Stadsnieuws.
it de Unancieele gevolgen van zoodanige
tr neming elders, niet bij raming doch
ufoudervindelijk, bekend zullen zijn. Het
ital van de in deze Gemeente over 1900
tegeven slachtingen bedraagt 1879 stuks
leren en kalveren, en omstreeks 5000
:ens, van welke ongeveer 2000 voor export,
"on is dan ook zoo verbazend gering, dat dit
cijfer aan de zaak reeds een zeer on vasten
grondslag geven moet. Is het niet ver be-
neden ae werkelijkheid, dan moet de con
sumptie van ingevoerd vleesch wel een be-
denkelijken omvang verkregen hebben en
is nauwlettend toezicht in het belang dei-
verbruikers hoog noodig
De voordracht van den heer Van Esveld,
op 3 December gehouden, gaf aan de ge-
noodigde autoriteiten, deskundigen en vak-
mannen een helder overzicht vandegeheele
zaak. Hij zette uiteen hoe de keuring, die
volgens spreker hier alleen op het papier
bestaat, te Utrecht langen tijd bekend is
geweest als de beste in ons land, ook zonder
abattoir, totdat men daartoe moest besluiten
ter voorkoming van bodem-, water- en lucht
verontreiniging en van infectie der stallen
- door ziek vee. De inrichting, de voordeelen
voor consumenten, de voor het slagersvak
nadeelige zijde van de Algemeeneslachtplaats,
de zeer gunstige linancieele uitkomsten, in
de kleinste Duitsehe gemeenten en ook reeds
hier te lande verkregen, werden aangetoond.
Ook voor Amersfoort, verzekerde spreker,
zou de exploitatie voordeelig blijken, indien
betrouwbare cijfers te verkrijgen waren
voor de Begrooting.
Met bet afwachten van den tijd, wanneer
het abattoir-vraagstuk voor deze Gemeente
tot rijpheid of de door de vorige Regeering
voorbereide Rijkswet op de keuring van slacht
vee tot stand zal gekomen zijn, blijven in-
tusschen de gezondheidsbelangen van zeer
vele ingezetenen in gevaar verkeeren. Moge
daarom een betere regeling van de vee- en
vleeschkeuring welke bij iedere Gemeente-
begrooting-vergadering ter sprake wordt ge
bracht, door den Raad ernstig ter hand ge
nomen worden.
In den loop van het jaar onderzocht en
behandelde de commissie verschillende bij
haar ingekomen klachten, zooalsover het
afsluiten, door exploitanten van het bouw
terrein buiten de Groote Koppelpoort, van
de waterleiding der oude Eom, waardoor
het schoonhouden dier waterleiding, welke
verder de erven achter de Veerkade begrenst,
zeer moeilijk wordt; over den ongezonden
toestand van het terrein der woningen langs
t'e Dorresteinsche steeg. In deze gevallen
vermocht de commissie niet iets te doen ter
verbetering.
Door haar tusschenkomst werd een geheel
onbruikbare pomp ten dienste van een reeks
woningen aan den Bisschopsweg door de eige
naars dier woningen vervangen door twee
norton-pijpwelleneen zich hij perceel 42
Wevers-singel bevindende beerput, die den
buren zeer hinderlijk was, werd opgeruimd;
evenzoo een rnestverzanieling van varkens,
idie gehouden worden door den bewoner van
van perceel 20 Langestraat, waarvan de
achterbuurman in perceel 6 Scherbierstraat
grooten last ondervond.
By het onderzoek van «Ie klacht door be
woners van de nog niet voltooide Aldegonda-
straat over onbruikbaar drinkwater uit een
der pompen, bleek het water, genomen uit
een paar welputten achter de woningen aan
weerszijden der straat, in aanmerkelijke hoe
veelheden te bevatten organische en andere
stoffen, schadelijk voor de gezondheid.
Om de groote waarschijnlijkheid, dat het
niet beter gesteld zal zijn met de overige
nog niet-onder/.ochte welputten en met het
i oog op art. 6 der Bouwverordening, meende
de commissie B. en W. onmiddellijk in kennis
I te mneteu stellen van haar bevinding, in
overweging gevende, het verder inrichten
van woningen in de Aldegondcstraat te ver-
j bieden, totdat door de bouwondernemers
voldaan zou zijn aan de verplichting tot
aanvoer van deugdelijk drinkwater.
Naar aanleiding van de herhaalde klachten
over onreinheid van het beekwater der '/.wem
der badinrichting aan de Koningspoort heeft
ons deskundig medelid het water in het binnen-
en bet buitenbassin, ook nadat het in be
weging was geweest, aan een onderzoek
onderworpen en bevonden, dat het voor het
doel volkomen geschikt is. Met de verbe
tering van deze overigens gebrekkige en te
bekrompen inrichting zou de stichting van
een Volksbadhuis, waarvoor hooger op, aan
het terrein van de oude gasfabriek nu een
zeer geschikte gelegenheid bestaat, hand aan
hand kunnen gaan.
Voor deze aangelegenheid verzoekt de com
missie opnieuw de aandacht.
Ook blijft zij met verlangen uilzien naai
de mededeeling van de verzamelstaten van
het wooingonderzoek, dat nu bijkans een jaar
geleden afliep. (Gelijk bekend is dit rapport
inmiddels verschenen. Red).
By de commissie is nog in onderzoek de
haast ongelooflijke toestand, indruischend te
gen alle regelen der hygiène, van den wa
tertoevoer en den afvoer van faecale stoffen
en menagewater op het nieuwe stations-em
placement.
Ook is ter gelegenheid van een genees
kundig onderzoek, ingesteld op uitnoodiging
van B. en W., naar gezichtsgebreken bij
eenige leerlingen van de openbare Lagere
school aan de reekstraat, gebleken, hoe nood
zakelijk de aanstelling van een schoolarts is
ter voorkoming en beteugeling van allerlei
schadelyke invloeden in de school en daar
mede ook in gezinnen.
Ter vervanging van het medelid der com
missie dr. J. M. Ooockewit, wien wegens
vertrek eervol ontslag toegekend is bij besluit
van 19 Februari, werd bij Raadsbesluit van
1 Maart benoemd de dirigeerend officier van
gezondheid 2e klasse W. II. L. Burgerhoff
Mulder. Helaas slechts van zeer korten duur
was onze hoogst aangename samenwerking
met de/.en kundigen en humanen collega. De
vacature, ontstaau door het onverwacht over
lijden te Utrecht van overste Burgerhot!'
Mulder, den 2u December, is nog niet vervuld.
Wordt, vervolgd.)
De Raad dezer Gemeente vergaderde Dins
dagmiddag onder voorzitting van den heer
Burgemeester, jhr. J. W. A. Barchman
Wuijtiers, van 1.45 tot 2.15.
Aanwezig waren 10 leden en de Secreta
ris afwezig met kennisgeving waren de
heerenrar. Van Voorst Vader, Gerritsen,
Hamers, Van Esveld, Van Kalken en Veis
Heyn. Eén vacature.
De notulen der vergadering van 24 Juni
worden gelezen en aldus z. d. of h. st. vast
gesteld.
Ingekomen warengoedkeuringen door
Gedeputeerde Staten van Raadsbesluiten no
pens af- en overschrijving van posten op de
Gemeentebegrooting, dienst 1901, verhooging
der jaarwedde van de onderwijzeres mej.
Joh. M. de Bruyn, overneming van wegen
op den Berg, wijziging huur-contract met
Ruitenbeek alle voor notificatievan B.
en W. voorstel tot benoeming van personeel
voor het Herhalingsonderwijs ter lezing
ter Secretariede Gemeente-rekening en die
an het Burgerlijk armbestuur beide over
1901 in handen van een commissie, be
staande uit de heeren mr. Prikken, Veis Heyn
en Plompeen verklaring van de Congre
gatie van O. L. Vrouwe waarbij zij aanvaardt
de vergunning tot het hebben eener stoep
aan den Zuid-singel voor notificatie; een
bericht van den heer H. P. Kuyper, te De
Bilt, dat hij wegens benoeming tot leeraar
aan de Hoogere Burgerschool te Utrecht,
niet wonscht te aanvaarden zijn benoeming
lot tijdelijk leeraar in Natuurlijke historie
aan het Gymnasium voor kennisgeving
een verzoek van de heeren A. van de Water
en dr. P. C. M. Bos om ontslag als tijdelijk
leeraar aan de Hoogere Burgerschool om
advies aan B. en \V.een bericht van het
Hoofd der school 2e joort, dat de heer W. C.
Oosterman de hoofd-aete behaalde inge
volge de Verordening wordt diens jaarwedde
z. d. of h. st. met ingang van 17 Juli ver
hoogd met f125; een adres van de heeren
Rastert c. s. verzoekende de privaten in het
hoofdgebouw der Hoogere Burgerschool te
veranderen om advies aan B. en W.
Hierna kwamen aan de orde:
1°. Ontwerp-besluit tot vaststelling dei-
jaarwedde van in liet vorige vergadering be
noemd onderwijzend personeel aan de open
bare Lagere scholen 3e soort Beekstraat en
Koningsstraat, de heerenA. R. van dei-
Klein, E. Kruithof en A. M. van den Broek.
Z. d. of h. st. verheven tot besluit.
2°. Voorstel tot wijziging van de Instruc
tie van den Directeur der Gasfabriek en van
de Verordening betreffende gasverstrekking.
Na mededeeling door den Voorzitter dat
des ochtends een nader advies is ingekomen
van de Gas-commissie wordt het voorstel
z. d. of h. st. gerenvoyeerd naar B. en W.
om nader advies.
3°. Idem tot ontheffing tot 1 September
1903, den daturn der periodieke altreding,
van den Gemeente-geneesheer J. W. Jorissen
van zijn verplichting tot het verrichten van
kostelooze vaccinatie en doodschouw, in ver
band met zijn benoeming tot Raadslid.
B. en W. billijkten het verzoek en stelden
voor, adressant van '1 Augustus 1902 tot
1 September 1903 te ontheffen van zijn ver
plichting tot het doen van kostelooze vac-
cinatiën en doodschouw en in verband daar
mee zijn jaarwedde van f500 te verminderen
tot f450 en voorts met het verrichten dier
functien een door het college van B. en W.
aan te wijzen geneeskundige to belasten,
wien daarvoor een jaarwedde van f50 wordt
toegelegd.
De heer Plomp vroeg of voor 150 wel I be vat" het gistra vondversel'i
een geschikt vervanger te krijgen is. I Van het wé
De Voorzitter antwoordde, dat vroeger j gende:
overnemen, waarna de Raad z. h. st. zich ver-
eenigde met het aldus geamendeerd voorstel.
4"? Verzoek van den onderwijzer aan de
openbare Lagere school lesoort voor jongens
P. VV. van Sohendel om ontshg, in verband
rnet zijn benoeming tot Hoofd der school te
Zevenbergen, met advies.
Z. d. of h. st. eervol verleend met ingang
van 25 Augustus.
5°. Beschikking op bezwaarschriften in
zake aanslagen in de Inkomstenbelasting,
dienst 1902.
Z. d. of b. st. besloten overeenkomstig het
voorstel.
6°. Benoemiug van een tijdelijk leeraar
in Nederlaiidsch, Geschiedenis en Aardrijks
kunde aan Gymnasium en Hoogere Burger
school.
De Voorzitter deelt mede, dat de heer
J. O. S. van der Veen wegens benoeming
te Amsterdam verzocht heeft, niet meer in
aanmerking te komen.
De heer Croockewit meent, dat er
dan geen voordracht meer beslaat.
De Voorzitter antwoordt, dat de heeren
den heer dr. Van der Veen toch kunnen
benoemen.
De heer Tromp van Holst zegt, ver
nomen te hebben, dat de andere candidaat
althans in éen der vakken niet de volkomen
bevoegdheid heeft.
De Raad benoemt alsnu dr. W. A. van dei-
Vet, uit 's-Gravenhage, met 5 stemmenop
den heer Van der Veen wordt 1 stem, op den
heer H. Pomes worden 2 stemmen uitge
bracht, terwijl 2 briefjes blanco worden in
geleverd.
7°. Voorstel tot benoeming van éen tij
delijk leeraar iu (Wis-, Natuur- en Schei
kunde) aun de Hoogere Burgerschool.
Benoemd wordt de heer W. G. A. Meijer,
te Groningen, met 9 stemmen, legen 1 op
den heer P. Persant Snoep.
Voorstel tot benoeming van éen tijdelijk
leeraar in die vakken aan Gymnasium en
Hoogere Burgerschool.
Beuoemd wordt met algemeene stemmen
de beer P. Persant Snoep, te Delft.
8°. Samenstelling van de voordracht we
gens periodieke aftreding van drie leden van
het College van zetters.
Voorgedragen worden de aftredende leden,
de heeren: G. Prins, C. van der Zoo de Jong
on I. ter Schuur en als hunne plaatsvervangers,
na herhaalde stemming, de heeren S. Knop
pers, A. Herschel Rzn. en H. O. van Dam.
Tot tijdelyk leeraar in Natuurlijke historie
aan het Gymnasium werd hierna met alge
meene stemmen benoemd de heer K. J. de
Jong, te Utrecht.
Wethouder Visser kwam hij de rond
vraag terug op het in do vorige zitting
genomen besluit nopens de afsluiting der
militaire stallen althans aan de zijde van het
Sint Andriesstraat. Spr. wil het aan toevallige
omstandigheden wijten, dat liet desbetreffend
voorstel toen niet is aangenomen en zou bet
zeer gewenscht. achten als B. en W. het
nogmaals konden ter tafel brengen. Uit een
zedelijk oogpunt toch is die afsluiting gebie
dend noodzakelijk.
De heer Van Beek zegt, dat hij tegen
stemde omdat er geen bepaalde aanwijzing
der alsluiting was. Had men die gemarkeerd,
bijv. door een streep te trekken evenals dat
geschiedt voor de standplaatsen op de kermis,
dan zou ieder juist hebben kunnen weten
wat er bedoeld werd. Spr. wilde thans gaarne
voorstellen, het onderwerp nogmaals in be
handeling te nemen.
M r. H e y 1 i g e r s is volstrekt niet tegen
heropening" der debatten mits men zich be-
perke tot de afsluiting op het Sint Jans-kerk-
hof en men niet weder gaat tornen aan het
Plantsoen.
De heer K 1 e b e r herinnerde dat hij
stemde vóór de alsluiting aan de stadszijde
doch tegen die aan den kant van het Plant
soen. Spr. zou echter gaarne vooraf wensehen
te weten of de militaire autoriteiten genoe
gen zullen nemen mot de afsluiting alleen
aun do stadszijde, wijl hij anders vreest, dat
de Raad een minder aangename figuur zul
maken.
De V o o i' z i 11 e r antwoordt, dat de mili
taire autoriteiten bijzonder prijs stellen op
de afsluiting bij liet Sint Jans-km-khof en
dat, al is het in algemeen niet. gewenscht
terug te komen op zoo kort geleden genomen
besluiten, B. en W. geen bezwaar hebben,
in de eerstvolgende vergadering de zaak
andermaal aanhangig te maken, te meer
in uit den Raad het voorstel daartoe wordt
gedaan.
Hierna ivenl de vergadering gesloten.
Onder het opschrift »l)e Veluwo in gevaar"
m numme
ikblad »Neder-Veluwe" het vol
de heer Jorissen reeds een regeling trof met
een collega, doch dat B. en W. daarop niet
ingingen, óok omdat het aangeboden salaris
hun te gering voorkwamhet thans voor
gestelde is echter zeer voldoende.
De heer Plomp stelt nu voor, te lezen:
f 450 of zooveel minder als noodig zal blijken
om op behoorlijke wijze le voorzien in de
vervanging.
Na gepleegd overleg verklaart de Voor
zitter, dat B. en W. het amendement
Door de beslissing van den Amsterdamschen
Gemeenteraad om ook een onderzoek in testel-
leu naar de watervoorziening door heideivater,
waarbij de blik vooral naar de Veluwe gericht
is, wordt deze met een ramp bedreigd, die voor
den landbouw aldaar een levenskwestie is.
Wanneer het water op groote schaal aan den
ondergrond der zandgronden onttrokken wordt,
zal in den zomer door verdamping en geringen
regenval, ook uit den bovengrond het water ver
dwijnen en den plantengroei onmogelijk maken.
Niet alleen dat de ontginning van heide on-
mogelijk wordt, maar ook de gecultiveerde bouw
en grasgronden, die zich te midden der heide
vlakten bevinden en deze omringen, tot op zeer
grooten afstand, zullen door ondergrondsche
stroomingen het grondwater zien verdwijnen,
de slooten ledig zien worden, de drinkwaterput
ten zien verdrogen cn geheele streken tot on
vruchtbaarheid gedoemd zien.
In het Tijdschrift der „Heidemaatschappij",
1901 blz. 59, kan men een massa voorbeelden
vinden van achteruitgang en vernietiging der cul
tuur in de duinstreken; en ook tè Soest voor
de Utrechtsche waterleiding doet zich de invloed
der daling van het grondwater in de omgeving
gevoelen, tot op een grooten afstand, bijv. tot by
de pymmide onder Zeist. Hier, op uren afstand,
is reeds oen waterput opgedroogd.
Alle Veluwnuars moeten dus te wapen geroe
pen worden om de ramp te bestrijden en daartoe
moeten medewerken
1°. de Gemeentebesturen, landbouw-, tuin
bouw- en heidemaatschappijen, boerenbonden en
particulieren, om door adressen de Regeering te
verzoeken, het onttrekken van water aan zand
gronden ten behoeve van de watervoorziening der
steden, wettelijk te beletten
2°. De grondeigenaars, om geen gronden of
heide te verkoopen ten behoeve van watervoor
ziening der steden en bij rventueele veiling hun
ner gronden bet servituut er op te leggen, dat
zij tot dat doeleinde niet gebruikt mogen worden,
alsmede geen toestemming te verleenen tot het
plaatsen van waterleidingsbuizen in hun gronden
3". De Gemeentebesturen, door bet onderzoek
te bemoeielijken, te verbaliseeren tegen inge
nieurs, enz., die voor hun onderzoek particuliere
gronden betredenen te weigeren de waterlei-
dingsbuizen te doen doorgaan onder de wegen,
die in hun beheer zijn
4°. De landgebruikers, door de ingenieurs
enz., die een onderzoek komen instellen, van
hun gronden te verjagen. Van een onteigening
te algetneenen nutte der benoodigde gronden,
kan nooit sprake zijn, daar het algemeen nut
medebrengt, dat er goen water aan den grond
onttrokken wordt.
Gelukkig, dat de voormalige Directeur der
Heidemaatschappij, die een beslist tegenstander
is van het onttrekken van grondwater aan hei-
destrekeu, thans als Directeur-generaal van den
landbouw zijn vermogenden invloed zal kunnsn
gebruiken tot wering der ramp.
Men leze verder over dit onderwerp het Tijd
schrift der „Heidemaatschaptrij" 1901, blz. 55
en 99.
Reeds vroeger vestigden wij de aandacht
op deze zaak. Herhaling schaadt niethet
geldt hier inderdaad een zeer groot belang.
En wachten tot bet to laat is, zon al zeer
verkeerd werken.
Onze vroegere stadgenoot de heer G. C.
A. Valewink is bij Kon. besluit voor het
tijdvak van 1 September 1902 tot 31 Augus
tus 1903 gecontinueerd als tijdelijk leeraar
aan de Rijks Hoogere Burgerschool te Gouda.
Uitslag eind-examen Hoogere Burgerscholen
met 5-jarigen cursus in Utrecht en Üverijsel,
afgenomen te Amersfoort.
Van de tweede groep zijn geslaagd Jacoba
M. van Aalderen, (Zwolle)W. P. S. von
Stein Callenfels, (Utrecht); Odilia A. Oorver,
(Utrecht); E. E. Creutzberg, (Utrecht)Hilda
R. ten Dam, (Kampen)J. W. D. van Eek,
(Amersfoort); G. J. C. de Goede, (Deventer)
Ei-kina E. Helderman, (Zwolle)C. C. Herm-
seii, (Amersfoort); Th. M. M. Hogenboom,
(Amersfoort); G. Knolh, (Utrecht); H. J.
van Lujsen, (Utrecht); H. J. Makkink,
(Utrecht); Alberdina 1 Gezeile Meerburg,
(Zwolle); M. L. Muller, (Utrecht); N. B.
TenhaelT, (Utrecht)P. R. W. Verschuil-,
(Deventer); P. H. Zaalberg, (Utrecht).
Afgewezen 3 van de 21 kandidaten.
Tot leden van het voorloupig bestuur der
Vereeniging van steenkoleniiandelaren zijn
voor den kring Utrecht gekozen de heeren
B. Zwencke, te Utrecht, en G. C. Melchior,
te Doorn, die gaarne bereid zijn, belang
hebbenden voor te lichten.
Evenals in vorige jaren heeft een achttal
stadgenooten den heer N. van Veen, hoofd
der school Koningsstraat, in de gelegenheid
gesteld met zijn beste leerlingen lieden, den
eersten da» der vacantie, een uitstapje te
te maken naar Amsterdam, waarbij o.a. een
langdurig bezoek wordt gebracht aan Artis.
Van de reizigers van »De Wereld-tourist",
omtrent welk fraai tijdschrift een advertentie
in dit nummer meer bijzonderheden meedeelt,
ontvingen we eergisteravond een prentbrief
kaart uit Buschir, de belangrijkste havenstad
aan de Perzische golf.
Programma der muziekuitvoering, bij
gunstig weder Zondagavond te 8 uur to
geven op het terras van «Arnicitia" door
de stafmuziek van het 5o regiment inlanterie,
onder directie van den heer G. K. G. van
Aaken
1. „Eitizug der Gladiatoren", niarsch Fucik.
U. Ouverture „Piqué Domo". Von Suppé.
3. „Rosen aus dem Süden", Walzer. Joh. Strauss.
4. Fantnisie aus der Oper „Cavalleria
rusticaua"Mascagni.
5. Ouverture „Phêdre". Massenet.
6. Suite du ballet „Coppélia" Léo Délibes.
I. Prf'ludo et Valse do la poupée,
II. Danso do fete et Valao des heure9.
III. C'srdai (Danse hoiigroise)
VI Oalop Bual
7. „Die Mühle im Schwarzwald", eine
IdyllEilenberg.
8. Grosze Fartaisie aus der Oper
„Tannhaüscr"Rich. Wagner,
