Maandag 6 Ko. 5081. 50e Jaargang. Stadsnieuws. Feuilleton. PHOEMX-BROUWERIJ. H. MEURSING Co. AMERSFOORT. Specialiteit in Exportbier naar de Tropen. AMERSFOORTSCHE COURAIT. firma a h van cleeff te AMERSFOORT. Verschijnt Maandag- en Donderdagavond Abonnement per 3 maanden f\.franco per post 1.15. Advertentiën 16 regels 60 cent; elke regel meer 10 cent. Legale-, officieële- en onteigeningsadvertentiëu per regel 15 cent. Reolames 15 regels 1.25; elke regel meer /"0.25. Groote letters naar plaatsruimte. Bewijsnummers worden in rekening gebracht en kos ten evenals afzonderlijke nummers 10 cent. Bij advertentiën van buiten de stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht. KORTEGRACHT9 Telephoon 19. KENNISGEVINGEN Collecte voor den GeWapenden dienst. BURGEMEESTER en WETHOUDERS der fcemeente AMERSFOORT, j Brengen ter algeineene kennis, dat de I bewone jaarlijksche Collecte ten behoeve van 1 Eet Fonds ter aanmoediging en ondersteu- i ing van den Gewapenden dienst in de ederlanden, langs de tiuizen der ingezetenen Lal plaats hebben op Maandag, den 13 Mei J901 des morgens ten tien uur. Zij wenschen deze ten dringendste in de belangstelling der ingezetenen van allen rang Jen stand aan te bevelen. Men vergete niet, dat, al moge ook het betal der overgeblevenen uit de veldtochten pan 1814, 1815 en 1830 jaarlijks verminde ren, daarentegen tengevolge der Expeditiën onze Oost-Indische Bezittingen het getal n hen die op onderscheidene wijze aan- !praak hebben op ondersteuning, steeds weder oeneemt en vermoedelijk zal blijven toe- ïemen. Bij het op zich zelf verblijdend verschijnsel, n de laatste jaren alom in den lande waar genomen, eener toenemende belangstelling n alles wat de verdediging des Vaderlands letreft, vertrouwen Burgemeester en Wet- louders, dat de opbrengst dezer Collecte zal jewijzen, dat men ook meer dan tot dus- nerre belangstelt in het lot van den ver- ninkten en hulpbehoevenden oud-soldaat doge toch hun, die hun leven veil hebben voor hel Vaderland, de overtuiging worden ïschonken, dat het Vaderland niet ondank- ïar is, en alzoo de in te zamelen giften er koe bijdragen, om aan meerdere Oud-strijders, ■lie daarop aanspraak hebben, eene tegemoet koming te verstrekken ter verlichting der borgen van don ouden dag. Amersloort, den 2. Mei 1901. Rurgemeester en Wethouders voornoemd, De Burgemeester, T. A. J. van ASCH van WIJCK. De Secretaris, |B. W. Th. SANDBERG. De R. K. Centrale Kiesvereeniging in het hoofdkiecdistrict Amersfoort heeft thans defini tief tot candidaat voor de Tweede Kamer ge proclameerd jhr. mr. T. A. J. van Asch van Wijck, Burgemeester dezer Gemeente en lid van van de Eerste Kamer. Ten aanz cn der verkiezingen voor de Provin ciale Staten werd mede een definitief besluit ge nomen. Gesteld werden tot candidaten de hoe ren D. P. Hamera en mr. W. A. van Beeck Calkoen. Om principieele overwegingen werd besloten, het derde aftredende lid, mr. A. J. de Beaufort niet te candideeren, maar diens plaats open te laten. De plaatselijke R. K. Kiesvereeniging „Recht en Orde" te Soest zou voornemens zijn, bij do a.s. verkiezing voor de Provinciale Staten het voor dit district zitting hebbend liberale lid, mr. A. J. de Beaufort, te venangen dooreenRoomsch- Katholiek, welke poging door partijgenooten te Eemnc3 en te Baarn zou worden ondersteund. Donderdagavond had in „De Arend" een bij eenkomst plaats, waarin na eenige discussie werd besloten tot het oprichten van een liberale kies vereeniging, die zich hoofdzakelijk zal bezighou den met het stellen van candidaten voor den Gemeenteraad, maar bij voorkomende gevallen (telkens als de vergadering dat wenscht) ook voor de Tweede Kamer en de Provinciale Staten. Aanstaanden Donderdag wordt weder een vergadering gehouden. Zie de advertentie iu dit nummer. De BURGEMEESTER van AMERSFOORT, Brengt ter kennis van belanghebbenden dat lop Maandag, Dinsdag en Vrijdag van iedere week ■door de troepen van het 5e Regiment Infanterie lop de terreinen der legerplaats bij Zeist oefe- pingen In het schijfschieten worden gehouden waarbij met scherpe patronen wordt gevuurd. Het schieten zal plaats hebben van ongeveer J8 uur des voormiddags tot 2'/» uur des namid- Idags in de richting van N. W. naar Z. O. Het terrein ten O. en ten Z. der Legerplaats voornoemd, zal dientengevolge op bovengemelde |dagen en uren onveilig zijn. Amersfoort, den 6. Mei 1901. D© Burgemeester voornoemd, E. L. VISSER, Weth., R Br. [Wie werpt den eersten steen? 4 (Slot). Elise dankte den visscher en gaf hem zóo haastig Izijn afscheid, dat hij in zijn bedremmeldheid zelfs zijn gelukwensch geheel vergat. „Dat is toch waarlik al te erg", mompelde hij hoofdschuddend. „Ja, ja, dat vervloekte meer!" Twee lichten I I Elise leunde vermoeid in haar stoel achterover en spande haar gemartelde hersenen tot logisch naden ken in. Twee lichten. Werkelijk tweefOfwashetgezichts- hedrog geweest, xooals Hendrik veronderstelde en ook nu nog geloofde? De boot had stilgelegen,zoo dat het hem had toegescheuen alsof de eenzame roeier iemand wachtte. Alleen maar toegeschenen Of had by onbewust de juiste toedracht gezien Had de verradene werkelijk gewscht om den belager zij ner eer, dien hij wellicht of vermoedelijk zeker ken de, den weg des verraads af te snijden En had 'oen een ijzingwekkend tweegevecht plaats gegrepen daar buiten in den huilenden storm, die den wraak- Hier worden ernstige pogingen aangewend om een afdeeling van den Vrijzinnig-ijemocra- tischen Bond op te richten. Zijn Excellentie uir. W. H. de Beaufort, Mi nister van Buitenlandsche Zaken, heeft, desge vraagd, doen berichten dat hij een candidatuur voor der Tweede Kamer niet wenscht te aan vaarden zoolang hij Minister is. De schoonmaak-épidemie is thans zelfs óok overgeslagen op den grooten toren. Wegens den tienjaarlijksche groote beurt, zal het uurwerk van den O. L. Vrouwe-toren van Woensdag tot Zaterdag worden stilgezet. Onder tallooze blijken van belangstelling en waardeering mocht ae heer II. W. de Heus op 1 Mei zijn veertigjarig jubileum als Hoofd der openbare Lagere school 2e soort herdenken. Op de versierde speelplaats werd hem 's och tends, in tegenwoordigheid zijner echtgenooteen van den heer Arrondissements-schoolopziener, door een der oudste leerlingen namens alle een paar zeer fraaie crapeauds vereerd, door het onderwijzend personeel een fraaie salonspiegel, 's middags door de leerlingen der Rijks Nor maalschool een keurig stil-leven, door de onder wijzers dier inrichting een sierlijke gaskroon. Burgemeester en Wethouders en v.erdere autoriteiten maakten eveneens hun opwachting bij den beminden jubilaris. Den heer R. van 't Wel, die denzelfden dag juist 25 jaar aan die school verbonden was, werd een gouden bril vereerd. Onze stadgenoot J. F. H. Stork legde met gutatig gevolg af het examen voor acte-onder- w ijzer. Zaterdagochtend werd, op uitdrukkelijk ver langen van de familie zonder militair eerbetoon, naar de laatste rustplaats geleid het stoffelijk hulsel van de Woensdag op zoo droevige wijze omgekomen le luitenant H. W. Schauikes, van het 5e regiment infarterie, den in de volle kracht van zijn iu ieder opzicht gelukkig leven, zonder fiat zijn cchtgenoote en zijn drie nog zoo jeugdige kinderen, zijn verwanten en vrienden en kameraden, ook maar eenigszins waren voor bereid op zijn heengaan, onder een moordenden kogel in de uitoefening van zijn ambt gevallene. Tegen 10 uur hadden zich aan het Militair hospitaal verzameld, behalve de familie en ge- ^noodigden, bijna alle hoofd- en subalterne offi cieren van het 5e regiment, bij wie zich gevoegd hadden een deputatie van het 5e bataljon uit Utrecht, bestaande uit kapitein A. W. F. Stroo en le luitenant M. G. Libree; een deputatie van de hier garnizoen houdende cavalerie, be staande uit ritmeester E. W. baron Van der Capellen, van het le regiment huzaren, le lui tenant jhr. R. E. Dittlinger, van het eskadron ordonnansen, en 2e luitenant J. R. de Joncheere, van de Rijschoolbenevens een deputatie van het le regiment veld-artillerie, bestaande uit kapitein E. C. Boogaert en le luitenant W. van der Koogh. De lijkkoets werd gevolgd door de beide officieren van het 5e bataljon, den sergeant-ma joor der compagnie met een sergeant, een kor poraal en een soldaat uit het peloton des overledenen, de rijtuigen, den kolonel-comman- daut van het 5e regiment en alle hoofd-oflicieren, en majoor Tromp van Holst, de subalterne offi cieren en de deputatiëu der overige wapens. Een gesloten rijtuig met tal van kransen sloot den droeven stoet. Op de kist waren bloemstukken gelegd van de naaste familie en van vrienden; aan de lijk koets hingen kransen van de officierskorpsen der cavalerie en der artillerie, terwijl de reu- zenkrans van gele narcissen en gele leliën van het offieierskorps van het 5e regiment de geheele achterzijde bedekte. Zoo schreed men naar het station, te midden van een groote drom raenschen die langa de straten geschaard bleef, gevoelend hoe de laatste eer bewezen werd aan °en goed menech, een liefhebbend echtgenoot en vader, onder den indruk van het ontzettend drama waarvan de laatste acte nu werd afgespeeld. Aan het station was de rest der compagnie van den te vroeg ontslapene opgesteld en be vonden zich, behalve de Burgemeester, alle offi cieren die om de eene of andere reden niet aan het Hospitaal tegenwoordig hadden kunnen zijn. Toen de onder bloemen bedolven kist in den goederenwagen wa9 geplaatst, dankte kolonel Van Wijk namens de familie voor de deelneming door de kameraden betoond en herinnerde hoe op den zelfden dag en bijna op het zelfde uur waarop de ontslapene juist vier jaar geleden te Amersfoort was gekomen, zijn stoffelijk hulsel nu werd terugge-. oerd naar Breda, zijn geboorte stad. In den trein hadden plaats genomen met overste De Graeff, den schoonvader des over ledenen, kapitein A. A. van Schilfgaarde, diens compagnies-commandant, en eenige zijner vrien den, een deputatie van het 3e bataljon, be staande uit overste J. van der Horst Bruyn, kapitein H. I. von Santen en luitenant D. J. Gorter, benevens de deputatie der minderen van de compagnie. Toen de trein zich te 11.07 in beweging zette, brachten de officieren, op het perron geschaard, het militair saluut. Aan het Centraal-station te Utrecht werd door de officieren van het 5e bataljon het zelfde eer bewijs gebracht. Een groot aantal kameraden en vrienden had zich evenzeer verzameld aan het station te Breda, waar men gewenscht had, het stoffelijk hulsel met militair eerbetoon te mogen leiden naar de laatste rustplaats; doch ook hier had de familie bedankt. Hier waren officieren van het 7e regiment, met wie de ontslapene had gediend, van alle korpsen te Breda in garnizoen, van de Kon. Militaire Academie, enz.ook de gep. luitenant-generaal Van Kesteren en generaal-majoor W. L. de Petit. Aan de groeve sprak overste Van der Horst Bruyn ongeveer het volgende: „Alvorens dezen doodenakker te verlaten, zij het mij vergund namens alle officieren van het 5de regiment infanterie de innig diepe deelne ming te betuigen bij dit zoo plotseling einde van onzen beminden kameraad. Wij kunnen ons voor stellen hoe groot, hoe diep de leemte moet rijn, die de overledene achterlaat in zijn huis, bij zijn nog zoo jonge kinderen. Want wij kenden hem en kunnen dus beseffen hoe groot de smart moet wezen van zijn weduwe. Namens alle officieren, zijn kameraden, zeg ikSchauikes, rust zacht uw naam zullen wij niet vergeten." De schoonvader van den overledene, de gep. luitenant-kolonel De Graeff, dankte voor de in nige belangstelling en zeide, met een stem, ge dempt en bevend van groote smart„ik dank u kreet en het antwoord daar op zyn vleugelen mee voerde en deed wegsterven Zonk het eene licht daar in het diepste ran den zwarten nacht in het door den storm opgezweepte meer, en met hellicht de dubbel ongelukkige Arme vader Het gefolterde meisje moest zich vasthouden om niet neder te storten. De kamenier, wier kloppen zy niet geboord scheen te hebben, bleef bedremmeld aan de deur staan. Elise herstelde zich. Het meisje dee.de aaar de komst van den jongen heer van Tiefenau en zijn bezoek aan bet dorp mede. „Ik dauk je. Dat kan mij niet gelden. Ik ben ook niet thuis." Elise snelde door het park naar het meer, stapte in de boot en deed het vaartuig met krachtige riem slagen over de oppervlakte glyden. De hoog aan den hemel slaande zon wierp haar verblindende stralen op het onbeweeglijke watervlak. De riemen llikkcrden telkens als zij bet water ver lieten. De omhoog spattende droppels fonkelden iu het helle zonlicht. Een wilde eend vloog met gedruis omhoog, om een paar geweerschoten verder weder neer te strijken. De blonde lokken van het meisje hadden een gou den weerschijn; haar wit kleed tcekende zich uit do boot alt zwanedons af tegen de schitterende water vlakte. Een uur lang roeide zij in do felle lntte het meer rond. Vermoeid door de iuspanning en afgemat door de warmte wendde zij den steven naar den oever en landde zy in de schaduw van reusachtige, hun takken ver over het water uitstrekkende beuken. Zy wierp den ketting om den stam van een lagen, knoestigen els, streek werktuiglijk met de band over bet verhitte voorhoofd en knielde inde boot neder, met de armeu op de bank rustend en het gelaat tusschen de handen verborgen. Arme vader Al haar gedachten vereenigdea zich op hem Daarna vergat zij alles om zich heen, en wat haar hart met vlijmende smart vervulde, haar vader, haar I moeder, doD verrader, den feestdag, de boven de j boomkruinen en hoi glinsterende water door de I warmte in Iriliende beweging gebrachte lucht, den weg, die dichtbij het meer naderde en vanwaar haar boot kon gezien worden, en ook zichzelve. Als een kind had zij zich iu een gerusten slaap ge weend. die haar borst rustig op en neder gaan en nieuwe kleur aan haar bleeke wangen schonk. Eensklaps schrikte zij en rees schielijk overeind. Elke druppel bloed verdween uit haar gelaat. Op haar hals brandde een kus en vóór haar stond ecu onbekende, jong, als een stedeling gekleed, met een monocle voor het oog, en een gemeenzamen onbeschaamdcn glimlach om den open mond. De schaamte ontperste haar een luiden gilhet onbe- I stemde vermoedeu, in haar beleediger den zoon de* gehaten verraders te herkennen, deed haar bliksem snel een roeispaan grijpen. Eén slag, en de verwa- tene stortte over den rand der boot in het zwal pende water. Als werd zij vervolgd, sprong het meisje op den oever en snelde op het heerenhuis toe, hulp roe pend tot de stem haar begaf en de voeten baar niet langer dragen wilden, en zij voor de in allerijl toe snellende, ontstelde bedienden bewusteloos neder- stortte. De plaats, waar Friedrich von Taxen zyn tragisch lot tegemoet snelde, is diep. Hij was geen zwem mer en deelde hel graf met den landheer van Pa- dühl. De redders kwamen te iaat. Ten gevolge van het proces tegen Elise von Nohr. is bekend geraakt, wat jareu lang een diep geheim gebleven was. Zooals ik het vernomen en xooals ii het laatste feit zelf gezien heb, zoo heb ik het medegedeeld. Zijn laatste offer heeft het meer niet behouden. Het stoffelijk overschot von Friedrich von Taxen rust in het familiegraf op Tiefenau. Elise von Nohr echter staat onder de bescherming van de Godin van het Recht. Wie werpt den eersten Bteen

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1901 | | pagina 1