Maandag 28
October 1901.
MALGARI.
No 5131.
51e Jaargang.
Stadsnieuws.
PHOKMX-BROUWERIJ.
II. MEÜRSING Co. AMERSFOORT.
Specialiteit in Bxportbier naar de Tropen.
Feuilleton.
iMERSFOORTSCIE COURANT.
FIRMA A H VAN CLEFFF
te AMERSFOORT.
Verschijnt Maandag- en Donderdagavond Abonnement per 3 maaDdeD f\.franco per
post f 1.15. Advertentiën 16 regels 60 cent; elke regel meer 10 cent. Legale-, oflicieële-
en onteigeningsadvertentiën per regel 45 cent. Reclames 1—5 regels f1.25; elke regel meer
f 0.25. Groote letters naar plaatsruimte. Bewijsnummers worden in rekening gebracht en kos
ten evenals afzonderlijke nummers -10 cent.
Bij advertentiën van buiten de stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht.
KORTE6RACHT9
Telephoon 19.
KENNISGEVINGEN.
De BURGEMEESTER van AMERSFOORT,
Gezien artikel 41 der Gemeentewet,
Brengt ter kennis van de ingezetenen, dat de
Raad dezer Gemeente zal vergaderen op Woens
dag den 30. October aanstaande, des namiddags
te 1 uren.
Amersfoort, den 25. October 1901.
De Burgemeester voornoemd,
WUYTIERS.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der
GEMEENTE AMERSFOORT,
Brengen ter kennis van de belanghebbenden,
dat het proces-verbaal van het hoofd-stembureau
in liet distriet Amersfoort, betrekkelijk den
uitslag van de herstemming van éen lid
van de Provinciale Stilten van Utrecht voor
een ieder ter Secretarie ter inzage ligt, in
afschrift is aangeplakt aan de bergplaats staande
aan den Westsingel wijk E. No. 13, nabij het
Raadhuis, en tegen betaling der kosten verkrijg
baar is.
Amersfoort, den 26. October 1901.
De Burgemeester van Amersfoort,
WUYTIERS.
De Secretaris,
B. W. Th. SANDBERG. j
Bij de Vrijdag in het hoofd-kiesdistrict
Amersfoort gehouden herstemming tusschen
de heeren J. Bolk en L. Onvlee ter voor
ziening in de vacature, in de Provinciale
Staten ontstaan door de benoeming van
jhr. mr. H. M. J. van Asch van Wijck tot lid
van de Eerste Kamer der Staten-Generaal,
werd gekozen de heer J. Bolk.
De stemmen waren verdeeld als volgt:
District.
aantal
kiezers.
waarde.
Bolk.
Onvlee.
Amersfoort I.
672
6
228
95
II-
472
6
142
83
IH.
551
8
186
88
Bnarn
855
4
222
214
Bunschoten
382
4
10
151
Eemnes
218
12
57
Hoogland
382
1
67
43
Leusden
294
1
89
83
Renswoudo
145
20
81
Soest I.
489
2
84
104
II.
57
11
13
Stoutenburg
112
1
26
24
4629
33
1097
1036
Bij de stemming op 16 October
Door den Minister van Binnenlandsche Za
ken is het gevoelen gevraagd van de Commis
sarissen der Koningin omtrent de instelling
van de ingevolge art. 86 der Ongevallenwet in
te stellen plaatselijke coraraissiën in hun pro
vincie. De Minister stelt op den voorgrond, dat
het aantal comtnissiën niet grooter moet zijn
dan voor de goede uitvoering van genoemd art.
noodzakelijk blijkt te zijn, doch dat daarbij Diet
uit het oog moet worden verlorenle. dat te
genover een kleiner aantal commissiën, ten aan
zien van verscheidene daarvan ook meer on
kosten voor reis- en presentiegelden zullen staan
2e dat het gebied eener commissie binnen ze
kere grenzen moet blijven, wil de commissie
haar karakter van plaatselijke commissie be
houden.
I
Bij Kon. besluit zijn benoemd in de provincie
Utrechttot voorzitter van den Militieraad voor
de lichting 1902 G. C. D. d'Aumale baron Van
Hardenbroek van Hardenbroek, lid van de Pro
vinciale Staten van Utrecht; tot plaatsvervan-
gend-voorzitter de heer H. A. van Beuningen,
lid van de Provinciale Staten van Utrecht; tot
lid de heer J. Meyers, lid van den Gemeente
raad van Utrecht; tot plaatsvervangend lid de
heer A. J. van Dieren Bijvoet, lid van den Ge
meenteraad van Utrecht.
District.
waarde.
Bolk.
Mij-
ling.
On
vlee.
Sin-
nige.
Amersfoort I.
8
154
82
58
23
H-
7
80
66
59
III.
5
131
59
50
25
Baarn
11
109
36
171
81
Bunschoten
4
7
11
135
1
Eemnes
4
4
67
19
Hoogland
11
57
5
25
Leusden
4
61
107
10
13
Renswoude
4
1
20
61
Soest I.
5
55
36
54
65
II.
2
8
5
9
Stoutenburg
2
27
4
25
62
617
575
610
276
In de vergadering van den Raad dezer
gemeente welke zal gehouden worden op
Woensdag, den 30en October, des middags
te een uur, zullen aan de orde worden ge
steld de volgende Punten van behandeling
1. Voorstel tot goedkeuring van den ge-
wijzigden dag voor de wekelijksche verga
dering van het Dagelijksch Bestuur.
2. ld. tot bepaling van het tijdvak waar
voor de tijdelijke leeraar Middelbaar onder
wijs F. L. Bergansius is benoemd.
3. Ontwerp contract betreffende bet heb
ben van gasbuizen onder spoorwegen.
4. Voorstel tot benaming van wegen.
5. Benoeming van een lid van het College
van curatoren van bet Gymnasium (vacature
ds. D. P. M. Graswinckel).
6. Voorstel tot verhooging van de toelage
van den concierge van bet Raadhuis met f50.
7. Advies betreffende het request van den
Commissaris van Politie omtrent verhooging
van jaarwedde.
8. Voorstel tot toekenning eener persoon
lijke toelage van f200 aan den Inspecteur
van Politie S. Posthuma.
9. Request der vrijwillige Brandweer om
verhooging van subsidie, met advies tot ver
hooging met f100.
10. Request van den Opzichter der ge
meentewerken P. van den Hooff om ver
booging van tractement, met advies tot toe
kenning eener verhooging van f200.
11. Voorstel tot aanstelling van een 2e Op
zichter der gemeente-eigendommen en wer
ken op een jaarwedde van f800 en verleening
van den titel van le opzichter aan P. van
den Hooff.
12. Request der Vereeniging tot Bevordering
van het Vreemdelingenverkeer, met advies
tot toekenning van een subsidie van flUO.
13. Ontwerp-besluit tot heffing van 50°/0
van het tarief voor vuur-, haven- en tongeld
in het jaar 1902.
14. Begrooting der d.d. Schutterij voor liet
jaar 1902.
15. Id. van het Burgerlijk Armbestuur, met
ontwerp-besluit tot toekenning van subsidie.
16. Id. van het Burgerweeshuis.
17. Id. der Gemeente met toelichting, rap
porten der afdeelingen, memorie van ant
woord en nota van wijzigingen.
18. Request van P. H.van Haselen tot over
neming van een weg verbindende de Hendrik
van Vianden-straat met de wegen op het
landgoed Beekenstein, met advies.
19. Request van H. Kroes en Th. A. Kiut
tot tiverneming van een weg verbindende de
groote Koppel langs de Beek met de Scbim-
melponninck-straat, met advies.
Het zilveren ambtsfeest vaö brigadier-majoor
D. Otteu is heden lang niet onopgemerkt voor
bijgegaan. Van alle zijden ontving hij blijken
van belangstelling en sympathie.
Namens de brigades Amersfoort enBarneveld
der Rij ks-veld wacht, die in groote tenue gekleed
hedenmiddag den chef en oud-chef gingen com
plimenteeren, werd hem een fraaie armstoel ver
eerd namens de Gemeente-politie kreeg hij een
mooie photographische groep van het gcheeleper
soneel, een en ander onder hartelijke toespraken,
die getuigden van de warme genegenheid der
schenkers.
I Aan den brievenbesteller N. Wolfswinkel, die
I kort geleden zijn 25-jarig dienst-jublieum mocht
vieren, is op grond van in en door den dienst
onstane lichaamsgebreken met ingang van 16
November eervol ontslag verleend uit 's Rijks
dienst met toekenning van pensioen.
Het plaatselijk telephoonnet is uitgebreid met
twee aansluitingen voor den heer M. R. N.
Oosterveen voor diens perceelen Langestraat 33
en Arnhemsche straat 11, beide met no. 77
het telephoonnuinmer voor den heer J. van
Vollenhoven blijft 9.
Eon Amsterdamsch consortium heeft van de
heeren P. van Acliterbergh en J. R. van 't Hoff,
een groote oppervlakte terrein aangekocht, aan
aan de Hendrik van Vianden-straat met de
bedoeling, daarop villa's te doen bouwen.
Het Hoofdbestuur van „Vereeniging tot Bevorde
ring der Pluimveehouderij in Nederland" hield Don
derdagmiddag in „Amicitia" bier ecu vergaderiug
met de afgevaardigden der gewestelijke afdeelin-
gen.
Tegenwoordig waren de heeren: M. L. Spruijt
(Friesland), Voorzitter; J. Kooiman, le Secretaris;
J. W. Planten, 2e Secretaris S. Spanjaard, Penning
meester mr. E. B. Buvinok teu Gate (Overijsel en
Drente), H. J. M. Kroesen (Utrecht), dr. J. Schut
(Gelderland), J. M. Slegt (Zeeland), A. Bos (Zuid-
Holland) en C. van Genderen Stort (Groniugen).
De afdeeling Noord-Holland werd gister gecouBli-
tueerd Noord-Brabant en Limburg hebbeu nog geen
afdeelingen.
Na de vaststelling der notulen van de op 9 Juli
te Utrecht gehouden vergadering werd meegedeeld,
dat o. a. ingekomen waren de Kon. goedkeuring
der Statuten van 4 September 1901, No. 36; een
missive van den Inspecteur van den landbouw, hou
dend verzoek om het door de vereenigiug uitge
bracht rapport over de hoender-cholera te willen
toezenden; een verzoek van gelijke strekking van
den Minister van landbouw in België.
De concept-reglementen der gewestelijke afdeelin-
geu werden hierna conform bet prteadvie^T van bet
Dagelijksch bestuur goedgekeurd.
Omtrent de algemeeue vergadering in 1902 werd
besloten, dat deze uiet bij een tentoonstelling zal
gehouden worden, als wanneer men tóch niet kan
werken, doch op een afzonderlijken dag en op een
plaats in het ceutrum des lands, zoodat ieder aan
wezig kan z(jn.
Opgemerkt werd, dat de Vereeniging geenszins
gekant is tegen de zoogenaamde sport-tentoonstel-
lingen, veeleer hand aan band er mee gaat, doch
meer uitsluitend bedoelt goede rasseu aan te kwe
ken van voeder- en legkippen.
De juiBte datum, in Mei of Juni, en de plaats
der algemeene vergadering zullen bepaald worden
door het Dagelijksch bestuur.
Wijl de Inspecteur van den landbouw, met het
oog op het Rijkssubsidie, up toezeuding aandrong
de Begrooting voor 190S, werd deze ontworpen.
werden posten uitgetrokken voor den aankoop
broed-machines voor de afdeelingen en wera
bepaald, dat subsidiën zullen worden gegeven voor
het houden van tentoonstellingen van nut-rasaen,
bijv. aan landbouwtentoonstellingen, die eeu aparte
afdeeling levend pluimvee, geslacht vee of eieren
zouden willen inrichten.
Vervolgeus werd ter sprake gebracht de hoender-
cholera, waaromtrent een hoogst levenswaard rap
port door dr. Schut werdt geschreven in Bulletin
No 2 der VeTeeniging.
De conclnsiën van dat rapport zijn
le. de in ons land, vooral in bet zuiden van Lim
burg, heerschende epidemische hoenderziekte wordt
veroorzaakt door den bacillus cholerae gallinarum.
2e. als voornaamste, zoo niet eenigc, bron van in
fectie zijn to beschouwen de ItAÜaansche hoenders,
geïmporteerd door deu heer Schumacher te Aken
en de zoogenaamde hoenderparken „Diana" van den
Beer Franquinet te Maastricht en „Eys-Wittoui".
4.(Slot)
Om de bruiloft te vertraden, verzocht zij op het
allerlaatste oogenblik, dat die mocht worden gevierd
op het eilandje Syra.
De Doge gaf zjjn toestemming en bruid en brui
degom vertrokken op twee schepen uit de Repu
bliek, vergezeld van hun familieleden en een groot
aantal vrienden, bedienden en burgers, 't Was in t
hartje van Augustus en de tweedfc nacht van de reis.
Een heerlijke nacht I Malgari ging alléén op het dek
om le genieten van de maan en de koelte, *jj ging
zitten bjj den voorsteven om naar de zee te kijken
Na een poosje bemerkte zij, dat een zeeman iets tot
baar zeggen wilde, maar niet scheen te durven. Zjj
vroeg hem vriendelijk wat hjj verlangde, en hij
makte zich toen aan baar bekend als de jonge,
vi seinde toonkunstenaar, dien zij van de pest had
Malgari was diep ontroerd over dit onverwacht
terugzien. Ze vroeg hem niet, waarom hij aan boord
was en zoo verkleed. De jongen zei haar ook alleen
maar, dat het hem «oo verdrietig had gemaakt, dat
hy haar nooit had kunnen dunken, omdat ze van
hem was weggegaan, dat de spijt daarover hem naar
haar had toegedreven en dat hjj gelukkig was, nu
tenminste tot haar te kunnen «eggen: „Ik dank u."
Voor het eeret gleed een levendige blos, ongezien
in den nacht, over het gelaat van het meisje, dat
dit gesprok niet verder voortzette, en, door haar
daartoe uügenoodigd, begon de jonge vreemdeling
van^ijn vaderland te vertellen, liet lag verweg.dat
land, naar het Noorden, wel vijftig en een halven
dag. Daar wae een zee die woest was in den zomer
en die 's winters bevroor, 't Was een triest, arm land,
vol klippen, meren, pijnbosschen, waaruit ioderjaar
de armsten weggingen om elders hun brood to ver
dienen, een land vol goede en eenvoudige men
acben, van visschers, die over de moren voeren in
uitgeholde boomstammen en forellen vingen onder
de schuimende watervallen, van jagers die de wilde
duif vervolgden, en de eidergans tot op de golf van
de zee, die in vlugge sleden Vlogen over de sneeuw
vlakten op het spoor van den vos, van den wolf en
van den beer; een land, arm aan goud, eindigde
de jongen, maar rijk aan het mooiste, dat de wereld
bezit: aan muziek en poëzieI
Malgari sprong op„Hoe kan-je I" riep ze. „Hoe
heb je mij zóo iets kunnen «eggen t"
Toen sprak de jonge vreemdeling haar van een
prachtig gedicht uit zijn vaderland, dat het volk
zong, bIb de wiuterkou allen vereenigd hield aan
den huiaeljjken haard, en des zomers in 't vrije, io
de weiden, aan de bloeiende oevers van de nieren,
over de landtongen in zee. En hq vertelde uit het
gedicht de mooiste gedeelten, verhalen van liefde
en haat, van vrede en strijd.
Ten slotte vertelde hjj baar de geschiedenis
een groot en beroemd grijsaard, dichter en koning,
Terwijl die zong aan den oever, werd hij zóo bewo
gen door zjjn eigen zang, dat hjj tranen stortte. Er
zjjn tranen, die vielen in de zee, werden daar paa
ien.
Malgari keerde haar rug naar de maan, die uit
straalde over het gelaat van den vreemdeling. Zij
luisterde naar zjjn vertellen met wijdopen oogeneD
wrong haar handen samen op baar borst in bram
ding van liefde en rioodsdroefheid.
„Waarom f" fluisterde ze, toen hij «weeg, „waarom
heb ik je niet eerder teruggezien f" Maar dadelijk
daarop had ze spijt over die woorden, en ze keerde
zich af om naar de zee te kijken, sprakoloos. En zi<
niet ver van haar doken, zilver-glanzend, de lieve
blonde en bruine hoofdje» op van de Nereïden.
Malgari was er bljj om. Ze wilde, dat Nereïda de
donkere, en die alleen, haar zien zou"op het schip
Ja, nu nu geloofde ze, dat Nereïda naar aankeek,
meendo ze haar blik te begrijpen.
„Zing," «ei ze op eens tot den jongen „ziDg
voor mij den zang van den ouden dichter I"
De jongen ging weg en haalde *jjn instrument,
een prachtige Italiaansche lier.
„Dank je," zei Malgari, toen hjj terugkwam,denk
er om, zei ze „dat ik niet gezien wil wordon als zjj
my zoeken," Hjj ging zitten tusschen bel kanon op
den voorsteven en de boratweiiog van de boot*
Zachtjes begon de jonge vreemdeling de snaren
te tokkelen. Hij zong met heel zyn ziel vau patriot,
van kunstenaar en van iemand die liefheeft een
goddel ij k-mooieu zang.
Dolfijnen volgden het schipde matrozen en de
officieren, de edelen en de bedienden kwamen toe-
geloopen, verdrongeu elkaar op de brug, om te lui
steren naar den tooverachtigen zang, zonder dat de
zanger ze zag. Toen bjj ben eindelijk •■pmerkte,
stond bjj op, brak zijn lied af en wilde van Malgari
afscheid nemen, maar hjj vond niets van haar dan
een zakdoekje, doornat van trauen.
De verschrikte menigte meende, dat zjj van de
boot in zee gesprongen was om met den Doge niet
te hoeven te trouweD,
Contarina Contarini stierf van verdriet, toen zij
haar veranderd dacht in een parel op den bodem
van de Adriatiscbe Zee. Maar wij hebben nietzoo'n
triest en troosteloos gelooft Al is er van Malgari
niets overgebleven dan een zakdoekje doornat van
tranen wij weten, dat de parel onstaan was én
uit de tranen én uil de ziel van den dichter; w\j
weten wat de kleine treurige Nereïda heeft gezegd:
„Ik kom uit de zee, jij bent uit den Hemel 1"