Zaterdag 3
Mei 1902.
PHOENIX - BROUWERIJ.
No. 5185.
51e Jaargang.
Feuilleton.
DE MlÏGRAAFr
Stadsnieuws.
H. MEURSING Co. AMERSFOORT.
Export naar Oost- en West-Indië.
AMERSFOOMSCHE COURANT.
FIRMA A H VAN CLEEFF
te AMERSFOORT.
Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag. Abonnement per 3 maan'len 1.
franco per post 1.15., Advertentiën 16 regels 60 cent; elke regel meer 10 cent. Legale-,
oflicieële- en onteigeningsadvertentiën per regel 15 cent. Reclames 1—5 regels 1.25; elke regel
meer f 0.25, Groote letters naar plaatsruimte. Bewijsnummers naar buiten worden in rekening
gebracht en kosten evenals afzonderlijke nummers 10 cent.
Bij advertentiën var buiten de stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht.
nUREAU
KORTEGRACHT 9
Telcphoon 11».
KENNISGEVINGEN.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der ge
meente AMERSFOORT,
brengen ter algemcene kennis, dat b i hun besluit
van beden, ingevolge art. 8 der Hinderwet, aan D.
JUFFER wonende alhier, vergunniug is verleend
tot do oprichting van een broodbakkerij in het per
ceel aan de Stellingwerfstraat, kadastraal bekend ge
meente Amersfoort, sectie D. no. 2234;
en dat bij hun besluit van heden, ingevolge art. 8
der Hinderwet, aan CHR FLKINES, wonende alhier,
vergunning is verleend tot de oprichting van eene
bleekerij van Palmolie en plnatsing eeuer locomobiel van
5 p. k. op het perceel aan de Wolfertstraat, kadastraal
bekom! gemeente Amersfoort, sectie D, no. 42.
Amersfoort, der. 1. Mei 1902.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Burgemeester,
WUIJTIERS.
De Secretaris,
B. W. Tu. SANDBERG.
Collecte voor den Uewapenden dienst.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der ge
meente AMERSFOORT,
Brengen ter algemetme kennis, dat de gewone
jaarlijksche collecte ten behoeve vau het Fonds ter
aanmoediging en ondersteuning van den gewapenden
dienst in de Nederlanden langs de huizen der inge
zetenen zal plaats hebben op Maandag den 12en Mei
1902 des voormiddags ten 10 uur.
Zij wenschen deze ten dringendste in de belang
stelling der ingezetenen van alleu rang eu stand aan
te bevelen.
Men vergete niet, dat, al moge ook het getal der
overgeblevenen uit de veldtochten van 1814,1815eu
1830 jaarlijks verminderen, daarentegen tengevolge
der expeditiën in onze Oost-Imlische Bezittingen
het getal van hèn, die op onderscheidene wijze aan
spraak hebben op ondersteuning, steeds weder toe
neemt en vermoedelijk zal blijveu toenemen.
Bg het op zich zelf verblijdend verschijnsel, in de
laatste jaren alom in den lande waargenomen, eener
toenemende belangstelling in alles wat de verdedi
ging des Vaderlands betreft, vertrouwen Burgemeester
eu Wethouders, dat de opbrengst dezer Collecte zal
bewijzen, dat men ook meer dan tot dusverre belang
stelt in het lot van don verminkten en hulpbehoe
vende oud-soldaat! Moge toch hun, die hun leven
veil hebben voor het Vaderlaud, de overtuigiug wor
den geschonken, dat het Vaderland niet ondankbaar
is, en alzoo de in te zamelen giften er toe bijdragen,
om aan meedere Oiulstrijders, die daarop aanspraak
hebben, eene tegemoetkoming te verstrekken ter ver-
lichtiug der zorgen van den oudeu dag.
Amersfoort, den 2. Mei 1902.
Burgemeester eu Wethouders voornoemd,
De Burgemeester.
WUIJTIERS.
De Secretaris.
B. W. TH. SANDBERG.
het vorige jas
i deze Gemeente zijn komen
Inschrijviug voor tie Schutterij.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der Ge
meente AMERSFOORT,
brengen ter kennis van
I". alle mannelijke ingezetenen, geboren in hel jaar 1877
2". alle mannelijke ingezetenen, geboren in de
jaren 1808 tot en met 1877, die ofschoon in andere
Gemeenten reeds ingeschreven, sedert de iuschrijvitig
20).
Een vreemd, beklemmend gevoel maakte zich van
Lnssow meester. Om hem heen het donkere, rtti-
sehciule woud, naast hem (Ic vrouw, die hij eens had
liclgehad en die hein luid bedrogen Plotseling boog
Irma vou Plenz zich tot hem. „U hebt toegegeven,
dat tt aan een zonde mijnerzijds gelooft, graaf, wilt
u ook niet aan mijn grooto smart gelooven?"
„Neen, baronnes, dat heb ik u reeds gezegd waar
over zottdl u groote -mart gevoelen V"
„Als hol nu eens over de zware zonde was? Kan
men die twee van elkander scheiden 1"
llii wendde zich om en keek haar aan in de duis
ternis scheen hel haast alsof er tranen in haar oogen
schitterden.
„U zelf hebt uw lot gekozen," zeide hy op de kal
me korte wijze waarop iiij altijd tot haar sprak„nu
moet u ooit den moed hebben, het te dragen. En,
zoover ik er over oonleelen kan, zal weinigen zoo
veel geluk ten deel vallen, als bij u bet geval isge-
wecst. En kan het u een troosl zijn, dan zeg ik u
hierbij tegelijk, barones, dat do wond, die u mij toe
gebracht hebt, niet dooddelijk is geweest".
Bij deze laatste woorden klonk zijn stem zachter
en een vluchtige glimlach speelde om zijn lippen,
zij zag het ondanks do duisternis en haar gelaat be
trok.
„En dat zou een troost vo'«r mij zijn zeide zij zacht
et. treurig, als sprak zij in zichzelf. Toen suk zy hem
plotseling haar hand toe. „Ik denk, dat wij nog wel
eens geheel vrede sluiten, graaf Laaaow, aliaheldan
3°. n'ie vreemdelingen, die sedert de laatste in
schrijving, in de termen zijn gevallen, om als inge
zetenen te worden beschouwd
dat zij zich ter Inschrijving voor de schutterij behoo-
ren aan te melden tusschen den I5den en den 31 Mel e k.,
ter Gemeente secretarie
dat voor die inschrijving dagelijks zitting zal
worden behouden iu hel Gemeentehuis
ilat de geboorte-extracten der personen, die in deze
Gemeente geboren zijn, hij de inschrijving zullen
voorhanden zijn, terwijl z'j. <l'e elders doch binnen
dit Rijk zijn geboren, zich eiken dag kunneu aan
melden ter Secretarie dezer Gemeente ten einde
hunne geboorte-extracten iutijda kunnen worden
aaugevraagd
dat eindelijk de registers van inschrijving op 15
Mei aanstaande gevpend en op 31 Mei daaraanvol
gende gesloten zullen worden.
Wordende hierbij, 'er voldoening aan artikel 8
van het Koninklijk Besluit van den 2lsteu Maart
1828, Staatsblad No. 6, nog medegedeeld eenige be
palingen der Wet op de Schutterijen, luidende
Artikel 2. Als ingezetenen worden, met betrekking
tot do toepassing dezer wet, beschouwd
a. alle Nederlanders, binnen het Rijk hun gewoon
verblijf houdende;
b. alle vreemdelingen, binnen het Rijk woonach
tig, welke hun voornemen om zich aldaar ie ves
tigen, zullen hebben aan den dag gelegd, hetzij door
eene uitdrukkelijke verklaring, hetzij door het wer
kelijk ovorbreugeu vau deu zetel van hun vermo
gen en de hoofdmiddelen van hun bestaan
De lijdelijke uitoefening van een bedrijf of hand
werk in eenige ondergeschikte betrekkiug. gelijk dio
vau leerling, knecht, enz., kan op zich zciven niet
beschouwd worden als een bewijs van het voorne
men om zich in dit Rijk te vestigt.n.
Artikel G. Elk jaar, vóór den eersten Juni, zulleu
de ingezetenen, die op den lsten Januari ran hot
jaar hun 25ste jaar van ouderdom zullen zijn inge
treden, zonder onderscheid of zij verraeenen mochten
al of niet tot tie vrijgestelden of uitgeslotenen te
Lehooren, verplicht zijn, zich bij het Bestuur der
Gemeente in welke zij wouen, voor de schuttiry te
doen inschrijven.
Artikel 7. Zij, die iu meer dan eene Gemeente
bun gewoon verblijf houden, of den zetel van hun
vermogeu hebben gevestigd, zullen tot de inschrijving
verplicht zijn binnen die Gemeente, alwaar eene
dien tdoende schutterij aanwezig is.
Bijaldien iu die verschillende Genveiten alleen
dienstdoeude ol alleen rustende schutterijen beslaan,
zullen zij zich doen inschrijven iu de Gemeente
alwaar zij voor de Personeele belasting zijn aange
slagen, on de ambtenaren in die Gemeente, alwaar
zij ambtshalve verplicht zijn hun verblijf te houden.
Artikel 8. Die van hunnen ouderdom geen vol
doend bewijs geven, zullen door hel plaatselijk be
stuur worden ingeschreven naar deazelfa o irducl, on
verminderd ile bevoegdheid van den ingeschrevene
om van zijn juist en ouderdom nader te doen blijken.
Artikel 9. Die bevonden zullen worden zich niet,
vöor 1 Juni te hebben doen inschrijven, zulleu door
het plaatselijk heatuur ambtshalve ingeschreven wor
den, en door den Schuttersraad worden verwezen
int eene geldboete, terwijl zij daarenboven, zonder
loting, bij de schutterij zullen worden ingelijfd, iu-
dieti het zal blijken, dat er, tijdens do verzuimde
thriving, geen redenen tot uitsluiting of vrijstel-
Afgekondigd
Mei 1901.
Burg.
i tondei
i aangeplakt te Amersfoort, den 3,
i Wethouders voornoemd,
De Burgemeester,
WUIJTIERS.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van
AMERSFOORT,
Gelet op een daartoe strekkend verzoek van den
Gemeente-architect,
brengen ter algemeeoe kennis, dat vanaf 5 Mei
1002 de GEMEENTE-ARCHITECT lederen werkdag van
's voormiddags 10 tot 12 uur voor dienstzaken ten
Ramihiiize te spreken is.
Alle brieven en boodschappen, zijnen dienst be
treflende, moeten aldaar worden bezorgd eu voor
taan niet meer ie zijnen huize.
Gednuii te Amersfoort, den 2, Mei 1902.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Burgemeester,
WUIJTIERS
De Secretaris,
B. W. TH. SANDBERG.
Beleefde herinnering, dat het volgend
nummer van dit blad
DINSOAG
verschijnt.
Beleefd verzoek, ons de advertentiën
voor dat nummer iiilorlifli Dinsdag
vóór 12 uur te doen toekomen.
In de Luthersche kerk morgen geen dienst.
In de Remonstraiitsche kerk is morgen te
half lien godsdienstoefening voor jongelieden
liisschtJti 9 en 14 jaarte elf uur gewone
dienst.
Iu den aanhef der kennisgeving omtrent de be
schrijving voor de belasting op bed rij fs- en audere
inkomsten, opgenomen in het vorig nummer, staat
door een niet- gecorrigeerde zetfout vermeld, dat deze
zou zijn uitgegaan van Burgemeester en Wethouders.
Reeds de ondertoekeuing wijst aan, dat ze uitging
van den Burgemeester.
Welke zetfout hierbij hersteld wordt.
I)e toestand van !I. M. do Koningin.
Ochtend-bulletin 2 Mei. Hare Majesteit
de Koningin bracht den nacht rustig slapende
door, Alle andere verschijnselen geven reilen
tot tevredenheid.
Ochtend-bulletin 3 Mei. H. M. bracht den
nacht rustig door. Do laatste dagen verlie
pen zonder koorts. De voe lselopname blijft
voldoende. De krachten nemen toe.
Blijkens advertentiën in dit nummer zijn
tot candidaat gesteld voor de op aanstaan
den Dinsdag tusschen 8 en 5 uur te houden
verkiezing van leden van het Kies-colhge
der Ned. Hervormde gemeente door de kies-
vereeniging «Geloof en Liefde'' de heeren
R. CruijlT, H. C. van Dam, J. N. van Hooge-
vest, J. G. Kleber, G. van Lummel, G. van
Nieuwenbuizen, dr. 11. J. Reynders, I. ter
Schuur, C. Vlaanderen, N. Wolfswiukul Ez.,
A. E. Blok, A. Veen en C. van Zwol, allen
aftredend en door de Orthodoxe kiesver-
eeniging «Evangelie en Belijdenis" de eerste
zes genoemden en de heeren: J. van Apel
doorn J.Lz., P. Boks, B. van 't Eind, ihr. H. M.
van der Goes, T. van Hoogevest, 11. Noor
man en A. Smeitink.
Uit den regenmeter hier is in April na
8 regendagen afgetapt 31.9 m. M. neerslag;
de grootste hoeveelheid op li April n.l. 1.45 m. M.
In 1901 waren de cijfers 81.5 en 9, in
1900 waren zij 7 en 7 in 1890 werd 90.5
rn. M. afgetapt; in 1898 zelfs 352.5 m. M;
in 1897 slechts65.5 en in 189G slechts 7 m. M.
In de afgeloopen maand werd ten Postkun-
lore bier en de daaronder ressorteerende
hulpkantoren ingelegd ter Rijks Postspaar-
vandaag ook nog niet. Het uur zal eens slaan; waarop
u utyu handelwijze geheel zult begrijpen en „lont
compreudre vend indulgent".
Beiden zwegen nu, totdat de wagen voor het slot
stil hield. Lassow sprong er het eerst uit, en «laar
er geeu dienaar bij de hand was, moest hij Irma wel
heipon bij het uitstijgen. Een uogenblik hield hij de
slanke gestalte in zijn armen hij voelde haar war
men adem, hij rook den fijnen geur van dogouden
lokken het bloed steeg hem naar het hoofd ;toen
richtte Irma zich op en ging naar binnen.
„Ik verzoek den heeren, mij een half uurtje te
gunnen voor mijn toilet, zoide zij loen, enuuu kun
nen wij eten. Ik heb iu oen van de logeerkamers vuur
laten aanleggen, graaf Lassow misschien wilt u nog
wel een oogeublik rusten."
„U is wel vriendelijk, mevrouw de barones, maar
ik wilde nu eigenlijk naar huis gaan. Ik kan toch
onmogelijk in juchtoostuura aan tafel verschijnen."
„Waarom nietvroeg Irma lachend.Nu, tot straks."
Toen een halfuur later de goug luidde, ging Lex
naar Irma's boudoir, Waar het echtpaar Plenz zich
reeds bevond. Irma was in zwarte zijde gekleed
eensklaps schoot hot Lnssow te binnen, dat hy vroe
ger eens lot haar gezegd had„Zwart staat ja het
best dal moest je aliijd dragen."
De gedachte, dut zy zich dit nu óok herinnerde, her
innerde hem. Het diner verliep weer zeer opgewekt
de wijn was zwaar, de bloemen geurden bedwelmend
en de schoone nixenoogen van de betooverende slot-
vrouw straalden met gevaarlijken gloed.
Hoed u, dolle graaf, dat gij niet ten tweeden mile
verward raakt in bet net van deze valsc.be vrouw.
Nadat de tafel was opgeheven, viel do handkus
van Lex heden reeds iets wanner uil. Do hoeren
rookten hun sigaar weer iu het boudoirde barones
zelf had een rusaiache sigaret tusschen do lippen,
terwijl zij voor de koffie zorgde. Mon sprak over
A Ue ti stad i, de vroegere garnizoensplaats van Laaaow
Plenz wist er allerhande nieuwtjes van te vertellen
'en Irma baaldo lotar photographii
Daar stonden zij Lassow weeral
do kameraden, de dames van het regiment, de stra
ten eu hot plantsoen van de stad. Hier de kazerne,
de manege, het casino, de paardenstallen, Kn hier
iu het plantsoen was het geweest, dut hij iu dien
bewusten nacht, na liet bal bij deu overste Vort Mc-
loohnitz, in zijn gelukzaligheid luid gejubeld had
eu zijn handschoenen in de struiken had geworpen.
Driftig wierp hij deze photographic weer op tafel.
Irma vou Plenz scheen er niet op te letten en hijzelf
dacht er weldra ook niet meer aan. De barones zat
naast hom by het bezien der pltotograpltieën raak
ten bun handen elttaar nu en dau aan, hun oogen
ontmoetten elkander, lerwyl zij nu en dau een op
merking wisselden o, waren deze oogen maar niet
zoo givaarlijk schoon geweest!
„Hoeveel herinneringen knoopen zich vast aan
deze pltotograpltieën, zoide Irma eindelijk, en het
zijn herinneringen tutu een sohoonen lyii uit myn
leven." Zij zuchtte oven, en stond op om de pho-
tographieën weg te borgen.
„Do heriniteriug maakt alios veel schooner," xeido
Plenz, vau den drempel van zyn studeerkamer, wnur
hij sigaren ging halen.
irma stond plotseling voor Lassow. „Niet, waar,
het was toen een schoone, zeer schoone tijd",
„Gedeeltelijk ji' baronnes."
„Gedeeltelijk? Zij lachte helder en vroolyk, Men
horiunert zich toch alleen de aangename uren, graaf
Lassow, niet waar?" Zij kwam nog dichter bij hom
en reikte hem du hand. Hy nam die en bracht ze
aan zijn lippen, „Ik zeide u roods, barones, dat de
wond niet doidelyk is: zij is genezen, laat zij nu
den dag. i Zy lieten elkander los
lengeest, donkere bles kleurde Lt
.dostra- I Item voor, dat hij dien man niet meer goed In de
oogen durfde zien, omdat er een geheim bestond
tusschen diens vrouw eu hem. Maar aan deu
s dal g
kant
urn en deed hij ge
iiz als echtgenoot.
komt gy terug?" En ti
ook vergete
zijn."
Zij boog liet hoofd diep en moukto een snelle on
verwachte beweging, bijna alsof z\j neer wilde knie
len met ecu vasten, kracl.tigeu druk zijner handen
bicld hij haar staande. „U hebt m\j vergeven dank
dank
it toch ook al van heel ouden
inbreuk op de rechten van
nam, vroeg Irma „Wanneer
tt hy niet dadelijk antwoord
de, zeide zij „Kom Zaterdag; als wij niet dadelijk
een dag afspreken, laat «ij n toch niet zien,"
„Gaarne, ik kom dan Zaterdagavond, zeide Lassow,
overling laat de dienst mij niet vrij
Irma knikte. „Nu goed dan, Zaterdagavond."
Irma vou Plenz zit Zaterdagavond in haar bou
doir en schryfl in haar dagboek. „Niet* kon my
moor gelegen komen dan dit hcereniliiior bij Print
Herman. Als de goede llans Berthold eons ver
moedde. dat ik het van te voren geweten hebMaar
hjj vermoedt nooit iets! Hoe zou hij ook kunnen
weten, dat ik in het liosch hot teleg.am gevonden
heb, dat <io onhandige rijknecht van den Prins ver
loren ltad. „Kom Vrijdag vroeg aan. Zaterdagavond
heeroniliner," /elf* nlz hy het wist, zou myn heer
en gemaal er nog niets bijzonders bij gedacht heb
ben, en tooit deu dollen graaf kalm voor vanavond
gevraagd hebban. Nu moest hy weg, de baron Von
Plenz, Heer van Mosselm, en als do dolle graaf
komt, vindt hy alleen do vrouw des huzies, Arme,
dolle graafEen geheeleu avond alleen met Irma
von Plenz. Kwam hij nu maar; ik kan den tijd haast
niet afwachten l O, gij hoerlyke, knappe, verrukke
lijke Lex Lnssow! Weel je wel, Jat ik je liefheb, dat
ik jo nu eerst liefheb, sedert jojo my al* tnan getoond
hebt, sedert je mij zoo trotse h en koud behandelt? Eu
jy „üu revient toujours il ses premiers amourt".
WordI vrmolgi).