Donderdag 16
1904.
No. 5514.
53e Jaargang.
Feuilleton.
Stadsnieuws.
SLA I I II PA LH LU te Lokden,
FIRMA A H- VAN CLEEFF
te AMERSFOORT.
Verschijnt Dinadag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag. Abonnement per 3 maanden
franco per post ƒ1.15. Advertentiën 16 regels 60 cent; elke regel meer 10 cent. Legale-,
officieële- en onteigeningsadvortenticn per regel 15 cent. ReolameB 1—5 regels 1.25; elke regel
meer f 0.25. Groote letters naar plaatsruimte. Bewijsnummers naar buiten worden in rekening
gebracht en kosten evenals afzonderlijke nummers 10 cent.
Bij advertentiën van buiten de stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht.
KORTEGRACHT 9
Telephoon 19.
Zij die zich met 1 JULI
abonneeren, ontvangen tot
dien datum alle nummers
GRATIS.
KENNISGEVING.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS dor Go-
meent* AMERSFOORT
brengen ter kennie van de belanghebbenden dal
een afiebrift van nat proces-verbaal van bet hoofd-
■tembureau in bet kieediitrict Amersfoort, betrekke-
lijk den uitslsg van de stemming van vier leden
voor de Provinciale Staten van Utrecht, ie aangeplakt
aan de bergplaats slaande aan den West Singel, wgk
E. no. 60, nabg hot Raadhuis, en in afschrift ter
Secretarie ter inzage nederligt.
Amersfoort, deu 16 Juni 1901.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Burgemeester,
WUIJTIERÖ.
De Secretaris,
B. W. Th. SANDBERG.
Middelstands-organisatie.
De vraag besprekende, of organisatie van
den handeldrijvende» middelstand noodzakelijk
is, merkte «De Manufacturer" eenige weken
geleden op, dat de handeldrijvende raiddel-
stand als belastingbetaler eeo van de grootste
factoren is, waarmede Rjjk en Gemeente
rekening hebben te houden en voegde daar
aan de niet geheel onjuiste opmerking toe:
«Het schijnt, dat beide regeeringslichamen
zich er op toeleggen, van dezen stand te
halen, wat er van te halen is, in éen woord,
hem als een melkkoetje te gebruiken."
Gaat men daartegenover echter na, wat
de middelstand in Gemeenteraad en Tweede
Kamer kan presteeren, dan is dat al heel
weinig.
Wat is hiervan de oorzaak Dat men uiet
genoeg aaneengesloten is. Gedeeltelijk is het
wangunst, deels ook het groote verschil in
de belangen en gebrek aan samengaan (Toontje
Solidair ontbreekt veelal geheel) die in koop-
inanskringen het krachtig optreden in Rijk
•n Gemeente verhinderen. In plaats van een
voorbeeld te nemen aan den georganiseerden
arbeidersstand, slaat men in het geheel geen
acht op de resultaten, welke door goed geor
ganiseerde vakvoreenigingen reeds zjjn be
haald. Die mannen, welke den muur van
den ouden sleur probeeren door te breken
en de groote voordeelen van vereend samen
gaan begrijpen en in het licht willen stellen,
worden dikwijls uitgekreten als idealisten
najagers van onbereikbare luchtkasteelen.
PENSI0N0P0LIS.
27.
Hilda gevoelde, det baar toou te warm Ha* geneest
eu waa boos op zichzelve, dat ie xioh zóo bad ver
raden. Zjj deed al haar belt om onverschillig te
schijnen en zeide zoo onbevangen mogelijk: „Wat
de luitenant me aangaat? Heelemaal niets, papa.
Maar weet u, sinds ik indertijd by den jacbtrit dien
jongen officier soo heb zien vallen en hem voor dood
zag wegdragen, denk ik daar iteeds aan als ik hoor,
dat iemand met zjjn paard geztort ie."
Hilda beeft geljjk" mengde baar moeder ziob nu
in bet geeprek, omdat xjj niet wilde, dat de overete
op dit thema doorging. Zjj meende, dat Hilda nog
te jong was voor dergelijke dingen en bracht daarom
een geheel andere wendiog aan het geeprek„O ja,
van middag ie je laare teruggebracht en luitenant
Von Htieber liet zeggen, dat hjj deu schoenmaker
beeft gestraft".
„Dat spjjt me" zeide de ovorate „ik hoop maar, dat
bjj ziob beeft bepaald tot een uilbrander. Heb ik
je al gezegd, dat Htieber zoo'n uitztekeuden indruk
op me heeft gemaakt? Werkelyk een kranige kerel."
Deze lof waz den dames zóo volmaakt ouverzcbil-
lig, dat zjj niet de miozte movite deden, iets te zeggen.
Dat hinderde den overste, die zijn dochter onaf
gebroken had gadegeslagen en die onverschilligheid
deed hem nu meer zeggen, dan bjj eigenlijk wel
had gewild.
„Werkelijk een kranig ofQcier" hernam bjj „uit
ziekend aangezcbreven, een flinke tiguur; zooals ik
reeds seid* hjj beeft een buitengewoon gunstigen
indruk op me gemaakt en ik beb hem gevraagd,
•ioh eens nat meer bjj ons te leten tien en nieteerst
Men vindt hun doen wel aardig, doch wil
voorshands toch nog maar liever de kat uit den
boom kjjken en eerst later, als alles zoowat
voor elkaar is, meehelpen.
Hjer ter stede bijvoorbeeld zjjn vandeöüO
neringdoenden en klein-industrieelen slechts
goed 150, dus even éen vierde, lid van «Handel
en Nijverheid".
Tegenwoordig, nu de beschaving ook van
den koopmansstand een groolere hoogte heeft
bereikt, moesten het standsbewustzijn en het
gevoel van eigenwaarde veel moer ontwikkeld
wezen dan tot nog toe het geval is. Er
mankeert een juist inzicht; men vindt, dat
de persoonlijke belangen voornamer zjjn dan
die van het g heel en zoodoende mankeert
het, als er algemeeue belangen op 'tspel
staan, aan het noodige initiatief. Deze be
grippen leiden lot de gevolgtrekking, dat de
winkelier nocii de rechten bezit, noch deze,
welke hem toekomen, beproeft te veroveren.
Dit dooft ook de werkkracht uit van die
mannen, die zich moeite geven om hierin
verbetering te brengen. Zjj vinden geen vol
doenden steun.
Maar niet alleen in de belangen naar buiten,
uok in die van eigen bedrjjl komen dikwijls
inzichten op den voorgrond welke bewijzen,
dat de middelstand zich niet van den ouden
sleur weet te bevrjjden, wat in den tegen-
woordigen tijd toch zoo noodzakkelijk is. Men
tracht op zekere punten te weinig zich
van kleingeestige inzichten los te maken.
Vele zaken, die in den koopmansstand van
groot gewicht zijn (by v. onderlinge kostelooze
informaties) zouden totstaud kunnen gebracht
wordeu, als mon de individueel* wetenschap
aan het nut van bet meer algemeene wilde en
wist dienstbaar te maken.
Zoo zien wjj dagelijks op 't gebied van faillis
sementen, omtrent het aanvaarden van een
accoord, hoe schadelijk het is, zonder op het
algemeen te letten, de persoonlijke belangen
hardnekkig door te drijven. Niemand lijdt
gaarne, een verlies, maar 't kan niet in hot
belang van den goeden financieelen en mo-
reelen toestand van 't geheel zijn, dat iemand
zich gerechtigd gevoelt om zichzelf een klein
tooi deel te verschatten en alle overigen zeer
te benadeelen. Nemen we verder in aanmer
king wat samenwerking vermag in vraagstuk
ken alswinkelsluiting op Zon- en feestdagen,
tegengaan van coöperaties, schrap zetten
tegen zoogenaamde buitenlamlsche Waaren-
hüuser", enz.
Wat wjj inden mi Idelstand noodig bobben,
is een hechte organisatie, die zoowel gevormd
kan worden door plaatselijke als provinciale
vereenigingen, gelijk men deze laatste in het
Zuiden van ons land reeds gevormd heeft (de
«Hanze"). De mi Idolen zjjn hiervoor evengoed
aanwezig als bjj andere standen en men zal
alleen succès hebben, als men met vereende
krachten naar dit doel weet te streven.
Reeds meer hebben we op dit aambeeld
gehamerdreeds meer den middelstanders
toegeroepenvereenigt u in vereeniging ligt
kracht.
De misbruiken waartegon de enkelling niets
vermag crediet-geven, oneerlijke, concur
rentie, llesschentrekkerij, enz. enz. kan hjj
in vereeniging met vakgenooten, en beter
nog iQ samenwerking mot standgenooten, op
den duur heel gemakkelijk onder de knie
krijgen.
De Regeeriug trekt zich thans de nooden
der middelstanders aan, getuige haar tegen
woordigheid op de Congressen, getuige de
benoeming der Staat-cominissie welke in-
tusschen geen enquête-commissie is ge
tuige haar voornemen om op 't einde dezer
maand ook te Utrecht tegenwoordig te willen
zijn bjj de Algemeene vergadering van den
Middelstamlsbond.
Maar de Regeering heeft óok gezegd«Ver
wacht niet te veel van wetteljjke bepalingen,
maar steekt zelf de handen uit de mouwen'',
Steekt zelf de handen uit de mouwen
verlaat toch uw sleur van egoïsme, van zelf
baas te willen zjjn; ook al sluit ge u aan
bjj een mid lelstamlsvereeuiging, blijft ge baas
in eigen zaak, maar door gedachten wisseling
met vakgenooten leert ge, dio uu u huil
in geheimzinnigheid, zóo onschatbaar voel,
dat 't u nimmer zal berouwen, lid te zjjn ge
worden van zulk een middelstandsvereeniging.
Om nog maar niet te gewagen van de zeer
goede en doeltreffende informatiën, welke
«Handel en Nijverheid'' u verschaft en de
niet minder goede werking van haar incasso
bureau voor dubicusc posten.
Middeletandeis te Amersfoort, vjreenigt u
onder de vaan van .Handel en Nijverheid''
en als ge alle 600 zijt aangesloten, vormt
dan óok branche-vereenigingen, zoodat ge op
den duur to samen en in vereeniging, elkaar
steunend en schragend, kuntstrjjden voor uw
belangen, met succès bestrijden de vele mis
bruiken die men thans u oplegt en waartegen
alleenstaande ge niets vermoogt.
De Minister van RinnenUndsche /aken
heelt aan de Gedeputeerde Staten der pro
vinciën bericht, dat de Pensioenraad voorde
burgerlijke ambtenaren bjj het veriüeeren
iler pensioensbijdragen over 1902 van iiet per
soneel der openbare Lagere scholen stuit op
een groot aantal verschillen, en het bljjkt,
dat de bjj dien fUad berustende registers
niet in overeenstemming zjjn met den wer-
keljjken toestand in bedoeld jaar. De oorzaak
hiervan ligt voornamelijk in de omstandig
heid, dat nog niet van alle in 1902 plaats
gehad hebbende mutaliën in bet personeel
der openbare Lagere scholen opgavo is ver
strekt.
Zjjn alle mutaliën over 1902 door deu Pen
sioenraad bijgewerkt, dan kunnen tal van
aanmerkiugen op de kortingen der onder-
wjjzerajaarwedden, die thans zouden zijn te
maken, achterwege bljjven, en zou daardoor
noodeloos werk worden voorkomen.
Op verzoek van don Pensioenraad heeft de
Minister de Gedeputeerde Staten uitgenoo-
digd de Gemeentebesturen in hun Provincie
te verzoeken om vau alle nog niet medege
deelde mutation, wjlke in 1002 hebben plaats
gehad, ten spoedigste opgaven aan Gedepu
teerde Staten te verstrekken.
Voor de belanghebbenden kan hut zjjn nut
hebben, zichzelven er van te vergewissen,
dat de mutatiën zjjn ter kennis gebracht.
Den heer D. Schaap, ijker tier maten on
gewichten en chef van dienst te Utrecht, is
op zijn verzoek eervol ontslag verleend uit
's Rjjks dienst.
iiexe courant is gedrukt mei de courant»inki ran de firma
vertegenwoordiger J
hottean tui.
J. HM li US EIS, kantoor en magazijn Corneii Trompstraat i
een uitnoodiging af te wachten"'
„Wet is dat uu <veer" vroeg zijn vrouw een beetje
boo». „Gasten, die overwaebt zich aanmelden, geven
veel meer drukte dan die, welke genood zijn. Voor
jou is lijj toch veel te jong dan dat je zoo gesteld
kunt zgn opzijn gezelschap en ik kan uiet zeggen, det ik
hom zoo erg sympathiek vind en dal je hem ter
wille vau Hilde zoudt hebben gevraagd, ie toch óok
wel niet weer. Waar dient dat nu voor?"
„Waarom zoo boos?" zeide de overste geplaneerd
„Bedenk tooh, dat uien weer jong wordt Joor met de
jeugd om te gaau. Ik eproek zeer graag met hem,
want hjj iz werkelijk theoroliioh ook zour goed onder
legd. Hoe vaker bij hier komt, des to beter zsl hij
jou ook bevallen en dat hi) jou en vooral Hilda be
vallen mag, hoop ik van gansohur harte."
Z\jn vrouwe etuille zijn woordenatroom met een
allea behalve vriendelijk: „Bedenk toch wat ju xogt
en dat nog wel in prezeulie van dat kind."
„Och, papa, geneer u voor mij maar uiet" >ott*
Hilda „dat u roods lang me wilt uithuwelijken, wcot
ik al lang".
„Eu wil jij dan niet trouwen?" vroeg de overste.
„Ala ik een j«ng meisje was, trouwde ik zokor. Je
trouwt tóch en een beteren dan Htieber kan ik jo
niet toewenschen hij ie van goede familie, ziet er
goed uit, ie een knap officier, goed onderlegd, leeft
zeer geregeld en houdt veel van jo
Van schrik over 'tgeen bij zicb bad laton ontvallen,
liet bij vork en mee uit zijn banden vallen en staarde
bij de dames onzet aan. Hilda trachtte haar verlegen-
heid te verbergen doar een spottend lachje.
„Alfred" zeide eindelijk mevrouw Von Kottier „hoe
kan je zooieta zeggen ik begrijp je niet."
„Ik inezelven óok niet" steunde hg „hoe heb ik
dat ki'mnen doen ik heb Htieber mijn woord ge
geven, jelui niets te zeggen van hetgeen hu mg
toevertrouwd*. Op handslag heb ik nam beloofd
niet te zullen verraden boa hg over Hilda deukt
en dat hy niet kan of wil gelooven, dat Hilda sloh
voordon huzaar interesseertwel, lieve hemel,
als ik nu rayn mond niet dicht kngp, gooi ik er
nog alles uit".
„Meer behoefje waariyk niet to zoggen" viel zijn
vrouw boo* uit. „Wat heb jo toch en wat mout
Hilda van dat alles denkoti
Hilda was vuurrood en dood alle mogelijke moeite
om haar vurlegenbeid te verbergen. Ueon enkel
jongmeisje is 't onverschillig ie hooren, dut iemand
tiaar lief hoeft dik wij U wordt haar ydelheid or
door gestreeld, vaak ook is 't haar een voldooning,
soins ook eon onderscheiding. Voor de oerste maal
sedert zij Stlcber kende, hield *y zich een oogeublik
met hein bezig. Hou kwam hg er toe, haar lief te
hebben en dat aan haar vader ie zoggen En wat
gaf hem aanleiding er aan te twüfelon,dat zg Weger
uog lang niet zoo onaardig vond? Was hij dan zóo
met zichzelven ingenomen Kon hy zich dan niet
voorztellon. dat ook eeu ander indruk op haar kou
maken? Wet hu dan zóo pedant, dat hij dacht,
dat men hem alleen kon liefhebben En hoe wist
hy. dat zy zioh interezeorde voor Weger Zou haar
vader beiu dit gezogd hebben Of Lilli En had
hg uiet een goed oogje op Lilli, die dat altyd be
weerde 1
Er heerzchte een hyun angstige stilte, lot de overste
losbarstte: „Morgen ga ik naar Htieber en ik tal hem
zeggen dal ik mg» woord brak; als hy rao uitdaagt,
dan beeft hg groot gelyk".
„Doe dat uiet, papa" bad Hilda en ook sUn vrouw
zeide: „Dat doe je niet, Alfred. Je weet, dal ik jo
in allea vrylaat, zooveel 't maar kan, maar hier heb
ik toch óok in mee te apreken. 't Iz al erg genoeg,
dat je hebt overteld wat je in een soort champagne-
stemming werd toevertrouwd. Je bobt daardoor de
omgang luszcheu Htieber en Hilda onmogeiyk ge
maakt en je maakt haar nóg onmogelijker ale jo
hein aegt, det je on* hebt ingelicht", 't Duurde uog
geruimen tijd eer do overste bet inzag, maar eindelijk
luisterde b(j tooh naar reden er liet aioh overtuigen
toch niet eerloos wss geworden, nu hy 't alleen
aan vrouw uu doohler had meegedaald, die zioh wel
zouden waohlcu, aan wieu ook te laten blijken dat
zy 't wisten.
Byna.op bet zelfde oogenblik wss een dergelijk
gesprek gevoerd ten huize van majoor Hpurlich, die
eerst had verleid hoe Keltier hel bericht van de
komst vau overate Dornbaclt bad opgenomen eu
toen, dat de jonge Weger een week of wal thuis
zou sgn.
„Dat zal Hilda ploizier doen" riep Lilli verheugd
.u mag ik wel in 't geheim nemen; zij ontkent het
wel, maar ik weot wat ik weel; zg iz verliefd op beiu."
„Wat zeg je nu vroeg de majoor, haar met
groote oogen aankjjkend „Hilda verliefd op Weyer?"
„Waarom niet, papa" antwoordde Lilli „'tis eon
keurig nette jongen en ik geloof, dal hy ook een
good oogje 01) haar heeft".
't Was alsof de majoor zioh plotseling bad verslikt,
lijj hoestte eu proestte en kwam eerst weer tot bedaren
toeu de beide dames hem op den rug hadden geklopt.
„Dank ie, dank je" zeidn Inj toen. „Eu du* Hilda
is verliefd op Weger? I)at is wat nieuws. Ik
hoh nog heel onlang* gerulmen t\jd met hein ge
sproken, of liever, hjj hooft een pasr uur laug eeu
boet-prodikalie legen mU afgestoken en mg ver
weten, dal ikHg beet zich op de tong en
dacht: „Je beut daar mooi bezig je te verpraten.
Dat maukeert or oog maar net aan, dat je allee san
Lilli orerbabbelt wet hg Ie heeft toevertrouwd. In
den tegenwoordige» lyd kan je els vader niet voor
zichtig genoeg zyn otu hel boetjo autoriteit, dat je
bij je volwassen kinderen nog hebt, te bewaren Als
Lilli hoort boe hg me do les heeft gelezen, kan ik
geruit ontslag vragen al* vader".
I Wordt vervolgd.)