No. 5518.
53e Jaargang.
Stadsnieuws.
Feuilleton.
UITGAVE
FIRMA A- H VAN CLEEFF
te AMERSFOORT.
Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag. Abonnement per 3 maanden f\.
tranco per post 1.15. Advertentiën 16 regels 60 cent: elke regel meer 10 cent. Legale-,
officieële- en onteigeningsadvcrtentiën per regel 15 cent. Reclames 1—5 regels f 1.25; elke regel
meer f 0.25. Groote letters naar plaatsruimte. Bewijsnummers naar buiten worden in rekening
gebracht en kosten evenals afzonderlijke nummers 10 cent.
Bij advertentiën van buiten de stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht.
KORTEGRACHT 9
Telëphoon 19.
Zij die zich niet 1 JULI
abomieoren, ontvangen tot
dien datum alle nummers
GRATIS.
KENNISGEVING.
De BURGEMEESTER eu WETHOUDERS van
AMERSFOORT,
Gelet op artt. G en 7 der HINDERWET,
Brengen ter kennis van bet publiek, dateendoor
P. van ACHTERBERGH en J. R. van 't HOF in
gediend verzoek, met bijlageu, om vergunning tot
het plaatsen van ecu gasmotor van 4 paardekraohten,
in bet perceel alhier gelegen aan de Pieter Both-
straat, bij hel Kadaster bekend onder Sectie B. No.
290G, op de Secretarie der Gemeente ter visie ligt,
en dat op Donderdag, den 7. Juli aanstaande, des
voornaiddags te half elf ureu, gelegenheid ten Raad-
huize wordt gegeven om, ten overstaan van het Ge
meentebestuur of van ceu of meer sijuer ledeu, be
zwaren tegen bet oprichten van de inrichting in te
brengen.
Amersfoort, 23 Juni 1904.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Burgemeester,
WUIJ TIERS.
Da Secretaris,
B. W. Th. SAND BERG.
Door kerkvoogden en nolabelen der Ned.
Hervormde kerk hier is naar aanleiding van
bet nieuw ingediend concept voer bel Alge
meen reglement op de organisatie van het
bestuur der kerkelijke goederen en fondsen
in de gemeenten een adres verzonden aan
de Algemeene synode der Ned. Hervormde
kerk, waarin adressanten opmerken
1. dat de scheiding tusschen bestuur en
beheer, die reeds tijdens de Republiek der
Vereenigde Nederlanden bestond en in 1816
door Willem 1 in zijn bekende reglementen
niet is gewijzigd, een historisch recht van
bestaan heeft verkregen en in 't belang der
zaak behoort te blijven bestaan;
2. dat bij misbruiken in het beheer, van
art. 21 Hoofdstuk I van 't Algemeen regle
ment op het bestuur en van artt. 14, 15, 16,
27, 36 van 't Algemeen reglement op het be
heer kan worden gebruik gemaakt;
3. dat bet principieel bezwaar, omtrent
de rechtsgeldigheid van het optreden der
Synode als wetgever in deze, steeds bestaat
als bewijs dezer bewering is U.H.E. in 1898
in zijn geheel en in 1901 een extract toege
zonden van het rechtskundig advies van mr.
J. van der Leeuw alhier
4. dat de Provinciale en Classicale bestu-
PENSIONOPOLIS.
81.
H|j begon nu in te zieu, dat bjj toch wel wat erg
bad doorgeslagen en was boos op zichzelven, maar
nóg boozer op Hilda, die hem nu alweer plaagde
en bg zeide dan ook .Wat scheelt er toch aan
vandaag kan men geen ernstig discours met u voeren.
Ik verheugde mij zóo op uw komst en nu is u zoo
weinig vriendelijk".
„Ik zal me verbeteren" antwoordde zij en werke
lijk babbelde ze nu met hem door zonder hem nog
meer te plagen.
„Hoe is 't mogelijk" hoorden zjj opeens mevrouw
Von Kettler zeggen „ik heb nooit vermoed, dat er
ook te Beberawalde armoede werd geleden ik dacht,
dat iaën die alleen iu groote steden aantrof".
Ue vrouw Weijer had haar verteld van sen arm
gezin, dat 'sochtends bij baar was geweest om steun.
Zeer in tegenstelling met mevrouw Wejjer was
mevrouw Von Kettler niet erg weldadig; zij was
xelfa zeer egoïst en ging van de ineening uit, dal
ieder maar zelf er voor moest zorgen hoe bij door
de wereld kwamvooral verkondigde zij schoone
theorieën ten opzichte ven arme gezinnen met veel
kinderen een van baar stopwoordjes daarover was
„ik dank je wel, premies uit te reiken voor een
groot aantal kiuderen". Maar om toch baar scherfje
mee aan te dragen, was zjj lid van een vereeniging
tegen bedelarij e" bad, naar haar stellige overtuiging,
daarmee alles gedaan niet alleen om in bet stadje voor
zeer weldadig door te gaan maar ze was dan meteen
voor een paar Mark per jaar van al het gebedel en
gegeef aan de huisdeur af en kon dus haar hoofd
ren en vergaderingen de gemeenten wel
vertegenwoordigen in zake de geestelijke be
langen, omdat zij als zoodanig zijn gekozen
en aangewezen; maar niet in zake de stoffe
lijke belangen, omdat de eiscüen te veel uit-
eenloopen en de afgevaardigden niet aange
wezen worden door de stemgerechtigde leden
en daardoor geheel onbekend zijn met den
toestand der kerkelijke goederen en fondsen
in andere gemeenten, waarvoor zij als be
heerders zouden moeten optreden, of be
stuurders zouden moeten benoemen. In ieder
geval wordt hierdoor geen beter beheer ge
waarborgd;
5. dat de onafhankelijkheid der beheerders
verloren gaat door inmenging der Provinciale
kerkbesturen, der Classicale vergaderingen en
der Kerkeraden, volgens artt. 22, 23, 51,52,
53, 55 en 59 van het nieuwe ontwerp. Die
onafhankelijkheid is gewenscht voor de per
sonen zelveti, die geacht worden in zake het
beheer de geheele kerkelijke gemeente, te
vertegenwoordigen, welke wordt het ont
worpen reglement wet in een toestand
van curateele komt te geraken. Üok is be
stendiging dier onafhankelijkheid noodig uit
eerbied jegens het nageslacht, dat van het
voorgeslacht de vele goederen en fondsen,
met een bepaalde bestemming bijeengebracht,
rechtens ongeschonden uit de handen dei-
wettige beheerders ontvangen moet;
6. dat zoo dit ontwerp tot wet wordt ver
heven, de Synode een groote verantwoorde
lijkheid op zich laadt, door liet uitlokken van
processen, verwarringen in de fondsen, schor
sing van betalingen tijdens de procedures,
beroeringen in de gemeenten, alles strek
kende tot meerdere verbreking der zoozeer
gewenschte eenheid in onze kerk en ten na
deel» van de kerkelijke goederen en fondsen
en eventueele erflatingen of vrijwillige bij
dragen.
Na al die overwegingen is de vergadering
van oordeel, aan de Synode met den meest
rnogelijken ernst te moeten ontraden het in
gediende ontwerp tot wet de verheffen:
1. omdat in het ontworpen reglement de
historisch gevormde en de nog steeds ge
wenschte onafhankelijkheid der beheers-col-
leges niet voldoende wordt geëerbiedigd;
2. omdat aan de Synode het recht niet kan
worden toegekend, eenig reglement op het
beheer vast te stellen;
3. omdat door den grooten invloed, aan
de kerkbesturen toegekend, de zelfstandig
heid der beheerders van de kerkelijke goede
ren en fondsen verloren gaat, en een beier
beheer niet gewaarborgd als de controle of
het beheer aan oningewijden wordt opge-
geruat neerleggen.
Het droeve tafereel, dat mevrouw Weger haar had
geschetst, had baar dan ook rolIcomen koud gelalen
er was wel veel ellende on armoede in de wereld,
maar dat was toch je schuld niet en al gaf je nu zoo
af en toe aan den eenen of anderen armon drommel
een paar Pfennige, dan waren anderen, die 'tóok
hard te verantwoorden hadden, daarmee tóch niet ge
holpen. Toch luisterde zij ditmaal aandachtig toen
mevrouw Weijer vervolgde: „Werkelgic, er is hier
veel armoede, mevrouw, zelfs heel veelde loonen
zijn hier laag en de ifouingen duur er zijn bier
veel tranen te drogen".
„Waar is dat niet niet geval vroeg mevrouw
Von Kettler, met alle geweld een zucht slakend
„maar toch wil ik graag voor die arme menscheu
doen wat ik kan. Zendt u die vrouw eens bij me,
dan zal ik haar een maaltje eten meegeven en mis
schien vind ik hier of daar nog wat goed, dat we
zelf niet meer dragen".
't Sloeg éen uur en nu viel het haar plotseling in,
dat zij niet langer kon bljjveu. Zjj zouden een gast
krijgen en dus moest zg even in de keuken helpen.
Zij stond dus op om afscheid te nemen en wenkte
Hilda, mee te gaan.
„Tct ziens, lieve mevrouw. Ik hoop, dat u nu
niet meer zoo lang zult wachten. Kom eens een
avondje".
„Ja, doet u dat" toido de jonge Weijer eu mevrouw
Von Kettler knikte* ten teelten van goedkeuring en
zeide
„Heel gaarne, lieve mevrouw; misschien is u wel
zoo vriendelijk ons te doen weten wauneer u 'dat 'E
best schikt".
„Zoudt u maar niet dadelük den dag bepalen
vroeg de luitenant. „Vanavonff bijvoorbeeld
Hij vond Hilda zóo lief, dat hij haar 't liefst maar
te dineeren bad gehouden, niet alleen nu, maar
iederen dag.
dragen
4. omdut door de vele moeilijkheden, dte
bij de aanneming van het concept te wachten
zijn, het kerkelijk leven tiög meer zou
kwijnen en daaronder zeer zeker ook de
stoJTelijke belangen zouden lijden;
5. oindat een college van kerkvoogden en
notabelen dat in zijn beheer de geheele
kerkelijke gemeente vertegenwoordigt en
als zoodanig van haar ter uitvoering op zich
neemt een mandaat, naar de strekking, be-
teekenis eu met de gevolgen van het be
staande reglement, in verband met de traditie,
d.i. absolute onverenigbaarheid van be
hartiging der geestelijke-en stoffelijke belangen
der gemeente onder éen (hetzelfde) bestuur
onbevoegd is, zich neer te leggen bij,
noch mede te werken tot een r glements-
wyziging, waarbij de strekking en het wezen
van dit mandaat geheel te niet gaan, door
dat liet beheer in andere handen zou over
gaan door toedoen van zoodanig beheers-
college, zonder daartoe van het rechtsbevoegd
lichaamde kerkelijke gemeente— als eenige
en onbeperkte eigenares der goederen en
fondsen, opdracht bekomen te hebben.
Nu in de ressortale vergaderingen men
geheel tot overeenstemming is gekomen en
de wenschelykheid is gebleken om voor
Amersfoort en Drente éen opperrabijn te
benoemen, is de zaak in handen gesteld van
de Centrale commissie voor de zaken van den
Israelietischen godsdienst.
De gewone audiëntie van den Minister van
Justitie zal Woensdag weder niet plaats
hebben.
De Kamer van Koophandel en Fabrieken
verg alert hedenavond te 8 uur ten Raad-
huize.
De temperatuur van het water in de
Nieuwe zwemschool was zoowei gister- als
hedenochtend te 7 uur 60° F.
Aan het hoofd van dit nummer komt reeds
voor de kennisgeving nopens den motor dien
de ondernemers willen plaatsen tot verbete
van de waterverversching.
't Moet gezegd, dat zij niets onbeproefd
laten om het publiek te gerieven.
Mr. I. J. Dermout heeft aan de Indische
inrichting te Leiden met gunstig gevolg af
gelegd het examen voor den dienst bij de
rechterlijke macht in Oost-Indië.
De lieer I. van Daal legde aan de Gemeen
telijke universiteit van Amsterdam met gun
stig gevolg af' het theoretisch geneeskundig
examen.
Uitslag van het eind-examen van het Gym
nasium te Amersfoort.
Geslaagd alle leerlingen, en wel voor A de
heeren: K. de Bel, G. K. van der Horst, J.
Muller en A. Th. Neeb en voor B de heeren:
J. Spijkerboer en W. J. de Vry.
Eén extraneus werd afgewezen.
Uit alleszins betrouwbare bron vernemen
we, dat tot commandant van het 10e >gi-
ment infanterie wordt benoemd de luitenant
kolonel J. W. Draaijer, van het 6e regiment.
Kapitein J. A. F. Keetell, van het 5e regiment
infanterie, is eervol ontheven uit zijn functiën
als kapitein voor speciale diensten en belast
met het bevel over de compagnie-, vroeger
door majoor D. J. Heinsius gecommandeerd.
De bij het korps nieuwbenoemde kapitein
L. E. W. van Albada is bestemd om op te
treden als kapitein voor speciale diensten.
Programma der muziek-uitvoering bij gunstig
weder Maandagavond te 8 uur te geven door
de Amersfoortsc.he Muziek-vereeniging"
onder directie van den heer J. A. Joch ems.
1. MarsohKessels.
2. Ouverture „La parure" Werkman».
3. „Baiser d'adieu", wals Holztrager.
4. Faulaisie „Roméo et Juletle" Bril leus.
5. MarchPreckber.
6. Ouxerture „Marie Henrietta". Montage.
7. „AlTe negen!", kegelaars-
feestmarschVan Aaken.
8. Potpourri populaireRenaud.
Finale.
Maar zijn moeder ging er niet op in. „Vanavond
zal 'tniet gaau, lieve mevrouw; mijn min komt
eerst heel laat thuis eu is dan altijd heel moe van
de reis. U weet hoe de mannen zijn".
Mevrouw Von Kettler trok een gezicht, dat heel
duidelijk te verstaan gaf: „óf ik 't weet". Men
sprak af voor een avond in de volgende week en
nam voor de tweede maal afscheid.
„Adieu, mijnheer Weijer" zeide Hilda „van harte
beterschap. Zorg maar, dat u spoedig weer to paard
komt en lees dat engelsche reglement nog maar eens
door, dan zult u zien, dat „AU right" toch niet
heelemaal beteekent „op de plaats rust". „Allright"
is de engelsche vertaling van do u misschien niet
geheel onbekeude uitdrukking. „Es ist erreicht" en
ik zei dat omdat u uw knevel naar de laatste mode
trachtte op te draaien".
De luitenant tg>k een ontzaglijk dom gezicht hij
was woedend dat bij, of schoon nij nauwelijks kou
gas:i, in deu val was geloopen, die Hilda had gesteld,
maar 't meest boos was hg er toch over omdat bij
niet wist of Hilda nu de waarheid zeide, dan wel of
zg hem weer plaagde.
.Gelooft nu werkelijk, dat ik dat niet wist?" wilde
hij vragen, maar toen hg dezen uitweg bad gevonden
om op fatsoenlijke wijze te retireeren, hadden de
dames de kaïner reeds verlaten eu bleef hem niet anders
over dan naar een der ratnen te strompelen en hen
na te kijken.
„'i Is toch tuaar good, dat zo vanavond niet terug
komt" dacht hij, 't Heeft me tevens geleerd, niet
zoo vlug te zijn' met mijn invitaties."
Middelerwijl schreden moeder en dochter den huis
lijken haard en de articbokken te gemoetmet ze
keren schrik merkte mevrouw Von Kettler, dat
Hilda nipt zóo opgetogen was over het bezoek als
I zij wel had verwacht.
Eindelijk antwoordde zij op een der vele vragen
I „Hij is nog zoo jong, mama, en ik kan het niet
Da vendu-meesters verzoeken ons te ver
wijzen naar de advertentie in dit nummer
betreffende de belangrijke kunstveiling, welko
aanstaanden Donderdag in De Arend" wordt
gehouden.
Bij de ten Raadhuize gehouden aanbe
stedingen werd ingeschreven als volgt
voor hel maken van een waterdichten beer-
kelder op het terrein, kadaster Sectie A. 871,
aan den Lageweg voorbij den Liniedijk, door
T. van Daal, f1140J. van Keulen f 1053.52;
J. C. van Eijbergen f1027; E. de Bruim, te
Hoogland, f981; J. vau Harpen, f957; J.
Wildeman, f935; H. Lablans f851.41; en
C. Ruitenberg f777;
voor het maken van drie dukdalven, bet
herstellen van éen dukdalf en het maken van
een nieuwe houten brug in het Trek pad langs-
de Eem, bij het sHaventje", door: F Pommer,
te Hoogland, f1339; J. Pommer, te Eemnes,
f 1290J. van Harpen, f1168en G. Wassing,
f995;
voor bet vernieuwen van vier vakken werf-
muur, samen lang 54 M., ep een steenen
helpen, maar ik geloof óok, dat hg uiet bepaald tol
de slimsteii behoort".
Hevig verschrikt bleef haar moeder even staan.
„Maar. kind, was is dat uu? Hoe kom je daarbij?
Dat hij jong is, hindert toch niets en 't wordt boven
dien met dun dag beter; en dat hg misschien niet
zoo héél knap is, ja iedere luiteuant kan toch
maar geen veldmaarschalk worden. En, geloof me,
Hilda, of eeu man knap is of niet doet niets af voor
't huwelijk; hoofdzaak voor een gelukkig huwelijk
is, dat de man een gentleman is en dat is de jonge
Weger. Ik zeg 'tje en het oog eener L.oedsr ziet
•cherp."
Hilda sprak niet tegen, maar viel haar moeder
evenmin bij; het bezoek bad haar werkelijk ont
nuchterd. Zij bad zich den jongen huzaar vroolgker
en geestiger gedacht en had gemeeud, dat hg geval
genoeg sou wezen om aen geestig woordgevecht te
voereu en zg had nu bemerkt, dal hij niet éen en
kele maal een geestig antwoord had gegeven en
altijd met een uitvluciuje er ticb bad af gemaakt;
neen, toen iu T rijtuig wa» hij haar toch heel anders
voorgekomen. Zjj riep zich bet geheele gesprek weer
voor den geest; geen enkel verstandig woord. En
toch interesseerde bij haar; lief had ze hem niet,
mui toch vond zjj hem wel aardig en speet bet haar
geweldig, dat hij haar zoo was tegengevallen. Maar
misschien was dat wel te wijlen aan de tegenwoordig
heid der beide moeders; misschien ook was hg zieker
dan zij wel dacht. Hoe langer Hilda nadacht over
het bezoetc, des t6 meer verheugd was zjj, hem weer
gezien te hebbenmaar toch wilde het gevoel van
onvoldaanheid baar niet verlaten.
Zwijgend ging ze naast haar moeder voort, dank
baar, dat deze haar uiet meer lastig viel met vragen.