ik een misdaad begaaD
heb?
Zeker, sedert je het mij gezegd hebt. Welke
misdaad
Antek keek strak naar den grond en zeide, als
voor zichzelf:
Dat zoo'n moreel en lichamelijk nietswaardi
ge, in het huwelyk gaat treden met zoo'n meisje
als Kazia.
Ik durlde mijn ooren niet gelooven, maar ik vloog
mijn vriend ont den hals zonder er op te letten, dat
hij mij vau zich afduwde.
Zijn huwelijk werd een paar dagen later gesloten.
Na een verblijf van een paar maanden te Rome
ontvingen Eva en ik een sierlijk kaartje, waarbij wij
uitgenoodigd werden om op de bruiloft te komen
vaD Pan Ostrynski en Pana Helena Turno, primo
voto Kolehanovski.
Wij konden niet, want do gezondheid van Eva
liet het niet toe.
Eva schilderde vlijtig en maakte reusachtige vor-
Help, helpof ik ga nog dood van het lachen I
Antek en zijn vrouw zijn uit Parijs teruggekomen.
Zij stelt zich aan als de vrouw van een artiest uit
het schoone Boheme hij draagt zijden hemden, heeft
een haarlok op zijn voorhoofd en draagt zijn baard
wigvormig. Ik begrijp alles; ik begrijp, dat zij zyn
gewoonten en zijn karakter de baas is geworden
maar hoe overwon zij zijn haren? Dat blijft voor mij
een diep geheim.
Antek schildert nog steeds „lijken", maar tegen
woordig ook grepen uit het dorpsleven. Hij heeft
veel succes. Hij schildert ook portretten, echter min
der' gelukkig, want de gelaatskleur herinnert altijd
aan de „lijken."
Ik vroeg hem, uit oude vriendschap, of hij geluk
kig was met zijn vrouw. Hij antwoordde, dat hij
nooit van zulk eeuoardsch geluk had durven droomeu.
Ik zou eveneens volmaakt gelukkig zijn, als Eva
niet zoo zwakjes werd. En daarbij krijgt het arme
ding spijt: ik hoorde haar eens 's nachts huilen. Ik
weet waarom. Zij heeft heimwee naar het tooneel.
Zij zegt niets, maar zij smacht.
Ik ben een portretbcgonnen van mevrouw Ostrynski.
Zij is eenvoudig onvergelijkelijk Achting voor Os
trynski zou my natuurlijk uiet tegenhouden als het
niet was, dat ik ontzettend voel van Eva houd, dan
weet ik niet, of
Maar ik bemin Eva vurig, onuitsprekelijk!