Ingezonden.
onderzoek der geloofsbrieven van de herkozen
loden de boeren 11. C. van Dam en 11.
Meursinu en het in de vacature-C. van dei-
Zoo de Jong gekozen lid den heer S. J. van
Duinen. De hoeren Sinnige en Van der* Zoo
de Jong werden belast met het nazien der
stukken en nadat de vergadering enkele mi
nuten was geschorst, bracht de heer Van
dor Zoo de Jong rapport uit en adviseerde
hij namens de commissie tot toelating, waar
toe met algemeenc stemmen werd besloten.
De Voorzitter deelde vervolgens mede,
dat ingekomen was een missive van liet Ge
meentebestuur van Amersfoort houdende
bericht vau dc benoeming, door den Gemeente-
raud op _'l November, van den heer Lubbert
van den Merg tot makelaar aangenomen voor
kennisgeving.
Hierop doelde de Voorzitter mode, dat in
een niet-openbare vergadering is besloten,
dal de Kamer zich zal aanschalien éen exem
plaar van »De Kamer van Koophandel, orgaan
voor de Nederlandsche Kamers van Koop
handel en Fabrieken onder redactie van mr.
J. D. Verbroek te 's-üravenbage, welk blad
éen maal per maand verschijnt.
De heer Sinnige verzocht circulatie op
korten termijn.
De Voorzitter zal met dit verzoek
rekening doen houden en deelde mede dat
nog inkomen waren verschillende prospec
tussen en circulaires over de suiker-industrie
over een reis op last der Oostenrnksche
Regeering gedaan door Siberië; van de Gulf
Railroad Company een iiulustrieele kaart van
de Yereeuigde Staten van Noord-Ameriku,
en andere stukken. Spr. zou van die kaart
meer exemplaren willen aanvragen en deze
voor belanghebbenden kosteloos verkrijgbaar
willen stellen.
De heer Sinnige acht dit minder nood-
zakeljjk. Die kaarten immers zijn ook hier
ter stede op zeer ruime schaal verspreid.
Ook zal men hier niet zoo licht komen tot
exporteereu.
De Voorzitter meent, dat de kaart
belang zou kunnen hebben met liet oog op
import. Nu de kaart zoo ruim is verspreid,
zal spr. ecfiter geen exemplaren meer doen
aanvragen.
Nog zijn ingekomen consulaire verslagen,
verschillende nummers van den Protectie-bode,
verslagen en raededeeliugeu van deafdeeling
Landbouw, o. a. over tuberculose onder
rundvee, en verslagen over land- en luin-
bouw-proefvelden.
Al deze tijdschriften enz. zullen, na ge
circuleerd te hebben by de leden, ter lezing
voorliggen.
Nog was ingekomen een afdruk van »Een
woord aan allen, die uit den aard vau hun
bedrijf aan de binnenlandscüe scheepvaart
zijn verbonden".
Uit de voorlezing door den Secretaris
blijkt, Jat dc morecle steun en de medewer
king der Kamer worden gevraagd om de
binneuschippety, die door uitputting een
langzainen oudergang te gemoel gaat, op te
heffen. Daartoe zal een openbare vergadering
worden belegd, vermoedelijk te Utrecht, om
maatregelen tot herstel te bui amen.
De voorzitter meent, dat wel niemand
ongenegen zal ziju, hiertoe mee te werken
en vraagt of de Kamer een vertegenwoordiger
zal zenden.
De beer Van Dam acht het doel zeker
zeer gewenscht, doch vreest dat men zeer
moeilijk middelen zal vinden. Welk man
daat ral de afgevaardigde van deze Kamer
moeten meekrijgen? liet bespreken der
wenschelijkheid helpt bitter weinig; er moet
geld zijn en dat heeft de Kamer niet.
Du oorzaak van den treurigen toestand
der binnenschipperii is de kolossale concur
rentie der spoorwegen. Spr. juicht elke po
ging tut herstel zeer toe, doch acht eeu
daadwerkelijke bemoeiing bijna onmogelijk
behalve voor een particulier.
De Voorzitter is 't volkomen eens met
den geachten vorigen spr. en waar slechts
adlocoie-betuiging alles is wat de Kamer kan
wil spr. voorstellen, het schrijven aan
nemen voor kennisgeving.
<1 beer Sinnige weet óok geen andere
oplossing, doch wil cuustateeren, dit het be
houd der binnenschipperij oen zaak is, die
den handel zelf nauw raakt. Als de spoor-
wege het monopolie verwerven, ligt de han
del aan lian len en voeten gebonden. Spr.
Ls het volkomen eens met den heer Vau Dam,
dat een evcntucele afgevaardigde van deze
Katii'-r bijna niet zal weten, wat te doen,
terwijl hem geen imperatief mandaat kan
worden meegegeven. Spr. herinnert aan het
échec van de afdeeling van «Scbuttevaei
welke geheel verliep door gemis aan belang
stelling. Als deze Kamer nu ook voor deze
beweging warm loopt, kon ze zich óok wel
bloot stellen aan een échec. .Spr. zou er echter
wol voor zijn, dat do Kamer sympathie be
tuigde met tie beweging, al weet zij daar
omtrent slechts, dat deze het weder opleven
der schipperij beoogt en meer bijzonder
heden niet.
De Voorzitter meent het 't best als
de circulaire wordt aangenomen voor ken
nisgeving. h-der zal sympathiseeren met du
beweging, doch wat baat dit de schipperij,
die in leven moet gehouden ter wille van
dc concurrentie uiet de spoorwegen.
Du heer Sinnige meent, dat op de ver-
adering bij voorbeeld zal worden overwogen
et alschaflen van watertollen, opdat derge
lijke lasten van de schipperij worden afge
wenteld en deze daardoor beier kan concur-
roeren met de spoorwegen.
In stemming gebracht, wordt besloten de
circulaire aan te nemen voor kennisgeving
(tegende heer Sinnige).
Nog z|jn ingekomen twee brochures, uit
gegeven door de Tarief-vereeniging en be
doelende invoering van beschermende rechten,
en les-tabellen met toelichting van de com
missie uil de Nationale vereeniging voor
handelsonderwijs, welke eveneens, na gecir
culeerd te hebben bij de leden, ter lezing
zullen voorliggen voor belangstellenden.
Ook is ingekomen een missive van liet
Instituut Schimmrlplëng houdende verzoek
om adhaesie op ziju request aan den Minis
ter ran Mitinenlandscbe Zaken aangaande
handelsregisters. Na circulatie bij de leden
zal hel verzoek in een volgende vergadering
worden behandeld.
Ingekomen is nog een missive van de
Nederlandsche Kamer van Koophandel te
Londen houdend verzoek om adhmsie op
haar request tot herziening van de Wet op
het Nederlanderschap (Wet vau 5 Mei 1892).
De Londensche Kamer merkt op, dat toen
twee jaar geleden de eerste 10-jaarlyksclie
termijn, binnen welken een Nederlander in
den vreemde zich bij een gezant of eeu con
sulair agent heeft aan te melden, was ver
streken, menigeen, die dit verzuimde, zyn
Nederlanderschap verloor en zich moest laten
hei'-naturaliseeren een quacstie van f i00.
Zy concludeert, deze materie te regelen als
in de Engelsche wet, volgens welke een
Engelscli onderdaan steeds Engelschman blijft
tenzy hij uitdrukkelijk in eon ander land
zich laat nationaliseeren.
De heer Van der Zoo de Jong vraagt
of Nederlanders in de Nederlandsche Koloniën
óok hun Nederlanderschap verliezen als zij
verzuimen zich binnen 10 jaar te melden.
De Voorzitter stelt hem gerust mat
do verzekering, dat zij Nederlander blijven.
De heer Meur sing vindt tiet onbillijk,
dat men door dergelyk verzuim zijn Neder
landerschap verliest.
De Voorzitter herinnert, dat herhaalde
malen in allerlei couranten werd gewezen op
den fatalcn termijn binnen welken inen zich
aan te melden had eu ook, dat bij de be
sprekingen over het wetsontwerp in de Tweede
Kamer er heel wat over te doen is geweest,
doch dat de Tweede Kamer in 1892 de her
ziening met groote meerderheid aannam.
De heer Sinnige meent, dat de zelfde
quaestie thans weer aanhangig is in de
Tweede Kamer en acht het daarom gewaagd,
op dit oogenblik, vrijwel onvoorbereid, haar
te gaan beiiandelou. Als dc belanghebbenden
zelf zóo weinig belang er in stellen dat zy
zelfs alle aanschrijviugeu en waarschuwingen
in den wind slaan, dan moesten er wel krasse
maatregelen genomen. Viel er een erfenis te
balen, dan zouden ze zich wèl aanmelden.
Spr. acht den termijn ;van tien jaren juist
ruim genomen en niet minder ruim dan de
Engelschehoe deze zaak in andere Rijken
is geregeld, weet spr. niet en ook uit dien
hoofde zou spr. het adres, altbaus voor dit
oogenblik, liever niet willen steunen, doch
hut willen aannemen voor notificatie.
De Voorzitter vindt wachten tot de
Tweede Kamer zal hebben beslist vrijwel
overbodig. Dat men zyn Nederlanderschap
op die wijze kan verliezen, aebt spr. onbillijk
en d&arom stelt hy voor, het adres te steunen.
Do heer Van der Zoo de Joog vraagt
welke bewoogicdenon de Regeeriug heeft
gehad om die bepalingen te maken. Is 't
om de Nationale militie?
De Voorzitter zegt, dat vele armlasti
gen misbruik maken van hun Nederlander
schap en de consulaire agenten lastig vallen.
De heer Sinnige herhaalt, dat hy noch
de dryfveeren de Regeering, noch de dis-
cussiëu ui de Tweede Kamer kent, doch
vertrouwt dat die Kamer den bindenden
termijn eerst na zeer ryp beraad vaststelde.
Spr. wil waarlijk zonder de zaak beter te
bobben nagegaan liever niet stemmen vóór
steun.
In stemming gebracht, wordt besloten het
adres te steunen (legen: <le heer Sinuige).
Nog is ingekomeii een missive van de
Commissie v*n rapporteurs over de gecom
bineerde vergadering der Kamers van Koop
handel in Nederland omtrent het Postwezen,
waarbij in uitzicht wordt gesteld een tweede
vergadering to houden vóór het Post-con-
gres in 1905 te Rome te beleggen en waarop
in hoofdzaak hel internationale vervoer van
poststukken zal worden behandeld.
De V o o r z i 11 e r gaat in 't kort den in
houd der zeer lijvige missive na en merkt
op, dat éen der onderwerpen ook voor Amers
foort van direct belang is, namelijk het open
stellen van meer loketten in hut Postkantoor
Hier worden aan hei loket »Aan geteekende
brieven" óok behandeld Spaarbank zaken en
Ongevallenwet, waardoor men dikwijls zeer
lang moet wachten. Spr. wenscht deze zaak
in een volgende vergudering apart te behan
delen en zal dan voorstellen, aan den Direc
teur-generaal een apart loket te vragen.
Du heer Sinnige, die dezen zomer de
Kamer vertegenwoordigde by de conferentie
te Amsterdam, deelt nog mede, dat toen dit
bezwaar óok te borde kwam, doch de groote
moeilijkheid hierin bleek te zitten, dat er
niet meer personeel is en de loketten dus
tocli niet konden bediend, zoodat men zich
dan wel uiet verdringt voor een loket, doch
even lang inoet wachten.
Do Voorzitter stelt voor, in beginsel
te besluiten, ook naar de volgende confe
rentie een afgevaardigde te zenden en zou
zich zeer willen aanbovelen voor inlichtingen
door lirma's die veel postzendingen hebben
naar het buitenland en óok willen vragen,
dat de vereeniging nHaudel en Nijverheid"
deze materie in haar vergadering besprak.
D« heer Sinnige zou 't zeer toejuichen,
dat «Handel en Nijverheid" op die wijze
werd uitgenoodigd, mits a priori de Kamer
de zekerheid hebbe, dat genoemde vereeni-
ginh wil dienen als ad viseerend lichaam voor
aeze Kamer. Dit ware wel even te vragen.
De Voorzitter meent, dat dit reeds
vau zelf in het verzoek ligt opgesloten en
zou zulk een dubbele vraag geheel overbodig
achteu. Weldra zal een der Bestuursleden
van genoemde vereeniging zitting nemen in
deze Kamer en 'tis dan al heel gemak
kelijk te iuformeeren, zonder omslachtigen
omweg.
De heer Sinnige acht dit ook de beste
weg.
Hot voorstel wordt hierop aangenomen
met algetneene stemmen.
Nog is ingekomen oen uitnoodiging van
de «Fédération d'associations oommerciales
et industnelles de Belgique" tot bijwoning
van bet Congres te >Luik in 1905, waarop
o.a. ter sprake zal komen de werkkring der
Kamers van Koophandel. Spr. zou 't wen-
sehelyk achten, dat by de conferentie der
Nederlandsche Kamers een soort van vóór
vergadering werd gehouden en zoodoende
een soort commissie van advies naar Luik
g»ng-
Aan de orde is de verkiezing voor de met
i Januari periodiek aftredenden. Herkozen
worden tot Voorzitter de lieer J. Ger. Kleber,
tot diens plaatsvervanger de heer H. C. van
Dam, beiden met 4stemmen; cn tot Secretaris
de heer Ms. P. van Haselen, metalgemeene
stemmen.
Na de herkozenen te hebben gecomplimen
teerd eri te zijn gelukgewenscbt met zijn
herbenoeming, zegt de Voorzitter on
geveer
Eer we scheiden, wensch ik een woord van
afscheid te spreken tot den heer Van der
Zoo de Jong, die geen nieuw mandaat wenschte
te aanvaarden. Tien jaren was hij lid dezer
Kamer en steeds waren we met hem in zeer
genoeglijk samenzijn, terwijl ziju adviezen
zeer werden gewaardeerd. Hoewel we hem
t.oode zien vertrekken, hoop ik, dat hij Dog
lange jaren inet genoegen zal mogen terug
denken aan den tijd gedurende welken hij
lid van deze Kamer was.
De heer Van der Zoo deJong dankte
spr. voor zijn vriendelijke woorden en de
leden en den Secretaris voor de hem ge
durende tien jaren betoonde groote welwil
lendheid cn gaf da verzekering, dat hij deze
steeds in aangename herinnering zou houden.
Hierop werd de openbare zitting te 9.40
gesloten en bleef de Kamer tot 10.15 nog in
comité-generaal.
Het opnemen vau Ingezonrian stukken brengt
niet altijd mede, dat de ReducUe onvoorwaardelijk
instemt met bun inhoud.
Kopij van geplaatste of ougeplaatato stukken wordt
nimmer teruggegeven.
Geachte Redactie,
In de vergadering in «De Keizerskroon",
waarin mr. Sijbrandy als inleider optrad,
verzocht ik hem, toen hij had gesproken
over «Het Ministerie en de arbeiders", mij
te willen mededeelen wat hij onder de ar
beiders verstond en wie hij daaronder rang
schikte, en besprak vervolgens het miskend
recht van duizenden medeburgers, welke
goed genoeg geacht worden om wel de lasten
voor Rijk en Gemeente mede te dragen,
maar de lusten moeten derven en van alle
(ik spreek niet vau burgerlijk) recht ver
stoken zijn. Dit is wel kras gezegd, maar
wordt door niemand ontkend Of weersproken,
zelfs niet door ds. Van Lummel of mr.
Sijbrandy.
Ik toonde indertijd ds. Van Lummel aan,
dat tot verbetering der sociale nooden zeer
veel gedaan wordt, hetgeen ik toejuich.
Ook wat gedaan wordt lot lotsverbetering
van den werkman wordt zeer door mij ge
waardeerd.
De Ongevallen-, Ziekte- en Verzekerings
wet, met Pensioenwet enz. alles goed
den werkmau te miskennen noch te mis
gunnen.
Voor den werkman wordt veel gedaan
die wordt door de wet verzekeid en be
schermd, terwijl de kapitalist, gerugsteund
door het kapitaal, niet alleen het Gemeente
recht tot zijn dienst hooft, maar bovendien
kan verzekerd zijn van Provinciaal-en Ryks-
recht.
Ik vroeg derhalve nogmaalswaar is het
recht voor den handelsagent, en tot welke
categorie moet deze gerangschikt?
Gelijk ik voorheen schreef, had ik voor
de vergadering van den Middenstandsbond te
Utrecht, volgaarne een 4de punt van bespre
king aan de agenda toegevoegd gezien, ter
wijl ik rnij bereid verklaarde, dit in te leiden,
n.l. de rechtspositie van den handelsagent.
Dit werd mij door plaatselijke bladen ont
raden, omdat dit niet op de agenda vermeld
was en anderszins omdat de. tijd dit niet zou
toelaten.
Op genoemde vergadering kwam terloops
de positie van den handelsagent ter sprake.
Alstoen vernamen wij, dat de handelsagent
niet tot den gulden middenstand behoorde.
Zoover mij bekend, werd er niet aan toe
gevoegd waarbij hij dan wè! moest ingelijfd.
Dit verklaarde op mijn vraag mr. Sybrandy
zoowel als onderwijzers, schrijvers, apothe
kers, enz., behoort de handelsagent tot de
arbeiders.
Zeer goed, m. i. zeer juist. Edoch behoort
de agent tot de arbeiders, waar is dan zyn
arbeidsrecht
En welken waarborg heeft hij tegenover
willekeurige, vaak grillige, met Wet'en usantie
strijdende, handelingen van supérieur of
patroon
Hoe menigmaal gebeurt het, dat een agent,
die den besten tijd zijns levens veil bad om
een zaak in te werken, waarvoor hy zijn tijd
en geld over heefr, nadat hij zich heeft in
gewerkt door zijn patroon wordt aan den
dijk gezet, opdat deze alsdan de provisie kan
ontduiken.
Onbeduidende verschillen (welke op han
delsgebied altijd te vinden zijn) worden als
dan gezocht, en gelijk een uitgeperste citroen
wordt, na eerst te hebben geprofiteerd van
zijn diensten, de agent aan den dijk gezet.
In de verste verte betoog ik niet, dat alle
firma's zoo handelen dit zyn gelukkig excep
ties maar als 't gebeurt, waar is recht te
vinden
Voor een tweetal jaren vormde zich een
Commissie van enquête, welke zich ten doel
stelde, lotsverbetering voor den handelsagent.
Circulaires werden verzonden, onderteekend
door Staatslieden van verschillende politieke
richting, flink, waarin zeer veel vragen waren
gesteld ter beantwoording, terwijl verschil
lende inlichtingen werden verzocht.
Ik beantwoordde de vragen naar waarheid
en stelde mij disponibel tot verstrekking van
nadere toelichting.
Hoewel nadien ruim 2 jaren zyn verloopen,
werd van genoemde Commissie niets nader
gehoord.
Ik verzocht mr. Sijbrandy om inlichting;
gelijk ik vermoedde, kon ook mr. Sijbrandy
mij die niet verschaffen. Z.E. beloofde mij
echter de zaak te zullen onderzoeken, terwyl
hij mij beloofde, hierover te zullen schrijven,
welk bericht ik, en wellicht velen met mij,
belangstellend tegemoet zien.
Verder zeido mr. Sijbrandy, dat hij er voor
zou ziju, dat de positie en het recht van den
handelsagent afzonderlijk in een wetje zouden
worden bepaald dit lijkt ook mij 't beste.
Daar ieder ageert om lotsverbetering en
op economisch gebied veel wordt gedaan, is
doel van deze letteren om de aandacht te
vestigen van Pers en Staatslieden op deze te
lang miskende zaak, maar bovenal de aan
dacht van belanghebbenden het verdeel en
heersch worde niel meer in ons woordenbeek
gevonden.
Nu verschillende wetten, den arbeid betref
fend, zijn of worden ingediend, brengt plicht
van ieder belanghebbende mede om het ijzer
te smeden terwijl het heet is. Aangenaam zal
het mij zijn, zij het ook door toezending van
naamkaartjes, bewijs van deelneming te ont
vangen (van enkelen binnen en bu.ten Amers
foort ontving ik reeds zulk bewijs van sym
pathie) daar alsdan gezamenlijk passende
maatregelen kunnen worden toegepast of be
raamd, welke niet alleen kunnen maar ra.i.
beslist zullen leiden tot lotsverbetering en
rechtserkenning van duizenden burgers in den
lande, welko te lang stiefmoederlijk zyn be
deeld.
Verder hoop ik, dat de Pers in het alge
meen, alsmede de plaatselijke Pers (die zich
steeds bereidwillig toonde om mede te werken
tot verbetering van maatschappelijke toe
standen) ons haar gewaardeerde mede
werking niet zal oni houden. Wat verder be
langhebbenden betreft, hoop ik, dat ik van
Dollard tot Schelde het Üud-Hollandsch devies
niet rfleen zal worden verstaan, maar bovenal
in toepassing zal worden gebracht: Eendragt
maakt magt.
Iedere pijl op zich zelf kan, maar de bundel
zal niet verbroken worden.
Op dan handelsagenten van het Sticht;
toont, dat (lit devies, eenmaal in uw vaste
uitgesproken, uw devies zij in deze.
Op dan Eemsche collega's, schaart U onder
éen banier.
Op dan handelsvrienden, zoowel aan Rottes-
als Amstels-beemden, zoekt uw te lang mis
kend maar billijk recht te verkrygen, waar
dit behoort; dan zal do victorie wellicht